lu(tcnfanï).
flemengöe lengten.
«rihtie, die, overeenkomstig art. 138 der militiewet, door den
militiecommissaris moeten worden onderzocht, en, om zich naar
de plaatsen te begeven, waar het onderzoek zal plaats hebben
rivieren of stroomen moeten passeren.
Uit het verslag van Zr. MsT consul te St. Petersburg over den
handel tusschen die stad en de Nederlanden, in het jaar 1863;
o&tleenen wij het volgende
Oarancine. De invoer bedroeg 637 vaten Hollandsche en 154
Ptansche. Garancine werd in dit jaar grootendeels door de fabrie
kanten zelve regtstreeks uit Holland en Frankrijk betrokken, zoodat
a hier ter plaatse bijna niets in omging, doch ook het weinige,
Wat van het artikel ter markt kwam vond maar flaauwe kooplust.
Meekrap. De invoer bedroeg in 1864 187 vaten Zeeuwsche
91 Avignonsche.
Onze markt scheen door den invoer van 1862 die naar om
standigheden nog al belangrijk was geweest, zoodanig overvoerd
te zijn'dat zelfs bij de kleine importatie van dit jaar niet de
ékinste kooplust voor dat artikel te bespeuren was.
De voorraad van meekrap op ultimo December beloopt omtrent
150 vaten Zeeuwsche.
Het aanhoudend gebrek aan en de hooge prijzen van katoen,
doen aan het verbruik van meekrap en garancine nog altijd
jrbote afbreuk. In het belang van het debiet in deze artikelen,
alsook in dat van vele andere verwstoffen, ware het dus iven-
«chelijkdat de staking der onlusten in Noord-Amerika weldra
Weder een ruimeren invoer van katoen mogt ten gevolge hebben.
Uit onze omstreken schrijft men ons:
Ofschoon wij reeds de zomermaand beleven doet het weder-
ephter dit weinig en slechts op enkele dagen gevoelen. De ge
tuigen daarvan openbaren zich dan ook vooral iu de natuur
die getrouwe spiegel der saisoenen. Vele vruchten ontwikkelen
Óch langzaam. Inzonderheid is dit het geval met het vlas, dat
door de droogte ongelijk is opgekomen, waarvan het zich, door
te weinig regen, niet meer beeft kunnen herstellen. In het alge
meen laat het te wenschen overen is bovendien bij velen be
zwangerd met zoogenaamde kwade koppen. In het koolzaad, dat
bij de meesten zwak kan genoemd worden ontwaart men vele
doode peulen. De tarwehoewel niet zwaarja hier en daar
zélfs vrij dunstaat niettemin voldoende. De rogge vertoont'
rich voordeelig, even als de erwten en paardenboonen; de laatsten
bloeijen reeds. De winter- en zomergerst, hoezeer de laatste er
bij velen beter uitziet dan de eerste, kan men bevredigend noemen.
De haver groeit welig. Vele landbouwers klagen over de schraal
heid van de eerste snede der klavers. De meede, vooral de jarige
staat zeer gunstig. De mangel wortels en paardenjeën zijn nog
zeer klein, doch mooi vol, en wachten slechts een verkwikkenden
regen tot sneller ontwikkeling. De aardappels staan goed; bij
sommigen reeds in den bloei. De rijm in de voorlaatste week
teekende velen met zwarte vlekken. De hooiweiden die door
den weinigen regen van groeikracht beroofd zijn, beloven eene
schrale opbrengst. Dat er ook in de etweiden geen overvloed
Van gras is laat zich begrijpen. Alles verlangt naar regen, en de
meeste gewassen voospellen eene opbrengst, welke bij die van het
Vorige jaar verre zal achterstaan.
Omtrent de kinderziekte in deze gemeente vernemen wij nader:
dat sedevt ons vorig berigt van den 26 Mei 11. er zijn bijgekomen
32 lijders waarvan 4 wel en 28 niet gevaccineerdterwijl er
4 zijn overleden, die niet gevaccineerd waren. Er zijn dus tot
heden (8 Junij) aangetast 281 personen, daarvan zijn 212 niet,
69 wel gevaccineerd.
Overleden 19 waarvan slechts 2 gevaccineerd. Hersteld zijn
223 lijders en blijven nog onder behandeling 39 personen in
35 huisgezinnen.
De commissie, die zich te Middelburg gevestigd heeft om gelden
ia te zamelen voor de gekwetste en de betrekkingen der gesneu
velde Denen, heeft aan den Deenschen gezant bereids eene som
overgemaakt van 354,22 die met groote dankbaarheid ont
vangen is.
Men schrijft van den Leidschendam, dat onder Veur de nacht
vorsten veel schade hebben toegebragt aan de bloemkoolde
wortelen en tuiuboomen en wel zoo, dat men vreest dat alle die
veldvruchten dood gevroren zijn.
De hoofdcommissie voor de oprigting van het monument voor
1813 is weder ontwaakt. Sommige dagbladen althans verzekeren,
dat uit de ingekomen ontwerpen eene keus is gedaan en voegen
er bij, dat het niet alleen een monument maar ook eene fontein
«al wezen.
De ruimte ontbreekt ons om uitvoerige berigten uit het bui
tenland over te nemen. De dagbladen behelzen ook weinig nieuws.
Het voornaamste isdat de loop der zaken iu de conferentie te
Londen doet hopen, dat de vijandelijkheden niet rallen wórden-
hervat tusschen Denemarken en PruissenOostenrijk. Zeker zal*
het eerstgenoemde zich opoffering moeten getroostenmaar de
edelmoedige Denen hebben getoonddat zij niet als anderen
haken naar bloedvergieten of naar vermeerdering van bezit, zij'
het ook langs den weg van overweldiging.
