BEKENDMAKING. PUBLICATIE. BEKENDMAKING uitspraak binnen 8 dagen aan de reclamanten schriftelijk kennis. Aht. 20. Zij die in de uitspraak der commissie niet berustenkunnen zicb binnen 8 dagen in beroep begeven bij den raad, die zoo spoedig mogelijk uitspraak doet, na, zoo noodighet advies van deskundigen te hebben ingewonnen. Art. 21. Daarna worden, in volgorde als bij art. 27 van het brand-reglement is bepaald, door burgemeester en wethouders de vrijwilligers en de voor de dienst geschikte personen die de laagste nummers hebben getrokken, tot een getal van 3ü0 op eene lijst overgebragt en aan ieder daarop voorkomende kennis gegeven, met bepaling van dag en uur vóór den 5 december, waarop de afkoop moet bewezen of plaatsvervanging toegelaten zal worden. Art 22. Zij die hunne dienst afkoopen zijn verpligt len gestelden dage en ure de kwitantie van storting der afkoopsom te vertoonen. Art 23. Zij die een plaatsvervanger stellen, moeten zich ten dienende dage met hem bij burgemeester en wethouders vervoegen en aldaar de aangegane schriftelijke overeenkomst overbrengen. Art. 21. Tot plaatsvervangers worden geene andere toe gelaten dan dieovereenkomstig art. 5 der verordening regelende de persoonlijke diensten der ingezetenen den vereischten leeftijd bezitten en volgens over te leggen cer tificaat van een geneesheer, gezond en sterk van gestel zijn Art. 25. Indien de plaatsvervanger binnen bet jaar na de in dienststclling de gemeente met der woon verlaat of zonder wettige redenen bij brand of oefening tweemaal achtereen ontbreektzal hij (behalve de op hem toetepassen straf) worden ontslagen en de gesubstitueerde worden aangezegd, binnen ééne maand eenen anderen plaatsver vanger aan te bieden of de dienst verder in persoon waar te nemen. Art. 26. Boven het hiervoren bepaalde getal van 360 manschappen, worden op voormelde lijst de 80 eerstvolgende voor de dienst geschikte personen gebragtom daaruit zoo noodig de binnen het jaar ontstane vacatures aan te vullen. Zij die van deze 80 nummers in dienst zijn gesteld worden den 1 januarij daaraanvolgende tijdelijk ontslagen. Art. 27. De lijst alzoo opgemaakt zijnde, wordt ge zonden aan de directie van de brandweer om de indeeling te doen. Art. 28. Jaarlijks zullen op daartoe in de 2e helft der maand november te doen verzoek worden ontslagen: 1zij die den 1 januarij daarna hun 59 jaar hebben volbragt; 2. zij wier diensttijd verstreken is, volgens art f of 26, en 3. zij die door ligchaamsgebreken of om eenige andere reden in de termen van vrijstelling zijn gekomen. Art. 29. Deze personenalsmede diegene welke ver trokken of overleden zijn, of om eene of andere wettige reden niet meer tot de manschappen der brandweer behooren worden vervangen op de wijze in deze verordening bepaald, het eerste jaar op de wijze hiervoren gemeld, de volgende jaren uit de personen zich sedert de vorige inschrijving in de gemeente inet der woon gevestigd hebbende en die in de termen vailen. Art. 30. Bij aldien uit de loting van eenig jaar geen voldoend aantal manschappen tot aanvulling mogt kunnen gevonden wordenzullen de te kort komende uit de lotingen van vorige jaren worden opgeroepen, te beginnen met de jongste. Art 31. De termijnen voor de eerste inschrijving en loting, worden zoodanig gepegeld dat de inlijving der man schappen vijf maanden na de vaststelling dezer verordening geschiedt. De dienst van die manschappenwordt geacht reeds den 1 januarij te voren aangevangen te zijn. En opdat een ieder hiervan kennis drage zal deze worden afgekondigd en geplaatst in de Goesscke courant. Gedaan te Goes, den 17 december 1859. Burgemeester en wethouders voornoemd M. P. BLAAUBÉEN. De Secretaris, H. C. PILAAR. