I *53. DONDERDAG 3 NOVEMBER OPENBARE VERGADERING »i:ni]MTi>it iAn TE GOES. i r .- r De uitgave dezer C tirant geschiedt Maandags en Donderdags avonds, uitgezonderd op Feestdagen, per Post f Gewone Jdvertentien worden a SO ets. de. re Doodber iglenvan d6 regels a 1 .1, De Pt t rijs per Kwartaal is f d,75, Franco ''gel geplaatst. Geboorte-, Huwelijks- en behalve hel Zegelregt. VERVOLG DER van den DEN 27 OCTOBER 1853. In behandeling wordt gel)ragt de Gemeente Begrooting voor 1854. De vaste commissie voor het finantie-wezenbrengt bij monde van den heer van Kerkwijk, haar verslag uit, waar bij wordt voorgesteld de ontvangsten wegens pachten te ver- hoogen met 40,ten gevolge van eene na het opmaken der begrooting nader gedane verpachting en overigens de hegrooting te arresteren. Niemand der leden eenige bedenking hebbende tegen de algemeene strekking, wordt tot de artikels-gewijze behan deling overgegaan te beginnen met de uitgaven. Hoofdstuk 1, aiel. 1, art. 1. De jaarwedde des burgemees ters ad 800,art. 2, die der wethouders 800,art. 3 van den secretaris 900,art. 4, van den ontvanger 800. ai'd. 2art. 1 van de bedienden en ambtenaren der secre tarie 1700,worden zonder discussie gearresteerd. Bij art. 3 jaarwedde voor geneeskundigen ad 818, vraagt de heer van den Bosch, waarom niets is uitgetrok ken voor den geneesheer, belast met de zieken van den algerneenen armenhetgeen wel het geval is met den heel meester Den heer van Kerkwijk licht dit toe en zegt, dat de ge neesheer later benoemd en de jaarwedde van hem daar mede toen dadelijk verhoogd is, blijkens zijne instructie. Diensvolgons zijn dit art. en art. 5, jaarwedde van den opzigter der gemeentewerken 400,art. 6, van den klok kenist 200,art. 7, van de klokluiders 100,art. 9, van den havenmeester en zijn knecht 850,art. 10, van de ambtenaren der belastingen ad 2700,art. 11, van de onderwijzers 3200,art. 12, van de marktmeesters 220.art. 13, van de waagmeesters 40,art. 14, commissaris van policie 500,art. 15, de policiedienaars 620,art. 17, de nachtwakers 810,art. 19, den agent van kazernering 150,art. 20, de stadsdrukkers ƒ150, art. 21. de stadswerkers 624,art. 22, de poor tiers 300,— art. 23, concierge beurs 50,art. 24 grafdelvers 80,art. 25, de boden der spuiten 20, Afd. 3. art. 1, collecte loon voor het rijk 664,en art. 2 voor den ontvanger der begrafenisreglen 25. HOOFDSTUK 2- afd.l, art.l, voor onderhoud van het raadhuis 150,- -, art. 2, aankoop van meubelen 100,Afd. 2, art. 1, voor licht 110.art. 2, brandstoffen 350, art. 3.-staats- en prov. blad 20,50 art. 4, registers bur gerlijken stand 260,art. 5, bevolking-registers 50, art. 6, schrijfbehoeften 470,art. 7, drukkosten 200,— art. 8, zegelkosten 280,art. 9, kleine uitgaven 50, worden alle zonder eenige discussie aangenomen. HOOFDSTUK 3, afd. 1, art. 1, onderhoud van torens, klokken en uurwerken. 1609, haven- en kanaalwerken- 2400, bruggen- 200, riolen puttenenz- 500, wegen en straten-- 900, wandelplaatsen. - 300, begraafplaats - 100, Zamen6000, Bij het ontbreken van specificatie van dal artikelvraagt de heer van den Bosch of het de bedoeling isdeze som als een post van crediet te beschouwen om daarop geene uitgaven te doen zonder nadere autorisatie van den raad De voorzitter antwoordt, dat zulks niet wel mogelijk is; dagelijksche reparatien, die niet vooraf kunnen begroot wor den, worden wekelijks in de vergadering van burgemeester en wethouders behandeld, maar zulks altijd in raadsverga deringen te doenzal wel niet liggen in de bedoeling der leden. De heer van den Bosch zegtdat het aanzienlijk bedrag dezer som aanleiding tot die vraag heeft gegeven en komt het hem wenschelijk voordat bij belangrijke werken de daarvan op te maken bestekken en begrootingen aan den raad worden medegedeeld. De beer van Kerkwijk, belast met de fabrikagemerkt opdat de voorgedragen som nagenoeg gelijk staat met die van bet vorig jaar; toen is