18.
1861.
48ïte Jaargang,
NATIONALE MILITIE.
WAARSCHUWING-
BEKENDMAKING.
LU
luifel
GOESSCHË
COURAIVT.
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag en Donderdag j 1 ar m I Gewone advertentie» worden a 20 ets. de regel geplaatst.
avond, uitgezonderd op feestdagen. iTltl{lll(l!l2[ 4 iYlclfil't. Geboorte- huwelijks- en doodberigten, van 1-6 regels a fl,2C
De prijs per kwartaal is f 1,75 franco per post f 1,90. j behalve het zegelregt.
De inzending van advertentiën moet geschieden vóór drie uren des namiddags.
PLAATSELIJK BESTUUR.
BURGEMEESTER en WETHOUOÈRS van GOES
brengen bij deze ter kennis van allen die het aangaatdat
de militie-raad. krachtens art. 126 der wet op de Nationale
Militie van den 8 jaiiiiarij 1817 (Staatsblad no. 1over
dezen jare, zijne TWEEDE ZITTING, tot onderzoek der
lolatóngen van dit.jaar, volgens art. 37 der wet van 27
april 1820, (staalsblad no. 11), welke verineenen mogten
regt op vrijstelling te, hebbenzal houden te Middelburg
hoofdplaats dezer provincie op Donderdag den 21 maart
aanslaandedes morgens ten half tien ure, in de Abdij aldaar.
Van de verpbgling om voor dien raad te verschijnen zijn
echter uitgeslotenzoodanige lotelingen welke geenerhande
reden tot vrijstelling hebbendaar dezulken door den mili
tie-raad finaal voor de dienst gedesigneerd zullen worden.
Terwijl bij deze alle ouders, voogden, curators of ge-
magtigden worden herinnerd, dat zij, reclames hebbende,
voor hunne absente zonen of pupillen zich zullen moeten
sisleren len dage, ure en plaats voormeld.
En of dat niemand hiervan onkundig blijve, zal deze
worden gepubliceerd en geaffigeerdmitsgaders geplaatst in
de Goessche Courant.
Gedaan ten raadbuize van Goes, den 2 maart 1861.
Burgemeester en wethouders voornoemd,
M. P. BLAAUBEEN.
De Secretaris,
H. C. PILAAR.
BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN GOES,
brengen bij deze ter kennis van de ingezetenen dezer
gemeente
dat beeren gedeputeerde staten van Zeeland, bij hun
besluit van den 22 februarij II. n°. 33, tot provincialen
veearts der 2de klasse, om te fungeren in de kantons
Goes, Heinkenszand en Cortgenehebben benoemd den heer
B. J. VERMANDE, thans provinciale veearts der 3de klasse
te Heinkenszand, om in te gaan met den I april 1861.
En zal aan deze op de gewone wijze publiciteit worden
gegeven.
Gedaan te Goes den 2 maart 1861.
Burgemeester en wethouders voornoemd,
M. P. BLAAUBEEN.
De Secretaris
H, C PILAAR.
BINNEJiLANDSCHE BEItlGTEN.
In de zitting van de tweede kamer der staten-generaal
heeft jl. zaturdag de heer van Heemstraminister van
binnenlandsche. zakeu liet woord gevraagd en gezegdHetgeen
ik ter gelegenheid van (Je;, jongst, gehoudene beraadslagingen
bij de interpellatie door bellid uil Rotterdamaan de
vertegenwoordiging niet .veririogt aan te kondigen, ben ik
thans getnagligd aan de. vergadering mede te deelen
namelijk (lat de raadslieden der kroonin den toestand
van zaken, gelijk die thans bestaat, aanleiding hebben ge
vonden om aan bet geëerbiedigd hoofd van den staal
te kennen lp. gevendal zij meenen in het belang des
lands zich niet verder met de leiding der zaken te mogen
blijven belasten en dat,zij uit dien hoofde Z M. eerbiedig
hebben verzochteen nieuw kabinet zamen te stellen en
ten dien einde te willen beschikken over hunne portefeuilles.
