rm
m
IN o. 1.
45stc Jaargang,
m
MAANDAG 4 JANUARIJ.
NOTIFICATIE.
NATIONALE MILITIE.
1»
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag en Donderdag
avond uitgezonderd'op feestdagen.
De prijs per kwartaal is f j,75franco per post f J,90.
Gewone advertentien worden a 2geplaatst
Geboortehuwelijksen doodberigten, van ó~6 regels d f J,20
behalve het zegelregt.
De inzending van advertentien moet geschieden vóór drie uren des namiddags.
BESTUREN EN ADMINISTRATIE]*
DE GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND, doen te
weten, dat door de Staten dier provinciein hunne ver
gadering van den 6 November 1857, is vastgesteld hetgeen
volgt
REGLEMENT ter uitvoering van art9 der wet
van den JS Junij J857Staatsblad no.
87 tot regeling der Jagt en Visscherij.
Art. 1. Bij het uitoefenen der afzonderlijke jagt op water
wild zal alleen gejaagd mogen worden op en langs het
Water en op lage moerassige gronden, en zal zulks bepaald
verboden zijn op bouw- en hooilanden, tot het gewone jagt-
veld behoorende, waarvan de oogst nog niet is afgeloopeu.
Ook het jagen op rijsbermen en bekleedsels van bet bui
tentalud der dijken, is onder de uitsluiting begrepen.
Art. 2. Tol het vangen of doodèn van visch in de bin
nenwateren der provincie, zullen geene andere visebtuigen
mogen worden gebezigd dan
Aalkorven, (KORVEN VLSCHKORVKN, WILLIGEN, WE
LIEN), Fleuren, (ZETLIJNEN), Fuiken, (STELNETTKN)
Hengels, Kruisnet, (TOTEBEL), Schakels, (VLOÜWEN, WAR
GARENS). Stolpmand Trommels, (BALFUIKEN), Werpnet,
Zegen, (SLEEPNET.)
Prang-praam- of schrobnettenmits alleen in groote
waterplassen en kreken en met uitsluiting alzoo van het ge
bruik derzelven in slootenwatergangen en vaten
Beugelnetlen mits de middellijn van den hoepel of beugel
niet grooter zij dan 90 nederlandsche duimen
Schepnetten mogen alleen gebruikt worden om steurkrab-
hen te vangen en gevangen visch op te scheppen over te
zetten of te vervoeren mits de middelliju van den hoepel
of beugel niet grooter zij dan 50 nederlandsche duimen.
Art. 3. De grootte der mazen van de viscbnetlen, tot de
visclivangst gebezigd wordende, over derzelver grootste
lengte gemeten zal moeten zijn ten minste
voor de zegen (sleepnet): de vleugels 25, de kuil 20 neder
landsche strepen
voor de fuiken: de vleugels en het ligchaam 25, de kuil
r_g!i kruik ,20 nederlandsche strepen;
voor de schakels: 50 nederlandsche strepen;
voor het kruisnet: 18 nederlandsche strepen;
voor de trommels25 nederlandsche strepen
voor de werpnetten: 30 nederlandsche strepen;
voor hel prangpraam of schrobnet30 nederl. strepen;
voor het beugelnet: 30 nederlandsche strepen.
Art. 4. De oeverhreedte voor de grachten, die buiten
plaatsen, lust- of bouwhoeven omgeven, en die bedoeld zijn
bij art. 12a en art, 136 der wet van den 13den Junij 1857
(Staatsblad No. 87), wordt bepaald op drie ellen.
Zijnde dit reglement goedgekeurd bij koninklijk besluit
van 4 December 1857, No. 67.
Gegeven te Middelburg, den 18 December 1857.
De Gedeputeerde Staten van Zeeland
VAN TETS, Voorzitter.
S. van der SWALME, Griffier.
BEZS1TDMAZIXTS.
OPROEPING
VOOR DE
(Slot.)
«Art 56. De wettige woonplaats of domicilie, voor de
inschrijving hierboven gemeldwordt gehouden voor hen
die ongehuwd zijn do woonplaats der ouderen en bij
overlijden van beiden, die van den eerstbenoemden voogd,
voor de gehuwden, de plaats alwaar zij hun bestaan heb
ben, in twijfelachtige gevallen omtrent gehuwden zal voor
de wettige woonplaats gehouden worden die plaats, alwaar
zij, op den eersten Januari) van elk jaar, tot de uitoefening
van eenig beroep, patent hebben bekomen of wel voor het
middel van het personeel en mobilair, of dat hetwelk in de
plaats daarvan zoude mogen worden geïntroduceerd, beschreven
zijn en voor zoo verre zij daarin niet beschreven zijn noch patent
hebben bekomen de plaats waar zij zich bevinden; met deze
verdere bepalingendat zij, die in een vreemd land uit
ouders ter oorzake van 's lands dienst afwezendof ander
zins op reis zijnde buiten het rijk geboren zijn, zullen
worden ingeschreven binnen die plaatsalwaar zij hunne
wettige woonplaats hebbendat jonge liedendoor bun
vader, moeder, voogd of curator achtergelaten en geen be
staan hebbendeop de lijsten van die gemeente zullen
worden gebragt alwaar hunne ouders eerst in rang be
noemden voogd of curatorhot laatst hunne woonplaats
hebben gehad en wanneer deze woonplaats niet bekend
mogt zijn of dat dezelze buiten liet rijk is gelogenop
die van de plaats alwaar zij zich bevinden.
