GOESSCHE COURANT. 1852. No. 52. rnrnmm mihiictmtiii. V', MAANDAG 28 JUNIJ. BEKENDMAKING. BEKENDMAKING. SCHUTTERIJ. PUBLICATIE. Biiiiik wmmmmiMWo 1- De uitgave deter Courant geschiedt Maandags en Donderdags avonds. De Prijs per Kwartaal ts j J ,75 Franco per Post f J ,90. Gewone Jdverlentien worden a 20 ets. de regel geplaatst. Geboorte-, Huwelijks- en Doodberiglen van .1 6 regels a ,i,20 behalve het Zegelregt. De BURGEMEESTER van GOESbrengt bij deze ter kennis van de belanghebbenden in deze Ge meente, dat de blanco verzoekbiljetten, otn acten en vergunningen voor de JAGT en VISSCHERIJ, ver- vermeld in art, 5 der wet van den 6 Maart 1852 (Staatsblad No. 47), van heden af, op de Gemeente- Secretarie kosteloos verkrijgbaar zullen zijnen dat die verzoekschriften, behoorlijk ingevuld en onderlee- kend, moeten worden ingediend bij den Burgemeester, ter opzending aan Z. E. den Commissaris des Konings in deze Provincie. En opdat zulks algemeen bekend zij, zal deze wor den afgekondigd, aangeplakt en geplaatst inde Goes- sche Courant. Gedaan ten Raadhuize van Goes, den 26 Junij 1852. De Burgemeester voornoemd M. P. BLAAUBEEN. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES, doen te wetendat aan den heer Jacobus Pieler KabebeekeKapitein hij het Bataillon Rustende Schut terij No. 3, in de Provincie Zeeland, bij L. M. besluit van 7 Mei 1852 No. 42 de waarnemiug van de betrekking van Kapitein-Kommandant der Dienstdoende Schutterij te Goesvoorloopig voor den tijd van eer) jaar is opgedragen en dat hij ge durende dien tijd bij het korps Rustende Schutterij, waartoe hij behoortals gedetacheerd zal worden gevoerd. Dat die voorloopige waarnemingaan dien heer alzoo is opgedragen op zijn speciaal verzoek Dal de eed tot die betrekking staande, op heden door hem in handen van den Voorzitter van dit Kollegie is afgelegd eri een ieder alzoo wordt uitgenoodigd hem in die functie te erkennen. En opdat niemand onwetendheid zoude voorwen de zal deze worden afgekondigd en geplaatst iu de Goessche Courant. Gedaan ten Raadhuize van Goes, den 26 Junij 1852. Burgemeester en Wethouders voornoemd M. P, BLAAUBEEN. De Secretaris H. C PILAAB. BÜRGEMEESTEB en WETHOUDERS van GOES: Brengen bij deze ter kennis van een ieder die het aangaat, dat de commissie tot onderzoek der redenen van vrijstelling en uitsluiting van de Schutterlijke dienst, voor dit jaar ingevolge art, 15 der Wet op de Schutterij, van den 11 April 1827 zaamgesteld hare zitting zal houding ten Baadhuize dezer Stad, op Woensdag den 13 Julij 1852, des voormiddags ten elf ure. Wordende degenen welke vermeenen redenen tot vrijstelling of uilsluiting aan die commissie te kunnen voordragen aandachtig gemaakt op de navolgende bepalingen van Z M. besluit van den 28 Junij 1828 (Staatsblad No. 42.) Art. 9. Geene vrijstelling of uitsluiting van de dienst zal mogen worden verleend aan personen, welke in de arlt. 3 en 4 der wet niet worden opgenoemd, of die zich in de daarbij omschreven gevallen niet bevinden. Art. 10, Aan personen, die voorgeven met ziekten I of gebreken behebt te zijn, zal geene vrijstelling wor den verleend op vertoon van attesten, maar zullen de zoodanigen worden onderzocht door de genees- en heelkundigen bij de commissie. Hij die builen staat is voor de commissie te verschijnen, zal in zijne wo ning moeten worden onderzocht. Art. 11. De onvoorwaardelijke vrijstelling op grond van ziekten en gebreken, zal alleenlijk mogen worden verleend op grond van de zoodanigenwelke in het Reglement op het onderzoek der Manschappen bij onze beschikking van den 15 Januarij 1821. N°. 59 vastgesteld worden opgenoemd als voor de dienst volstrekt buiten staal, of een volstrekt of betrekkelijk onvermogen tot de dienst daarstellende naar welke laatste de commissie vooral met bijzondere oplettend heid onderzoek zai doen; zij die bij nummerwisseling in dienst treden, moeten in alle opzigten gezond zijn, en vrij van alle gebreken. Art. 12. Als geestelijken bij de onderscheidene gezindheden en als studenten in de Godgeleerdheid zuilen alleen worden vrijgesteld diegenen welke als zoodanig volgens de verordeningen op het stnk der Nationale Militie regt op vrijsleliing van dienst heb ben. Ter bekoming van deze vrijstelling zullen de zelfde bewijzen moeten worden overgelegd welke voorde dienst der Nationale Militie worden gevorderd. Vervolg en Slot hierna.) GOES, den 28 Junij. De werkzaamheden aan het Kanaal door dit eiland, welke door onderscheidene tusschenkomende omstan digheden II. Vrijdag niet aanvingen zullen thans op aanstaanden Donderdag beginnen. Naar men óns ver zekert zal Z. E. de Minister van Binneniandsche Zaken die plegtigheid met zijne tegenwoordigheid ver eeren. Een aantal der notabelste ingezetenen en autoriteiten zijn te dier gelegenheid uitgenoodigd tot het deelnemen aan collation. Van eenig