De koning beraadslaagt op dit oogenblik over betgeen Z M.
in hel wel begrepen belang des lands zal te doen staan.
En nu meent de regering in dien toestand in overweging
te moeten geven of het wel raadzaam is, vomt te gaan
rnct de behandeling van zaken. De regering meent als
haar gevoelen te moeten uitspreken, dat in deze omstan
digheden verdere beraadslaging overbodig is en neemt dan
ook de vrijheid de kamer voor te stellen de verdere be
raadslagingen te verdagen, tot dat de beslissing des konings
bekend zal zijn.
Hierop is de behandeling van bet wets-ontwerp betref
fende het koloniaal batig slot verdaagden is de kamer
tot nadere bijcenroeping gescheiden.
In hoofdinhoud bij bulletin jl zaturdag medegedeeld.
Men meldt uit 's Rage, dat bij eventuele ontbinding van
liet ministerie, sommige leden daarvan deel aan het nieuwe
kabinet zullen uitmaken.
De Leidsche Courant zegt van goederband te vernemen,
dat bel gciucht in sommige dagbladen opgenomenals
zoude het ministerie van finantien den hoogleeraar Vissering
aangeboden zijn, ten eencnmale ongegrond is
Volgens liet Handelsbladis er te 's Gravenhage weder
zeer ernstig sprake van de benoeming van den heer
J P. P. baron van Zuylen van Nyevelt, lid van de
He kamer der staten-generaaltot gouverneur-generaal van
Neerl.-Indie.
De N. Rolt. Ct. heeft gisteren avond de volgende dé
pêche uit 'sHage ontvangen. Verschillende geruchten zijn
hier nopens de ministrieele cricis in omloop. Volgens som
migen zou de heer van Heemstra, volgens anderen de heer
Rochussen, belast zijn met de zamenslelling van een nieuw
kabinet Men schenke evenwel aan deze geruchten geen
onvoorwaardelijk geloof. Het verdient intusschen gemeld te
worden, dat de heer de Cock, directeur van het kabinet
des Koningslieden ochtend eene conferentie gehad met
den heer Rochussen.
Verleden donderdag avond trad dr Piccardt op nieuw
op om zijne voorlezingen over de Geschiedenis van Goes"
voor dit saisoen te sluiten. Het bleek dat, nadat ZEd.
viermalen dat onderwerp reeds behandeld hadde belang
stelling nog niet verflaauwd isook ditmaal werd hem den
meesten bijval geschonken en na het eindigen bij monde
van dhr. 0. Verhagen namens de verschillende opgekomenen
hartelijk dankbetuigd voor de moeite aan h;l navorscKen
en met onmiskenhave begaafdheid voordragen van deze voor
de goesschenaren wetenswaardige bijzonderheden hunner ge
boorte of woonplaats besteed.
Wij vernemendat bet plan om aan deze voorlezingen
blijvende waarde te schenken reeds zooveel medewerking
heeft gevonden dat de uitgave met uitzigt op nog meer
dere inteekenaren bepaald zal doorgaan.
In den nacht van zaturdag op zondag verhief zich een
felle wind die omstreeks ten drie uren in een hevigen storm
overgingde lucht was stik donker en voor bet oog on
doordringbaar. Tot heden heeft men uit deze omstreken
niets van gevreesde ongelukken vernomen, terwijl de door
denzelvén aangebragte schade voor zoo ver bekend hoogst
gering is.
Uit de aangeboden inschrijvingslijstdie nu reeds het
kenmerk van algemeene deelneming draagtzien wij hel
berigl in ons vorig nummer opgenomen bewaarheiddat
zich hier een sub-comité heeft gevestigd om in navolging
der vaderlandslievende vrouwen uit Deventer eeno inza
meling van lii-Wêpénningen te 'doen, ten einde onzen Vorst
een blijvend gedenkteeken te schenken voor zijne liefde en
trouw in den watersnood aan zijn volk betoond.
