1865. V 51. VRIJDAG 1JIJLIJ. 52ste Jaargang. SCHUTTERIJ. BINNEiMLANDSCHE BERICTE1M. «OESSCHE COl KAM. De uitgave dezer Courant geschiedt Haandag en Donderdag avond, uitgezonderd op feestdagen, l'rijs per kwartaal 1,75fr. p. p. ƒ1,00. Gewone advertentiSn worden a 15 et. de regel geplaatst. Geboorte-, huwelijks- en doodberigten van 1-6 regels 1,20 behalve het zegelrcgt. De inzending van advertentiën kan geschieden tot vóór drie uren des namiddags op den dag der uitgave. Putollcatie. Vervolg en slot van ons vorig nommer). Art. 13. De onvoorwaardelijke vrijstellingenver meld in art. 3 der wet sub litt. e, <j, h, k, l en m, zullen alleenlijk mogen worden verleend ingeval de belangheb benden de volgende bewijsstukken overleggen, als e. de hoogleeraren en lectoren aan de hooge scholen, athenea en semenariahet besluit of de acte van aan stelling, of benoeming als zoodanig; g. de uit de dienst van den staat te lande of ter zee eervol ontslagene of gepensioneerde officierenhet eervol ontslag of de acte van pensioen; Ji. de officieren, eervol uit de schutterij ontslagen we gens verandering van woonplaats: het besluit van ontslag k. de broeder van hem, die reeds in persoon en voor zich zelve, bij de schutterij dient, behalve een schrif telijk bewijs van deze dienst door den kommandant der schutterij afgegeven een schriftelijk bewijs van het plaatselijk bestuur, dat de dienende broeder met hem bij zijne ouders inwoont; l. die aangesteld zijn voor de dienst der nacht-of brand wachten en der brandspuiten; een schriftelijk bewijs deswege van het plaatselijk bestuur; ta.de lijf- en huisbedienden; een certificaat van den persoon bij welken zij als zoodanig dienstbaar zijn, gecertificeerd door het plaatselijk bestuur. Zij, die voortdurend uit de armenkassen bedeeld of in arraen-gestichten opgevoed en onderhouden wor den eene schriftelijke en door bet plaatselijk bestuur gecertificeerde verklaring van bestuurders der gestich ten, houdende waarin de bedeeling bestaat, en sedert wanneer en op welke tijdstippen dezelve genoten is. Art. 16. Diegenen, welke voorde commissie van on derzoek niet opkomen, zullen gehouden worden geene redenen tot vrijstelling te hebben, en voor zoo verre zij dienstpligtige nommers getrokken hebbenniet vallen in de termen van art. 3 der wet sub. a, b, c, l en m van art. 4, zullen zij bij de schutterij worden ingelijfd; blij vende het hun evenwel vrij om hunne redenen tot vrij stelling in een volgend jaar te doen gelden. Terwijl diegenen, welke vermeenen, op grond van art. 36 der wet, aanspraak te kunnen maken op overplaat sing bij de reserve of finaal ontslag, mede vevpligt zijn deze reclames bij voorschreve commissie te doen gelden, met overlegging van een extract uit het stamboek dei- schutterij bij welke zij gediend hebben of nog dienen. En aangezien die commissie mede bestemd is tot het onderzoeken der redenen van vrijstelling of uitsluiting, die de belanghebbenden ook na hunne inlijving hebben voortedragen, (volgens art. 19 van het koninkl. besluit, van den 22 Junij 1828, Staatsblad no. 42), zoo worden degenen welke bij de schutterij zijn ingelijfd, en bij der- zelver afwezigheid lntnne betrekkingen, op die bepaling gewezen en aangemaand om indien zij aanspraak op vrij stelling hebben verkregen, met overlegging van de ge vorderde bewijzen voor de commissie te verschijnen, ten tijde en plaatse boven omschreven. En opdat niemand onwetendheid voorwende, zal deze worden gepubliceerd, geaffigeerd en geplaatst in de Goes- Courant. Gedaan ten raadhuize van Goes, den 28 Junij 1865. Burgemeester en wethouders voornoemd, M. P. BLAAUBEEN, De secretaris, H. C. PILAAR. Tweeërlei Nederland! Zoo luidt het opschrift van een artikel in het orgaan, waarin betoogd wordtdat er eene gezonde en eene kranke Nederlandsehe natie bestaat; dat de gezonde is eene feestvierendede kranke die zich onwel gevoelt als de gezonde jubelt; de gezonde tooit zich met oranjede kranke hult bij vergissing opgerigte eerepoorten in een voorzigtig duister; de gezonde vierde den Waterloo-dag als den waren feestdag, de kranke omnevelde dien met onbestemde herinneringende gezonde behoeft niets dan vrijheid om weltevarende kranke is er op uit om de vrijheid te knotten; enz. Bij het lezen van dit curieuse stuk wordt men geneigd om aan een gezonden en een kran- ken oppositie-schrijver te gelooven. De een geeft heldere denkbeelden al zijn ze wat eenzijdig, de ander spreekt non-sens; de een redeneert logisch, de ander laboreert aan schromelijke