Per telegtaaf.) Schier de geheele zitting der tweede kamer is
heden besteed aan de verdediging van de wet op afschaffing der
plaatselijke accijnsen, door de ministers van binnenlandsche zaken
en van finantien. Voor die weinige gemeenten, die door de over-
dragt van 80 percent van het personeel en de opcenten op de
gebouwde eigendommen, nog niet genoeg gebaat zijn, om tot
afschaffing te kunnen overgaan zullen overgangs-wetten worden
ingediend. Voorts zal de minister afwachten welke wijziging
nopens den accijns noodig zal zijn.
Benoemd tot ontvanger-griffier der watering Hoedekenskerke,
in plaats van den heer J. LF. de Jonghals zoodanig op ver
zoek eervol ontslagende heer J. A. A. Franten van de Putte
te Goes.
Benoemd tot ontvanger der dir. belastingen enz. te Heinkenszand,
dhr. II. de Graaf, thans de St. Anna parochie.
Er schijnt eenige voortgang te worden gemaakt met de ont
eigening voor den spoorweg, althans, naar wij vernemen, zal het
onteigenings-proces tegen de heeren Kakebeeke, Bijleveld, Glerum
en Kole, over het verkoopen van hunne eigendommen ten be
hoeve van den spoorweg door dit eiland, nog vóór de vakantie
van onze regtbank aanhangig worden gemaakt.
Men schrijft ons uit Kruiningen
Verleden Donderdag werd door het Handboog-Schuttersgilde
„de Brie Koornbloemkens" alhier, een concours naar den lossen
vogel gegevenwaaraan 12 gilden en te zamen 68 schutters
deelnamen.
De als prijs gestelde zilveren vergulde medaille werd behaald
door den heer J. Colenbrander van Goes.
Het muziekgezelschap „Eendragt maakt magt," vergezelde de
schutters naar en van het schietveld eu liet zich aldaar, gedu
rende den wedstrijd in eene welingerigte tent bij afwisseling
hooren.
Volgens een berigt uit Yerseke, mag de ansjovisvangst op onze
Ooster-Schelde zeer gunstig genoemd worden. Gedurende drie
weken zijn de visschers bezig en brengen 2 a 3 tonnen per getij
aan, de visschen zijn geregeld groot van stuk.
De gemeente-raad van Botterdam heeft aan burgemeester en
wethouders een onbeperkt crediet toegestaan, ten einde te voor
zien in de reis en verblijfkosten der oude strijders van Waterloo,
die de feestviering te Leijden wenschen bij te wonen en de kosten
zelve niet bestrijden kunnen.
Ook te Middelburg heeft zich een dertiental persoyen
aangemeld om daaraan deel te nemen, en het bestuur van de
stoomboot heeft kostelooze overtogt aan de behoeftigen toege
zegd terwijl eenig» liefdadige ingezetenen in de verdere reis
kosten zullen voorzien. Beeds is op onderscheidene plaatsen het
besluit genomen om aan de behoeftige feestgenooten de reiskosten
te verschaffen.
In het volgende jaar zal er eene tentoonstelling van Neder-
landsche nijverheid en kunst te Amsterdam in het paleis voor
volksvlijt gehouden worden. Het plan daartoe is bereids door
den minister van binnenlandsche zaken namens den koning goed
gekeurd.
Blijkens berigten uit Noord-Amerika heeft de president
op 4 Mei eene proclamatie uitgevaardigd van den volgenden in
houd: Aangezien uit bewijzen, in het bureau van het ministerie
van oorlog voorhanden, blijkt, dat het vermoorden van den heer
Lincoln en de aanslag op het leven van den heer Seward hebben
plaats gehad op aansporing van, in overleg met en door toedoen
van Jefferson Davis, Jacob Thomsons, Clement C. Clay, Beverley
Tucfer, George N. Sandee, G. C. Cleary en andere oproerige
landverraders, in opstand tegen het gouvernement der Vereenigde
Stateu zijnde en in Canada eene wijkplaats vindende, zoo worden
de volgende belooningen uitgeloofd voor het vatten dier personen
op het grondgebied der Unie, te weten: 100,000 doll, voor Davis
10,000 doll, voor Cleary en 25,000 doll, voor ieder van de an
deren.
Men beweert, dat de toestand in Griekenland zoo onrust
barend is, dat eene revolutie in sommige streken wordt te gemoet
gezien; met het oog daarop bevindt zich reeds een vrij sterk es
kader van verschillende europesche mogendheden in den Pireus.
Ook de Turksche regering heeft een fregat ter beschikking van
haren gezant te Athene gesteld.
Zaturdag, 19 Mei, liep op de beurs te London het gerucht
dat keizer Napoleon was doodgeschoten. Dit bragt eene daling
der effecten te weeg. Later bleek dat het gerucht waarschijnlijk
slechts eene beursspeculatie was; het heeft zich althans tot dus
verre niet bevestigd.
Men schrijf uit Brussel aan de Amsterdc. Ct.
De koning is den 17den dezer weder getapt aan de beenen en
heeft daardoor op nieuw verligting gekregen. Hij is steeds opge
ruimd, en ten bewijze hiervan wordt het volgende medegedeeld:
Men vroeg hem of het muziekkorps van het regement guides op
het laatst dezer maand eenige uitvoeringen mogt geven te Am
sterdam, 's Gravenhage, Dordrecht, Arnhem enz. Slechts zeer
zelden wordt toestemming daartoe verleendwant van die mu
ziek houdt de koning het meest, en alle dagen speelt zij te Laekeu.
