ISÖ5. II.
MAANDAG 29 MEI. 5- Jaargang.
(.(ILSSCIIK KlllttM.
lie nltgave dezer Courant
da; en Donderdag avond
op feestdagen.
I'rljs per kwartaal j' 1,95 fr. p. p. 1,90
tleuone advertentlPn worden a SO et. de
regel geplaatst.
Geboorte-, liuwelijks- en doodberigten van
1-6 regels f t.SO, behalve liet zegelregl.
De inzending van advertentlSn kan geschieden tot vóór drie uren des namiddags op den dag der uitgave.
Tot dit nommer behooren twee Bijbladen
met Stedelijke Kennisgevingenen Advertentien.
De verkiezing voor de Provinciale Staten en de herstemming,
die onlangs hebben plaats gehad, geven ons eene natuurlijke aanlei
ding, om nog eens eene ernstige beschouwing te wijden aan de
verhouding en gesteldheid der staatkundige partijen in ons dis- l
trict. Met het Christelijk Weekblad vragen wij zou het over
bodig zijn even daarbij stiltestaan en nategaan of uit dien kamp
„ook eenige leering is te trekken Met betzelfde blad gelooven
wij,„dat uit den uitslag eenigermate de verhouding der partijen
kan blijken."
Genoemd blad stelt de geschiedenis der laatste dagen niet in
het juiste licht, als het beweert, dat de heer Vtrkagen niet da
delijk herkozen werdomdat een gedeelte van zijne zoogenaamde
staatkundige geestverwanten hem verloochenden. Daargelaten,
dat die verloochening hoogstens bij een klein deel der stemheb
bende leden kan hebben plaats gehad, omdat de heer V. op 14
stemmen nagekozen was meenen wij die uitkomst der eerste
stemming alleen te moeten toeschrijven daaraan, dat ditmaal de
anti-liberale partij al vroeg begonnen is zich sterk te maken
dat zij hare pijlen uitsluitend gerigt heeft tegen den heer V. en
dezen heeft zoeken te verwijderen dat eene versnippering van
stemmen, door het niet algemeen aannemen van eenen anderen
kandidaat, hare plannen in de hand heeft gewerkt en dat juist
de herstemming bewezen heeft, hoe de strijd zuiver was over-
gebragt op het terrein der begiuselen waar men nu tot eene
geheel andere gevolgtrekking is gebragt, dan die, welke het
weekblad maakt.
Naar het ons voorkomt tochis het nu boven allen twijfel
verheven, dat de liberalen in kracht de anti-liberalen te boven
gaan. liet cijfer der stemmen wijst dat aan dat cijfer getuigt
daarvoor nog veel meer wanneer men in aanmerking neemt
welke pogingen door de anti-liberalen zijn aangewenddat cijfer
doet alles af, als men ziet, dat trouwer opkomst naar de stem
bus van meerdere belangstelling deed blijken.
Meer dan 2/3 van de kiezers zijn bij de herstemming opge
komen (651 van 985 kiezers). AVanneer men nu al aanneemt,
dat de grootste helft der teruggebleveneu met de anti-liberalen
zou gestemd hebben,wat wij op goeden grond meenen te kunnen
betwijfelen omdat de uiterste pogingen zijn aangewend om dezen
te doen opkomen,.dan blijft tocli altijd het resultaat hetzelfde
dat namelijk de liberale partij de sterkste is.
Volgens het weekblad is hiermede ook de vraag beslist, wat
men eigenlijk wil, geloof of ongeloof? De beide laatste kandi
daten moesten naar zijn oordeel deze beide uitersten vertegen
woordigen. Wij vermeten ons niet aldus over de gemoedsrigting
van anderen te oordeelen, maar wij mogen evenmin berusten in
de stellingdat de liberalen die hunne stem op den heer V.
uitbragten voor ongeloovigen of althans voor voorstanders van
het ongeloof te houden zijn. Deze kwalificatie van de meerderheid
der kiezers in ons distriet is even ongepast als onwaar. Al kan
men ze niet met name aanwijzen, die voor den heer V. gestemd
hebben al konden wij dit zelfs niet gissen dan nog zou het
een onwaardig oordeel zijn waarmede men een aantal zijner
achtingwaardige en verdienstelijke medeburgers in verdenking
brengt. Wij zullen niet vragen, of allen die voor den heer van
den Bosch slemden, geloovigen zijn of voorstanders der geloovige
rigting, zooals uit het gestelde alternatief zou moeten volgen,
maar wij merken wel op, dat van de zijde der liberalen, de zaak
van geloof en godsdienst, niet zoo als bij anderen, met staatkunde
en stoffelijke belangen is vermengd. Zoo werd bij deze gelegen
heid wederom de vraag ter sprake gebragt door de anti-liberalen,
of de Christen gedoogen mag dat de volks-opvoeding geplaatst
worde onder den onzijdigen en eenzijdigen invloed van den Staat.
