1851*
itfcj
^#-V'
MAANDAG «I NOVEMBER.
STlil IMilïCTMTHE
PUBLICATIE.
BEKENDMAKING.
/•t|
BIIIIIL II1IWIWMMII,
mm lik"
m rs
^SilGELENjj
courant.
f "-■•■* --
V"" -
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandags en Donderdags avonds. De Prijs per Kwartaal is f J,75 Franco per Post f J,90.
Gewone Advertentien worden a 20 ets. de regel geplaatst. GeboorteHuwelijks- en Doodberig/en
van 6 regels k f d.20 behalve het Zegelregt.
BURGEMEESTER er WETHOUDERS vak GOES,
brengen bij deze ter kennis van derzeiver Ingezetenen
Dat de Commissie tot de (Economische Spijsuit-
deelingbestaande uit de heeren
Mr. M. P. BLAAUBEEN, President
F. S. A. KNIT EL.
N. VERVENNE, Pz.
Dr. L. C. de PEVAL.
A. NORTIER.
voor Wijk A.
B.
Mr
D.
P. J
J. de FOUW. Wz.
I J. van RENTERGEM de FOUW.
i J. W. van KERKWIJK.
Mr. J. L. LIEBERT.
A. van DAM Sec. Thes.
hare hoogst nuttige werkzaamheden tegen den vol
genden Winter weder zal aanvangen en dat de
zelve, aan de huizen der Ingezetenen, Biljetten heeft
doen rondbrengen op welke de inschrijvingen tot
instandhouding van deze Weldadige Inrigting worden
verzocht.
De heilzame strekking van deze instelling voorna
melijk door de ruime deelneming en onderstenning
der Ingezetenen opgerigt en gedurende vele jaren
staande gehouden is te algemeen bekend en in vo
rige winters gebleken otri, in de steeds bezwarende
omstandigheden voor de Armen niet op dezelve als
een krachtig middel van voorziening tegen nijpend
gebrek het oog te vestigen. Een ieder toch zal over
tuigd zijn dat de uitdeeling van eene verwarmende
en voedzame SOEP, gedurende den ophanden zijnden
Winter, voor de Armen, weder eene onmisbare be
hoefte is.
De aanzienlijke hoeveelheid der benoodigde levens
middelen en de te verwachten vele aanvragenzullen
intusschen wederom eene buitengewone ondersteuning
noodzakelijk maken; en Burgemeester en Wethouders
gevoelen zich daardoor gedrongen, de Ingezetenen op
nieuw tot ruime giften op te wekken ten einde de
Commissie de uitvoering van hare menschlievende taak
gemakkelijk te maken; het overbodig achtende daartoe
meerdere drangredenen le bezigen daar ieder met
genoegen de vele en doeltreffende bemoeijingen der
Commissie in de voorgaande Winters en de daar-
stelling vaneen opzettelijk voor haar ingerigt lokaal,
heeft moeten opmerken en voorzeker blijmoedig en
onbekrompen bijdragen zal tot bereiking van haar
edel doel
En opdat deze algemeen bekend worde zal
daaraan op de gewone wijze publiciteit gegeven
worden.
Gedaan ten Raadhuize van Goes, den 1 November
1851
Burgemeester en Wethouders voornoemd
J. C. van dek MEER MOHR
Ter ordonnantie van dezelven
De waarnemende Secretaris
II. C PILAAR.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES,
brengen bij deze ter kennis van een ieder die liet
aa
SP®
IR
Dat volgens art. 1 van het
Reglement op het houden van
openbare Veemarkten tot han
del in Paarden Runderen Schapen en
Farkens binnen dezelfde Stad, gearresteerd den 7
April 1845 en gepubliceerd den 26 dier maand op
iederen Dingsdag in de maand November,
zijnde dit jaar den 11, 18 en 25 dier maand, aldaar
zoodanige Veemarkt zal gehouden worden en dat
dezelve zal onderworpen zijn aan de bepalingen in
dat Reglement vervat.
En zal zulks door afkondiging, aanplakking en
insertie in de Stads-Courant worden bekend gemaakt
Gedaan ten Raadhuize van Goesden i November
1851.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. C. van der MEER MOHR
Ter ordonnantie van dezelven,
De waarnemende Secretaris
II. C. PILAAR.
GOESden 3 November.
Den lsten dezer had alhier in eene opzettelijk
daartoe gehoudene vergadering van de leden van den
nieuwen gemeente-raad van Goes het onderzoek
plaats van hunne geloofsbrieven, die alle in vereischte
orde bevonden zijn zonder dat eenige bedenking te
gen de toelating van een hunner gerezen is
Door den gemeente-raad le Baarland zijn tot
Wethouders benoemd Gerardus Burgerhoudt en
Piet er Bruggeman.
Te Borsselen, tot Wethouders Pieter de Maaker
en Jan van V fFes/einde en tot ambtenaren van
den Burgerlijken Stand Izaak Rottier Jz. en
Pieter de Maaker.
Te Ileinkenszand tot Wethouders: Jan Aal-
bregtse Rijk en Jacob Kole en tot ambtenaren van
den Burgerlijken Stand: Jan Marcus Fermande
van Cleverskerke en Jan Aalbregtse Rijk.