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES, doen te weten Dat door den raad dier gemeente in zijne vergadering van den 12 December 1859, is vastgesteld de navolgende VERORDENING regelende het onder wijs in de gemeente Goes. Art. 1. Er wordt in deze gemeente gewoon en meer uitgebreid lager onderwijs gegeven. Art. 2. liet meer uitgebreid lager onderwijs omvat, wat de school voor jongens betreftde vakken omschreven onder lelt K. en L. van art. I der wet van 13 augustus 1857, (Staatsblad n° 103) en voor de meisjes-school, die bedoeld onder letter K. en P. van dat artikel. De vakken bedoeld onder letter K. zullen zicb uitstrek ken tot fransch, engelsch en hoogduitsch. Art. 3. In de scholen voor meer uitgebreid lager-onder- wijs, wordt dagelijks, met uitzondering van den Zondag en den namiddag van Woensdag en Zaturdag, onderwijs ge geven des voormiddags van 9 tot 12 ure, en des namid dags van 3 tot 6 ure. Art. 4. In de scholen voor gewoon lager onderwijs wordt het gegeven: a Voor zooveel de dagschool betreft, met uitzondering van den Zondag en den namiddag van Woensdag en Zaturdag, dagelijks des voormiddags van 9 tot 11 en des namiddags van 2 tot 4 ure. b. Voor zooveel de avondschool betreft, met uitzondering van den Zaturdag en Zondag, dagelijks van 5 tot 7 ure. Art. 5 De vacantie-tijden zijn: a. Voor alle de scholen, de nieuwejaarsdagde Goede Vrijdagde Paaschweek de Hemelvaartsdagde eerste helft der Pinksterweeken de helft der week, waarin het Kersfeest invalt, en bovendien: b. Voor de scholen voor gewoon lager-onderwijsde ge- heele tweede en de Maandag en Dingsdag van de derde kermisweek c. Voor de scholen voor meer uitgebreid lager-onderwijs, de tweede week van augustus tot het einde der eerste week van september. Art. 6. Om als leerlingen de scholen te kunnen be zoeken moeten de kinderen zijn toegelaten door de plaat selijke schoolcommissie. Die toelating zal plaats hebbenten aanzien van de scholen voor gewoon lager onderwijs drie malen 'sjaars en wel bij de hervatting van het onderwijs na de paasch- groote en kersvacantie. Ten aanzien van de scholen voor meer uitgebreid lager- onderwijs, tweemalen 's jaars en wel na de paasch en groote vacantie. Minstens acht dagen voor de gendÈmde tijdstippen zal de commissie op door burgemeester en wethouders bekend te maken dag en uur, zitting houden om de aanvragen tot toelating op te nemen. Vorenstaande bepalingen zijn niet toepasselijk op kinderen, die van elders komendereeds onderwijs hebben genoten mits de aanvrage tot hunne toelating geschiede bij den voorzitter der commissie, binnen 14 dagen na hunne aan komst m de gemeente. Eene lijst der door de commissie toegelatene leerlingen volgens vastlestellen model, wordt binnen den kortstnioge- lijken tijd aan burgemeester en wethouders ingezonden. Art. 7 Geene kinderen worden toegelaten die den ouder dom van zes jaren niet hebben bereikt. Die aan stompzinnigheid (idiotisme) of besmettelijke ziekte lijden. Die de natuurlijke kinderziekte niet hebben gehad of niet door een bevoegd geneeskundige gevaccineerd zijn. Ingeval van twijfel omtrent den leeftijd van hen wier toelating wordt verlangd, kan de commissie de overlegging der geboorte acte vorderen. Art. 8, De leerlingen worden verdeeld in drie klassen, terwijl iedere klasse in niet meer dan twee afdeelingen zal mogen worden gesplitst. Art 9. Het onderwijs is klassikaalalle kinderen in dezelfde klasse of afdeeling ontvangen hetzelfde onderwijs. Art. 10 De plaatsing der kinderen in de onderscheidene klassen of afdeelingen, geschiedt door de hoofd-onderwijzers. Zij die