JSiimenffliiÖscQe Jkrigten.
«OemeiiQÖe lengten.
wapenen, die op den zolder zorgvuldig verborgen waren; drie
gewerentwee pistolen en 150 scherpe patronen en deelde die
met eenige vertrouwde-vrienden. In het ontstaan rumoer was de
tussehenkomst van den ïranscke'tv kommandant van veel nut, die
door een krachtig Aömtoando, de ^troepen deed opmarcheren naar
de poort. Daar échter- haperde het, weder en alles geraakte nu in
opstand. Een groot deelvaq dejkanonniers liep weg, eenige
musketschoten op'Mikdr-géïöst weten schrik en angst. Gelukkig
geraakten de Fraus^ÉEgn de stad uit, maar eerst nadat schier alle de
kanonniers heil verlatrfh hadden.' De overgebleven matrozen keerden
naar Walcheren terug. De Fransche kommandant hield voortdurend
conferentien met het stedelijk bestuur en men zocht zooveel mogelijk
de rust te handhaven, verzekerende dat oproerige bewegingen de
zaken slechts konden verergeren. De officieren der burgerwacht wer
den verantwoordelijk gesteld voor hun gedrag. Eindelijk vertrok
ook de commandant naar Bath, waar hij overnachtte. l)e laatste
douanen en gensdarmes volgden hem en het volk hield zich stil,
slechts nu en dan het Oranje lovenaanheffende. De maire riep nu
de officieren en eenige notabele burgers bijeen om de orde te hand
haven en deze bezette het stadhuis, zoodaüig gewapend als de
tijd toeliet. De vreugde was op aller gelaat te lezen schoon
men bezorgd bleef dat de Franschen zouden wederkeeren. Daarbij
kwam de vrees dat de officieren uit de heffe der burgers ge
kozen in deze oogenblikken niet zouden medewerken Deze laatste
vrees werd echter beschaamd en met geestdrift door hen de
gegeven orders uitgevoerd. Tegen den avond kwam een gensdarm
en twee officieren van Borsselen terug waardoor eenige beweging
ontstond. Maar alom klonk hun het Oranjehoven in de ooren
zoodat zij korte sprongen maakten om weg te raken, terwijl een
hoop jongens hen met steenen begonnen te werpen. Na hun ver
trek vreesde men niet meer om elkander geluk te wenschen.
Alles ging echter bedaard in zijn werk. Het bestuur boezemde
de burgers gedurig in om geen geweld hoegenaamd te plegen.
Er had dan ook geene de minste ongeregeldheid plaats. Het
gemoed barstte los in liet geroep van Oranje en Vrijheid, dat door
allen, zelfs door kinderen werd herhaald, want met het einde van
dien dag was, zoo men hoopte, ook het einde der onderdrukking
daar; de Franschen waren uit Goes vertrokken.
Vervolg in een volgend no.)
De uitvoerigheid van het hoofdartikel laat ons weinig ruimte
voor binnenlandse/ie en geene voor buitenlandsche berigten.
In de zitting van de tweede kamer der Staten Generaal van
7 Dec. is het amendement van Bosse tot meerdere amortisatie, en
waarover Zaturdag de stemmen hadden gestaakt, aangenomen met
82 tegen 28 stemmen. Vooraf was beraadslaagd over liet hoofd
stuk finantien B en is dit ten slotte aangenomen met 47 tegen
13 stemmen. Hoofdstuk der finantien A is aangenomen met alge-
meene stemmen. Onmiddellijk daarop is de discussie begonnen
over het departement van oorlog. Deze is Dingsdag en Woensdag
voortgezet en na verwerping van een amendement van den heer
van Heukelom, dat de slooping van drie vestingen wilde en waar
van de minister een votum van vertrouwen maakte is die be-
grooting aangenomen met 40 tegen 26 stemmen.