bij vernieuwing gebleken, dat de gemaakte specificatie onmogelijk op te volgen isdaar liet gedurende den loop des jaars meermalen blijkt, dat aan het eene gebouw meer moét worden te koste gelegd dan men vermoed had, terwijl een ander daarentegen veel min der vereischt. Intusschen heeft Je raad de bevoegheid het vaststellen van bestekken, (wat in vorige jaren aan burgemeester en wethouders is overgelaten) aan zich voor te behouden. De heer Vader zegtdat dit bij den vorigen raad steeds het geval was. De heer van Kerkwijk antwoordt, dat dit volgens het toen bestaande reglement verpligtend was. De voorzitter brengt nog in het midden, dat er in deze afdeeling weinig belangrijke bcstedingwerken begrepen zijn, daar het zich meest bepaalt tot dagelijksche reparatien en onderhoudskosten, en daar de raad vroeger aan burgemees ter en wethouders zelfs de aanbestedingen heeft overgelaten, is men te eerder evergegaan tot deze wijze van voordragt. De heer van den Bosch verlangt geenszins het raadsbesluit omtrent de aanbestedingen veranderd te hebben, maar zou alleenlijk verlangen, dat vau belangrijke werken die voor genomen worden vooraf aatfr den raad mededeeling gedaan werd. Hetwelk door burgemeester en wethouders toegezegd word t, en het art. goedgekeurd. Afd. 2. art 1 voor aanleg en beplanting der wallen ƒ400, en art. 2. voor het aanleggen der grindwegen 4100, worden zonder discssie goedgekeurd. Bij art. 3. voor aankoop van straatkeijen en klinkers 1285,zegt de heer Vervenne dit nog al aanzienlijk te vinden, boven de ƒ900,voor gewoon onderhoud van straten en wegen uitgetrokken. De heer van Kerkwijk licht dit toe door aan te voeren, dat de hier gebragte som voor aankoop van nieuwe steenen moet dienen, omdat de ondervinding geleerd heeft dat het repareren der straten met ouden steen een werk is dat nooit eindigt; op deze wijze berekent men in den loop van tien jaren de hoofdstraten der gemeente te kunnen vernieuwen. Dit art. alsmede art. 4 voor nieuwe ebdeuren aan het sas 2000,en art. 5, voor eene woning van den sas-knecht f 600,worden zonder verdere aanmerkingen goedgekeurd.' HOOFDSTUK 4, afd. 2, art. 12 en 3 voor belastingen 364,—. HOOFDSTUK 5afd. 1 art. t voor renten van de ste delijke schuld 3508,18- Afd. 2, art. 1 2 en 3, voor aflossingen te zamen ƒ3372, art. 4teruggave van hetgeen in 1853 uit de disponibele fondsen is gebruikt ad 7660, Afd. 3, art. 1, voor onafgehaalde intressen 502.98. HOOFDSTUK 6, art. 1, voor kosten der kadastrale plans en leggers f 15,art. 2, voor de kiesvcrrigling 60, art. 3, voor de brandweer 300,art. 4, voor de kamer van koophandel 130,art. 5. voor de geneeskundige commissie ƒ50,voor afkoop tollen 188,12. HOOFDSTUK 7, art. 1, kosten van de schutterij ƒ303,625 en art. 3vergoeding aan liet rijk voor het incasseren der der gemeente-opcenten 65,58worden alle zonder eenige aanmerking goedgekeurd. HOOFDSTUK 8afd. 1art. 1toelage voor de teeken- school 300, De heer van den Bosch vermeentdat besloten was de teekenschool op te heffen. De heer van Kerkwijk zegt, dat dit punt nader moet ge regeld worden, omdat het hem voorkomt, dat men het on derwijs in het bouwkundig teckeneu heeft willen behouden voor die aankomende ambachtslieden, welke van liet onder wijs op de school van den heer van Hiele, in cijfer en meet kunst, gebruik maken, om alzoo praktijk en theorie te doen zamengaan. De heer Vader is van hetzelfde gevoelen. De heer van den Bosch vermeendedat de heer van Hiele met het onderwijs in regtlijnig teekenen heiast zou zijn. Sommige leden betwijfelen of hij daartoe in staat zal zijn. Wordende deze post goedgekeurd ter nadere regeling door den raait. Art. 2, voor onderhoud van scholen 600,sclioolmeu- belen 640,en school prijzen 100,zamen 1340, Afd. 2, art. 1 en 2, subsidie aan het algemeen armbestuur 13,000art. 3, toelage aan de diaconie ƒ600,art. 4, gift aan de spijskokerij 400, art. 5, kosten van bedelaars in de koloniën 10Ó0,afd- 3, art. 1, pensioen aan J. E. Loobeek 100,art 2, wachtgeld G. Zandijk 300.