«0ESSCHE
COURANT.
No. 94.
liiargiing.
1857
DONDERDAG 3 NOVEMBER.
GEMEENTE-RAAD TE GOES,
sic
/JP
M I'M v
ifci>;;R L?
t >N
De uit.gave dezer Courant geschiedt Maandags en Donderdag
avonds uitgezonderd op feestdagen.
De prijs per kwartaal is f óf! 5 franco per post J,90.
De inzending ran adverteniien moet. geschieden vóór drie uren des namiddags.
Gewone advertentien worden d 20 ets. de regel geplaatst
Gehoorte-% huwelijks- en doodherigtenvan J6 regels d f ff20
behalve het zegelregt. -
7
-X
?;ss.
ï-j-
DEN 26 NOVEMBER 1857.
Vervolg van no. 93.)
Dhr. v. d. Bosch betuigt zijn genoegen dat de voorzitter
het hoofdbeginsel van zijn voorstel schijnt te deelen liet
is zijne bedoeling niet de bezittingen of inkomsten der drie
instellingen te amalgameren, maar alleen die alle drie onder
een centraal armbestuur te brengen; daarom heelï hij straks
getracht aan te toonendat het weeshuis en den armen
ter eenre en het gasthuis ter andere zijde, ieder met afzon
derlijke administratien, dezelfde gevolgen zou te weeg brengen
die zoodanige toestand na 1824 heeft gehadvoor 1824
was alles in verband met het algemeen belang, de subsidie
dxe werd toegekend strekte voor alle drie; later genoot het
armbestuur die alleen; van dat oogenblik af, hadden gast
en weeshuis er geen belang meer bijterwijl het armbe
stuur met steeds klimmende behoeften voor de gemeente
een drukkende last werd was de toestand van 't weeshuis
van tijd tol tijd zoo gunstig, dat de inkomsten toereikend
waren om kapitalen aan te leggen.
De eigenlijke oorsprong van het gasthuis is onbekend en
het is dus onzeker in hoever het vroeger als armen-gesticht
heeft bekend gestaan de vraag zou dus misschien kunnen
wezen in hoe yer het als proveniershuis ondoelmatig te achten
is en of dit welligt niet eene afwijking van den regel is.
Het denkbeeld door den spreker voorgestaan, beveelt zich
uit tweederlei oogpunt aan: 1°. het groote nut dat daarin
voor ile verpleging der gewone arinen zou gelegen zijn en
2°. dat het bij besmettelijke ziekten zou kunnen bestemd
worden tot verpleging der ziekenwaartoe dan welligt
bet locaal der weverij ook op eene weinig kostbare en
doelmatige wijze kon worden iiigerigt.
De voorzitter verklaart dat het hem aangenaam zal zijn ook
de opinie der andere leden te vernemenomtrent de door
den heer v. d. Bosch geopineerde wijziging van het voorstel.
De heer van de Putte erkent dat er veel is voor het
voorstel van burgemeester en wethouders, vooral met het
oog op de administratie der goederen; hem lacht even
wel het denkbeeld van centralisatie zeer toe en uit aan-
mei king, dat anders welligt nimmermeer of zeker vooreerst
niet, een tijdstip zoo gunstig voor dal oogmerk zal aanbreken,
moet hij bet gevoelen van den heer van den Bosch de voor
keur geven en ondersteunen daar de classificatie toch alle
drie de instellingen op eene lijn schaart, ziet hij in eene
centralisatie niet veel bezwaar en zou daaruit veel nut voor
de gemeente kunneu getrokken worden, dat anders welligt
verloren gaat.
De heer mr. v. Voorst Vader keurt de centralisatie af, of
schoon zij anderen ook moge toelagchen. Stelt men toch
het gasthuis als zuivere armen instelling onder een centraal
armbestuurdan pleegt men daarmede onregt aan die pro
veniers die zich als burgers in dat huis hebben ingekocht,
terwijl ook nog andere bezwaren door den voorzitter reeds
aangegeven, daartegen bestaan.
In plaats van centralisatie, zou hij liever alle drie admi
nistratien afzonderlijk houden, hetgeen naar zijn inzien zeer
goed zou hebben kunnen gebeurennu toch is het met
zekerheid te voorzien dat de belangen van het algemeen
armbestuur veelal lijnregt in strijd zullen zijn met die van
het weeshuis iedere afdeeling zal haar belang willen voor
staan, en waar de afdeeling voor het weeshuis den bloei
van het gesticht trachten zal te bevorderen zullen de be
langen van het armbestuur dit belettenhij vreest dat uit
den maatregel dus niet alleen geen nut maar veel botsing
zal ontstaan, die hij wenschelijk achten zoude, dat vermeden
koude worden.
