Op Donderdag- den 8 September 1864,
BRUSSELS CHE MAATSCHAPPIJEN
"Waarborg op Bremien
Onderlinge tegen Brand.
J. L. J. MATTHIEU.
Wed®. J. C. MASSEE Sc ZOON
twee ongelukken in ééne familie plaats. Eene moeder zat te
werken met een kind aan hare zijde. Het kind speelde met
eene schaaronverwacht viel het achterover met de stoel, waar
tegen het te sterk leunde en de punten van de schaar drongen
in het dijbeen en maakte eene diepe wonde. De moeder nam
oogenblikkelijk het kind op en wilde er mede naar een heel
meester gaan. Door den haast stapte zij mis bij het afgaan van
de trap en viel met het kind in de armen naar beneden. Zij
kwam er met een gebroken been af, maar het kind, dat door
den val ook nog zwaar aan het hoofd werd gewond, verkeert
in een hopeloozen toestand Te Fontainebleaux viel vóór eenigen
tijd iemand van de tweede verdieping naar beneden. Men meende
dat bij dood zou zijnmaar tot aller verwondering stond hij
zelf op, zonder eenige hulp, was geheel ongedeerd, maar spoedig
bleek dat hij een groot deel van zijn geheugen verloren had.
Hij weet zijn eigen naam niet meer te herinneren en is bepaal
delijk het geheugen van alle zelfstandige naamwoorden kwijt.
Te Weenen komt tegenwoordig de gewoonte in zwang om op
de grafsteenen het photographisch portret der overledenen achter
glas te plaatsen. De directeur van een klein theater te Parijs
had verlof gevraagd om eene voorstelling te geven ten voor-
deele van de ongelukkigen door den brand te Limoges. Het
verlof werd hem echter geweigerdomdat hij moest wachten
tot dat de groote schouwburgen het voorbeeld geven. Uit
Zwol wordt geschreven, dat de keelziekte zich aldaar ook heeft
vertoond in de laatste maanden, maar dat de negen personen,
die daardoor werden aangetast allen geheel hersteld zijn.
UITTREKSEL van het veeslag van den toe
stand dee peovincie zeeland, ovee 1863,
Vervolg
Provinciale Bibliotheek
Om de beschrijving v»n het tijdvak der grafelijke regering zoo volledig
mogelijk te maken, is ditmaal door den archivaris nagtgaan, welke
stukken, hetzij in original!hetzij in afschrift of copienog verscholen
lagen in de volumineuse pakketten uitmakende het Secreet-archief der voor
malige Rekenkamervoorts in behandeling genomen eene Collectie met
ttnkken meest betrekking hebbende tot de goederen en bezittingen der Mid
delburgsche abdijwelke nog op eene afzonderlijke plaats in ons archief voor
handen was, en uit een en ander opgemaakt eene 10de Serie van Charters
ten getale van 300 stuks, waarvan de inventaris aan ons is overgelegd.
I. Grafelijke giftbrieven, octrooijen enz.
Deze zijn 12 in getal. De oudste ziju twee brieven van graaf Willem lil
van Henegouwennopens eene gift van tienden aan de St. Pieterskerk te
Middelburg van 1310 en 1312; terwijl verder tot de belangrijksten behooren:
a. eene uitspraak van Bodewijk van Male, graaf van Vlaanderen, in een
geschil, tusschen de abdij van St. Pieter nevens Gent, en Jan Hoorte van
Gent over de tienden in den nieuwen polder van Neuzen, genaamd Triniteit,
gegeven te Male 27 December 1350;
b. een octrooi van Hertog Philips van Bonrgondïè, tot bedijking van het
gOTS beoosten Duiveland (Bruinme)-, gegeven te Rijssel 17 Januarij 1452; en
c. gelijk oclrooij van Maximiliaan I van Oostenrijktot bedijking van
St. Philipslandgegeven te Brugge 24 Augustus 1486.
II. Stukken van hooge ambtenaren en staats-collegiën.
Hieronder komt voor eene correspondentie (bestaande uit 11 brieven)
tusschen prins Wi lem 1 van Oranje en Roeland de Portrepensionaris
der Staten van Zeelandvoornamelijk betreffende de auditie van 's lands
rekeningen, gevoerd tusschen de jaren 1552 en 1563, en verder afzonder
lijke brieven van den Raad van Finantiën te Brussel van 1479 van de
Eekenkamer in den Haag van 1534, van den Raad der Domeinen en Fi
nanciën van 1570, over verschillende onderwerpen, als ook een van den
Hertog van Alva, waarbij hij accepteert het Consent der Staten van Zeeland ge
daan in belang der groole visscherij, geschreven uit Brussel 23 September 1570.
jII. d". van gewestelijke en plaatselijke besturen.