«Dat zij die geene ouders, voogden of eigen bestaan
hebben, zullen worden ingeschreven in de plaats alwaar zij
zich bevinden.
«Dat de gcalimentccrden en kinderen in godshuizon en
liefdadige gestichten, zullen worden ingeschreven in (ie plaats
alwaar de godsbuizen zijn gelegen of de alimentatie geschiedt.
a En dat ten opzigte van do gevangenen, welke in de
jaren der loting vallen, de regenten der gevangenissen ver-
pligt zuilen zijn, vóór den 10 Januarij van ieder jaar, aan
bet bestuur van de gemeente, alwaar die gevangenen hunne
vaste woonplaats hebbeneene naauwketirige opgave te
doen van alles wat hetzelve voor de opschrijving noodig
heeft te weten, met bijvoeging der misdaad waarvan zij
beschuldigd of om welke zij verooi decid zijn gewordenen
den lijd voor welken zij zijn geconfineerd.
«Art. 59. liet register zal bevatten alle jongelingen, die
hun 19de jaar zijn ingetreden en de eerste klasse van liet
loopende jaar uitmaken.
«Tot de gemeente in welke iemand, bij het intreden van
deszelfs f 9de jaarvoor de eerste klasse zal zijn ingeschre
ven, zal hij, met betrekking tot de nationale militie blijven
behooren, werwaarts bij zijn domicilie, gedurende den tijd dat
hij in de jaren der nationale militie valt mogen overbrengen.
«Art. 63. De alzoo ontdekte personendoor den militie
raad na gedaan onderzoek in hunne eerste zitting, tot do
dienst voor altijd, uithoofde van ligcbaams-gebreken of an
dere omstandigheden, ongeschikt bevonden wordende, of wel
wanneer zij redenen kunnen allegueren die hen van de
dienst finaal vrijstellen, zullen in eene boete worden verwe
zen naar gelang der personen en omstandigheden, van niet
minder dan vijf gulden, doch niet te bovengaande de som
van honderd gulden, en ingeval van volstrekt onvermogen,
worden gestraft met eene gevangenis van vier dagen tot
zes weken.
«Art. 64. Tot de dienst niet zoodanig ongeschikt zijnde,
dat zij finaal behooren te worden vrijgesteld, of geene vol
doende redenen van vrijstelling-kunnende- allogueren, zullen
zij tot de boetehierboven vermeldworden verwezen en
aan het iioofd van de hierna te beschrijven lotingslijst van
de eerste klassewelke hunnen ouderdom ook zijn mag
worden geplaatst.
«Art. 65 Door tijdelijke ongemakken of gebreken, waar
van de genezing mogelijk is, tot de dadelijke dienst buiten
staat geoordeeld wordende, zullen zij tot de boeten of poena-
liteiten, bij art. 63 bepaald, worden verwezen en voor één
jaar worden vrijgesteld, doch het volgende jaar, of in het
jaar wanneer zij tot de dienst geschikt geoordeeld worden,
aan het hoofd der lotingslijst worden geplaatst
«Art. 166. De nasporingen naar de dienstpligtigen der
nationale militie, welke zich aan de inschrijving, aan de
loting of aan de dienst mogtcn onttrekken, zullen op gelijke
wijze bestuurd worden, als ten opzigte der deserteurs van het
krijgsvolk van den staat gebruikelijk is. Da. gearresteerden
zullen aan den provincialen kommandant worden overgegeven."
Dezulken, welke voor zich zeiven bij de nationale militie
reeds dienen, en thans in een der termen van vrijstelling,
bij de wet omschrevengekomen zijnen ten gevolge van
dien hun ontslag mogten verlangen, of derzelver ouders,
voogdencurators of gemagtigdenworden bij deze uitge-
noodigd, aan lieeren gecommitteerden tot het werk der
nationale militie alhier, vóór den 5 Januarij aanstaande, in
te zendon de schriftelijke aanvragen om ontslag uit de dienst,
met de behoorlijke bewijzen, hij art. 21 der wet gevorderd;
met herinnering, dat zoo deze aanvragen niet uiterlijk
voor den f 5 dierzelver maand zijn ingekomen of daarvan
de bewijsstukken niet in behoorlijke orde mogten bevonden
worden, dezelve niet meer zullen worden geadmitteerd.
tin worden bij deze uitgenoodigdalle degenen welke
genegen mogten zijn zich voor deze gemeente als vrijwilli
gers in de dienst der nationale militie te engageren om
zich daartoe aan te melden ten raadhuize alhier, waar aan
dezelven de conditiën en voorwaarden mitsgaders de premie
aan hun uit te reiken zullen worden kenbaar gemaakt,
van heden af tot primo February aanstaande terwijl de
zelve wel speciaal worden herinnerd dat diegenendie
als vrijwilligers verlangen in dienst te treden de laatste
15 maanden in deze gemeente moeten hebben gewoond,
en wijders moeten voldoen aan de verpligtingenbij de
wet ten hunnen opzigte voorgeschreven.