De Voorzitter zegt dat dit laatste gezichtspunt niet juist
ishet collegie voor het weeshuis volstaat als het zorgt
dat de opvoeding en verpleging der weezen zoodanig zij
dat daaruit nuttige leden der maatschappij worden gekweekt,
maar het is niet geroepen om den bloei van het gesticht te
bevorderen, door b. v. te capitaliseren ten koste van derden.
Dhr. mr. v. Voorst Vader verklaart niet bedoeld te hebben
om luister aan het gesticht bij te zetten maar door den
bloei van het geslicht verstaan te hebben de welvaart der
weezen; de ondervinding zal het leeren dat botsing on
vermijdelijk is en thans nu het weeshuis door de afgifte der
K. K. armen goederen eene goede som missen moet, zal er
niets in den weg moeten staan of er is vrees dat er in
plaats van overschotte kort zal ontstaan.
Dhr v. d. Putte vei meent integendeel, dat wanneer voor
iedere afdeeling een bestuur bestaatde ijver en zorg van
ieder voor zijn deeljuist zal maken dat de belangen van
bet geheel worden behartigd en overeen te brengen zijn.
Dhr. mr. de Knokke van der Meulen kan zich na hel ge
hoorde niet vereenigen met de centralisatie ook van het
gasthuis, daar dit geen zuivere instelling van liefdadigheid
is zoo als het weeshuis en hel den proveniers zeker'niet
aangenaam zou zijn te vernemen, dat zij in een pur, een
zuiver armen gesticht worden verpleegd.
Dhr. van Kerkwijk heeft met genoegen de ontwikkeling
van het denkbeeld van den heer v. d. Bosch gehoord, maar
acht het nog al bezwaarlijk zoo omdat de administratie
van 't gasthuis altijd afzonderlijk is geweest, als oindat hel
f voor een voorzitter van zoodanig centraal bestuur eene on
mogelijkheid zou zijn de zaken naar hehooren na te gaan
terwijl hij liet betwijfelt of in de gevolgen de centralisatie
niet in strijd zou zijn met het belang van het weeshuis.
Dhr. v. d. Bosch zegt dat het volstrekt zijne hddoeling
niet is, de drie administratien in een te smelten: zijn ar
gument was, dat alles vroeger door een bestuur beheerd
werd dat en dit dus nog kan.
Met het argument van den heer de Knokke v. d. Meulen,
moet men, zegt spieker, voorzichtig zijn want wordt zijne
vrees dat het gasthuis over eenigen tijd subsidie zal be
hoeven, bewaarheid, hoe zal dan de raad ooit bij gebleken
noodzakelijkheid hulp aan een gesticht kunnen toestaan, dat
men erkent geen gesticht van liefdadigheid maar voor een
deel proveniers-huis te zijn.
Bleek het, dat de administratie tc moeijelijk of onmo
gelijk was, iets wat van later zorg is, wat zou dan beletten
op dit besluit terug te komen' Erkent men dat de centrali
satie goed is, dan is de lijd nu daar om ze tol stand te
brengen.
Het voorstel van burgemeester en wethouders in omvraag
gebragt, wordt met 6 tegen 2 stemmen (die van de lieeren
v. d. Putte en v. d. Bosch) aaugenomen.
De voorzitter brengt nu in behandeling het 2<le punt,
nopens de centralisatie van armen- en weeshuis.
Dhr. v. d. Bosch zegt door het uitbrengen zijner stem in
dezen niet te willen geprejudicieerd wordenomtrent de
reglementen en het administratief oogpunt.
De Voorzitter antwoordt dat alleen overliet beginsel wordt
gestemd.
In omvraag gebragt, zijn allen er voor, behalven de lieer
inr. v. Voorst Vaderterwijl het 3de punthet behoud van
regentessen voor ieder gesticht afzonderlijk, met algemeene
stemmen wordt aangenomen.
Naar aanleiding der genomen besluiten zullen burgemeester
en wethouders de noodige verordeningen alsnu ontwerpen
en aan den raad voordragen, om daarna tot de benoeming
van het personeel over te gaan.