On'er dtze rubriek worden aangetroffen:
0. i rentebrieven van de Staten van Zeeland ten laste der provincie, af
gegeven in den jaren 1552 en 1553, beide van de zegels van Prelaat,
Edelen en stemh bbendo steden i oorzien
1. 2 brieven, van Burgemeesters, Schepenen en Raad van Middelburg
omtrent de overdragt van een huis in die stad van 1491, en de aanschat-
ting van land onder Mariekerke van 1542; en
c. 6 rentebrievenwaarvan één van BurgemeesterSchepenen en Raad
van Zierikzee van 1482, twee van Burgemeester en Schepenen van Leijden
van 1489, een van CommoingmeestersSchepenen en Raad van Mechelen,
vaa 1497en twee van Burgemeesters, Schepenen en Raad van Brouwers
haven van 1526 en 1527, allen betrekking hebbende tot de inkomsten van
geestelijke instellingen in Schouwen, met name het convent Tan Leliëndale
bij Burg, en de kloosters van Nazareth en dat der Bernarditeu te Zierikzee,
en respectivelijk van de stads zegels voorzien.
IV. d". van regterlijke collegïèn.
Deze afdecling behelst
a. acten van den Grootcn Raad van Mechelen, te weten: eene verklaring
over een regtsgeding tusschen den abt van Middelburg en zekeren Roelof
Campinck van 1535, en eene sententie nopens den verkoop der heerlijk
heden Nieuwerkerk en Ooslerlani, uit den insolventen boedel van Maximi
liaan van Bongondië van 1566;
b. 194 acten bestaande in transporten, verzekeringen, aanboordingen
huwelijksvoorwaarden enz., meest betrekking hebbende tot de goederen der
Middelburgsche abdij, verleden tusschen 1309 en 1572, voor de volgende
schcpensbanken, te weten: landschepenen van Walcheren, poortschepenen van
Domburg, keurschepen van Noordmonstcr, Zandijk, Gapinge en Oostkappele,
en schepenen van MiddelburgNieuw Vlissingen, KoudekerkeWestiappelle,
l'ere, Alardskerke, Zierikzee, Brouwershaven, Tholen, Poortvliet, Boudewijns-
polder, Reimerswale, GeersdijkWissenkerkeHeinkenszand's Gravezande
(in Zuidhollanden Gent in Oostvlaanderen en
o. 6 acten wegens aanschatting van land voor de water- en dijkpen-
ningen, waarvan vijf door gezworens van de vijf ambachten van 1557—1573,
en eene door gezworens der Westwatering van 1524.
Van al deze stukken, verdienen die sub litt. b meer bijzondere aandacht;
ooreerst kan daaruit een begrip worden gemaakt van de aanzienlijke goe-
eren welke de Middelburgsche abdij, niet alleen iu Walcheren, maar ook
n andere deelen van dit gewest bezat, doch bovendien leveren zij menige
ijdrage op tot de kenni3 van do zamenstclliug der regtseolicgiënonder
e verschillende benamingen van schepenen, landschepenen, poortsehepencn,
ketirschepenen voorkomende; inzonderheid is de verzameling van scabina'e
■ten van Middelburg ten getale van 109 stuks belangrijk te achten.
s voormiddags ten elf urezal men binnen de stad Goes
het logement de Korenbeurs bij den Heer Beekee, publiek
rkoopeneenige TXiH33Xri>iB2Srgelegen in de ge-
eente Wolphaarsdijk, provincie Zeeland, waarvan de opbrengst
er 15 jaren (18491863) na aftrek der twee hoogste en twee
agste jaren, heeft bedragen jaarlijks 16ï?0,52; alsmede
nige CEIKSSlSf, enz. ten bedrage van 'sjaars,
eeder bij billetten omschreven terwijl informatien zijn te he
men bij de Heeren LENSHOEK te Wolphaarsdijk en ten
antore van den Notaris J. G. RISSEEUW te Goes.
VOQÏ.
en
EVKST1GD TB BRUSSEL, KOX1XGMJKE STB A AT X". 38.
De ondergeteekende Directeur van op^melde Maatschappijen
ft de eer ter kennis te brengen van hetpubliek, dat de raden
n bestuur den heer M. J. DE JOiïGH, wijnkooper,
bben benoemd tot hunnen AGENT te Go» en omstreken.