verward heid; de een voert met onmiskenbaar talent de penzij het niet altijd voor eene edele zaak de ander broddelt als een schooljongen of raas kalt als een waanzinnig poëtasterde kranke schijnt wat veel feestgevierd of wat diep in het oranje-bitter gekeken te hebbenzoodat de gezonde ten eenenmale in hem is opgelost. Tweeërlei Nederland! Zou er waarlijk reden zijn om daarvan te spreken Is de vrije staat niet langer ondeelbaar één, zooals hij dat sedert eeuwen was, zoodat hij tot zinspreuk kon kiezen: Eendracht maakt macht? Aan wien dan de schuld dat die schoone harmonie jammerlijk verbroken werd en eene onzalige tweedracht de zonen van hetzelfde huis als in twee natieën scheidt Aan wie anders dan aan hen die wars van vooruitgangontwikkeling belem meren vrijheid slechts in schijn willenzelf zucht boven nationaal belang laten heerschen en het zaad der verdeeldheid met kwistige hand strooijenwaarbij zij zelfs het heiligste niet ontzien, 'tls niet een krank Nederlanddat om medelijden smeekt, maar zoovele kranken in Nederland wekken afgrijzen op. Er zijn zeer ziekendie de gezondheid hunner broederen benijden en die dagelijks zieker worden, omdat zij eiken goeden raad in den wind slaanelk geneesmiddel weigeren. Liever willen zij de smetstof hunner krankheid voortplanten dan dat zij van de gezonden zouden leeren, hoe men voor ziekte en besmetting gevrijwaard wordt. Dagelijks komt het meer aan den dag: er is maar één gezond en krachtig Nederlanddat aan zijne beginselen getrouw, rustig zich ont wikkelt de levenssappen zich vermeerdert en gehard is tegen den strijd met alles wat des- zelfs gezondheid zou kunnen schaden. Neder land en eenheid waren sedert eeuwen woorden van dezelfde beteekenis en slechts zij kunnen van tweeërlei Nederland spreken, die gaarne, om eigen voordeelden band verscheuren zouden die het gezonde ligchaam omgeeft. Maar ook daarin zal Nederlands leeuw zich gelijk blijven; hij zal den klaauw niet uitslaan om de kranken te verbrijzelenmaar moedig en onbezweken voortgaan om de zwakken te besehermen, tot dat zij zich even krachtvol aan zijne zijde kun nen scharen. Die naar een ontworsteld verleden terug willen, stellen den leeuw in de schaduw; die de eischen des tijds kennen en volgen om geven hem met een lichtkrans. En het zijn de dubbelhartigen van onze dagen die van tweeërlei Nederland gewagen, maar zij zullen niet over winnen want waar licht en vrijheid woont daar is de eenheid verzekerd. Met het oog op het Fransche traktaatdat eerlang zal gesloten worden, zegt de oppositie: »In den tijd van het grofste materialismus waarin wij levenzal bij velen het voordeel van één stuiver lager invoerregt zwaarder wegen dan het verlies van nationale eigenwaarde en van nati onale zelfstandigheid." Wij willen niet te velde trekken tegen eene beschuldiging die ontzenuwd wordt door de opmerkingdat men met den naam van materialisme kwalificeert, wat in het belang van den stoffelijken welstand der natie ondernomen wordt, en die daarenboven ernstig weersproken wordt door het krachtig streven van onzen tijd, om de intellectuele en morele ontwikkeling der natie te bevorderen. Maar wij wijzen er op, dat die beschuldiging uitgaat van hendie altijd op den voorgrond stellendat de tegenwoordige regering de natie finantieel te gronde rigt; die aan een batig saldo, uit Indie te verkrijgenalles willen opgeofferd hebben en die de meeste agitatie trachten te wekken door te bewerendat de stoffelijke belangen geheel worden voorbijgezien of verwaarloosd. Het gezonde deel der natie behoeft zich dan ook niet te schamen, dat het, alle belangen op het oog houdendenu eens als materialistisch wordt uitgekreten, dan weder gezegd wordt het stoffelijke aan ijdele idealen opteofferen; maar het zieke Nederland, dat zijn de weinige kran ken mogten wel leeren dat zij verblind voor eigen gebrek, de oorzaak van hunne kwaal niet begrijpen, en daardoor juist ongeneeslijk zijn, omdat zij meenen gezond te wezen, terwijl het verderf in hunne aderen woelt. Bij niemand meer dan bij hen vertoont zich het materialisme in deszelfs grofste vormen, en het zal wel daar door zijn, dat zij geene oogen hebben voor het goede dat aan hun materialisme wordt over- gesteld. De Tweede Kamer der Staten-Generaal is Dingsdag weder bijeengekomen. De kamer heeft kennis genomen van ingekomen stukken en de meesten van dezen zijn in handen van commis- sien gesteld. Daarna zijn de afdeelingen ge-

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1865 | | pagina 1