JSiniieiifanósctje lengten. vloed "als de heer Karseboom!' Jammer dat er een kleine disso nant is in dat triumflied, ten gevolge van de mindere consequentie bij het onovertroffen Dagblad. In den aanhef van het artikel waarin gezegd wordtdat ,de Haagsche kiezers zonder regtstreekschen invloed geköZen hebben, lezen wij: 'dat het Dagblad bescheiden [tenedelmoedig geen woord spreken zal van den invloed die het Épp' den strijd heeft uitgeoefend. Wij weten uit deszelfs eigene Verzekering, dat die invloed even -groot is als de belangstelling -.van het onnoembaar aantal- lezers. Wij weten hoe het Dagblad in uitvoerige artikelen de kandidatuur van den heer Janssens bestreden heeften nederig als het iszal het dit wel geen zijdelingschen of indirecten invloed willen noemen, maar geeft het zich dan ook, blijkens de aangehaalde woorden, toch ietwat van de eer van den uitslag, waarover het zich verblijdt. Hoe dit nu te rijmen is met de verzekering, dat de keuze geheel spontaneel is geweest, vrij van allen invloed, dat laat zich alleen begrijpen, door hen die gewoon zijnom het Dagblad naauwkeurig te volgen in deszelfs wijze van redeneren. Misschien werd het een en ander in de eerste opgewondenheid over eene behaalde overwinning geschreven, en dan kan men eene mindere naauwkeu- righeid van uitdrukking wel plaatsen. Wij zouden er dan ook niet op terug komen, indien wij niet de zinspreuk wilden huldigen, door den jongen Hagenaar gekozen geene genademaar regt. Wij hopendat de Haagsche kiezers met een gerust geweten op hunne keus zullen kunnen terug zien; dat de Haagsche ge meente reden zal hebben, om zich over de gedane keus te ver blijden; en dat de lezers van het N. Haagsche Dagblad er wederom uit leeren zullen, welke beginselen daarin worden bele den en wat men van deszelfs politieke eerlijkheid te denken heeft. Wij vernemen, dat de minister van binnenlandsche zaken de heer Thorbeckenadat hij hier Donderdag avond was aangekomen Vrijdag, vergezeld van den hoofd-ingenieur in deze provincie, de kanaalwerken aan Hansweert bezocht en daarna deelgenomen heeft- aan een diner ten huize van den burgemeester, den heer mr. M. F. Blaaubeen. Aan het einde van dat diner werd Z. Exc. aangenaam- verrast door de uitvoering van eenige zangstukken, door het man nenkoor der zangvereeniging in de gang die aan de eetzaal grenst. Z. Exc. heeft daarvoor zijnen- bijzonderen dank betuigd en den wensch geuit, dat de zangvereeniging het legaat haar door wijlen den verdienstelijken van den Botch nagelaten waardig mogt blijven administreren. Later werd aan den minister een schrijven, door eenige ingezetenen uit verschillende standen aan hem gerigt, aan geboden, waarbij de naamkaartjes der schrijvers gevoegd waren. Het was van dezen inhoud: '1 Aan den heer Minister Thorbecket Uwe Exc. heeft gewild dat geene openbare manifestatie toude plaats hebben. Wij eerbiedigen dien wil. Toch bleef het voor ons behoefte aan U onze opregte hoogachting te betuigen en U Van onze erkenning Uwer groote verdiensten voor het algemeen belangte verzekeren. Moge het U nog lange jaren niet aan krachten ontbreken om het vele goede aan Uwe hooge leiding en beleid verschuldigdte vermenigvuldigen. Goes, 7 Aug. 1863. Ook hiermede was Zijne Exc. ten zeerste ingenomen. Zaturdag morgen heeft de heer Thorbecke deze stad weder verlaten. Men schrijft ons heden uit Hansweert: Jongstleden Vrijdag voormiddag werden wij met een bezoek vereerd van zijne Excellentie den minister van Binnenlandsche zaken, bij welke gelegenheid van de woningen der heeren de Bruijn en Denikvan vele andere huizen en ook van de stoom- hei machine de Nederlandsche driekleur wapperde. Eerst nam zijne Excellentie de suatiesluis in onze nabijheid in oogenschouw vervolgens kwam hij te voet naar hier, waar hij de werkzaamheden in de Sasput, die grootendeels in het heijen met stoom bestaan, bezigtigde. De geheele beschouwing getuigde van Z. E's belangstelling en bad plaats in tegenwoordigheid der heeren OrtBleckmann en de Bruindie hem de noodige in lichtingen verschaften. Bij dezen laatsten vertoefde Z. E. eenigen tijd na de volbragte bezigtigiug. Daar werd hij bezocht door burgemeester en wethouders van Kruiningen. Z. E. verzekerde ook de belangen van Kruiningen gedachtig te willen zijn, en als zoodanig mag men met regt hopen, dat zijne komst ook voor die gemeente niet onvruchtbaar zal wezen. Het concert door het mannenkoor der zangvereeniging gisteren gegeven in den tuin van de sociëteit, heeft algemeen veel genoe gen gedaan. Een groot aantal belangstellenden had zich daar verzameld, om onder begunstiging van het schoone zomerweder een rijk muziekaal genot te smaken. Aan den vijver was een orkest ingerigt, waarop de zangers plaats namen, terwijl de menigte zich vrolijk en opgeruimd door den tuin bewoog. De verschillende nummers van het