Voor de benoeming van een lid van het algemeen arm
bestuur, waartoe waren aanbevolen de heeren N. J. F. Ver
schooraftredend lid en J. P. Burger, wordt de eerste met
algemeene stemmen herbenoemd hebbende de heeren
v. d. Bosch en v. d. Putte als stemopnemers gefungeerd.
De Voorzitter berigtdat zijn ingekomen twee brieven,
de eene van regenten over de godshuizen, berigteudedat
zij in de classificatie dier gestichten berusten en aan het
raadsbesluit tot afgifte der B. K. arinen-goederen is voldaan,
de andere van het R. K. P. armbestuur, waaruit dit laatste
punt mede blijkt.
Daar beide brieven punten inhoudendie een onderzoek
vereischenzullen burgemeester en wethouders, ter vol
gende vergadering daarover verslag en voorstel doen*
Nog deelt de voorzitter mede, dat het plan tot verdeeling
van den hoofdelijken omslag voor 1858 door burgemeester
en wethouders is geregeld en ofschoon niet ter competentie
van den raad voor de leden gedurende eenige dagen ter
visie zal woiden gelegd, met uitnoodiging om hunne be
denkingen of aanmerkingen wel te willen mededeelen.
Het Staatsblad no. 113 wordt overgelegd.
Nog deelt de voorzitter mede dat na het opmaken der
punten van beschrijving is ingekomen een brief van de heeren
van Benthergem Co.waarvan voorlezing geschiedt en
waarhij verzocht wordt, ten einde hunne fabriek weder in
werking te kunnen brengenverlof te erlangen om eene
waterleiding te mogen maken waardoor het geheel geneu
traliseerd en onschadelijk water in de haven kunne afvloeijen,
opdat zij daardoor van de belangrijke kosten, aan de daarstelling
hunner fabriek besteed de voordeeleu kunnen trekken.
De Voorzitter herinnert, dat volgens het raadsbesluit van
25 April 11. die heeren geene garancine meer mogten bereiden
zonder voorkennis, goedkeuring en toestemming van bur
gemeester en wethouders, waaraan zij eerlijk hebben
voldaan.
Burgemeester en wethouders niets liever wenschende
dan het verzoek te kunnen toestaanvooral nu, daar het
maken van gemalen meekrap geen voordeel geeft, stellen
voor het verzoek in te willigen onder voorwaarde:
1. datoinde gemeente te dekken tegen alle mogelijke schade,
de verzoekers aan burgemeester en wethouders of aan
de door deze te benoemen deskundigen, zullen moeten
bewijzen, dat het ^arancine-water na de fabrikage wer
kelijk geheel neutraal en onschadelijk is.
2. dat het alleen bij wijze van proef zal worden toegestaan.
3. dat zij in ieder geval zich moeten verbinden en aannemen
op eerste aanzegging van burgemeester en wethouders
het maken van garancine te staken, behoudens de \er-
pligting van deze om de redenen aan den raad mede te
deelen die daartoe aanleiding geven.
Daar het belang der verzoekers dringt en eene spoedige
behandeling wenschelijk maakt, vragen burgemeester en
wethouders of de raad zich daarmede zou kunnen ver
eenigen, ofschoon de zaak op de punten van beschrijving
niet voorkomt.
Dhr. v. d. Bosch zegt, dal daar het punt niet aan de orde
is en liet hier geldt het terugkomen op een vroeger besluit,
welligt de leden die thans afwezig zijn, zich bezwaard
zouden kunnen achten door het nemen van dit besluit.
Dhr. mr. v. Voorst Vadergeeft in bedenking, om bur
gemeester en wethouders te magtigen dit bij wijze van proef
toe te staan, van welks uitslag dan bet voorstel van burge
meester en wethouders zal afhangen.
Daarmede verklaart dhr. v. d. Putte zich te vereenigen
mits het eene proef zij op groote schaal.
Allen zich daarvoor verklarende wordt alzoo besloten en
de vergadering veranderd in eene met geslotene deuren.
BINNENLANDSCHE BERIGTEN.
Volgens berigt uit s' Hage zou voor de vervulling
van de betrekking van minister van oorlog vooral in
aanmerking komen kolonel
Bij de tweede kamer is ingekomen de memorie
van beantwoording der regering op het voorloopig
verslag ter zake van de voorgedragen wet op het regt
van successie en van overgangvergezeld van eene
nota van wijzigingen van het ontwerp.
