JSuüenftmÖ.
Uemengöe lengten.
""ingezonden!
Bjj de verkiezing te Bath is in de plaats van den heer' J. Stroo
izand tot raadslid verkozen de heer F. W. Steenkampmet 10
van de 19 uitgebragte'geldige stemmen.
Door den gemeenteraad te .Cortgene is in plaats van wijlen den
heer K. J. van den Busschetot Ambtenaar van den burgerlijken
stand benoemdde heer J. van Pte Linde.
Zaturdag is voör het provinciaal, geregtshof in Zeeland de zaak
behandeld van Co/ii'elig Polderdijkarbeidster te Baarland be
schuldigd van het kind waarvan zij 17 Julij bevallen was, ver
moord te hebben. Een zestal getuigen werd gehoord en als
deskundigen de heeren Lentegeneeskundige te Hoedekenskerke,
de Peval er. JKoomun alhier. Na eene breede uiteenzetting der
feiten heeft de procureur generaal de doodstraf geeischt, alsmede
dat de stukken, die tot overtuiging gediend hebben (vermoedelijk
hier een oude kousenband) aan de eigenaren of regthebbende
zullen teruggegeven worden. Daarna heeft mr. W. C. Borsius eene
uitvoerige pleitrede uitgesproken. Deze welsprekende en mensch-
kundige rede schetste eerst de feiten en de persoon over wier
leven hier beslist worden moestdaarna trachtte pleiter te be
wijzen dat de kindermoord niet bewezen was en in het laatste
deel handelde hij, subsidiair over de op te leggen straf, indien
het hof niet besluiten mogt om volgens pleiters vraag de be
schuldigde vrij te spreken. Na repliek van den procureur generaal
en dupliek van den verdediger, persisteerden beiden bij de genomen
conclusie: doodstraf en vrijspraak; en bepaalde het hof de uitspraak
op aanstaanden Vrijdag des morgens ten tien ure.
Z. M. heeft benoemd tot notaris binnen het arrondissement Goes,
ter standplaats de gemeente Neuzen, mr. J. P. Bronkers, advo-
kaat en cand. notaris aldaar, alsmede plaatsv. kanton-regter in
het kanton Axel en burgem. der gemeenten Neuzen en Hoek.
Z. M. heeft benoemd tot burgemeester van de gemeente Brui-
nisse C. M. Vóorbeijtel.
Maandag had te Bergen-op-Zoomde begrafenis plaats van
eenen Goesenaar, die schoon jaren lang uit zijne geboortestad
verwijderd, haar immer genegen bleef en den naam, dien hij binnen
hare wallen ontving, zich altijd waardig toonde. Josias S.nijtegeld
ran der Hoek werd in 1788 hier geboren. Na zjjne studiën
te Leijden volbragt te hebben werd hij in 1811 predikant te Pou-
deroyen, vertrok van daar naar Sleeuwijkvervolgens naar Drei-
schor en diende sedert 1825 de gemeente te Bergen-op Zoom.
Hij was, zooals zijn ambtgenoot bij zijn graf getuigde, ijverig
in zijn arbeid voor het rijk \an waarheid en deugd, streefde
steeds naar een onergerlijk geweten, en was daarbij een deelne
mend en hartelijk vriend. Na 51 jarige dienst werd hij eme
ritus, maar genoot slechts kort van zijne rust, die hem ook zoeter
zou geweest zijn, indien niet alle zijne naaste betrekkingen hem
vooruit gegaan warenzoodat zijne laatste dagen eenzaam en
treurig waren. Met hem sterft de naam uit van den alom
bekenden Smijtegeld, tot wiens geslacht hij behoorde. En maakte
hij zich minder naam dan dezen, hij stichtte welligt niet min
der nut in zijnen kring, en het zal wel voor beiden de beste eer
zuil zijn, als zij voortleven in het goede, dat zij gewerkt hebben.
Aan de Hamburger Nachrichten wordt uit Flensburg ge
schreven dat den 9 October de Oostenrijksche troepen bevel
hadden gekregen om Jutland te verlaten. Zij worden vermoe
delijk naar Ulm en Rastadt verplaatst, waar de bondstroepen
voortaan alleen uit Oostenrijkers bestaan zullen, terwijl die van
Rensburgwanneer dit bondsvesting geworden isalleen uit
Pruissen zouden zijn zamengesteld.