Bij de tweede kamer zijn ingekomen de stukken door den mi
nister van koloniën toegezegd ter nadere inlichting omtrent het
rapport van den heer Stieltjes. Bij den aanvang der zitting dezen
morgen heeft de heer v. Heemstra eene motie gedaanom de
discussie over de begrooting voor koloniën uittestellen tot na
het uitbrengen van het rapport der commissie nopens de stukken,
betreffende het verzoek Stieltjes. Deze motie is verworpen met
43 tegen 17 stemmen. De minister van koloniën heeft bij deze
gelegenheid volle vrijheid gegeven om alle stukken te drukken
en het geheele archief opengesteldomdat daarwaar de oppo
sitie elk incident aangrijpt, alles aan het licht moet komen. Ook
tiet geheim over vroegere stukken heeft de minister opgeheven
an alles zal worden gedrukt. De discussie over koloniën is
daarop aangevangen.
De minister van binnenlandsche zaken heeft de wet tot heffing
der provinciale belasting in Zeeland, voor 1864 ingetrokken.
De discussie over koloniën is heden voortgezet. Morgen is
Je minister aan het woord. Nog is aangenomen een voorstel
van den voorzitter om het wets-ontwerp tot afschaffing van den
accijns op de brandstoffen te behandelen nog vóór het reces.
De Mïddelburqsche Courant schrijft:
Naar wij vernemen heeft Z. M. de koning, bij wien de geente-
teraad van Zierikzee in hooger beroep is gekomen van het be
sluit van gedeputeerde staten tot toelating der vijf gekozene raads
leden, dit beroep voor ongegrond verklaard en zullen mitsdien
de bedoelde gekozenen als raadsleden moeten worden toegelaten.
Bene 79jarige weduwe te Iloorn iieeft zich in de zee verdronken, waar-
'ctiijnlijk ten gevolge van de slechte behandelingdie zij ondervond van
iiare kinderen bij wie zij inwoonde. Uit Venetie wordt gemelddat
in alle 30 parochiën aldaar, openlijke gebeden, processien, predicatien enz.
hebben plaats gehad met het doel om 's hemels toorn opgewekt door
Renan's Leven van Jezus te bezweren. Het gevolg daarvan was echter, dat
men alle boekwinkels bestormdeom het verboden boek te koopen.
Bij gelegenheid van eenejagt partij te Compiegne werd de heer Dourcet
die een slecht ruiter is, van zijn paard geworpen en lag op den rand van
eene sloot. De keizer had van verre den val gezien en kwam in galop
aanrijden. Wat deert u vroeg Napoleon. „Sire!" was het antwoord, „het
is niets, ik sterf!" In den loop der vorige eeuw zijn in Engeland negen
en veertig personen gestorven van 130 tot 175 jaren. Zeven telden 134,
vier 138 twee 14(5, vier 155, een 159, een 160, een 168, e.en 169 cu een
175 jaren. Te Chateaubriand stierf een geneesheer 117 jaren oud. llfj
had op 80jarigen leeftijd een tweede huwelijk aangegaan en zijne tweede
vrouw schonk hem, even als zijne eerste, zestien kinderen. Ilij was 106
jaren oud toen zijne vrouw van tweelingen beviel die 102 jaren later
op den zelfden dag stierven. Een volksredenaar te New-York had on
langs gezegd wij kunnen op de menigte (de volks massa) rekenen. Door
eene fout van den zetter, las men den volgenden dag in een dagblad, dat
de redenaar gezegd had wij kunnen rekenen op de ezels. Een Friesehe
vrouw heeft de November feesten gevierd door de expositie van 13 oranje
katten. In het Noorden van ons land heeft men den 23 Nov. op het
midden van den dag een groote vuurbal iu de gedaante van een vlieger,
door de lucht zien zweven, die gloeijende kolen en vonken van zich scheen
te werpen. De waarnemers verklaren zoo iets nooit gezien of daarvan
gehoord te hebben. Vermoedelijk zal dezelfde verklaring ook door latere
waarnemers worden afgelegd.
OPENBARE VERGADERING
VAN DEN
GEMEENTE-RAAD TF, GOES,
DEN 2 DECEMBER 1863.
