SPOOEWEG ROOSENDAAL—VLISSINGEN. WOENSDRECHT—GOES. Betreffende de lijn Roosendaal Vlissingen, sectie Woensdrecht Goes, wordt in de Staats Courant van jl. Vrijdag medegedeeld dat de bezwaren tegen de onteigening der perceelen meerendeels zijn gebleken van zeer ondergeschikten aard te zijn. Slechts een vijftal wordt in het bijzonder vermeld. Daaronder komt voor een verzoek tot het verkrijgen van een weg voor gewoon vervoer langs den zuidenlijken berm van den ontworpen dam door de Ooster-Schelde door verbreeding van den berm aan die zijde. De kommissie stelde den minister voor om, zoo de provinciën Noord-Brabant en Zeeland mogten volharden in de meening, dat ruim een ton gouds voor de inrigting van den zuidelijken berm des dams, om daarop een verbindingsweg aan te leggenniet te hoog is, aan de besturen mede te deelen dat die verbreeding zal worden gemaakt zoo de beide provinciën de uitgaven dragen. Aan het verzoek tot plaatsing eener halte voor de gemeente Eort-Bath heeft de commissie voorgesteld geen gevolg te geven, terwijl zij daarentegen in een verzoek van den gemeenteraad van Kruiuingen aanleiding heeft gevonden tot het voorstel, om voor die gemeente eene halte te bepalen waar enkele treinen zullen ophouden. Voorts zegt het verslag omtrent deze sectie nog het volgende „Een ontwerpbestek voor de aarde- en kunstwerkenbenevens de levering van eene hoeveelheid ballast voor den spoorweg op Zuid-Beveland tot Goes, en het bouwen van een stationsgebouw te Goes, en van halte gebouwen te Krabbendijke en Kappelle- Biezelinge, is gereed om ter goedkeuring te worden ingezonden. Ook het bestek van den onderbouw der draaibrug over het kanaal door Zuid-Beveland, met daarbij behoorende brugwachterswoning, zal u eldra worden aangebodenterwijl een ontwerp voor den bovenbouw in behandeling is. Ten aanzien der sectie GoesVlissingen bevat het verslag alleen deze weinige woorden „Een ontwerp voor de rigting aan deze sectie te geven, is na l et volbrengen van de noodige opnemingen in kaart gebragt en maakt een punt van onderzoek bij de commissie uit." Betreffende het kanaal door Zuid-Beveland deelen wij de volgende bijzonderheden uit het verslag mede, die meerendeels onze lezers uit de vroegere berigten, door onze correspondenten geleverd reeds bekend zijn. I)e aankoop van gronden voor de suatiesluis met boezem voor de beide waterleidingen in de Breede watering bewesten Yerseke, is ten einde gebragt. De gronden noodig voor de verbetering van den Schoorschen Zoutenwegzijn onder nadere goedkeuring des ministers aangekocht, terwijl ook de afstand beeft plaats gehad van het gedeelte van den Schoorschen en van den Vlaakschen Zandweg, voor zooverre deze door het kanaal worden gesneden. Over den aankoop van gronden, gelegen ter weerszijden van de groote sluizen te Wemeldingen en te Hans- weert, wordt door de commissie onderhandeld. De werkzaamheden aan de suatiesluis, den 20 November jl. tij delijk gestaakt, werden den 9 Maart hervat. De beide sleuven voor de zandkisten achter de sluis waren den 30 Mei voltooid en aangevuld. Daarna is met de wederaanaarding der sluis en het aanbrengen van den berm van den ontgraven dijk boven de zandkisten aangevangen, zoo dat de nieuwe dijk nu de hoogte van ruim 1 el boven hoog waterpeil bereikt heeft. Met het graven der suatiekil in de voorgronden en het aan brengen van de daarnevens gelegen rijshoofden is een aanvang gemaakt. Het binnen stortbed en de pakwerken aan de binnen zijde der sluis, ten gevolge der verzakking opgenomen, zijn we der aangebragt, zoo dat zonder verdere ongevallen, zegt het verslag het zich laat aanzien dat de sluis met bij behoorende werken spoedig zal voltooid zijn. De werkzaamheden aan de twee waterleidingen met bijbehoo- rende werken voor de Breede Watering bewesten Yerseke zijn eveneens den 9 Maart hervat, nadat de bezwaren van onteige ning waren uit den weg geruimd. De beide waterleidingen, te zamen lang 4753 el, zijn voltooid, even als de twee bij de sta king der werkzaamheden op 29 October 1862 nog ontbrekende duikers. De dekzerken van den ijzeren duiker door den Krui- ningschen zanddijk zijn gelegd, zoo dat het werk nagenoeg vol tooid is. Reeds in het vorig verslag werd opgemerkt dat van het noor delijk deel van het kanaal een gedeelte was afgewerkt, doch het dieper graven op het overige gedeelte, ter lengte van 2010 el, teu gevolge van afschuivingen onmogelijk was geworden. Thans deelt de commissie mede dat dit werk nadat de aannemer is blijven volharden bij zijne weigering om het werk door bag geren te voltooijen ten zijnen koste vólgens ministeriële rnag- tiging onderhands is aanbesteed en aangenomen door D. Bolier, te Scherpenisse, voor 94 cent per teerl. el. Den 8 Junij is met het baggeren van omstreeks 70,000 teerl. el aangevangen. Het graven van het kanaal tusschen den Bonzij en den rijksweg is gedurende den geheelen winter voortgezet. Uit dit gedeelte is nu verwerkt eene hoeveelheid van 60,000 teerl. el waarvan nagenoeg 50,000 teerl. el over hulpspoor