II¥iït!Ï17
Of «sullen de ouders hunne kinderendie voor den
pest van Evangeliedienaar bestemd zijn, naar elders
neen zenden P flee klein is bet getal derzulkendie
daartoe het vermogen heatten! Zelfs missen verreweg
de meesten de «nodige middelen, om het Seminarium
van het naburige Wewien. ter opleiding van de hunnen
te kiezen, Daarenboven lijdt het bezoeken vanbuiten-
landsebe Akademiën onder Oostenrijk thans aan belem
meringen, waarvan men in de voorgaande eeuw nog
niet geweten heeft. En de ondersteuning, aan behoef
tige Hongaren weleer op zulke Akademiën toegelegd
kunnen zijmet kleine uitzondering, sedert eene reeks
van jaren ook niet meer genieten. Zoo moet de Pro-
testantsche kerk van Hongarije het getal van wel ge
oefende voorgangers met schromelijken spoed zien af
nemen. Ten slotte moet het zoo verre komendat
althans op vele plaatsen, de gemeente zelve verdwijnt.
Doch datgroote kwaad willen wij, geliefde Broeders
en Zustersimmers trachten te verhoeden. Als er geld
gevraagd wordt, willen wij immers de hand toereiken,
gelijk onze vaders ons daarin zijn voorgegaan. Toen
de Waldensen eeuwen lang onder den druk gebogen
gingenzijn die vaders bijgesprongenom hunzoo
veel mogelijkhet hoofd op te beuren en nu zijn zij
staande gebleven, om zich in het lieht eener vrije Evan
gelieprediking te mogen verblijden, hetwelk heden ten
dage devalleijen van Piëmont bestraalt; welk een innig
zielsgenoegen zou het na onzen dood voor onze kinde
ren zijnals zij eenmaal zulk een licht over de Pro-
testantsche Kerk van Hongarije zagen opgaan en dan
zeggen mogten, dat wij hunne ouders aan onze geloofs-
genooten aldaar met kracht behulpzaam waren geweest,
om in hunne belijdenis te volharden enmet het oog
naar boven gewend, eene hetere toekomst te verheiden!
Daarom, geliefde Broeders en Zusters danken wij
dezulken uwer, die waar dan ook, reeds het hunne
voor de Protestanten in Hongarye hebben bijgedragen),
en als deze brief te hunner kennis komt, worde hij
door hen beschouwd als niet ontvangen Doch wij mo
gen er niet aan twijfelenof velen staan nog gereed
om op hun voorbeeld, den weg van hulpvaardigheid
blijmoedig te betreden. Inzonderheid strekke die bevoor-
regte, welken de Voorzienigheid met overvloed geze
gend heeft, de handen mildelijk uit, om zieli, terwijl
hij iets van zijne aardsche schatten mededeelt, eenen
schat in den hemel op te leggen. Niets zal ons meer
verblijdendan te vernemendat de inzameling aller
wegen hoe langer hoe boter slaagt. Ook wij, onderge-
teekenden, blijven steeds bereid, om de giften te ont
vangen, die ons zoo van elders, als uit dat Ley den,
hetwelk nooit te vergeefs is aangesprokenzullen wor
den toegezonden. Oolc het penningske van den min
vermogende zullen wij niet versmaden.
De God van alle genade besture n door Zijnen Geest
en veivulle u met hetzelfde gevoelen, dat wij in' Hem
eerbiedigen, die zich voor eene zondige wereld heeft
opgeofferd, gehoorzaam geworden zijnde tot den dood
des kruises 1
W. A. VAN HENGEL.
N. O. KIST.
J. II. SCHOLTFN.
De ondergeteekenden nemen de vrijheid de bijzon
dere aandacht der Protestantsche Ingezetenen van Zuid
en Noordbeveland op den nood der Hongaren te ves
tigen, en lien dringend op te wekken om voor deze
bedreigde Broeders in Christus eene gift te willen af
zonderen. Ook zij zijn bereid alles wat de Christe
lijke liefde voor hen veil heeftte ontvangen. Ook zij
zullen het penningske van den minvermogende niet ver
smaden. Geve God dat hunne roepstem bij velen weer
klank vinde.
J. ab UTRECHT DRESSELHUIS,
Pred. te Wolf aartsdijk.
A. N1ERMEYER, Wemeldinge.
W. L. van OOSTERZEEGoes.
R. A. S. P1CCARDT, Goes.
Door plaatsgebrek hebben wij de beide met getee-
kende stukken, in ons vorig Nummer, niet kunnen op
nemen.
GOES den 2J April.