Vervolg
De Voorzitter brengt in behandeling het voorstel van de direc
tie van het middel van straat- en zandwegen in Zuid-Beveland,
aan de verschillende gemeente-besturenom voor gemeenschap
pelijke rekening verscheidene wegen in dit eiland te begrinden
hij zegt, dat burgemeester en wethouders dat schetsplan hebben
overwogen en zonder de mérites daarvan te beoordeelenbezwaar
maken tot toetreding te adviseren, 1 omdat reeds onderschei
dene gemeente-besturen verklaard hebben niet te willen .aansluiten;
2omdat het met zekerheid te voorzien is, dat nog meerdere dat
voorbeeld zullen volgen en zich onttrekkenen 3 omdat de
moeijelijke financiële toestand der gemeente een jaarlijksch offer
van 1172,20 niet gedoogt, waarom burgemeester en wethouders
gemeend hebben te moeten voorstellen aan de directie van het
middel van straten en wegen kennis te geven van de redenen
waarom men voor deze gemeente bezwaar maakt tot het plan
toetetreden.
Dhr. mr. de Laat de Kanter het woord gevraagd en bekomen
jhebbende, zegt het denkbeeld van de verbetering der wegen zoo
.verdienstelijk te vinden, dat hij het van belang acht wel te
wikken en te wegen alvorens adhaesie aan het plan te schenken
of zich daaraan te onttrekken, üe beide eerste door den voor
zitter aangevoerde motieven meent hij dat buiten aanmerking
moeten blijven en dat alleen de vraag te beantwoorden blijft,
wat het belang van deze gemeente medebrengtniet hoe de andere
gemeenten handelen.
Hij ontkent niet dat de toetreding tot het voorstel eene niet
onbelangrijke uitgaaf voor de gemeente zal ten gevolge hebben,
doch vermeent dat men ook de voordeelige zijde van het plan
in het oog moet houden.
Het belang van Goes brengt mede om zoo veel mogelijk té
zijn en te biijven het middenpunt van de handels- en nijverheids
beweging van het geheele eiland. Üit dien hoofde is het tot
stand brengen van goede wegen voor de gemeente van groot en
I overwegend gewigt en bij die beoordeeling moet men niet vragen,
zijn de wegen in deze gemeente goed, maar zijn de wegen in
de gemeenten die naar Goes voeren zoo als zij zijn moeten 1
het baat b. v. den bewoner van Ellewoutsdijk niet of de wegen
onder Goes goed zijn, indien ook niet de weg naar Goes in
goeden en bruikbaren staat verkeert. Zal Goes dus blijven wat-
het is en meer en meer worden de los- en ladingsplaats van
de artikelen van aanvoer en de producten van den landbouw ia
het eiland geteeld, dan moet Goes in zijn eigen belang mede
werken tot het tot stand brengen van goede wegen in het ge
heele eiland.
Hij acht de finantiele bezwaren niet gering, maar meent toch
dat ze niet zoo onoverkomelijk zijn als ze welligt bij den eersten
opslag schijnen, want
1bij de aanneming van het plan vervalt de bijdrage tot afkoop
der tollen ad 188,12, zoodat er slechts eene kleine1000,
overblijft
2 wordt in 1866 de laatste termijn betaald van het renteloos
voorschot tot begrinding van wegen, waardoor in 1867 dus
272,vrij valt en dus na dien tijd de vermeerdering
van uitgaven slechts 700,zal bedragen.
3 moet men wel in het oog houden dat door de opheffing van hot
middel van straten en wegen, zonder vervanging door eene
gemeenschappelijke regeling gelijk hier beoogd wordt, de
afkoop der tollen vervalt, hetgeen zeer nadeelig voor do
gemeente zou werken en waarin door de ingezetenen van
Goes een groot deel zou worden gedragen, omdat de land
bouwers in vele gevallen vrijdom hebben;
4 wordt door de ingezetenen van Goes veel gebruik gemaakt van
de wegenbuiten de gemeente, zoo dat ook uit dien hoofde
het belang der gemeente zich buiten hare grenzen uitstrekt.