bederf in het Koolzaad, waarvan in andere couranten, uit onderscheidene oorden des lands, wordt melding gemaakt is tot heden hier in het eiland niets bespeurd. Wel meent menhier en daar geringe sporen van aardappelziekte te hebben opgemerkt. De aankondiging van wege de Hoofdcommissie tot oprigting van een metalen standbeeld ter eere van Laurens Jnnszoon Costerden uitvinder der boekdrukkunstonlangs in de dagbladen geplaatst en waarbij de aandacht onzer landgenooten op dit echt vaderlandscbe plan bij hernieuwing en met ern- stigen aandrang gevestigd wordt, heeft haar doel niet gemist, en is door allen die in deze zoo bij uitstek nationale onderneming belang stellenmet de meeste deelneming ontvangen. De heer Laarmandie var, wege de genoemde Hoofdcommissie is uitgezonden tot het verzamelen van inschrijvingen ten behoeve van het CWe?-'s-fonds, heeft in de provinciën Friesland en Groningen het meest gewenschle onthaai genoten en invloedrijke mannen hebben het doel zijner zending krachtig on dersteund zoo door openlijke aanbevelingen in de dagbladen als op andere wijzen. Met voile vertrouwen" wordt door de Groning- sche commissie gezegd, durft zij het plan, tot op rigting van een standbeeld voor Coster aan de warme belangstelling van alle beschaafden aanbevelen, omdat het hier eene zaak betreftdie bij uitstek nationaal mag heeten. Niet alleen toch wordt het vaderlandsch gevoel reeds opgewekt bij de gedachte, om eene open lijke hulde toe te brengen aan den uitvinder van die edele kunst, die het voertuig is van alle wetenschap, van alle beschaving en verlichting het krachtigste middel ter bevordering van welvaart en volksgeluk maar te meer nog verdient die onderneming den naam van eene echt nationale, wanneer men bedenkt, dat het hier ook de handhaving geldt van de eer des Vaderlands, tegenover de miskenning, ons door onze Duitscbe naburen aangedaan. Voor weinige jaren is de lang gevoerde strijd over de geboorteplaats der boekdrukkunst, in bekende Nederlandsche geschriften, met klem van bewijzen ten voordeeie van Haarlem beslisten reeds hebben vele Engelsche Fransche en Italiaansche letterkundigen, onpartijdige regters voorzeker, aan die beslissing hun zegel gehecht, en volmondig erkend, dat het regt van Nederland op de eer der uitvinding, tegenover de aanspraken van Mainz en Straatsburg, door de historische kritiek zegevierend is gehandhaafd. In elke van die beide steden prijkt een sierlijk standbeeld, ter eere van den vermeenden uitvinder Gutlenberg. Onzen Coster, daartegen, viel niets meer te beurt dan eene sleenen beeldtenis, oor spronkelijk als privaat eigendom opgerigt, en dieniet beter beschreven kan worden dan met de volgende elders gebezigde woorden De uitvoering van dit beeld is zóó nederig, zij is zóó verre beneden de eischen en de kracht der kunst gebleven, dat bet den schijn heeft, als huiverde Costerzich in het open baar iets aan te matigen waarop hij vreesde geen regt te hebben; ak verkondigde hij voortdurend niet eene waarheid, maar slechts eene betwijfelde gissing" Het wordtderhalve tijd, dat ook voor hem een waar dig gedenkteeken als nationale hulde verrijze om den vreemdeling te toonen, dat Nederland de hand having zijner regten op prijs stelten dubbel ware het te betreuren, indien de pogingen der Hoofdcom missie, die reeds aanvankelijk zoo goed mogten slagen, thans, nu de zaak reeds zoo verre gevorderd is, door gebrek aan deelneming moesten falen." Met belangstelling ziet men den uitslag dezer po gingen te gemoelen twijfelt nietof zij zullen met het beste gevolg bekroond worden. Door eenige hoogschatters van wijlen onzen be roemden landgenoot J. Ie Francq van Berkhey is in de Hooglandsche Kerk te Leyden, nabij 's mans graf, in den mnur een eenvoudige gedenksteen ge plaatst mej het opschriftHulde aan de weten schappelijke verdiensten van Jan le Francq van BerkheyMed. Doel. en Lector in de Natuurt. Historie aan de Hoogeschool. Geboren te Ley den den 29slen Jan. J729 overt. den JSden Maart J8J2. Aan elk, die tot het oprigten hiervan heeft bijgedragen is een gipsen medaillon verstrekt, op de voorzijde voorzien van 's mans welgelijkend portretop de keerzijde het opschrift van den ge denksteen dragende. De voorzijde van dit medaillon is naar een oud maar eenig exemplaar afgegoten door den heer Georges beeldhouwer te Utrecht de gedenksteen is vervaardigd door den steenhouwer Timmermanste Leyden. Den 24 Junij werd te Delft in het ouderlijke graf ter aarde besteld het stoffelijk overblijfsel van een der getrouwste dienaren van den staat en het Neder landsche leger de waardige generaal-majoor Koet. Van zijne vroegste jeugd af immer in militaire be trekkingen, begon hij zijne loopbaan met onder keizer Napoleon den veldtogt naar Rusland mede te inaken;

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1852 | | pagina 1