[No. 53. 44ste Jaargang. 1857.
KENNISGEVING
.MAANDAG 13 JULIJ. j
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandags en Donderdags
avonds uitgezonderd op feestdagen.
De prijs per kwartaal is ófJ5franco per post f J,90.
De inz
Volgens vroegere toezegging, zullen bij een vol
gend nummer aan de geabonneerde!) in deze gemeente
als bijblad worden toegezonden, de in druk verschenen:
Stukken betrekkelijk clen oorsprong der goederen en
fondsenvroeger behoord hebbende aan de gecombi-
neerde administratiën van het algemeen arm-middel
en de godshuizen te Goes.
Het heden bij de redactie ingekomen verslag van
den toestand der provincie Zeeland, door gedeputeerde
staten uitgebragt aan de provinciale staten, in de zo
mervergadering van dit jaar, zal als vroeger extracts-
gewijze in de volgende nos. worden medegedeeld.
BESTUREN EN ADMINISTRATIËN.
De COMMISSARIS des KONINGS in de provincie
ZEELAND, maakt bekend, dat de opening der jagt
op Waterwildbedoeld in artikel 17 laatste lid van
de wet- van 13 Junij 1857, (staatsblad no. 87), in
deze provincie, door de Gedeputeerde Staten is bepaald
op den lsten Augustus aanstaande.
Deze kennisgeving zal in het provinciaal blad ge
plaatst en aan de gemeente-besturen ter aanplakking
gezonden worden.
Middelburg, den 10den Julij 1857.
De Commissaris des Konings voornoemd
VAN TETS.
PROVINCIALE STATEN.
In de ftelioudene zitting der staten van Zeeland op 10
dezeris door de commissie voor de verzoekschriften ver
slag uitgebragt op de in hare handen gestelde rekwesten.
Conform de conclusie» is afwijzend beschikt op de verzoeken
om rentelooze voorschotten door de gemeenten Brouwers
haven en Biervliet voor wegs-verhetering (met vrijlating om
deze beide te laat ingekomene adressen te herhalen voor de
dienst 1858) en van Sas van Gent voor inrigtiug eeuer ka
zerne der marechaussee. Voorts toegestaan het verzoek van
de gemeente Wissekerke, en betrekkelijk het verzoek van
den korenmolenar F. Ver plankenom op zondag te mogen
malen overgegaan tot de orde van den dag. Ter griffie
zijn ter inzage nedergelegd, om daarover den volgenden dag
te beraadslagen de rapporten derzelfde commissie in zake
de verzoeken van: 1. de gemeente Sluis, om in plaats van
het toegesiane renteloos voorschot van 8000,voor door
trekking van het kanaal van Brugge, de helft als subsidie
en de wederhelft als renteloos voorschot te ontvangen 2.
van de gemeente Sint Anna ter Muiden, om nader subsidie
en renteloos voorschot voor een te stichten school locaal
en 3. den heer D. Dronkersom vermeerderde toelage voor
de stoómbootdienst op de Wester-Scheldevan welke drie
stukken de conclusie strekt tot afwijzende beschikking.
Voorts zijnna de uitgebragte rapporten der algemeene
commissie van rapporteurs, aangenomen de voorstellen van
gedeputeerde staten: a. omtrent de staking der stoomboot-
dienst op de Oosterscheldeb. tot het maken eener hulp
aanlegplaats aan de westzijde van het veer over het Sloe;
c. de begrooting der kosten van het provinciaal bestuur,
voor zoo veel het rijksbestuur is, voor 1858; d. lot aankoop
van grond voor een tolhuis op den weg van Neuzen naar
Axel; e. tot heffing van opcenten voor de callamiteuse pol
ders in 1858, en de verantwoording van gedeputeerde
staten over 1855; terwijl het rapport aierzelfde commissie
opzigtens de begrooting van enkel provinciale en huishou-
lijke inkomsten en uitgaven voor de dienst 1858, met voorstel
tot heffing van opcenten en het adres van wed. Hertum
(strekkende tot goedkeuring) den volgenden dag in beraad
slaging zou worden genomen.
Eindelijk is besloten in de volgende zitting tevens over
te gaan tot de benoeming van een lid van gedeputeerde
staten, ter vervanging van den heer B. Bommeen vaneen
buitengewoon lid in dat collegie.
Na de behandeling der nog overgeblevene onderwerpen
(in een volgend no. mede te deelen) is verleden zaturdag
de vergadering gesloten en zijn in het collegie van gede
puteerde staten benoemd tot lid jhr. mr. J. F. Schuurbeque
Boeije en tot buitengewoon lid de heer D. Vijttenhooven.
BINNENLANDSCHE BERIGTEN.