—: afd. 4, art. 3, brand-assuranlie 160,05 art. 5. straatver lichting 1740,art. 6, kleeding policie-agenten 150, art. 7, voorschotten voor het lijk 40,art. 8, restitutie van plaatselijke belastingen 1600,— art. 9, vervolging- kosten 10,art. 12, begeleiding-kosten militie 20, art. 13, zwanenvoeder 50,en art. 14, voor kosten van gijzeling van onvermogende policie-overtreders 50,wor den alle toegestaan, nadat alleen de heer van den Boson nopens dezen laatsten post had gevraagd, of die uil gaaf wel zoo zeer te voorzien is, daar dit toch in den regel huilen- gewoon is? en de voorzitter had geantwoord, dat liet zeer Vermoedelijk was, dat er zoodanige zijn zouden, Alsnu brengt de voorzitter in behandeling het adies van heeren kerkvoogden der hervormde gemeente te Goestol behoud van de 300,jaarlijks, voor het gemis der hegra- fenisregten, welke overeenkomst dit jaar vervalt, reden waar om burgemeester en wethouders in afwachting van 's raads beslissing daarvoor geen post op de begrooting hebben gebragt. Hij leest dat adres en het daarop uilgebragt rapport van de vaste commissie voor hel li nan tien wezen voor, welk rapport strekt tot afwijzing van het verzoek, omdat de ge meente regtens tot die betaling ongehouden is en de raad niet verantwoord indien hij gelden, tot andere doeleinden als de gemeente zelve aangaanuitgeeft. De heer S. Vader liet woord gevraagd en verkregen heb bende, zegt, dat z. i. de kerk volkomen in haar regt is met haar verzoek om schadevergoeding, daar het besluit van den 23 Prairéal 12«le jaar, daarop bepaalde aanspraak geeft; en daar de gemeente alles aan zicli heeft getrokken de begra- fenisregten betreflendeis zij verpligt zoodanige schadever goeding te gevenook .d kon zulks niet uit de begrafenis regten gevonden worden, alsdan desnoods uit de bijzondere inkomsten der gemeente. De heer smallegange zou er groot bezwaar in zien dat zoodanige vergoeding ten koste der gemeeute verleend werd, maar vermeent, dat in zoodanig geval zulks altijd uit de begrafenis-regten zou moeten gevonden worden. De heer van den Bosch verwijst naar de bepaling van het koninklijk besluit, waarbij het door den heer Vader inge roepen decreet weder in liet leven is geroepen, en waarbij uitdrukkelijk bepaald is, dat de schadevergoeding zou ver leend worden wanneer de kerk daaraan behoefte heeftdit laatste betwijfelt hij; omdat de kerk hare lasten kan bestrijden uit de inkomsten en geregtigd is voor het te kort hoofde lijke omslag van de lidmaten te hellen. De heer van Kerkwijk merkt op, dat het overnemen van de begrafenis-rekten door de gemeente, voor deze waarlijk geen voordeel afwerpt, daar de kosten rniin de ontvangsten absorberen zoodat het geene opoffering zou wezen de ge- heele administratie aan de kerk over te laten. ZEd. wijst overigens op de daarover gewisselde gevoelens in andere gemeenten, onder anderen de te Haarlem uit gebraste regts- geleerde adviezen, welke bet onhoudbare van het regt op schadevergoeding duidelijk aanloonen. De heer S. Vader voert daartegen aan, dat het niet afwer- Ken van voordeel, niet aan de kerk te wijten is, maar aan et tarief dat te laag is; bovendien wat hier alles afdoet, de afstand is geschied onder verpligting tot schadevergoe ding aan de kerk, en die verpligting kan piet weder naar willekeur teruggenomen worden. De heer Vervenne beaamt het aangevoerde in het adres de schadevergoeding was een verkregeu regt en men kan de kerk dat revenu nu niet ontnemen dat het tarief geen voordeel afwerpt is niet de schuld van de kerk. Den heer Verschoor komt het billijk voor de schadevergoe ding te blijven betalenomdat het regt daarop nimmer ont kend is. Den heer van den Bosch kan zijne verwondering niet ont veinzen, dat, wanneer het regt niet tegengesproken is, zoo danig regt ook niet bij eene of andere wet geregeld