Desnietemin heeft hij deze keer er in bewilligd, dat dit voortref
felijk korps zich gedurende veertien dagen in Nederland mag
doen hooren. Leopold moet dus wel in goede luim zijn.
BELGISCHE COBBESPONDENTIE.
Brussel, 20 Mei 1865.
Na de aanneming van de wet op het bedelen en landloopen
nam de kamer verleden Donderdag in behandeling het wets-ont-
werp over de ministerieële verantwoordelijkheid, zooals dat door
de daartoe benoemde commissie van vijf leden der kamer werd
opgemaakt. Uit de voorloopige debatten bleek ten sterkste, dat
de wetgevende magt eene onbegrensde vrijheid bezit in het
opvatten van art. 90 der grondwet, in zoo verre daarbij bedoeld
wordt misdaden en misdrijven door de ministers bedreven, buiten
de uitoefening van hun ambt en dat zij kon bepalen, de ministers
te doen vervolgen óf voor het hof van cassatie, óf voor het hof
van appel, dan wel voor de gewone regtbanken naar den aard
der misdrijven. De heer Delcour, rapporteur der boven vermelde
commissie heeft dit regt der kamer met juistheid vastgesteld
indien men zich eukel aan art. 90 der grondwet vasthoudt.
Niets toch, noch in den tekst der grondwet, noch in de over
dat artikel gevoerde debatten op het nationale congres, magtigt
vol te houden, even als de „Echo du Parlement" het voor deed
komen, dat de kwestie van jurisdictie onherroepelijk door die
vergadering was opgelost; alles daarentegen bewijst ten dui
delijkste dat het congresna gedecreteerd te hebben, dat de
ministers door de kamers beschuldigd en door het hof van
cassatie zouden vervolgd worden voor de feiten waarvoor zij
staatkundig verantwoordelijk warenaan zijne opvolgsters (de
senaat en kamer der volksvertegenwoordigers) de zorg toevertrouwd
heeft, om later de strafbaarheid der ministers wegens burgerlijke
misdrijven, ook voor den gewonen regter, te regelen. Op welke
wijze nu zal de wetgevende magt gebruik maken van de magt
haar door het congres gegeven Zal zij voortdurend ten gunste
der ministers voor alle mogelijke wanbedrijven, vast houden aau
het onvolledige van art. 90 der grondwet? Of wel zal de
kamer in het oog houden, dat het congres vóór nog art. 90 dei-
grondwet te behandelen, aan het hoofd van haar werk de grond
stelling plaatste, alle Belgen zijn gelijk voor de weten
zal zij niet liever in plaats van eene uitzondering (alléén daar-
gesteld voor staatkundige misdrijven) uittebreidentrachten
zoo veel mogelijk te naderen tot de opperste wet der gelijkheid?
Zonder nog het wets-ontwerp der commissie, dat zoo behendig
door den heer Delcour verdedigd werd, als eene staatkundige
ketterij te beschouwen, zoo komt het ons toch voor, dat de ge
wone regtspleging, het algemeen regt meer overeenkomt met den
algemeenen geest van onze grondwet. Wij zullen hier niet na
gaan of er voor de menschen voor- of nadeel bestaat door voor
het hof van cassatie te regt te staan. Aan hen die ons de
menschelijke zwakheid en de omkoopbaarheid, door ministerieëlen
invloed moglen voorwerpen aan hen die ons aan eene zijde
de regters der lagere regtbanken mogteu voorstellen als licht te
verleiden door een' ridderkruis of eene promotie aan de andere
daartegen het hof van cassatie als aan een hooger spheer geplaatst,
ongevoelig voor lage hartstogten aan die zouden wij antwoorden
dat zwakheid (om geen minder schoonklinkende uitdrukking te
bezigen) aan eiken ouderdom en aan elk regts-collegie eigen
kan zijn en dat de regter welke niet meer kan verleid worden
door een ridderkruisdat hij reeds bezitzijne zelfstandigheid
kan verliezen door het gezicht van een grootkruis of een zijden
band. Het verledene kan ons helaas! genoeg treurige voorbeelden
dienaangaande opnoemen.
Gelukkig echter zijn in een land, zooals Belgie, zulke drog
redenen zonder werking. De promotie der magistratuur hangt
van haar zelve en van dc kiezer3 en geenzins van het uitvoe
rend bewind afde lagere regtbanken bieden even ernstige waar
borgen van onpartijdigheid aan als de lioogere; want de regter,
die aan regt en geregtigheid te kort gedaan heeft verliest
ontegenzeggelijk de gunst van het hof van appel en der provin
ciale stateu, door welke ligchamen hij tot bevordering aan den
koning wordt voorgedragen. Wij zijn dus niet tegen het wets
ontwerp omdat volgens sommigen voor- of nadeelen voor de
ministers kunnen ontstaan indien zij voor het hof van cassatie
teregt staan, maar éénig en alleen, om dat wij er vóór alles
op staan, om zooveel mogelijk de grondwettelijke uitzonderingen
te beperken en die eens voor altijd te bepalen, tot die in het
bijzonder door het nationaal congres aangewezen. Door het hof
van cassatie (dat vóór alles bestemd is tot het stipt doen op
volgen van den geest der wet, de oplossing van regts-kwestien
en bij uitzondering met de regtspleging over in beschuldiging
gestelde ministers, qua talis) te belasten over gewone misdrijven
uitspraak te doendoet men het zijne competentie te buiten
gaan en brengt daardoor onze regtspleging in wanorde, destemeer