Per bulletin deelden wij onzen abonmfs verleden
Zaturdag in 't kort mede, dat in de zitting der tweede
kamer van de staten-generaal, dien dag waren ingekomen:
drie ontwerpen tot voorbereiding van den aanleg van
spoorwegen alsmede dat daarop na afloop der discus-
sien over art. 22 der wet op het onderwijs, dit artikel
met (te daarop voorgestelde amendementen in stemming
is gekomen.
De minister van justitie heeft namens de regering bij
alinea 4 (het zoogenaamde verzoeningsmidde! voor de
gemoedsbezwaren) blijven volhouden, maar toch indien
zin, dat zij zich troosten zal met de gedachte, dat waar de
krachten te kort schieten, ook liet willen lofwaardig is.
k„ g van advertent ien moet. geschieden vóór drie uren des nami
1°. Het amendement van den heer Thorbecketen
doel hebbende de twee eerste alinea's van geuoemd
art. te doen vervangen door de volgende//Zoowel bij
de ontwikkeling van verstand en kennisals bij de
opleiding tot alle christelijke en maatschappelijke deug
den, onthoudt zich de onderwijzer van al hetgeen met
den eerbied aan godsdienstige begrippen van anderen
verschuldigdstrijdig iswerd verworpen met 35
tegen 30 stemmen.
2°. liet amendement van den heer Meeussenstrek
kende om aan het slot van al. 2, weg te laten de
woorden Hij prent aan de kinderen dien eerbied in
en wekt hen op tot onderlinge liefde en verdraagzaam
heid," werd aangenomen met 36 tegen 29 stemmen.
3°. Het amend, van dhr. Blaupot ten Cateom in
de 3° alinea achter de woorden worden gesteld te
laten volgen door den gemeente-raad nadat deze
den onderwijzerdie zich aan het hoofd der school
bevindtalsmede den district-schoolopziener daarover
heeft gehoordwerd verworpefi met 41 tegen 24
stemmen.
4°. Het amend, van den heer lFintershovenstrek
kende om bij art. 22 eene laatste alinea te voegen
luidende: //Het verslag, bedoeld hij art. 194 der grond
wet bevat de opgave van de klagten welke wegens
niet naleving van deze voorschriften, ter onzer kennis
zijn gekomen, en van het onderzoek en de voorziening,
welke daarop, zoo noodig, van onzentwege zijn gevolgd,"
is verworpen met 33 tegen 32 stemmen.
5°. Het amend, van den heer van Akerlaken en negen
andere leden, van gelijke strekking als het amend, van
den heer Blaupot ten Cateom de geheele 4° alinea
van art. 22 te doen wegvallen, werd aangenomen met 63
i tegen 2 stemmen. De tegenstemmenden van dit laatste
amendde heeren Hommer van Poldersveldt en Meijlink
verklaarden na de stemmingdat zij door de bijvoe
ging door den voorzitter van de woordenvan gelijke
strekking als het amend, van den heer Blaupot ten
Catemeenden dat het een ander amend, goldt, want
dat ook zij anders voor het amend, zouden gestemd
hebben.
Daarna het geheele gewijzigde art. 22 in hoofdelijke
stemming gebragt zijnde, werd dit aangenomen met 45
tegen 20 stemmen.
Tegen stemden de heerenBecnsGroen van Prin-
stererde Lom de Bergvan ForeestDommer van
Poldersveldt, Jespers, van lFintershoven, van Reede
van Oudtshoorn, Meylink, Sirens, Luyben, van Nispen
van Sevenaer, Bots, Elout van Soelerswoitde, Sloet tot
Oldhuisde Poorter, Mackay, van Lijnden, de Limpens
en Meeussen.
Het gewijzigd art. 22, luidt als volgt:
Het school-onderwijs wordtonder het aanleeren
van gepaste en nuttige kundigheden, dienstbaar gemaakt
aan de ontwikkeling van de verstandelijke vermogens
der kinderen en aan hunne opleiding tot alle christe
lijke en maatschappelijke deugden.
//De onderwijzer onthoudt zich van iets te leeren
te doen of toe te laten wat strijdig is met den eerbied,
verschuldigd aan de godsdienstige begrippen van anders
denkenden.
//Het geven van onderwijs in de godsdienst wordt
overgelaten aan de kerkgenootschappen. Hiervoor kun
nen de schoollocalen buiten de schooluren ten behoeve
van de leerlingen die er ter schoolgaan beschikbaar
worden gesteid."
De beraadslaging over art. 3 is nader uitgesteld tot
na art. 35. De art. 23 27, zijn achtervolgens aan
genomen. Heden voortzetting.
Volgens het Residentieblad heeft de minister
van justitie thans geantwoord op de bedenkingendie
in de afdeelingen van de tweede kamer der staten-
generaal tegen het ontwerp van wet op de regterlijke
organisatie ingebragt zijnen tevens dat ontwerp ge
wijzigd.