Eene vraag, die bij de keuze van leden voor de provinciale staten
wel niet te pas kwam maar die zeker geopperd werdom ter
bereiking van het doel eene hoogst gevoelige snaar te doen trillen.
De liberalen in ons district tellen er velen onder hendie be
strijders zijn van het ongeloof op godsdienstig gebied, maar die,
de zaken behoorlijk afscheidendein het staatkundige zich niet
rereenigen met degenen die zeggen geloovigen te zijn. En daarom
is ook nu weder bij de verkiezing de kracht en meerderheid ge
bleken der partij die bij veel verschil in andere opzigten, hare
eenheid steeds openbaart in de handhaving van het beginsel der
vrijheid, in de juiste onderscheiding tusschen hetgeen men gewoon
is het stoffelijke en het geestelijke te noemen.
Is het nu door een sterk sprekend feit bewezen, dat hier eene
liberale partij gevonden wordtdie in omvang en kracht hare
tegenstanders overtrefteven duidelijk is het, dat hier eene be
duidende minderheid bestaat, die wjj de anti-liberale partij noemen.
Wij meenen met dien naam haar karakter juist te omschrijven
en geven gaarne daarvoor onze redenen op.
Arolgens de klassificatie van onzen tijd zouden wij van con-
servativen of van anti-revolutionairen moeten spreken, maar gelijk
wij vroeger beweerden, houden wij nog vol, dat de groote meerder
heid der kiezers ook in dit district, die tegen den liberalen kandidaat
hunne stem uitbragten, evenmin als elders, met de woorden conser
vatief en anti-revolutionair, veel minder met de beteekenis daarvan,
bekend is. Onze plattelandsbewoners weten, met weinige uitzon-
ring van die namen niet af, en zoo min zij, als een groot deel
van hendie in de steden leven bemoeijen zich met politieke
aangelegenheden. Indien men eens die allen, die voor den heer
van den Bosch stemden, vragen kon, waarom zij den anti-revo
lutionairen kandidaat verkozen, zij zouden beginnen met te vragen,
wat dat vreemde woord beteekende, en na inlichting daaromtrent
nog niet veel anders hebben kunnen zeggen, dan dat hunne stem
gegrond was in bijzondere aanbeveling naar aanleiding van gods
dienstige meeningen. Het is verre van ons die meeningen hier
te willen bestrijden maar wij spreken er van om ons oordeel
te staven dat uit de gehouden stemming volstrekt niet blijkt,
dat het conservatief of anti-revolutionair element hier zoo sterk
zeude vertegenwoordigd zijn. Immers ook de kiesvergadering
der anti-liberalen sprak niet van staatkundige beginselen maar
van eene godsdienstige overtuiging. De bestrijding van den heer
Verhagenin het weekbladgrondde zich in zijn beweerd on
geloof. De redenen waarom de heer van den Bosch werd aan
bevolen en die, van wege zijne onbekendheid op politiek terrein,
daaraan niet ontleend konden worden waren zuiver van gods-
dienstigen of kerkelijken aard. Gekant tegen de liberale rigting
in het godsdienstige, wil men die ook in het burgerlijke en
staatkundige leven bestrijden, om laAgs^ien weg vrijheid tc
verkrijgen tot het aanleggen van banden-aam den menschelijken
geest. Het is de kerkelijke partij jttieSgiefi bok bij de verkie-
I zingen liet gelden en die van de stimfiiU'Migc partij-namen ge
bruik maakte om haar doel te bedek Kfen'enfte bereiken. Wij
zeggen dit laatste met te meer vrijmoedigheid,-omdat de kies-
vereeniging der anti-liberalen zich in een heilig donker heeft