Te Kloetinge tot Wethouders: Jan Trimpe er,
Cornells van Liere Jz. zijnde die beiden tevens
benoemd tot ambtenaren van den Burgerlijken Stand.
Te Oudelande tot Wethouders: Pieter Mol en
JohannesJanse Mol. In deze gemeente hebben de
wethouders verklaard noch jaarwedde noch presentie
geld te verlangen terwijl ook met algemeene stem
men is besloten aan den Baad geene presentie-gelden
toe te staan.
Op verzoek deelen wij nog mede dat in de
gemeente Zuiddorpe, door den raad tol Wethouders
zijn benoemd: F. de Graeve en J. Bruggeman
en tot Secretaris en Ontvanger F. C. Moerdijk.
Ais een voorbeeld van ongemeene vruchtbaar
heid kan strekken dat de heer M. de Gier een
der meest ervaren landbouwers uit den omtrek van
een kamp land groot circa twee morgen waarop
hij in het voorjaar 4J mud haver had uitgezaaid
gewonnen heeft 143 mud behalve bet overmaatse).
Inde diergaarde van het zoölogisch genootschap
Natura arlis magistra le Amsterdam is eene
belangrijke bezending zoogdieren en vogelen aange
komen afkomstig uit de onlangs in Engeland ver
kochte verzameling van den graaf van Derby.
Men schrijft uit Assen van 30 October
Ten bewijze hoe belangrijk voor deze provincie
de honigbouw en bijenteelt iskan strekkendat
eergisteren hier voor circa f 5000 honig is aangevoerd
en geleverd eene bevestiging tevens van het reeds
elders vermelde dat de bijenhouders dit jaar hunne
moeite rijkelijk beloond zien.
Terwijl de steurharing-visscherij zich in de laatste
dagen eenigermate gunstiger laat aanzien, en eenigen
stof tot blijde vooruitzigten levert blijft intus
schen de kant- of kustvisscherij op den duur zóó on
gunstig als zich de meest bejaarde bewoners van Sche-
veningen niet berinneren. Pinken welke soms zes
of zeven dagen in de zee rond gezworven hebben
keeren op het strand terug met eene vangst van eenige
weinige visschen zonder waarde en toch moet men,
ter eere van de arme visschers erkennen, dat zij door
al die misvangst niet worden ontmoedigd inaar bun
bedrijf vlijtig blijven uitoefenen.
Op de begrooting voor het departement van
binnenlandsche zaken, komt voor 1852 een post voor,
tot bestrijding der kosten van het opmaken en ver
vaardigen eener geologische kaart van Nederland
en wel ten bedrage van 10,000, In den staat van
toelichting tot die begrooting, leest men deswege het
volgende
Art. 142. Deze kosten komen op de vroegere
begrootingen niet voor.
De kennis van de geologische vorming van Neder
land laat veel te wenschen over; dit is ten deele toe
le schrijven aan het gemis van een grondig onder
zoek dat tot het zamenstellen van eene beschrijving
en kaart onontbeerlijk is. Eene commissie van ge
leerden, die zich wegens deze zaak voor eenige jaren
tot de regering wende, gaf, daartoe uitgenoodigd
een uitvoerig verslag met begrooting waaruit blijkt
dat het onderzoek en het uitgeven van kaart en be
schrijving in zeven jaren volbragt kan zijn en in alles
ongeveer 50,000 zal kosten. Het groot belang dal
de wetenschap en de nijverheid bij dezen arbeid beeft,
maakt het wenschelijk, dat die van rijkswege bevor
derd en bekostigd worde. Daarom is, voor de eerste
uitgaven, voor 1852 eene som van f 10,000 gesteld,
DU1TSCHLAND. - Frankfort, den 28 October.
De Lloyd behelst heden een hevig artikel van eene
onbekende hand welke echter aan de regering
waarschijnlijk niet onbekend zal zijn waarin alle
slechte zijden van de staatkunde van lord Palmer-
slim blootgelegd worden. Daarin wordt vooropgesteld
dat de Engelschen zich voorzeker meer dan andere
natiën ongestraft kunnen veroorloven want de zee
welke ben omringt beschermt hen voor eene wre
kende vergelding. Des te lafhartiger en minder
eervol zoo gaat het blad voort is derhalve
eene staatkunde, welke, van hare veiligheid overtuigd,
nog de slechtste elementen van andere landen op zijnen
bodem duldt, om de rust van Europa te verstoren.
Maar men weet dat Engeland eene vloot bezit, waar
door dat rijk onoverwinbaar is. Dat is zijne eer.
Voorts wordt in dit artikel aan Europa gevraagd wat
van de vroeger op het vasteland bestaande neiging en
voorliefde voor de Engelschen geworden iswaar
Engeland nog bemind wordt en waar de moraal der
Engelsche grondstellingen nog in aanzien staat Eu
dit alles heeft Engeland aan een man te danken.
Ten slotte wordt er van de mogelijkheid gewaagd
dat Engeland welligt behoefte kan gevoelen aan de
vriendschap van het Oude Europa wanneer een
maal de met sterren bezaaide vlag Brittannie zal ver
kondigen, hoe vele schepen bet in zee mag houden,