Uit Belgie zijn de berigten kalmer dan vóór eenige dagen.
De laatste zittingen der Kamers zijn niet zoo ontstuimig geweest,-
als die waarin de klerikalen door geschreeuw zich wilden doen
gelden. Men verzekert nu dat de leden dier partij eene bijeen
komst gehouden hebben ten huize van den heer Kervijneen
lid der mislukte combinatieten einde eene motie van orde
vasttestellen, inhoudende eene verklaring van wantrouwen tegen
het kabinet. Het voornemen zou zijn deze motie zoo spoedig
mogelijk voortestellen om een einde te maken aan de politieke
discussie, die thans gevoerd wordt. Klaarblijkelijk verlangen dé
klerikalen het debat te stuiten en de ontbinding te verhaasten.'
Het middel dat daartoe door hen wordt aangewend bewijst
intusschen de zwakheid hunner partij en de mindere gehalte
hunner verdedigingsmiddelen zoodat het op nieuw blijkt dat
zij niet de magtige is die regeren kanmaar de magtelooze die
taan den magtigeren zoekt te knagen.
Dezer dagen had te Hansweert eene zeer ongewone vertooning
'plaats; een paard wandelde over de daken. Aan den dijk al
daar zija twee woningen achter elkander gebouwd en etne hoogte
op den djjk maakt het mogelijk om op de daken dier woningen
te komen. Een paard, dat men vruchteloos poogde in handen
te krijgen nam, in de engte gedreven, derwaarts de toevlugt,
ging van het eene op het andere dak over en zakte toen met
de voorpoter, door deze rieten bedekking, waardoor het mogelijk
werd om, schoon niet zonder groote bezwaren, den viervoetigen wan
delaar weder magtig te worden. In den dierentuin te Keulen is
een aap op den -loop geweest. Daar het juist op dat oogenblik plas
regende was er een buitengewoon gedrang. De aap verkoos eene
schuilplaats te zoeken tusschen een groot aantal dames cn het
gelukte eerst na veel verwaring en schrik, om hem uit dat aan
genaam gezelschap te verwijderen. De commissaris van policie
te Bostock heeft eenen armen kleedermaker, die naar de meening
van den ambtenaar niet tijdig verschenen was op eene tot hem
gebragte oproeping, met 8 stokslagen laten kastijden. Daar de
overtreder zich niet gewillig aan deze lielderijke behandeling
onderwierp, is hij na bet genot er van nog voor 24 uren in de
gevangenis gezet,. In Zweden worden vrouwen fot staats-dienst,
bepaald ook de telegrafie, toegelaten. Zij moeten bekend zijn met'
geschiedenis, aardrijkskunde en rekenkunde, zij moeten zonder
fouten hare moedertaal schrijven, fransch, duitsch en engelsch
verstaan. Zij worden daarenboven geexamineerd in dat gedeelte
der natuurkunde, dat de electriciteit en het magnetisme omvat en
moeten van have bedrevenheid in de kunst van telegraferen doen
blijken. Een Belgisch blad deelt weder een voorbeeld mede van
de verderfelijke gevolgen der crinoline-mode, ditmaal overgenomen
uit een Amerikaansch blad. Eene jonge vrouw Anna Ballinson,
nog maar weinige maanden gehuwd, werkzaam in eene kleederen
wasscherij, kwam onverhoeds door hare crinoline in aanraking
met het rad van eene mangelmachine. Het werktuig, dat in vollen
gang was, wentelt vijftig malen in ééue minuut om. Men had
vijf minuten noodig om het te doen stilstaan. Het laat zich
begrijpen, dat de ongelukkige jammerlijk verminkt opgehouden
had te leven. Het blad waarin dit treurig voorval wordt ver
meld dringt er op aan, dat de dames de crinolines zullen af
schaffen het had er kunnen bijvoegen dat de zucht der mindere
standen om de dwaasheid van anderen natevolgen tot zulke ge
volgen leidt, en dat het zeker de dwaasheid ten top is, wan
neer de werkende stand zich zelfs bij den arbeid, als de hoogere
standen opsiert. De landlieden te Alost in Belgie vonden
Maandag morgen hunne velden met eene witte laag bedekt. Eerst
meenden zij, dat het sneeuw was, maar spoedig bleek hun dat
het duizende snippers papier waren. l)e zaak helderde zich dus
op. Zondag waren colporteurs gekomen met 2000 exemplaren
van het Proces van Buck en de jesniten. De aanhangers dezer
laatsten hadden eerst den verkoop willen belettenmaar toen
dit onmogelijk was, besloten zij om alle exemplaren op te koopen.
Vervolgens hadden zij die op de giootemavkt verscheurd en de
overblijfsels waren, door den nachtwind opgenomen, buiten de
stad verspreid geworden. De verkoopers hebben het voornemen te
kennen gegeven, om den volgenden Zondag met een dubbelen voor
raad exemplaren van hetzelfde werk naar Alost te komen.
Gisteren in den vroegen morgen heeft zich eene dienstmeid van
den landbouwer ff'olfertonder de gemeente Hoek, in den stal
door middel van ophanging van het leven beroofd. Men weet de
reden niet welke haar tot deze daad heeft gebragt. Te Oostburg
is in den loop der vorige week eene geheel witte spreeuw ge
vangen nabij de hervormde kerk waar hij denkelijk was uitge
broeid. In het algemeen slagthuis te Kijssel heeft dezer dagen
het volgende voorval plaats gehad: Sedert eenigen tijd bespeurden
de slagters, dat een kwaaddoener zich ten hunnen koste van het
noodige voorzag. Nu eens stal hij de nieren van een schaap, dan
eens beinagtigde hij het edelste van een vet kalf, terwijl hij mede