Het is zamengestelduit de volgende dames:
S. M. van Renterghcm C. Rijser, A. C. van Renterg-
bemMevr. G. L. Saaijrnans Vadervan Rijswijck, C. M.
Saaijmans Vader, Mevr. M van Deinsede Leeuw, S. J.
A. van Deinse, M. van HeelSleendijk, H. C. Verschoor,
A. R. F. C. A. RijserSclireuder, E La Motlhc, Ch. L. 1
Molthe, J. C. de Laat de Kanter, Ph. M. de Laat de
Kanter, A. Mollvan Groningen, J. A. M. Moll.
Als eene bijzonderheid wordt uit Meppol gemeld, dat
de vierde zoon van een huisgezin hij de laatste loting
voor de nationale militie even als zijne drie andere broeders
hetzelfde vrije nummer heeft getrokken.
Uit een particulier schrijven van Macassarwordt het
volgende vernomen.
lil den morgen van den 23sten nov. omstreeks 6 ure,
juist op een zondag, hoorde men een vreeselijk geroep van
amok en zag menter hoogte der kampong Baroeeen
hevigen brandeen iéder was in de weerduizenden Ma-
cassarcn, met lansen gewapend, liepen ter plaatse der onheils.
De troepen bleven gewapend in liet fort, met uitzondering
van hen die het brandpiket hadden.
Ik spoede mij op al dit verward geroep naar den brand
en aanschouwde aldaar een tafereel, dat ik die sints jaren
lang aan de verschrikkelijkheden van den ooriog gewoon
ben, nog nimmer gezien heb. Terwijl de vlammen nog de
huizen vernielden en een ieder zich onledig hield dezen lo
blusschen, zag men het eerst den persoondie de oorzaak
van deze verschrikking was; liet was een Boegenees (pandeling)
met meer dan 50 wonden, iets verder twee kleine kinderen,
waarvan een nog in léven en eene nog levende vrouw
die drie wonden beltóifien had waarvan een in den huik,
zoodat de ingewanden er uil hingen bovendien nog drie,
ongelukkigendie in de vlammen omgekomen waren.
Het was een afgrijselijk gezigt, hoe deze rampzaligen als
onkenbare misvormde rompen, uit liet vuur worden gesleept
De ellendeling Ilad, om eene niet noemenswaardige reden,
eerst een ieder, die onder zijn bereik kwam, vermoord, er.
daarna het huis verbrand; het huis was half van steen en
met planken opgetrokkeu en met atap gedekt. De eigenaar
is een rijke Macassar en een kleine ontevredenheid over
zijne behandeling was oorzaak van dezen gruwel, waarbij 2
kinderen beneden de 8 jaren 3 weerlooze vrouwen en
een man het leven verloren terwijl nog eenige zich ter
verpleging hunner wonden, in het hospitaal bevinden. Reeds
spoedig bevonden zich ter plaatse de gouverneur, militaire-
kommondant en die der zeemagt [hieren de adsistent-
resident enz. Met het beste gevolg werkten de brandspuiten,
waaronder die der Citadel van Antwerpen uitmuntte. Dank
zij de goede maatregelen der autoriteiten, bepaalde zich de
brand tot een paar huizen; zonderling kan men zeggen
dat de schutterijdie gewoonlijk overal bij ishier thans
ontbrak.
De reden, waarom deze amokmaker, zoo veel tijd heeft
gehad om een groot getal slagtoffers te maken, is gelegen
in eene bepaling van een der vroegere officieren van justitie
alhier, waarbij de bevolking gelast werd, dat bij gelegenheid
van amokkerijde dader niet of zoo min mogelijk mag
worden afgemaakt (hetgeen vroeger geschiede) maar deze
levend in handen der politie moest worden geleverd. Hierdoor
was hij in de gelegenheid dit alles zoo ten uitvoer te brengen.
