gin des jaars zijn die klagten herhaaldwaarmede de. Hoofd
ingenieur van den waterstaat op nieuw is bekend gemaakt?
ten einde deswege te berigten.
Voor het overige schijnt, de staat van onderhoud dezer
wegenbevredigend te zijn.
De veren en overvaarten daarin gelegen zijn: die van
Gorishoek op IJersekendam(over de OosterscÜelde), van
den Noordkraaijert-polder op Nieuw- en St. Joosland(over
liet Sloe)en van Vlissingen op Breskens (over de Wester
schelde)zij even als de in de wegen liggende bruggen
en duikers, verkeeren in eenen goeden staat van onderhoud.
Schade door ijsgang hoogen rivierstand of andere bui
tengewone oorzaken hebben deze wegen niet geleden.
De bepaling van art. 6 der wet van den 29sten Florcal
10 jaaromtrent eene tijdelijke schorsing van het berijden
der straatwegenbij dooiweder, is, gedurende den afgeloopen
winter, niet behoeven te worden toegepast.
b. Provinciale Wegen
De wegen, welke door de provincie worden onderhou
den zijn
lo. De weg van Zierikzee naar Zijpe. Daarbij behoort de
veerdam en aanlegplaats te Zijpe;
f. De weg van den veerdam bij Wolphaartsdijktot den
grooten Rijks-weg bij Goès. Daarbij behooren de veer-
dammen en de aanlegplaats aan de Zandkreek;
3«. De weg wederzijds dc stad Sluis, beginnende aan den
tolpaal No. 4, op den grooten Rijks weg van Breskens
naar de grenzen van Oostvlaanderen en eindigende
aan de grenzen van Westvlaanderen
4o. De weg van den voors. grooten Rijks-weg, in de na
bijheid van Breskens, naar Groede;
5o. He weg van daar naar Nieuwvliet;
6o. De weg van Schoondijke naar IJzendijke
7o. De weg van daar tot het einde der Pontestraat;
8o. De weg van Oostburg naar Zuidzande;
9o; De weg van Neuzen naar Axel;
10o. Pe weg van Hulst naar Walzoorden;
11 o. De weg van Sas van Gent, over Westdorpe, naar Axel.
Zoowel deze wegen als de daarbij behoorende aanleg,
plaatsen, tolhuizen, tolpalen en sluitboomen, en de daarin
aanwezige bruggen en duikers, worden in goeden staat
onderhouden. De zandwegen, voor zooveel, naar hunnen
aard mogelijk is.
Veren, noch overvaarten, zijn in cleze wegen gelegen.
Sommige der onderwerpelijke wegen zijn, ten voordeele
der provincie, beplant. Omtrent haar regt daartoe, op
andere, is een onderzoek aanhangig.
Schade door ijsgang, hooge rivier-stand of andere buiten
gewone oorzaken, hebben zij niet geleden.
Daarentegen is de ontstentenis van bepalingen omtrent
het berijden der wegen, voor wat betreft de zwaarte der
vrachten en de breedte der vellingen, van eenen nadeeligen
nvloed op de goede instandhouding der banen, en de kosten
welke daartoe vereischt worden. Wanneer de deswege van
de Regering gewacht wordende beschikkingennog langer
mogten verwijlen, zou het overweging kunnen verdienen,
om daarin door eene provinciale verordening te voorzien.
c. Gemeente-Polder- of Buurtwegen en Voetpaden.
Zoo als U bekend is, bestaat onder dagteekening van den
6 Julij 1838, een reglement op het beheer, bet onder
houd en de polici.e der bunrtwegen en voetpaden in deze
provincie, waaraan, in 1844, 1847 en 1848 eenige bepalin
gen zijn toegevoegd.
De, bij dat reglement, bedoelde buurtwegen, zijn daarbij
verdeeld in drie klassen, te weten:
i<>. Alle heerenwegen ot' heerbanendienende tot communi
catie Uisschen de steden, zoo binnen als buiten de
provincie onderling, en hunne takken, welke naai
de groote wegen en overzetveren leiden. De wegen
welke gedeelten uitmaken van de groote 'wegen der
1ste en 2<*e klasse, zijn hieronder niet begrepen;
»>o pe wegen, welke de onderlinge communicatie claar-
stellen van steden, dorpen en gehuchten, of van
deze naar de groote wegen en overzetveren leidenvoor
zoo ver deze communicatien njet tot de hiervoren
vermelde behooren
3o. 0e wegen, welke, ten algemeene nutte, in de gemeenten
zelve bestaan of de communicatie Uisschen de daartoe
behoorende dorpen, gehuchten of buurten daarsiellen.
De voetpaden, inde toepassing van het reglement vallende,
ïijn die. welke in het belang der ingezetenen bestaan, en
tot de gemeenschap tusschen de onderscheidene gedeelten
der gemeenten, of tusschen de naburige gemeenten onder-
ling, zijn daargesleld.