Wordende degenen, welke ten opzigte der inschrijving
bij dezen zijn vermaand gelast, om ten naauwkeurigsten aan
deze oproeping te voldoen, terwijl de nalatig blijvenden hun
zeiven zullen te wijten hebbende gevolgen die. daaruit
zouden resulteren.
Tot de uitvoering der werkzaamheden in dezenzijn
met ons burgemeester uit den gemeente-raad, voorgedragen
de lieeren mr. W. G. nu Knokke van der Meulen, en
mr. P. J. van VoonsT Vader.
En opdat niemand hiervan eenige onwetendheid zonde
kunnen voorwenden, zal deze worden gepubliceerd, en
aangeplaktwaar zulks gewoon is te geschieden.
Aldus gedaan ten raadhuize van Goes,den 26 December i 857.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
M. P. BLAAUBEEN
De Secretaris
H. C. PILAAR.
BINNENLANDSCHE BERIGTEK.
GOES 4 Januarij.
Met genoegen zagen wij ook thans op nieuw
jaarsdag onze giften weder tot goede einden besteed.
Onder de meestgewenschte orde had door de daartoe
gestelde commissie de uitdeeling van broodspek en
brandstoffen aan de armen plaatsen bleven wij van
het lastige nieuwjaarwenschen langs de huizen ver
schoond. Was noen vroeger met dezen maatregel minder
ingenomen en besteedde men liever naar eigen goedvin
den de opgeloopen centen thans stelt men er te meer
prijs op en ziet men menig wezenlijk behoeftige die
zich nog het rondloopen schaamt, in de giften deelen.
De goede resultaten die men zoo hier als elders hier
van ziet, doet dan ook dusdanige bedeeling, nagenoeg
algemeen worden.
Door de arrondissements-regtbank alhier, is in
de meermalen besprokene zaak van C. Putterill vonnis
gewezen en is dezelve ontslagen van alle regtsvervolging
als zijnde het feit noch misdaad, noch wanbedrijf, noch
overtreding. De regtbank heeft aangenomendat de
doodgeschotene vader onvoorzigtiger heeft gehandeld
m zijn zoon de dader van het feit.
Naar wij vernemen, zal door de leden der typogra-
phische vereeniging "Ter eerevan Lourens Jansz. Coster
alhier, bij gelegenheid van haar 3de kopperfeest (11 jan
eene bijeenkomst gehouden wordenwaarop zij onder
meer een paar geschiedkundige stukjes zullen opvoeren,
en wel Diefstal op Coslers-drnkkerijf en neen Costers-
feest in eene kleine stadf Het plan schijnt om bij
die gelegenheid eenige introductie kaarten uit te reiken.
Door den gouverneur generaal van nederl. Indie
is op verzoek eervol ontslagen, de ambtenaar ter beschik
king van den algemeenen secretaris J. L. Franssen
van de Putte, en wegens ziekte een tweejarig verlof
naar Nederland verleend aan den officier van gezond
heid 3e kl. C. N.
Ten gevolge van de door het belgische gouver
nement gedane opzegging houdt de overeenkomst tot
wering van den sluikhandel, den 20 sept. 1851 tusschen
Nederland en Belgie geslotenmet dit jaar op van
kracht te zijn. Ten gevolge hiervan vervallen dus de
voorschriften ter uitvoering van die overeenkomst in
der tijd gegeven. De minister van financiën heeft
echter de lieeren prov directeurs der directe belastingen
enz. in Zeeland Noord-Brabant en Limburg uitge
noodigd, aan de betrokken ambtenaren kennis te geven,
dat, ofschoon er geene formele overeenkomst tot wering
van den sluikhandel aan de belgische grenzen meer zal
bestaan daaruit geenszins mag worden afgeleiddat
het in de bedoeling zou liggen om den sluikhandel van
het eene land naar 'net andere te gedoogende ambte
naren moeten integendeel zooveel mogelijk met de hun
ten dienste staande middelenden sluikhandel daar
blijven tegengaan welke niet anders dan wenschelijk
voor de wederzijdsche belangen zal kunnen werken.
De minister heeft ook reden te verwachten dat van
de zijde der belgische administratie evenzeer tegen de
fraudes zal gewaakt wordenwelke men ten nadeele
van Nederland mogt ondernemen.
Op den laatsten dag der vorigen jaars, openbaarde
zich in den ringdijk van den Aarlanderveenschen-poider,
een natuurverschijnsel, dat tot nu toe nog niet is op
gelost. Door eene spleet zag men aanhoudend rook
opgaan en bij nader onderzoek bleek, dat de grond
I heet was en dat die hoe dieper men kwam al heeter