BUITENLANDSCHE BERIGTEN.
ÜUITSCHLAND.
Voor eenige dagen werd de Orpheus in het Karl-
theater opgevoerd. In het tooneel waar Juno aan Jupiter
zijne galanterien verwijt, bezigde de bekende acteur Nertsy,
die de rol van Jupiter vervulde, onderanderen deze woorden:
Ik zal mij een la Guéronnière aanschaffen, die in eene
brochure mijne onschuld helder en klaar aan het licht brengt.
Er zijn slechts weinige landen, waar de emancipatie
der vrouw zoo zeer in het praktische leven is doorgedrongen
als in Zweden. Zoo werd voor eenigen tijd te Gefle eene
dame lot orgelist in de stadskerk benoemd, en thans ver
neemt men uit Umea, dat de dames zijn opgeroepen om
aan denachtelijke zoogenaamde veiligheidspatrouilles deel
te nemen. Ir. het dagblad van genoemde plaats werd eene
levendige polemiek over deze veiligheidspatrouilles gevoerd,
vermits deze door sommigen eene nuttelooze inrigting wordt
genoemd, die, met het oog op de gezondheid, de nachtrust
en het gemak, eerder den naam van onveiligheidspatrouille
verdient; daarentegen rekent men de vrouwen meer geschikt,
om bij de geheime pohcie als spionnen te dienen gelijk
zulks reeds in vele landen met succes aangewend wordt.
ENGELAND.
Toen de prins van Wallis in Amerika washad
hij veel last van zijne schoonen newfoundlandhond, tijdens
zijn verblijf te Quebecdoch hij bragt den hond gezond
en wel in Engeland. Op de reis hechtte zich het beest
noglans zoodanig aan een jongen, die hem oppaste, dat hij
den prins geheel vreemd werd. Bij de aankomst te Plymouth
gaf de prins van Wallis den jongen 5 dollars tot geschenk
en wilde de hond mede aan wal nemen. Deze sprong
echter dadelijk weder aan boord van het vaartuig. Éindelijk
was men genoodzaakt den jiiiigen naar Londen te doen
komen, alwaar luj vijf dagen bleef en 15 dollars ontving.
Te Plymouth teruggekeerd werd hij reeds den volgenden
dag naar Londen ontboden, want de hond wilde niet eten.
De jongen verkocht zijn matrozenpakje en begaf zich naar
Londen in de overtuiging zeide hijnu levenslang een
„heer" te zullen zijn. De newfoundlandhond zal alzoo duur
te slaan komen.
FRANKRIJK.
De tijdingen uit Cochin-China schijnen telkens een
nieuw bewijs te leveren van de noodzakelijkheid eener
expeditie tegen het gebied Annam. Volgens de laatste be-
riglen schijnt toch de keizer van dal r'yk nog niet geneigd
om aan de billijke eischen van Frankrijk iets toe te geven,
zoodat er wel niets anders zal overblijvendan aan die
eischen door de kracht der wapenen den noodigen klem
bij te zetten. Voor een goed gedeelte moet die intusschen
daaraan worden toegeschreven, dat de keizer geen juist be
grip heelt van hetgeen de franschen met eene bchoorl'yke
strijdmagt kunnen doen. Ongetwijfeld zou hij -..dal beter
inzienwanneer hy slechts wist wat er in China gebeurd is.
Wel is in zijn land de inneming van Peking genoegzaam be
kend geworden om op de bevolking en de ambtenaren van
invloed Ie zijnmaar de officier die hel waagde den keizer
in persoon officieel die gebeurtenis mede lo deelen
werd terstond als leugenaar gearresteerd en onthoefd.
De keizernog altoos denkende dat zijn volk door valsche