zich met de plaatsing der aan hunne zorg toe vertrouwde kinderen bezwaard achten, kunnen de beslissing der plaatselijke schoolcommissie inroepen. Art. 11Het onderwijs wordt geregeld overeenkomstig eene tafel van werkzaamheden voor alle de dagen der week, ontworpen door den onderwijzer en goedgekeurd en ge waarmerkt door de commissie. Een afschrift dezer goedgekeurde en gewaarmerkte tafel wordt aan burgemeester en wethouders ingezonden. Ait. 12. Geene leerboeken worden bij het onderwijs gebezigd dan die welke in overleg met de hoofd-onder wijzers door de plaatselijke school-commissiezijn goedgekeurd. Art. 13. Gedurende den schooltijd mogen geene kinderen de school verlaten, dan uithoofde van ongesteldheid, of tut het bijwonen van godsdienstig onderwijs. Art 14. Door de hoofd-onderwijzers worden voor een of meer schooltijden verwijderd a Kinderen die een kwartieruur na den aanvang van den schooltijd ter school komen. b. Die niet behoorlijk gereinigd of aan eenige huidziekte lijdende zijn. c. Die na bij herhaling te zijn vermaand de orde in de school blijven versloren. Art. 15. Door de plaatselijke schoolcommissie kan de toegang tot de scholen worden ontzegd aan: a. Kinderen van een onverbeterlijk wangedrag b Kinderen die voortdurend blijken geven van volslagen onvatbaarheid. Van deze ontzegging wordtmet opgaaf van redenen, kennis gegeven aan burgemeester eu wethouders. En zal deze verordening aan de gedeputeerde staten van Zeeland in afschrift worden medegedeeld. En is hiervan afkondiging geschied waar het behoort den 22 december 1859. M. P. BLAAUBEEN De Secretaris, H. C PILAAR BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES, doen te weten dat door den Raad dier gemeente in zijne vergadering van den 12 dezer is vastgesteldde volgende wijziging van artikel 6 der verordening regelende de gevallen waarin persoonlijke diensten van de ingezetenen tijdelijk kunnen worden gevorderd, te weten: In plaats van de 2de zinsnede van genoemd art. 6 deze aldus te lezen 4 voor de diensten bij de brandspuiten en verdere brand- bluschmiddeienbuiten het werkelijk geval van brand wordt voor afkoop betaald vijf gulden 'sjaars. En opdat niemand hiervan onwetendheid voorwende, zal deze worden afgekondigd en geplaatst in de Goesscke Courant. Gedaan te Goes, den 21 december 1859. M. P. BLAAUBEEN, Burgemeester. H C. PILAAR, Secretaris. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES, brengen bij deze ter kennis van de ingezetenen dezer gemeente: Dat de PATENTEN over het dienstjaar 1859 (loopende van 1 mei 1859 tot ultimo april I860,) aangevraagd gedurende het tweede kwartaal van dat jaar, ingevuld gereed liggen en tot derzelver afgifteter secretarie zal gevaceerd worden, van maandag den 26 dezer lol maandag den 9 januarij 1860 uitgenomen des zondags, dagelijks van des voormiddags negen tot des namiddags twee ure. Wordende de belanghebbenden vermaand, om die albaling in persoon te verrigten en zich den bepaalden tijd ten nutte te maken, ten einde van alle kosten bevrijd te blijven, vermits volgens art. 7 van Zijner Majesteits besluit van den 17 October 1820, de onaigehaalde patenten of de afschriften van dezelve, door eenen deurwaarder der directe belastingen, overwijld aan de patentpligtigen moeten worden uitgereikt, tegen betaling van tien cent, waartoe dan ook den 1 fe- bruarij en volgende dagen zal worden overgegaan. Gedaan ten raadhuize van Goes, den 22 December 1859. Burgemeester en wethouders voornoemd M. P. BLAAUBEEN. De Secretaris H C. PILAAR. F. Kleeuwens Zoon, Uilgevers der Goesscke Courant.

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1859 | | pagina bijlage 2