1863. N°. 1.
50"* Jaargang.
De uitgave dezer Courant geschiedt Maan-
dag en Donderdag avond, uitgezonderd
op feestdagen.
Prijs per kwartaal f 1,35 fr. p. p. 1,90.
/Gewone advertentiën worden d SO et, de
regel geplaatst.
Geboorte-huwelijks- en doodbcrigten van
1-6 regels a ƒ1,30, behalve het zegeiregt.
pa
-w,
De inzending van advertent iën moet geschieden vóór drie uren des namiddags op de» dag der uitgave.
I3e Groessclie Ooiajr^&:o.t.
1863.
De Goessche Courant treedt een nieuw tijdperk innadat zij
gedurende eene halve eeuw hare taak met getrouwheid heeft
zoeken te vervullen. Bij deze gelegenheid is het natuurlijk, dat
zij hare lezers uitnoodigt, om een blik achterwaarts en een blik
naar de toekomst te slaan, alvorens zij haren weg vervolgt en
hare taak voortzet.
Ruim 68 jaren zijn er verloopen sedert het eerste octrooi tot
uitgave eener Goessche Courant werd verleend, maar .de tijdsom
standigheden waren haar bestaan in den weg, en eerst met Ne
derlands onafhankelijkheid werd dit blad, nagenoeg in denzelfden
vorm waarin het jongste nommer nog «verscheen, geboren. Onze
feestdag gaat dus gepaard met die van geheel Nederland. Reden
vooruitgegaan in dit opzigt; en zij de vooruitgang ook met kleine
schreden, het staat gelukkig niet stil. Er is slechts voortstuwende
kracht noodig om het politiek leven hooger op te voeren en wij
meenen, dat de journalistiek onder de veel bet.eekenende middelen
behoort om daartoe werkzaam te zijn. Het ligt in den aard onzer
natie (want in geene provincie wordt dit kenmerk gemist) om alles
wat de politiek betreft het liefst te ontvangen door de bladen
die uit eigen kring uitgaanhun bestaan komt daaraan te
gemoetzonder den geest der afscheiding te voedenterwijl zij
als communicatie middelen op het gebied van handel en nijverheid
en op dat van het sociale leven onmisbaar zijn geworden. De
schatkist belemmert nog door hare zwaarwigtige eischen den .stroom,
die het licht alom en over allen moet uitstorten, maar welligt
j is de tijd niet ver meer verwijderd, waarin ook die belemmeringen
1 zullen weg vallen, en dan zullen «de volgende dagen leeren, dat
de wedijver om de openbaarheid en de kennis van -'s lands ge
schiedenis en 's volksbelang te bevorderen geene schadende eoncnr-
genoeg om zulk een levensmoment niet onopgemerkt te laten ïentiemaar eene heilzame zamenwerking is.
voorbijgaan. De Goessche Courant wil'dgorpm met moed en vertrouwen pene
Lag het in den aard der zaak, dat Zeeland, dat Goes vooral tweede halve eeuw intreden, en juist bij deze, daartoe zoo zeer
in menig opzigt eerst later zich ontwikkeldeniet minder dan
elders werden hier de behoeften gevoeld die geenen staatsburger
vreemd kunnen zijn. De naauwere aansluiting, die «het gevolg
was van de nieuwe staatkundige toestand in 1813 gevestigd, deed
onderling meer belangstellen in de aangelegenheden der bijzondere
deelen. Dag- en Weekbladen werden eene noodzakelijkheid, en dat
geschikte gelegenheid, reeds het bewijs leveren, dat zij haren'tijd
kent en met dezen zich voortbeweegt. Hoewel het nog slechts in't
vooruitzigt is, dat de opheffing der zegelgelden eerlang zal geschie
den, ontziet zij geene opoffering om aan haar blad eene meerdere
uitgebreidheid en anderen vorm te geven, zonder in eenige harer
voorwaarden verandering te brengen. Zij stelt zich voor, op hare
zooveel te meer, omdat de correspondentie met andeie deelen des wjjze voorttegaan om eene schooné roeping te vervullen. Zij hoopt
vaderlands aan groote bezwaren onderhevig wasdoor groote
kosten werd gedrukt. Een deel van die bezwaren is sedert weg
genomen, maar als men bedenkt, dat nog de correspondentie met
het onmiddelijk aangrenzend Holland langs den langen weg door
eene derde provincie geschieden moet, dan begrijpt men ligtelijk,
dat vóór 50 jaren bij zoo gebrekkige, omslagtige en kostbare
communicatie een algemeen middel tot mededeeling eene diep
gevoelde behoefte was.
Thans gaat er geen dag voorbij waarop niet uit alle oorden
allerlei bladen ons toevloeijen. Door verschillende organen komen
het nieuws uit het buitenland, de berigten van den vaderlandschen
bodem tot ons. Gelijk zij ons dienen om daar buiten, waar het
noodig is, van ons te doen sprekenzoo houden zij ons op de
Hoogte van hetgeen elders is en geschiedt, opdat eene wederkeerige
opmerking aan de vervulling van alle behoeften, aan de opwek
king van onderlinge belangstelling dienstbaar zij. De vraag zou
dus kunnen oprijzen of de Goessche Courant hare taak niet heeft
vervuld; of zij het groot aantal bladen (ten onregte dikwijls nieuws-
bladen genoemd) moet blijven vermeerderenof haar kring niet
zoo beperkt is, dat zij zonder ongerief zou kunnen gemist worden
Een toestemmend antwoord op deze vraag ware eene miskenning
van de eischen des tijds en zou niet alleen in strijd zijn met
de wenschen van velen, maar ook een verkeerd begrip van volks
opvoeding en volkshuishoudkunde doen onderstellen.
Het is een gelukkig verschijnsel in onzen tijd, dat zich hiel
en daar meerdere belangstelling openbaart in alles, wat tot de
inrigting en huishouding van den staat behoort. Ons volk is
nog verre van dat staatkundig leven, dat elders, schoon niet altijd
even wijs bestuurd, wordt waargenomen, maar het is onmiskenbaar
voor Goes, voor Zuid- en Noord-Beveland in de eerste plaats, een
geschikt en gewenscht voertuig te zijn voor dat alles, wat hier de
meeste belangstelling wekt, en voor eenen vrij grooten kring, die
weinig of geene andere bladen leest, de bode te zijn van de voor
naamste gebeurtenissen zoowel in ons Vaderland als elders.
Maar waarom zou zij het ontkennen, dat zij ook buiten dien
kring, nog veel meer dan nu reeds, wenseht gelezen te worden
Zij wil geene vermetele poging doen, om zich voor of boven
anderen te plaatsen, maar nevens anderen zoekt zij eene waardige
plaats in te nemen. Als uitdrukking van den geest, die in hare
omgeving heerscht. heeft zij er aanspraak op, om op hare beurt
gehoord te worden. En als zij hare kolommen openstelt voor de
bespreking van algemeene belangen, dan vertrouwt zij te kunnen
medewerken aan die wisseling van denkbeelden, die voor het wel
zijn van den staat onmisbaar noodig is.
De Goessche Courant hooptdat hare bestendige lezers in het
nieuwe tijdperk hunne belangstellende medewerking niet zullen
onthouden. Bij den heilgroet, die zij aan den ingang des jaars
tot allen brengt, voegt zij den wensch, dat zij menige goede tijding
zal mogen opteekenen, en dat de onafhankelijkheid van ons va
derland die dit jaar haar gouden feest viertduurzaam moge
bevestigd wordeu op den hechten grondslag van ordevrijheid
en eendragt, die immer het sieraad van Nederland zijn geweest.