Volgens de ingekomene verslagen, wordt voor de instand
houding der wegen en voetpaden en der daarin gelegene
kunstwerken, alsmede voor de naleving der voorschrevene
verordeningen, over bet algemeen, behoorlijk zorg gedragen.
Aan sommige besturen zijn echter teregtwijzingen dien aan
gaande moeten worden gegeven.
Wat eendragtigc goéde wil vermag, zelfs met eenvoudige
en zwakke middelen van uitvoering, daarvan levert het
eiland Zuid-Beveland, sedert twee eeuwen, een sprekend
bewijs. Met beperkte middelen heeft de aldaar, sedert het
jaar 165Q. bestaande instelling van het middel der straat-
eu zand-wegen, de wegen op dat eiland tot een toestand
gebragtwelke als de beste van de geheele provincie is aan
te merkenen onvermoeid is zij aan de bestendiging en
uitbreiding van dien toestand blijven arbeiden, tot het einde
des vorigen jaars, als wanneer de, blijkens ons vorig ver
slag, met één jaar verlengde termijn, voor de heffing der
vereischte relributien en de opheffing, bij afkoop, der Rijks-
tollen, is geëindigd. Wij twijfelen niet, of andermaal zal
'sKonings bewilliging zijn verzocht, om op den ingeslagen
weg voort te gaanen wij koesteren den wensch datin
zoodanig gevaltermen zullen kunnen worden gevonden
om aan dat verzoek gunstig gehoor te verleenen. Tot dus
ver echteris eene dergelijke aanvrage niet ter onzer ken
nis gekomendoch het is bekenddat van wege het Rijk
nog niet is overgegaantot de heffing der tolgeldenwel
ker afkoopmet het vorige jaarheeft opgehouden.
d. Spoorwegen.
Onder deze afdeeling van ons verslag, kunnen wij alleen
van de teleurstelling des verledenenvan de ontbering des
tegenwoordigén eii van cle mogelijkheid dés toekomenden
tijds gewagen.
Weinige jaren geleden koesterde Zeeland eene schoone
verwachting, toen het de verwezenlijking van een grootsch
ontwerp, der Zeeuwsch- Lhnburgscken Spoorwegen het daar
aan verwante, te gemoet zag. Doch hare verwachting taande
en verdween. Uit. ons vorig vei slag is U reeds de intrek
king bekend van de voor dien weg verleende concessie.
Of deze provincie te eeniger tijd zich door eene spoor
baan aan andere gewesten en landen verbonden zal zien
ligt in de toekomst verborgen. De mogelijkheid blijft echter
hestaan. Gebeurtenissen kunnen plaats grijpen, toestanden
geboren wordenomstandigheden zich vereenigenwelke
de daarstelling van dit gemeenschaps-middel onzer dagen
ook voor Zeeland kunnen bevorderen. Wij hebben derhalve
gemeend bij bet, vernemen dat het denkbeeld was opge.
vat, eener aansluiting van de Nedèrlandsche en Belgische
spoorwegen, uiet werkeloos te mogen blijven, maar, bij een
eerbiedig adres aan den Koning, in bet belang van ons ge
west en ter voorkoming van latere nioeijelijkheden en be
zwaren te moeten verzoeken dat door de Nederlandsche
Regering, bij het inwilligen der bedoelde vereenigingop
de duidelijkste en krachtigste wijze worde voorbehouden
datten allen tijdeuit Zeeland met eenen spoorweg
kunne worden aangesloten, aan dien, welke zoodanige ver-
eeniging zoude verwezenlijken, en welks strekking vermoe
delijk zoude zijn door de Provincie Noord-Brabant, langs of
in de nabijheid van Breda, iets, hetwelk lust en wil zoude
kunnen opwekken, om derwaarts, ook uit Zeeland, eene
ijzerenbaan aan te brengen, door welke de havens van Wal
cheren in verbinding zouden worden gesteld met liet bin
nenste van het vaste land.
HOOFDSTUK XIII.
LANDBOUW.
De weersgesteldheid van het laatstleden jaar heeft zich.
door afwisseling van droogte en regens, onderscheiden.
Het voorjaars weder was koud en schraal. De zomer ge
matigd in warmte. De winter uitermate zacht.
De oogst van 1850 heeft verschillende uitkomsten opge
leverd. Die van de TarweGerstHaverWitte-, Bruine
ert Paardeboonen was gunstiger, dan in het jaar te voren.
Van de Rogge en Erwten kan dit uiet gezegd worden.
De Aardappelen vielen als van de ziekte niet geheel en
al bevrijd ook minder bevredigend uit.
De Meekrap bleef in opbrengstbeneden die van 1849.
Bet Koolzaadde Boekweit en bet Vlas stonden, in uit
komst met gezegd jaar, gelijk.
