40* 1 Goes, gelegen in het midden van Zuid-Beveland, en even daardoor veilige bewaarplaats van het regterlijk archief en van dat der bureaux van registratie en hypotheken, van alle zijden langs uitmuntende wegen toegankelijkwas reeds sedert 1811 de zetelplaats van een judicieel arrondissement geen wonder voorwaar, dat dóór ruime en geschikte lokalen ten dienste der regts-collegien doelmatige woningen voor het regterlijk personeel en de leden der wel bezette balie worden aangetroffen: geen wonder, dat de Hoogc Regering ten jare 1855 lot het besluit kwam, diiir ter plaatse ecne cellulaire gevangenis te stichten, die in bet volgende jaar zal volbouwd zijn enzoo men zegttot model zal kunnen dienen van alle volgende gevangenissen van dien aard in Nederland:geen wonder, dat, toen het gouvernement ten jare 1827, even als nu, het denkbeeld had opgevat, om, met opheffing van het arrondissement Goes, eene regtbank in Staats-Vlaanderen, toen te Axel, te vestigen, hetzelve, na een rijp en veelzijdig onderzoek, dit denkbeeld liet varen en het arrondissement Goes bestendigde, eensdeels uithoofde van de gunstige ligging en de voor deden welke Goes als zetel eener Regtbank aanbood anderdeels uithoofde van de vele bezwaren, welke toen bleken tegen de vestiging eener Regtbank te Axel of elders in Staats- Vlaanderen te bestaan. Sas van Gent daarentegen - is van alle deze voordeden verstoken als open vlek eri_ onmiddelijk grenzende aan het Belgisch grondgebiedstaat het bij de minste politieke verwikkelingen aan belemmering en overrompeling blootuiterst weinig bevolktworden daar geene geschikte lokalen voor de regterlijke collegien geene woningen voor het per soneel eener regtbank aangetroffen, en is het minstens twijfelachtig, of (gelijk de Memorie van Toelichting aangeeft) daar ter plaatse werkelijk geschikte gelegenheid voor de oprigting van deze besta terwijl het bevreemdend is in diezelfde Memorie te lezendat de vestiging van het nieuwe Arrondissement te Sas van Gent daarom vooral aanbeveling verdientomdat voor de bewoners van het voormalig district de gemeenschap met die Gemeente de meest gemakkelijke is, daar het veeleer met de waarheid strooktdat Sas van Gent voor het ie district schier ontoegankelijk is en eene goede communicatie lusschen die beide districten niet zonder groote geldelijke opofferingen zal kunnen daargesteld worden. Geen wonder dan ook, dat, toen in het jaar 179T, onder het Fransch bestuur, Sas- van-Gent als zetel van het i" arrondissement van het Departement der Schelde aangewe zen en aldaar eene regtbank gevestigd was, de ongeschiktheid dier plaats al zeer spoedig in allen deele ondervonden werd en het gouvernement van dien tijd binnen korten tijd genoodzaaktde regtbank van daar naar Eecloo te verplaatsen. Aan zulk eene teleurstelling zou het Nederlandsch gouvernement zich thans ook wel eens kunnen blootstellen en de voorzigtigheid schijnt te gebieden dat aan de opheffing der Regtbank te Goes niet worde gedacht, vóór en aleer het gebleken en bewezen zij, dat het vestigen en behouden eener Regtbank te Sas-van Gent tot de mogelijkheden behoort. De kaart van Zeeland schijntblijkens de memorie van toelichtingten aanzien van dit Gewest, uitsluitend, met veronachtzaming van locale omstandigheden en ter zijde stelling van door verloop van tijden gevestigde gewoonten, gebruiken, zeden en toestanden, tot rigt- snoer te hebben verstrekt van de ontworpene regeling van regtsgebied. Die kaart splitst Zeeland in drie hoofddeelen en maakt (even daarom?) elk dier drie hoofddeelen tot het regtsgebied eener Regtbank. Het zij zoo1 Maar dan maakt ook diezelfde kaart Goesen niet Middelburgtot zetelplaats van het arrondissement in hel tweede hoofddeel van Zeeland, dat de eilanden Walcheren, Zuid- en Noord-Beveland omvat. Immers die kaart doet ziendat Goes nagenoeg in het midden ligt van dit hoofddeel; Middelburg daarentegen schier aan het uiterst westelijke punt; zoodat van eene bevolking van 70,731 zielen, waaruit, volgens de nieuwe combinatie, het arrondissement Middelburg zou bestaanongeveer de helftzijnde Zuid- en Noord- Beveland, met eene bevolking van 35,305 zielen, op