Mteiifunöscöe fcigten. /een bewijs van den burgemeester overteleggen, omtrent goed f gedrag en de overeenstemming met bet karakter van officier Rnaar dat dit bewijs in het vervolg moet geleverd worden door \CUer^hefs.-der corpsen, die daaromtrent verantwoordelijk worden Ngji6teld<r. J)e dafnés moeten dus zorgendat zij bij de chefs der cbfgsen bekend' zijnwillen zij niet of aan aan een proeftijd onderworpen' wordenof bezwaren aan hare huwelijksvoltrekking in den weg zien leggen. De legerhoofden zullen voortaan ook niet alleen manschappen maar ook dames moeten controleren. Bij de verantwoordelijkheid, die op hen gelegd wordt zal het ook wel noodig zijn, dat toekomstige officieren worden opmerk zaam gemaakt op het belang en de delicatesse eener zaak waar over zij later met juistheid en billijkheid hun oordeel zullen moeten uitspreken. Een later berigt doet ons zien, dat het besluit genomen is naar aanleiding van de opmerkingen van een geacht officier. Nu kunnen wij wel begrijpendat officieren in sommige gevallen iets stootends zagen in deze bepaling, maar vreemd is het, dat het afgeven van een nog altijd gevorderd bewijsnu wordt overgebragt bij degenen, die daartoe meestal althans onbevoegd moeten worden geacht. Of zal het afgeven van zoodanig bewijs niet ondoenlijk zijn voor die chefs de corps die op grooten afstand van de woonplaats der aanstaande echtgenoot verblijf houden Gisteren avond hield dr. S. Piccardt zijne laatste letterkundige voordragt in dezen winter. Hij behandelde bij die gelegenheid de vraag: in hoe verre het nuttig en wenschelijk is, dat de vrouw zich wijde aan die studie of aan zulk bedrijf waarvan men ge woon is haar uittesluiten. Spreker stelde op den voorgrond het belang der vraag, zoowel om den aard der zaak, als om de aan dacht die daaraan in onzen tijd wordt geschonken. Hij herinnerde daarbij aan de voordragten die dezen winter door Clemenee Roijer in ons land gehouden zijn, en die schoon dan ook hare opvat ting eenzijdig moge geweest zijntoch geschikt waren om ook onder onze aandacht een punt te brengen, dat ernstig na denken en onpartijdige beoordeeling verdient. Hij beweerde, dat de vraag voor geen positief antwoord vatbaar is, omdat daar omtrent altijd verschil van meening zal en moet blijvenmaar stelde reeds als slotsom zijner overwegingen voorop, dat zoo waar het is, dat de vrouw niet geroepen wordt menig gebied te betreden, waarop de man werkzaam is, dat het even redelijk is om, wanneer de vrouw eene bijzondere aanleg of aandrift voor eenig vak van studie in zich gevoelt, haar de gelegenheid te geven om die te ontwikkelen en gevolg te geven. Daarna zeide de spreker, dat hij ditmaal eene bijdrage tot beantwoording van die vraag wilde leverendoor in herinnering te brengen wat de geschiedenis ons leert omtrent vrouwen, die zich door bij- /onderen aanleg en stude onderscheidden, ten einde daaruit afte- leiden, wat in het algemeen daaruit moet worden afgeleid. Achter eenvolgens werd gewezen op die vrouwen die op het gebied van staatkunde, geleerdheid, godsdienst en poëzie gearbeid hebben. Menige bijzonderheid omtrent meer of min bekende personen werd in herrinnering gebragt, waarna de spreker alles resumeerde in deze gevolgtrekking: dat het voor onzen landaard althans min wenschelijk schijnt om de vrouw optewekkendat zij zich aan studie of bedrijf, in den regel voor mannen bestemd, wijde, maar dat het goed is haar de gelegenheid te openen tot die vermeer dering van kennis, die haar in haren kring nuttig kan doen zijn; en dat wij niet alleen eerbied moeten hebben voor haardie een ruimeren kring voor hare talenten mogen wenschen en zoeken maar dat de maatschappij daarvan eene gelukkige vrucht kan trekken, en dat men de onbillijke en onjuiste stelling dient te laten varendat de wetenschap slechts voor de eene helft van het menschelijk geslacht moet worden gereserveerd. Men schrijft ons heden uit Hans weert: De herstellingen aan de, ketels der machine alhier, die nagenoeg 14 dagen duurden, zijn afgeloopeu, waardoor men eergisteren weder de uitpomping van den sasput met dat werktuig heeft kunnen hervatten, het geen, daar de lokomobile wegens den lagen waterstand geen werk doetgelukkig is. Tot nog toe komen er hier geene huisgezinnen van elders zich nederzettenom van de grootsche verwachtingen voordeel te trekkenof de woningen te vermeerderen waaronder reeds vele kroegjes en herbergen, wier uithangbordjes duidelijk hun karakter verkondigen. Zou het ook zijn omdat velen er in het verledene hunne hoop bedrogen zagen, en er zoo veel kommer en ontbering gesmaakt hebben? De nieuwe kade die te Dordrecht van het groote hoofd tot aan den rietdijk in het belang der stoombooten zal worden aan gelegd is Maandag aanbesteed. De minste inschrijver was M. Gever dingen te Haarlem voor een bedrag van 106,000; zijne inschrijving leverde met die van den hoogsten een verschil op van 31,198. Het is ook hier reeds spoedig bekend geweest, dat vrijdag ai de gaslichten te Middelburg plotseling uitgingen en dat er brand was ontstaan in de gasfabriek. De Middelburgsche Courant, deelt thans daaromtrent mede, dat de