De hoofdbeploeging en zaaijing in den nazomer van 1849,
had ouder vrij gunstige omstandigheden plaats. De eerste
viel echter eenigzins later in, ten gevolge der in de niaand
October veelvuldig gevallene regens. Het koude en schrale
voorjaars weder van 1850, bragt, onder sommige vruchten,
eene trage ontwikkeling te weeg., welke echter, door het
verder gunstige jaargetijde, door spoedige rijpwording over
wonnen werd; terwijl de inoogstingover het algemeen,
door liet drooge en gunstige weder, zeer is bevorderd.
De Tarwe heeft gemiddeld ppgebragt ongev. 26 mudcl. p. bund.
Rogge24
Zomer- en Maartsche Gerst 40
WinterGerstruim 60
Haver 40
Het Koolzaad ongeveer,. 20
De Boekweitruim 20
Het Vlasongeveer 8
De Erwtennaauwélijks 15 K K
Paardeboonen 30 «en
et Witte- en Bruine Bootten20 <c
De Aardappelen hebben een gemiddeld getal van 105 mud
den het bunder opgeleverd nederkomènde öp 5/8 gedeelte
van eenen gewonen oogst, die oogsrnaar eene doorsnede
van vijf gewone jaren, gerekend op 169 rnudd. bet bunder-
Uitgezonderd het Koolzaadhetwelk ten gevolge van de
gevallene regensgedurende den dorschtijd veelal leed
en de Erwtenwelke door de zoogenaamde bladluizen voor
ruim 2y3 gedeelten, gedurende den groei werden vernietigd,
kenmerkten zich al de veldgewassen door deugdelijkheid.
De Rogge heeft, min of meer, door de nachtvorst geleden;
de daarmede bezaaide velden waren dun en schraal bezet;
de aren echter goed gevuld.
De Winter Gerst leverde ruim stroo op.
Het Vlas was sterk van lint.
De Meekrap voldeed in wigt eii deugd aan de verwachting;
de opbrengst van de twee-jarige kan op 1400, de drie-jarige
op 2500 a 3000 Nederlandsche ponden, het bunder geschat
worden.
De Witte- en Bruine Boonen wérden, hier en daar, nog*al
door den honigdauw gekweld.
De Hop heeft gunstige uitkomsten opgeleverd. De bouw
van dit gewas begint zich in het gewest uit te breiden.
De inzameling van de Mangelwortelen, waarvan de op
brengst op 45 a 50000 Nederlandsche ponden het bunder
wordt begroot, was redelijk, doch die van Klavers, Wikken
en Paardepeen viel bijzonder mede.
De Graslanden en het Hooi hebben voldoend voedsel voor
het vee opgeleverd. De ontwikkeling der weidelanden was,
ten gevolge van het schrale voorjaar, traag; het vee moest
daardoor langer, den gewoonlijk, op de stallen worden ge
houden. De groeikracht van het gras nam echter in den
zomertijd sterk toe, zoodanig, dat de weiden tot in de
laatstleden maand December goed voedsel voor het vee op
leverden. Aan de bemesting der landen wordt de meest
mogelijke zorg besteed. Men bezigt daartoe meer algemeen
de met stroo vermengde uitwerpselen van liet rundvee en
der schapen. Met andere meststoffenzoo als haardasch
kalk, guano en dergelijke, zijn eenige welgeslaagde proeven
genomen- Het bezigen van secreetmest of beer vindt nog
weinig bijval.
De middelprijzen van de volgende veldproducten waren
door-een: de mud
Tarwe- 7.50
Rogge 5,20
Zomer- 3,50
Gerst j wintei- 3,80
Haver- - - 2,30
Boekweit- - - 5,00
Erwten- 5,60
Witte- en Bruine Boonen - 6,25
Koolzaad 11,50
Zaad- 10,00
Paardeboonen- 4,00
Aardappels- 2,35
Het is bezwaarlijk, de koop- en huurwaarde der landen
met eenige juistheid, op te geven. Men behoeft de volle
dige kennis van de verschillende soorten en eigenschappen
der gronden in eiken polder, van hunne klassificatien en
zuivere opbrengsten, ten einde tot eene, eenigzins op goede
grondslagen rustende, gemiddelde berekening van de waar
den, bij koop en bij pacht, te kunnen geraken.
Wij meenen ons alzoo te moeten bepalen bij de algemeene
mededeelingdat de koop- en huurwaarde der bouw- en
weilandenals de voornaamstedie wij ten deze in aan
merking kunnen brengenin de onderscheidene districten
der provincie, en zelfs ook in sommige onderdeelen van de
zelve, zeer uiteenloopen, ten gevolge van verschil in soorten
en eigenschappenligging en wat dies meer is.
Die waarde is ons echter opgegeven voor de landente zijn
lo. Koopwaarde van 200 tot 1150 het bunder.
2o. Ilnurwaarde van 16 tot 54 het bunder.
Tot bevordering van den landbouw bestaat, zooals reeds
hiervoren, Hoofdstuk VII, (Onderwijs, Kunsten en Weten
schappen), is vermeld, eene Zeeuwsche Maatschappij, wier
getal leden en werkkring aldaar zijn omschreven.
Wordt vervolgd)
Te GOES au F. K LEEUW ENS ZOON.