Men verneemt voorts, dat reeds een aantal officieren gedesig-
neerd zijn om de kaders te vormen van het Sleeswijk-Holsteinsche
leger dat eerlang zal worden opgerigt.
Teregt wordt de opmerking gemaakt, dat, al wordt nog
vóór 1 November de vrede gesloten, daarom de duitsch-deensche
kwestie nog niet beslist is, Dan eerst zal de verwarring aanvan
gen door het verschil omtrent de keuze van een hertogeene
verwarring te grooter, omdat toch niet alleen ten opzigte van
den persoon, maar ten aanzien van de wijze waarop hij zal ge
kozen worden of welke regten hem zullen worden toegekend,
groot verschil van meening bestaat.
De Pruissisehe ministeriele bladen willen het geschil doen be
slissen door eene commissie uit den bond en uit eenige regts-
eollegien; de liberale staan de keuze door het volk voor.
Aan het slot van eene verordening, door den Oostenrijk-
.sohen luit.-veldmaarschalk van Gablenz in Friedericia-Avis open
baar gemaakt, betreffende de winter-inkwartiering der troepen
wordt gezegd, dat op die plaatsen, waar men niet bereidwillig
aan zijne eischen voldoet, de hoofden der autoriteiten ommiddellijk
op water en brood gevangen gezet moeten worden, "en de woningen,
slechts ééne kamer voor den huisheer uitgezonderd, door soldaten
moeten worden ingenomen.
Uit Posen wordt het volgende gemeld. Zekere Pteimann, nabij
Plesehen wonende wordt verdacht in der tijd een voor de in-
surgenten bestemd wapentransport aan de overheid verraden te
hebben en werd daarvoor met den strop gedreigd. Hij sloeg
daarop weinig acht, doch voor eenige dagen vond men hem in
de nabijheid van zijn huis aan een boom hangen, het hoofd sterk
gewond. Dat slechts wraak, geene roofzucht tot deze gruweldaad
had geleid, bleek daaruit, dat den vermoorde niets was ontvreemd.
Dit voorval heeft bij de bevolking van Posen, zoowel de Duitsche
als de Poolsche van fatsoenlijken stand, algemeene verontwaar
diging te weeg gebragt.
Te Saxi-Bourdon heeft een jongen van tien jaren zich aan een
boom opgehangen. Men vermoedt dat droefheid over den dood van
zijne grootmoeder hem tot dezen stap heeft gebragt. Iemand die
aan een ander eene groote dienst bewezen had beklaagde zich dat
deze hem niet was komen bedanken. „Hij had mij ten minste wel
eens een bezoek kunnen brengen„zeide hij tegen een ander."
„Maar misschienantwoordde deze, „wist hij uw adres niet."
„Wel, hernam nu de klager, dan had hij mij kunnen schrijven
om dit te vragen." Sedert de 16e eeuw schijnt er in Egypte
geen winter zoo streng geweest te zijn als de afgeloopene. Toen
is ervolgens geschiedkundige berigten ook ijs op den Nijl
geweest. De Eransehen beginnen het paardenvleesch gedurig
lekkerder te vinden en het gebruik daarvan neemt dan ook
gedurig toe. Te Rijssel zijn onderscheidene slagterijen daarvoor
ingerigt, en nu heeft men te Kamerijk ook vergunning gevraagd
tot de oprigting van eene slagterij, waar geen ander vleesch zal
worden geslagt. De maatschappij tot bescherming van dieren is in
tweestrijd of zij het eene eere zal noemen of eene mishandeling, dat
de paarden door menschen gegeten worden. Men leest in den Salut
Public van Lyon„Onlangs heeft er in het personeel van het scherp-
regterschap onzer stad eene verandering plaats gehad. Naar het
schijnt heeft een Duitscher de plaats van beul bekomen en heeft
de benoeming veel jaloerschheid verwekt. Twee drinkebroers spraken
in eene herberg van Perraclie over die zaak. De discussie was
zeer hevig, en een hunner riep in zijne opgewondenheid uit: „Ja,
ja, als er eene goede plaats open is, is zij altijd voor een vreemdeling".