,De ondergeteekende neemt deze gelegenheid vaar de Maatschap-
Bij Smallegange toch en in de bekende lijst der Middelburgsche magi
straat, omstreeks het jaar 1745 in 4° formaat uitgegeven, zijn geen ma
gistraatspersonen bekend vóór het jaar 1560. Naardien nu 103 van de
thans beschrevene en van 1337 beginnende stukken, aan dat tijdstip voor
afgaan en de meesten daarvan de namen van 13 schepenen (waaronder
2 Burgemeesters) bevatten, volgt daaruit dat de besprokene magistraatslijst,
over een vroeger tijdvak van 2 eeuwen, voor een groot gedeelte kan worden
aangevuld; en neemt men hierbij nog in aanmerking, dat onder de naineD
der schepenen die van onderscheidene aanzienlijke geslachtenzoo als
van den Abeelevan der Boedede Cock van OpijnenDomburgGryps
kerke, van der Hooge, Meliskerke, Nieuwerve, Oostersteijn, Poppendamme
SchellachtWissenkerkeZoutelande en andere voorkomenen dat de ge
noemde acten van de zegels der schepenen zijn voorzien, dan behoeft het
geen betoog, dat zij mede een rijke bron voor de studie der genealogie
en wapens dier geslachten uitmaken.
V. d° van Leenhoven.
In dit onderdeel zijn alleen te vermelden: 1 transport voor leenmannen
van den Abt van Middelburg van 1334, 1 voor leenmannen der heerlijk
heid van Grijsoirde van 1484, 3 voor den rentmeester en leenmannen
Bewesten Schelde van 1545, 1554 en 1555, 1 voor leenmannen van St.
Pauwels te XJtrecht van 1566 als ook eene uitspraak van Burggraaf en
Leeumanuen van Zeeland, betrekkelijk een geschil over de verkaveling der
heerlijkheid van Oostkappellevan 19 October 1538.
VI. d". van het geestelijk of kerkelijk gezag.
Het oudste stuk in deze rubriek (tevens het oudste der geheele serie,)
is een brief van Jan I, elect van TJtrecht, waarbij hij aan Graaf Ploris V
schenkt de novale tienden in zijn gebiedgegeven op de octave Maria-
assumlie (23 Augustus) 1281.
Voorts zijn er 2 van de Middelburgsche Abten Wigger en Maximiliaan
van Bourgondïè van 1818 en 1531, en de overige van de mindere geeste
lijkheid, te weten: 1 van de Kanunniken der St. Lievens-monsterkerk te
Zierikzee1 van het kapittel der St. Maartenskerk te West-Souburg en 3
van dat van Onze-Lieve-Vrouwekerk te Tholen, allen betrekking hebbende
tot de goederen der instelling waarover die abten of collegiën gesteld waren.
VII. Placcaten, ordonnantiën tn bevelschriften,
In deze afdecling worden aangetroffen.
a. een placcaat van Philips II op het stak van de jagt. Bewesten Schelde,
onder anderen de bepaling behelzende, dat geen ambachtsheer mag jagen,
tenzij hij 100 gemeten in een ambacht bezittegegeven te Brussel, 23
Julij 1556;
b. 3 ordonnantiën, namelijk op het schutten van vee, van 1511, op
de kennis en judicature der leenen in het hof van Holland, van 1519,
en op de duinen en konijnenwaranden in Schouwenvan 1534en
c. 2 bevelschriften of mandementen van den raad van Holland en van
Philips II (met daarbij behoorende exploiten), van de jaren 1501 en 1571.
betrekking hebbende tot de goederen der Abdij en van het klootster der
Augustijnen te Middelburg.
VIII. Contracten en Testamenten.
Van de Contracten,1 in getal, handelen er 3 over scheiding van goederen
of afkoop van rentendoch tot de belangrijkste behooren de 2 overigen
té weten
a. over de bedijking van Bruinisse, tusschen Adriaan van Borssele van
Brigdamme en ridder Ploris van Cats c. s. d°. 22 Maart 1466;
b, over de geestelijke jurisdictie, in betrekking tot de hofbeambten v»tf.
dénvgraaf van Holland, tusschen den deken van Leijden, als cnreit der
Kappelle in den Haag, en den pastoor der St. Jacobskerk aldaar, van
1,4 Maart 1509.
Wat de testamenten aangaat, deze zijn, voor zoo ver zij voor Schepens-''
banken zijn verleden, in rubriek IV hierboven begrepenzoo dat hier
alleen i3 te vermelden een testament voor Notaris behelzende een legaal
aan de kerk en het gasthuis te Workmn van het jaar 1549.
IX. Stukken van verschillenden aard.
Hieronder zijn weder geranschikt de zoodanigen welke, wegens de ver
scheidenheid van inhoud, niet in de vorige afdeelingcn konden worden ge-
bragt; ten getale van 27.