min of meer verren afstand van den zetel der Regtbank zou worden geplaatst, afgesneden daarenboven van Walcheren door de vaarwaters het Sloe en de Vliet. Men mag toch billijkerwijs veronderstellen, dat bij eene nieuwe regeling van regtsgebied niet zal beoogd worden deze of gene stadzij het ook de hoofdplaats van een gewest, te bevoordeelenmaar dat daarbij uitsluitend gelden zal het belang van het Rijk en bovenal dat der justitiabelen. Ten slotte zij het dezen Raad vergund uwe Vergadering nog met een enkel woord te wijzen op deze Gemeente zelve. In de Amsterdamsche Courant van Woensdag 9 Julij II. komt een met zaakkennis en bezadigdheid geschreven stuk voor, getiteld Bedenkingen tegen de opheffing van cenige Arrondissements-Rcgtbanken.» Onder meer, wordt daarin gelezen: «Beroof de steden, ecne bevolking van plus minus 10,000 zielen bevattende, van de aldaar gevestigde kollegien, en stel u het lot van die gemeenten na weinige jaren voor den geest, zal het dan niet bedroevend zijn het kwaad aantezien, dat men onnadenkend zal hebben te weeg gebragt? De huisgezinnen, die gij hebt verwij derd, bepalen zich niet alleen tot dezulke, waarvan de hoofden op de tractements- staten van het Departement van Justitie voorkomen; onafhankelijk daarvan zijn er meerderen de advocatenprocureurs deurwaarders en bedienden moeten volgen: ook zal de opheffing der betrekkingen van meerdere hoofdambtenaren niet lang uitblijven. Gij vernietigt den rang dier gemeentengij ontvolkt en sloopt dezelve en wij vragen u, in welk billijk belang of ter bevordering van welk meer nuttig werkend doel? De besparing van kosten voor het Rijkin evenredigheid tot het budget der reg terlijke magtkan niet dan hoogst gering eu onbeduidend zijnen wat eene betere indeeling betreftbij het hoogst gebrekkige der kennis van de locale ge steldheid en belangen, die maar al te dikwijls is gebleken, wanneer de Regering zich gedraagt naar de rapporten van ambtenarendie even vreemd aan de localiteiten ligtelijk al zeer onvolledige en eenzijdige of partijdige medcdeelingen aan de hoogere autoriteiten kunnen overbrengen, zoo kan hier moeijelijk veel verbetering te wachten zijn, ten minste niet, om daar tegenover zoo veel ongeluk te weeg te brengen.» De Gemeente raad aarzelt niet deze woorden met het oog op deze Gemeentetot de zijne te maken. Met eene bevolking van slechts 5738 zielen, gedrukt door eenen schuldenlast van vorige eeuwen ten bedrage van ruim drie tonnen gouds en met eene jaarlijksche begrooting van p. m. 57000,waaronder ruim f 50,700,aan belastingen, moet deze Gemeente ten onder gaanwanneer een groot deel harer welgestelde ingezetenen zich naar elders verplaatst. In de laatste jaren was in Goes ontwikkeling merkbaarfabrieken werden op gerigt, doch, in verband met de Zeeuwsche productie, fabrieken tot bereiding van meekrap en vervaardiging van garancine, beide artikelen, die in de laatste jaren, tengevolge der politieke toestanden in Europa en Amerika, kwijnende, ja dood zijn; die fabrieken staan sedert twee jaren werkeloos en aanzienlijk is de schade, die dientengevolge door de industrië len en de gansche Gemeente geleden wordt; doch die ramp is slechts tijdelijk; te eeniger tijd zullen die takken van nijverheid en handel zich weder opbeuren; maar wordt deze gemeente van hare'Regtbank beroofd, dan worden haar voor altijd hare beste materiele en intellectuele krachten ontnomen en zij aan eene maatschappelijke tering prijs gegeven die binnen korten tijd het geheel sloopen zal. Het lot van Goes is op dit oogenblik in Uwe handen inogt het door dezen Raad bijgebragte door uwe Vergadering in ernstige overweging worden genomen en deze over weging uwe Vergadering nopen, om het wets-ontwerp tot regeling van het Regtsgebied der Regterlijke Collegien enz. niet aantenemen tenzij daarbij de drie thans in deze Provincie gevestigde Regtbanken behouden blijven. GOES, den 15 September 1862. 'tWelk doende &a. De Gemeenteraad van Goes M. P. BLAAUBEEN, Voorzitter H. C. PILAAR, Secretaris. Drukkerij van F. KLEEUWENS en ZOON, Uitgevers der Goessche Courant.

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1862 | | pagina 4