Deze wijzigingen betreffen volgens genoemd blad
den grondslag der voordragt niet. De afschaffing der
provinciale hoven en de overdragt hunner regtspraak
aan de arrondissements-regtbanken zijn de grondslagen
van het wets-ontwerp gebleven. De minister blijft bij
zijn gevoelen omtrent de hovenhij houdt vol dat zij
een overtollige schakel in ons regtswezen zijnna de
uitligting waarvan de overige schakels zoo verbonden
Gewone udvertentien worden a *20 ets. de regel geplaatst
Geboortehuwelijks- en doodberigtenvan d6 regels d fj,30
behalve het. zegelregt.
'.dugs.
kunnen worden dat zij een doeltreffend en wel aan
eensluitend geheel uitmaken.
Op eenige andere punten is het wets-ontwerp gewijzigd,
overeenkomstig de bij het voorloopig onderzoek in de
afdeelingen der kamer geuitte inzigten. De gewigtigste
wijzigingen zijn de volgende
1°. Ten aanzien van het door de grondwet aan
den hoogen raad opgedragen toezigt op den algemeenen
gang der regtsplegingis de minister tot het thans
bestaande stelsel van cassatie teruggekeerd.
2°. Ook ten aanzien van den ondersten trap der
regtspleging wordt, in de gewijzigde voordragt, nagenoeg
alles op den bestaanden voet gehouden. De bezoldiging
der kantonregters wordt vermeerderd maar aan den
anderen kant worden hunne emolumenten afgeschaft.
Aan de ambtenarendie met de waarneming van
het openbaar ministerie bij de kantongeregten belast
zijnwordt eene behoorlijke bezoldiging uit de schat
kist toegelegd. Doch het getal kantongeregten zal
in het vervolg van tijd tot tijd allengs verminderd
worden.
In de zitting van den hoogen raad der Neder
landen, (kamer van strafzaken) van 7 dezer, is behandeld
het beroep in kassatie van den lieer P. van Helmond,
burgemeester der gemeente Sas van Gend tegen een
vonnis der regtbank te Goeswaarbij hem zijne vor
dering is afgewezen om den naam van den heer van
de Wallijneniet op de kiezerslijsten dezer gemeente
te brengen. De procureur-generaal, van Maarten, zich
vereenigende met het gevoelen der regtbank, heeft ge
concludeerd tot verwerping van het beroep. De uitspraak
is op 14 dezer bepaald.
Men verneemt, dat de heeren van Rappard en
Schimmelpennink van der Oije voornemens zijn, tegen
het einde der zitting hun ontslag te nemen als leden
van de tweede kamer der staten-generaal.
Nader ingelicht, komen wij terug op ons berigt
nopens het polder-reglement.
Door HH. gedepnteerde-staten was een overzigt
in gereedheid gebragt over de ingekomen rapporten der
waterschaps-besturen in dit gewest betrekkelijk het
ontwerp polderreglement. Dat stuk werd voorgesteld:
te verzenden naar de afdeelingen om aldaar met het
ontwerp te worden behandeld. De heer J. F. van de Putte
begreep, en teregt de vergadering der Staten met hem,
dat de bloote kennisneming van dat stuk niet voldoende
te achten was om de leden in staat te stellen tot een
grondig onderzoek. Met geen ander doel toch konden
de gevoelens dier besturen gevraagd zijn en, nu die
waren medegedeeld mogten ze toch wel aller overwe
ging waardig geacht worden. Van daar het voorstel
van dhr. Fransen van de Putte om het overzigt van HH.
gedeputeerde staten te doen drukkenronddeelen en
de behandeling der zaak tot de najaars vergadering
te verdagen. Dat voorstel werd niet alleen door dhr.
mr. Fokker ondersteund, maar zoodanig uitgebreid,
dat benevens meergemeld overzigtal de berigteu en
consideratie!) der polder-besturen en eindelijk de corres-
pondentien te dier zake met den heer minister van binul.
zaken zullen worden gedruktden leden zoo spoedig
doenlijk toegezonden en de zaak in de aanstaande
najaarsvergadering der staten zal behandeld worden.
Bij de jaarlijksche koningschietingdoor de hand
boogschutterij Jacoba van Beijeren alhier, w/ren 14
leden tegenwoordig. De schieting had plaats met 32
punten naar den lossen vogel. Nadat de schutters A.
Cornells en M. A. Emanuel, die de meeste punten
behaalden, om de zege hadden gekampt, is zij eerst
genoemde ten deel gevallen, ter opvolging van den ex-
koning van den Dungen.
Ten vorige jare, maakten wij melding van het
vieren van een huwelijksfeest in het laatst van Augustus,
tegelijk met het zilveren bruilofsfeest van de ouders
der bruid en tevens op den 94sten jaardag der groot
moeder van laatstgemelde. De jonge vrouwtoen de
bruid, is thans moeder van een zoon, zoodat de oude
vrouw nu hare nakomelingschap! tot in het vierde
geslacht ziet leven.