1864. Nv&5- MAANDAG 9 MEI, ]Jlaatsefi]Ti bestuur oan floe.s. 3mjt en ITtsscfjmj, «»rle Jaargang. MESM IE COURANT. Oe uitgave dezer Courant geschiedt Maan dag en Donderdag avonduitgezonderd op feestdagen I'rfja per kwartaal 1,05 fr. p, p. ƒ1,90. flewone advertentlOn worden 90 et. de regel geplaatst. CJchoorte-, huwelftks- en doodberlgten van 1-6 regels fl.SO, hehalve het cegelregi. De Inzending van advertentlCn kan geschieden tot vóór drie uren des namiddags op den dag der uitgave. BERIGT. Op aanstaanden Maandag Pinksterdag, wordt de Gocsschc Courant niet uitgegeven. Wij geven dit berigt heden opdat de inzending van advertentién daarnaar zou kunnen geregeld worden. Putolicatie BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES ter voldoening aan de bepalingen van het reglement op het beheer, onderhoud en de policie der buurtwegen en voetpaden, in deze provincie, dato den 6 Julij 1838 in deze gemeente, voor zoo veel de buurtwegen aangaatingevoerd bij publicatie van den 4 Mei 1844, zullen op Woensdag den 18 dezer, SCHOUW HOUDEN OVER ALLE DE BUURTWEGEN IN DEZE GEMEENTE, en worden mitsdien de wegpligtigen en verdere belanghebbenden aangemaand en gewaarschuwd om te zorgen, dat de voorschreve wegen in behoorlijken staat en geëffend zijn; dat alle laagten, slagsporen, gaten en putten behoorlijk aan gevuld en de kanten der wegen van distels brandnetels en verdere ruigten gezuiverd zijn, mitsgaders de waterleidingen, sprinkenslooten en gruppen langs de wegen volkomen zijn schoongemaakt. Alles op de boete en straffen bij het meerge- dacht reglement op de overtreding gestatueerd. Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders voornoemd, den 7 Mei 1864, om door aanplakking ter gewone plaatsen en insertie in de Goessche Courantter kennis van belanghebben den te worden gebragt. Burgemeester en wethouders voornoemd M. P. BLAAUBEEN, De Secretaris, H. C. PILAAR. Bols.end.malïLlng, BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES, gezien hebbende het schriftelijk verzoek, gedaan door GEBROE DERS NONNEKES, wonende alhier, om in het huis wijk A n". 30, staande in de Waterstraat, kadastraal sectie D n". 714 in deze gemeente, eenen tweeden SMIDSHAARD daartestellen Gelet op de koninklijke besluiten van 31 Januarij 1824, (Staats blad no. 19), en van den 19 October 1852, (Staatsblad n<>. 185), mitsgaders op het besluit van heeren gedeputeerde staten dezer provincie, van den 7 October 1842 n«. 17, (Provinciaal blad n°. 98). Overwegende: dat tot het opmaken van proces-verbaal de com- modo et incommodo, gevorderd bij art. 4 van welgemeld konink lijk besluit, de eigenaars en bewoners der naastgelegene panden in hunne belangen moeten worden gehoord en dat het tevens nuttig kan zijn, om een ieder in de gelegenheid te stellen zijne bezwaren aan het gemeente-bestuur kenbaar te maken. Brengen bij deze ter kennis van een ieder die daarbij belang kan hebben, dat de adressant benevens de eigenarenbewoners en gebruikers der nabij gelegene eigendommen, zijn opgeroepen om op Zaturdag den 14 dezer maand, des namiddags ten een ure, voor burgemeester en wethouders in hunne gewone vergaderka mer, ten raadhuize te verschijnen ten einde ter zake voorschreve in hun belang te worden gehoord en dat te gelijker tijd aan een ieder die zulks mogt verlangen, de gelegenheid zal gegeven worden om zijne bezwaren daartegen op te geven, ten einde in het pro ces-verbaal vermeld te worden. En zal hieraan door insertie in de Goessche Courant publiciteit gegeven worden. Gedaan ten raadhuize van Goes, den 9 Mei 1864. Burgemeester en wethouders voornoemd, M. P. BLAAUBEEN, De Secretaris, H. C. PILAAR. Bekendmaking;. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES brengen bij deze ter kennis van de belanghebbenden in deze ge meente, dat de blanco verzoek-biljetten, ora acten en vergun ningen voor de vermeld in art. 5 der wet van den 13 Junij 1857, (Staatsblad nu. 87,) van heden af, op de gemeente-secretarie, kosteloos ver krijgbaar zullen zijn en dat die verzoekschriften behoorlijk inge vuld en onderteekend in den loop dezer maand moeten worden ingediend bij den burgemeester, ter opzending aan den heer com missaris des konings in deze provincie. En opdat zulks algemeen bekend zij, zal deze worden afge kondigd, aangeplakt en geplaatst in de Goessche Courant. Gedaan ten raadhuize van Goes, den 7 Mei 1864. Burgemeester en wethouders voornoemd, M. P. BLAAUBEEN, De Secretaris H. C. PILAAR. SOUUTTEmj. Pukslicatle. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES Gezien de wet van den 11 April 1827 (Staatsblad no. 17) be trekkelijk de OPRIGTING van SCHUTTERIJEN en speciaal de artikels 1, 2, 7, 8 en 9, luidende als volgt „Art. 1. Ieder ingezeten van het Rijk, die op den 1 Januarij van elk jaar zijn 25-ste jaar zal zijn ingetreden en zijn 34stc niet volein digd zal hebben, zal ingevolge de bepalingen dezer wetdaartoe opgeroepen zijndeverpligt wezen de schutterlijke dienst uit te oefenen. „Art. 2. Als ingezetenen worden met betrekking tot de toepas sing dezer wet, beschouwd: a. Alle Nederlanders, binnen het rijk hun gewoon verblijf houdende b. Alle vreemdelingen, binnen het rijk woonachtig, welke bun voornemen, om zich aldaar te vestigen, zullen hebben aan den dag gelegd, hetzij door eene uitdrukkelijke verklaring, hetzij door bet werkelijk overbrengen van den zetel van hun vermogen en de hoofdmiddelen van hun bestaan. De tijdelijke uitoefening van hun bedrijf of handwerk in eenige ondergeschikte betrekking, gelijk die van leerling, knecht enz., kan op zich zeiven niet beschouwd worden als een bewijs van het voornemen om zich in dit rijk te vestigen. „Art. 7. Zij die in meer dan eene gemeente hun gewoon ver blijf houden, of den zetel van hun vermogen hebben gevestigd, zullen tot de inschrijving verpligt zijn, binnen die gemeente alwaar eene dienstdoende schutterij aanwezig is. Bijaldien in die verschillende gemeenten alleen dienstdoende of alleen rustende schutterijen bestaan, zullen zij zich doen inschrij ven in die gemeente, alwaar zij voor de personele belasting zijn aangeslagen en de ambtenaren in die gemeente, alwaar zij ambts halve verpligt zijn hun verblijf te houden. „Art. 8. Die van hunnen ouderdom geen voldoend bewijs geven zullen door het plaatselijk bestuur worden ingeschreven naar deszelfs oordeelonverminderd de bevoegdheid van den inge schrevenen, om van zijnen ouderdom nader te doen blijken. „Art. 9. Die bevonden zullen worden zich niet voorden 1 Junij te hebben doen inschrijvenzullen door het plaatselijk bestuur ambtshalve ingeschreven worden en door den na te melden schut tersraad worden verwezen tot eene geldboete; terwijl zjj daaren boven, zonder loting bij de schutterij zullen worden ingelijfd indien het zal blijken, dat er tijdens de verzuimde inschrijving, geene redenen tot uitsluiting of vrijstelling ten hunnen aanzien bestonden. Gezien Zijner Majesteits besluit van den 21 Maart 1828 (Staats blad no. 9), speciaal de art. 8 en 4 van den volgenden inhoud: „Art. 3. In het jaar na de eerste oprigting der schutterij en in ieder der volgende jaren, zal voor den 1 Junjj de inschrijving zich tot zoodanige ingezetenen bepalen die op den I Januarij van

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1864 | | pagina 1