Bij besluit van 30 nov. heeft Z, M. met 1
januarij 1858 een eervol ontslag verleend aan den
luit. gen. baron Forstner van tlarnbenoy uit de betrek
king van minister van oorlog cu hem tevens benoemd
lot minister van slaat.
Naar wij vernemen is de heer A, Jochim, arron
dissementsijker alhier, als zoodanig verplaatst naar
Arnhem en de heer J. J. Boeijevan den Briel naar
Goudaterwijl nog onbekend is wie de vacature hier
zal vervullen.
Heden morgen ontstond er brand in den schoor
steen ten huize van den heer B, op de Vlasmarkt
zoodanig dat de vlammen er boven uitkwamen. Zonder
tusschenkoinst der brandweer was dezelve nogtans
spoedig gebluscht.
Sinds eenige dagen ziet men hier vlugten van
zoogenaamde vriesganzen doortrekkenwaaruit meer
malen een spoedig aanstaande vorst wordt voorspeld;
het gezigt over onze velden doet overigens niet ver
moeden dat wij reeds het winter-saisoen zijn ingetre
den het uitgezaaide wintergraan groeit overal weelig
op, en de weiden bieden op de meeste plaatsen nog
overvloed van voeder voor het vee, dal van hetzelve nog
met graagte geniet.
Vroeger deelden wij mede, dat tengevolge van het
welslagen der eerste proef, het departement Middelburg
der Ned. maatschappij tot bevordering der Nijverheid,
besloten heeft om in Augustus 1858 eene provinciale
tentoonstelling van voortbrengselen van nijverheid en
wel op ruime schaal te houden.
Bij dezer dagen verspreide circulairesspoort de
commissie voor de regeling dier tentoonstellingde
zeeuwsche ingezetenen, voornamelijk de industriëelen in
in dit gewest tot deelneming aanin de overtuiging
dat de zeeuwsche nijverheid niet zal achterbijven, daar
waar het geldt de eer dezer provincie op te houden.
Met haar vinden wij het overbodig het groote nut
eener dergelijke tentoonstelling uit een te zetten en
willen alleen met haar opmerken dat dezelve vooral in
eene zoo afgescheidene provincie als Zeelandvan groot
gewigt ismenig bekwaam fabriekant of tallentvol
kunstenaar mist toch in den beperkten kring waarin
hij verpligt is zich te bewegen eene behoorlijke ont
wikkeling en voor het welslagen eene noodzakelijke
bekendheid.
Niet overbodig achten wij hot nogthans, de aandacht
op die circulaire te vestigenonder herinnering dat
vóór 15 April a. s. berigt wordt ingewacht van hen
die voorwerpen verlangen intezenden.
De raad der gemeente Oosterhout heeft mede
besloten tot het inzenden van een adres aan de tweede
kamerter ondersteuning van den Zeeuwsch-Limburg-
schen-spoorweg, alsmede van de spoorweglijn van Rot
terdam naar Dordrecht, over Tilburg naar Eindhoven
waarvoor door den heer J. P. Brediuste Dordrecht
concessie is aangevraagd.
Door II. Ilagemetselaar te Amsterdam is aan
de tweede kamer een adres gezonden, houdende te ken-
nengeving, dat zijne vronw Christina Dorlmondde
gemeenschappelijke woning heeft verlaten en tot hem
niet wil terugkeerende tusschenkomst der kamer ver
zoekende, opdat regterlijk onderzocht worde, om welke
reden zijne huisvrouw aldus handelt. Op dit adres is
de kamer overgegaan tot de orde van den dag, vermits
dit onderwerp niet tot hare bevoegdheid behoort.
De heer S. van Felsen, leeraar aan de theologi
sche school te Kampenheeft een verzoekschrift aan
de tweede kamer ingediend daarbij overleggende een
adres, door de daarbij ondergeteekende kerkeraden der
Christelijke Afgescheidene gemeenten in Nederland aan
Z. M. den koning gerigtstrekkende om te worden
erkend als kerkgenootschap onder den naam van Chris
telijke Afgescheidene Gereformeerde kerk. Adressant
verzoekt daarbij dat alsnog gemeld verzoek door Z. M.
worde ingewilligd en dat de tweede kamer daartoe hare
ondersteuning gelieve te verleenen.
BÜITENLANDSCHE BERIGTEN.
Den 4den nov. des avonds werd in een der hotels
van Philadelphia een moord geploegd, waarvan de aan -
leidende oorzaken nog immer met een geheimzinnigen
sluijer bedekt zijn. Wat men er met zekerheid van weet,