brand zich nagenoeg uitsluitend heeft bepaald tot het vlam vatten van het gas uit een der gas houders ontsnapt. In de kleine gashouder was door een onbe kende oorzaak een lek ontstaan. Het gas baande zich een weg door de hier door ontstane openingkwam in aanraking met eene in de nabijheid brandende lantaarn en deed een ontzag wekkende vlam opstijgen. Men slaagde er in de opening spoedig te stoppen en daardoor ongelukken te voorkomen. Volgens het Weekblad van het Regt van den 16 Maart 1863, no. 2460, heeft het provinciaal geregtshof in Utrecht den 10 dezer bevestigd, een vonnis der arrondissements-regtbauk te Amersfoort, waarbij is beslist, dat een deurwaarder die door hem geïncasseerde gelden weerloos maakt, schuldig is aan het wanbedrijf van mis bruik van vertrouwen, voorzien en strafbaar bij art. 408 strafregt. Wij vestigen de aandacht op de achterstaande advertentie betrek kelijk de tentoonstelling der Maatschappij van nijverheid, die zeker de belangstelling ook van onze industriëlen in hooge mate verdient. AMERIKA. In het aan den senaat te New-York uitgebragte rapport omtrent de voorstellen tot bemiddeling, verklaart de regering ten aanzien van de fransche voorstellendat elk denkbeeld van bemid deling of interventie onpraktisch en onaanneembaar is en dat zelfs ieder aanbod tot bemiddeling als eene vijandige daad jegens de Unie moet beschouwd worden, daar de opstand er door aan gemoedigd en de oorlog er door verlengd zoude worden. Volgens een gerucht heeft er bij Vicksburg een gevecht plaats gehad, ten gevolge waarvan de Zuidelijken de plaats moesten ontruimen. Maar er bestond ook vrees voor een aanval der Zuidelijken op de vloot der Noordelijken te New-Orleans. DUITSCHLAND. Volgens een te Berlijn loopend gerucht maar dat weinig ge loof verdientzou de Fransche regering vertoogen hebben inge diend tegen de feestelijkheden, die hier zullen gehouden w orden. De regering heeft te kennen gegeven, dat zij zich niet ver eenigen kan met de amendementen, die op hare leger-organisatie zijn voorgesteld, zoodat het conflict tusschen de regering en de vertegenwoordigers nog verre van geëindigd is. De meer of min directe ondersteuning van de onderdrukkers der Poolsche natie, werkt in Pruissen zeer nadeelig en maakt, dat het volk maar weinig opgewektheid toont voor de feesten die ophanden zijn. De minister van binnenlandsche zaken heeft bij circulaire aan de provinciale besturen geboden zorg te dragen, dat het artikel ■"Van den Staats-Anzeigerwaarin de positie van het huis der afgevaardigden tegenover de regering werd besprokenin de ver schillende officiële bladen op eene in het oog loopende plaats worde opgenomen. De minister zou daarmede een verstandige maatregel hebben genomen, indien hij niet wilde, dat andere berigten of weggelaten of verscholen werden. Nu blijkt de zwak heid der regering ten duidelijkste, die de publiciteit vreest en alleen hare eenzijdige opgave durft te laten spreken. POLEN. De strijd der PoIpu om hunne zelfstandigheid en onafhankelijk heid te herkrijgenduurt niet alleen voortmaar krijgt een meer ernstig karakter. Langiewics is tot dictator verheven en wil aan de insurgenten den tijd gunnen, dat men haar te hulp. komen kan. De Polen willen van de hulp der Italianen niets weten en Menotti Garibaldidie op weg was om hun zijne diensten te leenen is teruggekeerd naar Caprera. De gebeurte nissen in Polen zijn van geheel anderen aard, dan de omwenteling in Italië, noch met eenige omwenteling door de democraten bevorderd te vergelijken. Te Warschau blijft alles rustig, maar men is daar ook zoo door de Russen ingesloten dat de bevolking zich niet durft uiten. De russische regering heeft andermaal door haren gezant te Rome bij den paus laten aandringendat deze bij de eerst komende plegtigheid met eenige woorden van zijnen invloed gebruik zoude maken, om de houding der poolsche geestelijk heid gunstig voor Rusland te stemmen. De herhaalde poging heeft echter niets uitgewerkt en men vermoedt, dat de fransche gezant niet vreemd is aan het afwijzend antwoorddat van wege den paus door kardinaal AntonelLi is gegeven. In het laatste consistorie heeft de paus dan ook maar met weinige woorden van den treurigen toestand in Polen gesproken. In de laatste dagen hebben de insurgenten onderscheidene overwinningen behaald op de Russen. Yan meer belang echter is dat dag aan dag de bevolking meer levendig aandeel aan den opstand neemt en dat dus de keizerlijke troepen al meer en meer de handen vol hebben. De berigten van het tooneel van den opstand vermelden allerlei wreedheden door de Russen gepleegd, die weinig geschikt zijn, om het poolsche volk tot onderdanigheid aan den czaar terug te leiden. Zoo lezen wij heden: dat een geheel dorp werd uitgemoord, dat zelfs vrouwen, grijsaards en kinderen die zich in schuren verborgen hadden onmeedoogend werden gedood. Een jong geneesheer die gekomen was om zijne zorgen aan de ge wonden onder de insurgenten te wijden, had zich verborgen in het huis waarin de lijders werden verpleegd. Door de Russen ontdekt, kon

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1863 | | pagina 2