is tij dens in het belang der openbare gezondheid het begraven buiten de gemeen ten, bevolen is. De voorzitter merkt hiertegen aan, dat het begraven eene zaak is van algemeen bestuur, tot regeling waarvan niet eene wet maar een kon. besluit noodig is; in der tijd heeft koning de schadevergoeding opgelegd en daarmede is de latere gemeentewet in strijd; maar eveneens is het waar dat beroemde regtsgeleerden, die het regt van de kerken op schadevergoeding ontkennen, op gronden van billijkheid heb - geadviseerd deze te laten voortduren. Daarom zou hij wenschen in dezen eenen middelweg te bewandelendoor de rente van het tot aanleg gebruikte kapitaal, door de gemeente vroeger nimmer in rekening ge bragt of genoten, met f 100, - af te staan aan de kerk waardoor de gemeente-kas niet bezwaard wordt, hetgeen door den heer Smallegange te regt als ongeoorloofd is aan gemerkt. De heer van Kerkwijk is van oordeeldat de bedoelde renten wel in rekening mogen gebragt worden ten voordeel e der gemeente, die de gelden heeft opgeschoten, maar niet om dezelve uit te keeren aan de kerk, die aan dat kapitaal niets heeft bijgedragen. Dit wordt erkend door den voorzitter, doch vermeent hij, dat het kon. besluit waarbij de schadevergoeding wordt voor geschreven welligt is geschied met het oog op het door de kerken verloren kapitaal, hij den primiliven aanleg van begraafplaatsen in de kerken en op de kerkhoven gebezigd. De heer Vervenne vraagt of er bezwaar bestaat om het art. onderhoud der begraafplaats met 300,te vorhoogen, door bijvoeging dezer som als schadevergoeding, en tevens het tarief van de begrafenis regten tot dat bedrag te vei hoogen. De voorzitter meent, dat daardoor de gemeente daadwer kelijk de kerk zoude ondersteunen, hetgeen hij ongeoorloofd vindt; maar hetgeen hij heeft voorgesteld zoude een pallia tief zijnweinig bezwarend voor de gemeente. De heer van den Bosch oordeelt het noodzakelijk eerst te heslissen of men hel regt van de kerk ten dezen erkent, oin daarna de wijze waarop dat regt dient geregeld te worden, te bepalen. De voorzitter acht het integendeel meer verkieslijk de schadevergoeding te regelen en over hel geheel bij stemming te besluiten. De lieer Vervenne merkt nog opdat bij de in behande ling zijnde hegrooting de ontvangsten der begrafenis-regten zijn geraamd op f 500,zoodal er f 300,aan de kerk zou kunnen uitgekeerd worden en f 200,voor de andere kosten overig blijven Waartegen evenwel de heer van Kerkwijk aanvoert, dat die raming op liet tegenwoordig tarief berust, hetgeen moet herzien en geregeld worden volgens de gemeente-wet. Niemand verder het woord verlangende, brengt de voor zitter in omvraag zijn amendement op het voorstel van de commissie voor liet li nan lie- wezen Om de f 100,als rente van hel primitief tot aanleg ge bezigd kapitaal te doen wegvallen en in de plaats daarvan gelijke f 100,— te brengenals schadevergoeding aan de kerk niet als een erkend regt maar op grond vau de hiI- lijkheid. Dit voorstel in omvraag gebragtwordt met 7 tegen 3 stemmen aangenomen, (tegen do heeren Vervenne, S. Vader en van Kerkwijk.) Zoodat onder de 4 afd. deze post als art. 15 iu uitgaaf wordt gebragt. Het hoofdstuk 9 onvoorziene uitgaven, niet voor behan deling vatbaar zijnde, alvorens de ontvangsten zijn vastge steld wordt daartoe overgegaan, en HOOFDSTUK 1, art. 1, goed slot der rekening 1851 ad f 12404,311aangenomen zonder discussie. HOOFDSTUK 2, art. 1, inkomsten van eigendommen, wordt conform de opmerking der finanliele commissie gebragt op j f 1691.43art. 2, de grondrenten ad f 364,27', art. 3, jagt j en visscherij f 103,art. 6, renten f 735,art. 7, winst der bank van leening f 125,- HOOFDSTUK 3, afd. 1, art. 1, 15 opcenten op de grond- lasten der gebouwde eigendommen f 1250,80, art. 2, 10 dito op de ongebouwde f 303,90, art. 3, 525 dito op het per-

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1853 | | pagina 1