Van dezen verdienen opmerking
a. een brief van Anna van Bourgondië, waarbij zijals ambachtsvrouw
de schorren, waaruit later St. Philipsland is ontstaan, ter bedijking uitgeeft,
van 18 Maart 1486
b. eene correspondentie tusschen het Domeinbestuur en de kapittelen van
St. Pieter te Utrecht en te Middelburg, over de tienden der papelijke pro-
vende te Cloetinge, van 1530
c. eenige stukken wegens een proces tusschen den Abt, van Middelburg
en Wensel van Polanenrentmeester der Abdij over diens gehoudene ad
ministratie van 1537
d. eene verklaring van zekeren Adriaan de Proost, houdende dat, of
schoon eene portie der ambachtsheerlijkheid van Oostkapelle om zekert
redenen op zijnen naam is gestelddeze niet aan hem, maar aan den abt
van Middelburg, als dezelve gekocht hebbende, toebehoort, du 21 Mei 1556; en
c. een particuliere brief van Jean Godin, ridder heer van Breangies, aan
zijne vrouw Barbe fivien wonende te Valenciennesgeschreven uit zijne
gevangenis den 3 Maart 1567, waarin hij zijn leedwezen betuigt dat hij
haar met een talrijk gezin moet achterlatenterwijl hij om zijn geloof
in hechtenis is.
Dit stuk (waarschijnlijk een onderschepte brief)is van de hand van
iemand die later kolonel in Ncderlandsche dienst en gouverneur van Lillo
is geweest, en levert, om de gevoelens die er in zijn uitgedruktweder
eene bijdrage op tot de geschiedenis van het tijdvak der beroertenin
de 2de heift der 16de eeuw.
Provinciale Bibliotheek.
Behalve van onderscheiden Departementen van algemeen bestuur, van
gewestelijke en plaatselijke besturen, van genootschappen en andere instel
lingen, ontving de bibliotheek geschenken van de heeren dr. H. van Cappeltr
en rar. T. P. B. Baert te Amsterdam, mr. P.J. G. van Diggelen te Kampen.
Mart. Nijhoff te 's IJage. jonkhr. F. C. de Casembroot te Tholen, mr. J.
Ci B. Baron van Lijndenjonkhr. mr. J. W. M. SchorerF. Nagtglas
en mr. G. A. Fokker te Middelburg.
De bibliotheek werd door 56 personen 102 maal bezocht, die zich allen,
op 2 na, met wetenschappelijke nasporing bezig hielden. Onder de be
zoekers werden belangstellenden geteld uit 's QravenhageUtrechtAm
sterdam, Hoorn, Antwerpen en Parijs. Ook de gezant van Zijne Majesteit
den Keizer der Franschen hij het Nederlandsche hof, de heer Baudin
vereerde de inrigting met een bezoek.
Er werden in 136 keeren aan 48 verschillende personen boekwerken
of deelen uitgeleend zoo dat er 64 uitleeningen van boekwerken meer
dan in 1862 plaats hadden; een verblijdend bewijs van toenemende waar
dering dezer wetenschappelijke inrigting en van het nut dat zij sticht.
Over het voor het archief en de bibliotheek toegestaan crediet van
/■-800, werd tot een bedrag van f 799,65 beschikt.
De door uwe vergadering voorgedragen sommentot bestrijding dei
kosten van het provinciaal Rijksbestuur voor het dienstjaar 1864, zijn,
met uitzondering der voorgedragen verhooging van de som voor jaar
wedden der ambtenaren en bedienden van de provinciale griffie tot dusver
pijen op nieuw ten sterkste aantebevelen, zoowel om bare soli
diteit als om de lage premien en bijdragewelke ook in het
afgeloopene jaarniettegenstaande de brandschadenniet zijn
verhoogd geworden.
De laatst geslotene rekeningenwaarvan exemplaren bij den
Agent ter inzage liggen, bevatten onder anderen de navolgende
cijfers
Brandschadenbetaald gedurende het laatste jaar door de
Maatschappijen op premienfr. 259,828,22
Door de Onderlinge- 133,717,14
Bedrag der Reserve-Kas in de Onderlinge Maat
schappij op 1 Julij 1863- 129,274,80
Bedrag van het Waarborgfonds, in de premien
Maatschappij -4,481,573,
Betjssel, Augustus 1864. De Directeur,
berigten de ontvangst van
STROOSNTJDERS van af 40 tot 82.
Ook te verkrijgenSMIDS-BOORMACHINESENGEL-
SCHE PEEMOLENS en BOONBREKERSIJZEREN WIJN
REKKEN, YERWMOLENS, BASCULEN, MACHINE OLIE
KANNETJES. enz. enz.