Hel heeft den Koning behaagd bij besluit van den
19den dezer No. 99
1°. aan te nemen het verzoek om eervol ontslag
aangeboden bij adres van den 16den dezer, door de
heeren
Mr. J. R. Thorbecke als Minister van Binnen-
landscbe Zaken
Mr. P. P. van Rosse, als Ministgr van Finantien;
Mr. M. P. HSirens, als Minister ran Justitie;
Mr. P. P. baron van Zuijlen van Nyeveltals
Minister van Builenlandsche Zaken met dankbetui
ging voor de gewigtige in die betrekking bewezene
diensten, en met vrijlating om zich nader, ter beko
ming van wettelijk pensioen tot Zijne Majesteit te
wenden
2°. voorloopig aan te houden het verzoek om eer
vol ontslag bij hetzelfde adres aangeboden door de
heeren
C. F. Pahud als Minister van Koloniën
Den schoul-bij-nacht J. Enslie, als Minister van
Marineen
Den generaal-majoor ff. F. baron Forslner
van Dambenoy als Minister van Oorlog.
Bij een besluit van dezelfde dagteekening. No. 100,
heeft de Koning goedgevonden
1°. te benoemen
Tot Minister van Builenlandsche Zaken den Mi
uister van Slaat mr. F. A. van Ilalllid van de
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Tot Minister van Justitie mr. D. Donker Cur-
tius
Tol Minister van Binnenlandsche Zaken Mr. G.
van Reenen burgemeester van Amsterdam.
Tot Minister van Finantien, EC. Vvan Doorn,
lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Tot Minister voor de Zaken van de Roomsch-Ka-
tholieke EeredienstMr. L. A. Lightenvelt
2° te bepaler) dat de Minister van Finantien te
vens voorloopig zal belast zijn met hel bestuur van
bet Departement voor de Zaken van de Hervormde
on andere Eerediensten.
De nieuw benoemde Ministers hebben reeds
in handen ües Konings den eed op de Grondwet
afgelegd.
- In de zitting der Tweede Kamer van de Staten
Generaal van Woensdag 20 April zegt de heer van
der Linden het woord gevraagd hebbende dat de
Slants Courant van heden ter algemeene kennis ge-
bragt heeft, een hoogst gewigtig feit, dat het name»
lijk den Koning behaagd heeft van zijn grondwettig
regl gebruik te rnaken en het Ministerie te ontbin
den. Dat Ministerie, zegt de spreker, genoot bij een
groot gedeelte der Natie een groot vertrouwen en eene
krachtige medewerking bij de beide Kamers der Sta
ten-Generaal. Niemand zal er twijfelen of de be
slissing dier ontbinding za! een diepen indruk in het
land maken. Zoo ver den spreker bewust is bestaat
er geen feit waaruit zou blijken, dat dit vertrouwen
verbeurd is ol niet meer zou bestaan, met name niet
in de laatste dagen toen door het votum door de
overgroote meerderheid der Vergadering verklaard is,
dal zij genoegen nam met hetgene door het Ministe
rie is gedaan. Daar nog een der Ministers (die van
Oorlog) zich thans in de Kamer bevindt vraagt de
spieker verlof om van Z Exc. eenige rnededeelingen
te vragen wat aanleiding heeft gegeven tol het inge
diende ontslag aan den Koning,
Het gevraagde verlof door de Kamer verleend zijnde,
herhaalt de heer van der Linden zijne vraag
Z. Exc. de Minister van Oorlog verklaart te meer
bereid te zijn, om aan de gedane uitnoodiging te vol
doen vermits hij daartoe de goedkeuring erlangd heeft,
zoo van den Koning als van het tegenwoordige be
stuur liet zal tot dal einde voldoende zijn, mededee-
llng te geven van den brief, door het Ministerie aan
den Koning geschreven waarbij het zijn ontslag in
diende en van het daarop gegeven antwoord.
Deze zijn van den volgenden inhoud
's Gravenhage den J7 April 3853.
Bij den toenemenden aandrang van adressen be
treffende een Bisschoppelijk bestuur over de Roomsch
Katholijke Kerk hier te lande had de Baad van
Ministers, onder dagteekening van den 13 April jl.
de eer aan Uwe Majesteit een ontwerp van beschik
king voor te stellen. Het scheen in deze aan zoo
velerlei misvatting onderworpene zaak noodig de regt-
vaardigheid van de door het Gouvernement betrachte
handelwijs te doen geroelen de regeling zeiveen de
vorm barer invoering, als builen het bereik des Gou-
vernenienls geplaatst, niet tnel zijne taak te laten
vei vtarren, te wijzen op der) waarborg, dien ieder
legen wezenlijke krenking bij Uwe Majesteit vindt
en van Harentwege tot verdraagzaamheid en kalmte
te stemmen.