vervoerd is naar de kanaaldijken ten zuiden van den rijksweg, over een afstand van gemiddeld 1800 el. De overige grond is gedeeltelijk verwerkt j in de wederzijdsche kanaaldijken tot voltooijing van het profil en gedeeltelijk op de binnenbermen geborgen, ten einde later vervoerd te worden. Van de bekleeding van een gedeelte der kanaalboorden met klei, is het gedeelte van 1,50 el tot 0,50 el onder A.P. ter oppervlakte van 5670 vierk. el afgemaakt. Aan de schutsluis te Hansweert zijn de werkzaamheden den 9 Januarij begonnen. De waterbemaling geschiedt, behalve met het vaste stoomwerktuig, ook met een lokomobile van 12 paarden- 1 krachten. Zij werken echter alleen in bijzondere omstandigheden gelijktijdig. De beide funderingsputten voor het buiten- en bin- nensluis'noofd zijn uitgegraven tot de diepte van 7 el onder A. P.; de verder noodige dieptie zal vermoedelijk eerst na het heijen der palen ontgraven worden. Den 4 Junij is de beheijing van het binnensluishoofd met eene stoomhei begonnen; zij wordt ge regeld voortgezet. Aan de schutsluis te Wemeldingen is den 18 Januarij met de werkzaamheden een aanvang gemaakt. De bemaling geschiedt eveneens met een vast stoomwerktuig en eene lokomobile van 12 paardenkracht. Bij de ontlediging van den put bleek het al spoedig dat de glooijingen niet bleven staan en er bij eenige ontgraving belangrijke afschuivingen te verwachten waren. Daar toen, om de noodige diepte te bereiken, nog 3,50 el dieper moest gegraven worden, werd voorgesteld den geheelen put, ter lengte van omstreeks 710 el lengte te omkuipen, waarvan de kosten, ingevolge bepalingen van het bestek, voor door het rijk moeten gedragen worden. Het maken dezer omkuiping werd den 2 Mei door de minister goedgekeurd. Langs de beide zijden van het binnensluishoofd en voor het gedeelte van het buitensluishoofd naar de pompstelling van het stoomwerktuig zijn de palen dezer omkuiping geheid, de gordingen aangebragt en een gedeelte der damplanken geslagen. Met de ontgraving van het binnensluis hoofd is men gevorderd tot ruim 6 el onder A. P, met die van het buitensluishoofd is een aanvang gemaakt. Met het maken eener wachterswoning nabij de suatiesluis van de Breede watering bewesten Yerseke, den 22 Januarij aanbesteed, werd den 11 Maart aangevangen. Het metselwerk is voltooid niet de binnenbetimmering en het verwwerk is men bezig, zoodat het gebouw spoedig gereed zal zijn. Den 2 April werd het maken van de havendammen en buitenhaven tian den zuidelijken mond van het kanaal door Zuid-Beveland voor 287,000 aangenomen door J. van Haaften te Sliedrecht. De aannemer werd echter op zijn verzoek den 26 Mei van die aanneming ontslagen en eene herbesteding tegen 2 Julij vastgesteld. De aanbesteding van het verbreeden, verhoogen en begrinden van den Schoorschen Zoutenweg, het leggen van twee duikers in dien weg, het voor tijdelijk gebruik omleggen van dien weg én het verhoogen en begrinden van den Vlaakschen zandweg vim Vlake tot aan het kanaal door Zuid-Beveland werd op 30 Julij bepaald. INGEZONDEN. Aan de Redactie der Goessche Courant. M. M. Van een geacht handelshuis ontvingen wij dezer dagen een schrijven houdende eenige wenken door ons, als landlieden, bij den aanvang der nieuwe, Meekrapteelt in acht te nemen, ten einde dit product in ons eigen belang zoo zuiver mogelijk te maken voornamelijk uithoofde de goede kwaliteiten opgeruimd zijn en de bestaande voorraad meestendeels uit belaste of om andere re denen slecht verwende vaten bestaat. De drooging der groene Meede" schrijft men ons geeft ook „dikwijls aanleiding, dat vaten niet of onvoldoende verwen; het is eene zaak van het grootste gewigt, dat daarop naauwkeurig „wordt toegezien. Dikwijls worden de torens overladen en te „snel droog gestookt, de kleurstof voor een groot gedeelte ver- ebrand en een aanzienlijk deel der wigt vernietigd. De landman „verliest op die wijze jaarlijks een gedeelte van zijn kapitaal, „terwijl de koopers van Racine dikwerf een artikel aannemen, „waaruit de kleurstof gebrand is. Van welken kant ook beschouwd, „heeft er vernietiging van kapitaal plaats, hetgeen kan voorge komen wordenwanneer belanghebbenden zorgendat de eerste drooging geschiede op eene langzame, voorzigtige wijze. „Over het algemeen zijn de zoogenaamde racineboeren er beter aan toe geweestdan zij die lieten stampen. De Racine is geheel opgeruimdterwijl nog groote partijen vaten in afwijkende kwaliteit onverkocht liggen. Op den duur zal het artikel ook in dit land den natuurlijken weg gaan aannemen, die het in andere landen heeft, de handel zal „zich moeten bepalen tot verkoop door de boeren van hunne Racine, zullende goed ingerigte fabrieken op zich zelf staande, „die grondstof tot fabrikaat verwerken. Brengt men eene goed „gezuiverde en niet verbrande grondstof aan de markt, zoo deelen wij veler angst niet, alsof onze Meekrap niet de concurrentie met den vreemde zoude kunnen volhouden, integendeel wij hebben

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1863 | | pagina 3