In den Zoölogischen tuin te Keulen had voor eenige dagen
een koddig voorval plaats. Een heer liet aan den olifant een
broodje zien, doch stak het weder in den zak. Toen hij echter,
na eenigen tijd rondgeloopen te hebben, weder in het bereik van
den olitant kwam, stak deze eensklaps zijn snuit in den zak en
maakte zich, tot groote en vrij pijnlijke verrassing van den heer,
door een vrij krachtigen ruk, niet .alleen van het broodje, maar
ook van den zak en van den geheelen pand van den rok meester.
Ia één hap had hij alles naar binnen geslokt, en de heer zwoer,
doeh een weinig te laat, nimmer weder een olifant te tergen.
Als een bewijs van bijzondere schotbaarheid meldt men ons uit
Kruiningendat de landbouwer M'. Nieuwenhuijse aldaaruit
10 blooische roeden grond 9 mudden aardappelenper mud
125 halve ned. ponden wegende, heeft gedolven. Wanneer men
bedenkt dat dit tegen 270 mudden het gemet is, mag het voor
zeker onder de zeldzaamheden gerekend worden.
KIJKJES DOOR ZUIDBEYELAAD.
Vervolg
Een donkere avond voerde mij te Wolfaartsdijk. Ik had eene
Hollandsche reis gemaakt. Tijdig genoeg met de stoomboot aan
het veer aangekomen, waren echter omstandigheden, afhankelijk
van mijne betrekking, oorzaak, dat een duistere, regenachtige
avond mij overviel. Al wandelende werd het stikdonker. Maar
hoe aangenaam was mijne verrassingtoen ikgezegd dorp
binnentredendehet allereerst begroet werd door eene helder
brandende lantaarn 1 Men moet zich den toestand van een
reiziger voor den geest brengen, die in een vreemd land en in
een stikdonkeren nacht rondtast om de plaats zijner bestemming
te bereiken en men zal zich het aangename, ja het dankbare gevoel
kunnen voorstellen, als men zoo plotseling door een vriendelijk
brandend licht op bekend terrein gevoerd wordt, en voornamelijk,
als men dit op plaatsen aantreft, waar men dit het minst
verwacht. Nu is mij Zuidbeveland wel tamelijk van nabij bekend,
doch Wolfaartsdijk het minste.
Wie had dan ook durven denken, dat een dorp zich in straat
verlichting zoude mogen verheugen, en dat in Zuidbeveland.
Die aangename verrassing was oorzaakdat ik mij de moeite
gaf het dorp eens te doorwandelen, hoe nat van den regen ook;
om ook de andere verlichting te aanschouwen. Wanneer men
critiseren wil, dan zou men dit ook deze verlichting wel kunnen
doen voornamelijk wat het getal lichten betreft dat nog wel
kon vermeerderd worden. Maar ook nu is het vrij voldoende en
ik werd tot de uitspraak gedrongenbeter eene halve dan geene
straatverlichting. Een wijs bestuur schijnt daar te begrijpen, dat
èn ingezetenen èn doortrekkende vreemdelingen in donkere avonden
of nachten meer noodig hebben dan sommige flaauwhartige ge
meente-verordeningen. Het getuigt ook in vele andere opzigten,
dat heldere denkbeelden gevoegd bij vaderlijke zorg, daar worden
aangetroffen, meer dan anders in Zuidbeveland bij menig gemeente
bestuur wordt gevonden. Bezie het geheele dorp, en alles getuigt
van vooruitgang. Bezie de fraaije nieuw gebouwde kerk, met haar
heerlijk schoon orgel; bezie de nieuwe school en de juist gekozen
plaats der zelve denk aan de welwillendheid, waarmede een
gewenschte plaats voor het schoon gedenkteeken van den geleerden
en overgetelijken dr. dresselhuis, werd toegestaan; bewandel den
schoonen grindweg van het veer tot aan 'sHeer Hendrikskinderen,
Noot vaa dc redactie.