Volgens de berigte» heeft hel antwoord, dat Uwe
Majesteit op de publieke audiëntie te Amsterdam gaf
eenen gansc.h anderen indruk gemaakt. Men meent
van Uwe Majesteit te hebben verstaan dat Hoogst-
dezelve zich, tegen haren zin, door de Grondwet
gebonden achtte dat Uwe Majesteit door hel ont
vangen beklag over hetgeen volgens die Grondwet
gebeurd is den band tusschen hel Huis van Oranje
en Nederland nog versterkt rekende.
Men gelooft natuurlijk tusschen die toespraak en de
houding van Hoogstdeszelfs Ministers een strijd te ont
dekken die als tegenwerking wordt uitgelegd.
Zoo iels, Sire! mag, zelfs in schijn, niet beslaan;
het minst ten aanzien eener aangelegenheid waar in
alle klassen des Volks levendig, ja hartstogtelijk belang
stellen. Niemand moet kunnen geloorendal hij in
liet Hoofd der Regering tegen de Regering steun vindt.
Ware het anders, de kracht der Koninklijke Regering
ware gebroken de beweging der gemoederen zou
niet ophouden, maar voortduren, of telkens op nieuw
kunnen worden gewekt; onrust en tweedragl zouden
gewonnen spel hebben.
Wij komen U, Sire in het belang van het Land
en van het Koningschap, met eerbiedigen ernst vragen
dat het Uwer Majesteit behage, aan een ondragelijken
toestand een einde te maken.
Ëène waarheid wordt algemeen erkend, een Ko
ning die niet overeenstemt met zijne Ministers, moet
zijn Ministerie veranderen.
Wij brengen gezamenlijk het verzoek voor den
Troon dat Uwe Majesteit goedvinde hiertoe te be
sluiten of allen twijfel en misverstand, op de meest
uitdrukkelijke wijze door een ronde openbare ver
klaring weg te nemen.
De Grondwet verleent, naar Onze overtuiging zeer
te regt, kerkelijke vrijheid en gelijkheid van be oher-
ming. Wij hebben aan de grondwettige vrijheid ha
ren loop gelaten. Mogt Uwe Majesteit met de Gr or ui-
wet of met ons stelsel van bestuur niet te vreden zijn.
Uwe Majesteit gelieve ons te ontheffen
Dat bij den ontvangen indruk eene onverwijlde,
beslissing noodzakelijk is behoeven wij naauwelijks
onder de aandacht van Uwe Majesteit te brengen.
geleekendCh. F. Pahut
Thorbecke.
van Rosse.
Enslie.
Forslner van Dambenoy.
Sirens.
van Zuijlen van JVyevell,
Sedert eenige dagen spreekt men te Weenen
(volgens berigt van den 16 dezer) algemeen van een
kunstje, genaamd de tafeldans, hetgeen daarin beslaat
dal onderscheidene personen rondom eene mahonie
houten tafel gezeten door zekere plaatsing van de
handen op die tafel gezarnentlijk een keten vormen,
waardoor dan dat meubel na korteren of laogeren
tijd van zelf in beweging geraakt, en rolgerrs den
eenstemmigen wil van deze personen voor of ach
terwaarts schuift. Men beweert dat de proeven in
de meeste gevallen gelukken. Sommige natuurkun
digen verklaren dit verschijnsel door eene onvrijwil
lige trilling der spieren anderen denken aan eenen
electro-rnagnetischen invloed nog anderen aan be
drog of zelfmisleiding.
De Ondergeteekendereeds vóór ettelijke dagen aan
de meest gegoede Ingezetenen dezer Stad de belangen,
der Protestanten in Hongarije aanbevolen hebbende
heeft daarvoor in dank tien gulden ontvangen
en ziet verder de uitkomst zijner bemoeijingen te gemoet
Goes. 20 April J853. j;
t Heden overleed ten mijnen huize mijne
geliefde Moeder, CATRIENA de ZEEUW wed.
Jac de Visser in den gezegenden ouderdom van
drie-en-negentig jaren.
Goes Wed. A. ROELAND,
20 April 1853. geb. N. de Visser.
Dienende deze lot kennisgeving aan Familie
Vrienden en Begunstigers.
Ten gevolge van opruimen van oude
voorraad is in de Pakhuizen van den
Ondergeteekende te Rotterdam thans genoegzame
ruimte ter berging van VATEN MEEKRAP.
h. B. LGHEBOER.
*t* Met Mei aanstaande kan een SCHAAP
HERDER, die goed zijn vak verstaal, eene goede
dienst bekomen bij M. VAK STEE, onder Y erseke,
in den Olsende-Polder.
Te Goes, bij F. Kleeuwbss Zoom.