programma slaagden zeer geluk kig en getuigden als altijd voor de geoefendheid van onze zan gers, die allen, zonder onderscheid, hunnen wel verkregen roem handhaafden. De verlichting die later op den avond in den tuin werd aangebragt, deed een uitmuntend effect en verhoogde de blijde stemming. Onze zangvereeniging mag zich verzekerd hou den dat hare poging om eenen genotrijken avond te verschaffen, volkomen gelukt is, en dat het publiek zoowel deze als de ta lenten der zangers waardeert. De blijken van goedkeuring die gegeven werden konden haar daarvan verzekeren en wij verblij den ons daarover te meer, omdat zij het bewijs opleveren van den goeden smaak van het publiek, waarop de zangvereeniging gedurende vele jaren blijkbaar eenen zoo weldadigen invloed heeft uitgeoefend. In het einde van deze maand zal de Israëlitische gemeente alhier, een voor haar ongewoon feest vieren. Eene nieuwe wetsrol zal plegtig worden ingewijd, met alle de kerkelijke formaliteiten, die daaraan volgens hunne godsdienstige voorschriften moeten verbonden worden. Nog nimmer had hier eene zoodanige wijding plaats, en er mag bij vermeld worden, dat de kleine gemeente alhier, niet dan met bijzondere inspanning er in geslaagd is, om tot het gewenscht bezit van die wetsrol te kunnen geraken. Vrijdag is er weder een zinkstuk aan den Biezelingsehen dijk nedergelaten. Een twintigtal met steenen geladen schepen om ringden het stuk. Honderd werklieden waren bezig om de zware keijen op het stuk te werpen. Men berekent dat de beide zink- stukken nu laatst in de |diepte verdwenen te zamen 15000 kosten. Tot lid der provinciale staten voor het district Slnis is ver kozen de heer J. M. Hennequinaldaar. Bij besluit van 3 Aug. jl. is benoemd tot notaris te Middelburg, F. F. Slegt, candid, not. aldaar en burgemeester van Grijpskerke en Meliskerkesecretaris en ontvanger der gemeente Aagtekerke, terwijl tevens, op daartoe door hem gedaan verzoek is ingetrok ken de vergunning, verleend aan den notaris G. Verdooren, om zijne standplaats van Aardenburg naar Middelburg overtebrengen. Van het verbeteren van den dijk van den polder Oud- en Jong Bveskens, is aannemer geworden de heer A. Binders aldaar, voor 6974. Men schrijft uit Kampen, den 18 dezer zullen van het instructie bataillon 52 korporaals-titulair naar de onderscheidene regimenten infanterie vertrekken om daarbij als korporaal effectief te worden geplaatst. In verband met deze overplaatsing zullen een vijftigtal adspiranten- opgeroepen worden, om optekomen in het begin der volgende maand. VERSLAG DER VERWACHTINGEN VAN DEN OOGST IN DE PROVINCIE ZEELAND: De berigten omtrent de Tarwe luiden over het algemeen zeer gunstig. Het graan is van eene uitmuntende hoedanigheid, ter wijl zich eene ruime opbrengst wachten laat. Uit Schouwen wordt gemeld dat, meer dan in andere jaren, zoogenaamde doode aren in het gewas worden gevonden. De Rogge is niet zwaar van stroo, doch belooft eene ruim middelmatige opbrengst. Ofschoon uit enkele deelen der provincie geklaagd wordt over het te vroeg legeren van de Garst, wordt het gewas overal als gunstig ge roemd, zoowel wat de hoeveelheid, als wat de hoedanigheid betreft. De berigten omtrent de Haver zijn, op eene enkele uit zondering na, (dat uit Noord-Beveland), gunstig; men verwacht over het algemeen een ruim beschot. Van de Paardenboonen heeft men goede verwachtingen. De opbrengst zal waarschijn lijk het middelmatige te boven gaan. Hetzelfde kan mede van de Bruine en Witte boonen worden gezegd. Ook de Erwten beloven bevredigende uitkomsten. Het Koolzaad is uitmuntend geslaagd en overtreft, wat de hoeveelheid aangaat, de hoogst ge spannen verwachting. Het Vlas is over het algemeen goed uit gevallen. De opbrengst zal waarschijnlijk het middelmatige over treffen. De een- en tweejarige Meekrap hebben zeer veel door de late nachtvorsten geleden de driejarige, die op het tijdstip dier nachtvorsten reeds verder in groei en daardoor krachtiger was heeft daarvan geen letsel bekomen en belooft eene goede opbrengst. De Aardappelen welke buitengewoon vroeg uitgeplant waren hebben zich goed ontwikkeld; men ziet van deze vrucht eene ruime opbrengst tegemoet. Alleen in de eilanden Tholen en Noord- Beveland heeft men sporen vau de bekende ziekte, zij 'tdan ook in geringe mate, gemeend te ontdekken. De Graslanden en Voe dergewassen ontwikkelen zich laat, terwijl de langdurige droogte in Junij en Julij daarop mede nadeelig werkte, zoodat de Hooi bouw op vele plaatsen gering is en de weilanden thans een zeer schraal gezigt opleveren. De Klaver, 2c snede, groeit langzaam, de Wortelgewassen hoewel op vele plaatsen dun opgegroeid zullen een vrij goed beschot opleveren, daar de in het laatst van Julij gevallen regen daarop gunstig heeft gewerkt.

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1863 | | pagina 2