GOESSCJIE
COU RA IT.
1851.
mmwmmmm*
DER IMWra GEWIGTEK.
DONDERDAG APRIL.
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandags en Donderdags avonds. De Prijs per Kwartaal is jJj.j Franco per Post j J,90.
Gewone Advertentien worden a 0 ets. de regel geplaatst. Geboorte-, Duwelijks-
van d—6 regels a f J.SO behalve het Zegelregt.
en Doodberigten
Uithoofde van het Paaschfeest zal de
Mfiandagsche Courant, in plaats van des
avonds, des morgens worden uitgegeven.
HUSSIJIS
De GEDEPUTEERDE STATEN van ZEELAND,
doen le weten, dat door hen, in hunne vergadering
tan den 9den dezer maand is vastgesteldhetgeen
volgt
Art. De herijk, over het jaar 1851 van de
Nederlandsche maten en gewigten, welker gebruik in
het vorige jaar' verpligtend is geweesten mitsdien
van alle gewigten, lengte-maten, inhouds-maten voor
drooge waren vocht-maten voor den handel in het
klein en in het groot, mitsgaders van de wisse, zal
in deze provincie worden aangevangen met den 1 Mei
aanstaande, en gesloten op den 1 Augustus daaraan
volgende.
Art. 2, De letter 0 (Gothische vorm) zal voor
ijkletter gedurende dit jaar gebezigd worden en op
al de geijkt of herijkt wordende maten en gewigten
benevens hel bijzondere merk van den Arrondissements
ijker worden afgedrukt of ingebrand.
Art. 3. De Arroodissements-IJkers zullen, over
eenkomstig art. 5 van het reglement op den herijk
van den 15 Februarij 1822, behalve in de plaats
hunner woning, nog tot den herijk vaceren in die
gemeenten van derzelver arrondissement, als door ons
hij resolutien van den 10 April 1840, no. 46, van
den -r-~-•! 1841, no. 24, (Provinciaal Blad no.
I A pril v
34,) van den 30 Junij 1843, no. 11 van den 17
April 1846, ho. 27, Provinciaal Blad no. 48
en van den 21 Junij 1850, no. 33, zijn aangewezen,
en op de dagen, gednrende welke zij niet in de ge
meenten builen hunne woonplaats vaceren, ten minste
gedurende vier aren daags, hunne kantoren geopend
houden, om aan de Ingezetenen gelegenheid te geven
lot de verificatie hunner maten en gewigten.
Art. 4, Zij zullen van de uren waarop hunne
kantoren zullen geopend zijn, mitsgaders van de dagen
op welke zij uit hoofde der vereischte vacatiën in
andere gemeenten, niet tot den herijk der maten en
gewigten ten hunnen kantore zullen vaceren, aan
Burgemeester en Welhóuders hunner woonplaats kennis
geven, welke daarvan, door publicatie en insertie
in de stedelijke of in de binnen hunne stad meest
gelezen wordende courant, aan de belanghebbenden
zullen doen kennis dragen.
Art. 5, De Arrondissemenls-IJkersznllen Burge
meester en Wethouders of Assessoren der gemeente,
in welke zij in overeenstemming met hét bepaalde
in art. 3 tot den herijk zullen vaceren van hunne
op handen zijnde komst ten minste acht dagen te
voren informeren, en zullen deze gehouden zijn, den
Burgemeesters eh Assessoren der andere gemeenten
voor welke gelijktijdig wordt gevaceerd, daarvan kennis
1e geven ten einde de ambtenaren publieke admi
nistration kooplieden winkeliers en andere belang
hebbenden door hen worden verwittigd van de plaats
en van den tijd waarop tot den herijk zal worden
gevaceerd en van hunne verpligting om de bij hen
in gebruik zijnde malen en gewigten, mitsgaders de
strijkels der halve en quart mudden te doen herijken;
zullende de Plaatselijke Besturen, behalve de ten deze
vereischte openbare bekendmaking tevenszoo veel
mogelijk den belanghebbenden ingezetenen hunner
gemeente, welke zij weien dat van maten en gewigten
gebruik maken, ten hunnen huize eene Waarschuwing
of kennisgeving laten doen. (Fervolg hierna.)
Ï.EOQE1MHA
van het
Vervolg en Slot van lVot 30).
lilde, afdeelevg.
Land- en Staathuishoudkunde
punten van behandeling.
lo, In afwachting- van het nader rapport nopens het Land-
huishoudkundig ouderwijs, op het 6de Congres uifc te bren
gen, (zie het verhandelde van liet 4do te Utrechtbi- 131,
en van het 5de te Leijdenbi. 32) zou de verdere overwe
ging belangrijk zijn van de navolgende punten:
a. Wat is er op onderscheidene plaatsen ter bevordering
van dat onderwijs in meerdere of mindere mate gedaan?
b. Welke zijn de uitkomsten van die verschillende pogingen
en welke zijn de daaraan verbondene geldelijke bezwaven?
c*. Verdient' het bewerken en verspreiden van school- en
leesboeken betrekkelijk de eerste beginselen der natuur
kundige wetenschap geene bijzondere aanmoediging
2o. Er zijn Gemeenten of Streken in het Rijk, alwaar
nuttige verordeningen in verband tot den Landbouw be
staan, terwijl zij elders ontbreken, als I), v.: het verjagen
of vernielen van schadelijk gevogelte of insectenhetgeen
in eenen plaatselijken last zonder genoegzaam nut ont
aardt indien het niet algemeen is: het wegmaaijen
van onkruid langs de akkers en'op de voegeneen billijke
maatregel, daar het hard is voor den landman, die zijn
land zorgvuldig behandelt, hec. overwaaijend zaad van
eens anders onkruid te ontvangen: het hoeden van scha
pen op de publieke gronden en wegen of dijkeneen wezen
lijk bezwaar voor de Gemeenten, waar dit, uit gewoonte,
te onbepaald bestaathet opmaken der buurtwegenwaar
van het verzuim in de eene Gemeente den doorvoer van
en naar eene andere waar men aan het onderhoud der
buurtwegen gehouden isbelemmert.
De volgende vragen doen zich hier van zelve ter over
weging voor:
a. Welke andere en welligl meer treffende voorbeelden
van dien aard zijn hij de reeds genoemde te voegen
b. Welk voordeel of bezwaar zou er verbonden kunnen
zijn aan bet al of niet meer algemeen verordenen,
of wellig.t omgekeerd geheel' weglaten van soortgelijke
plaatselijke voorschriften
r. Öf uit deze wisseling van denkbeelden nopens deze zaken
grondslagen of bepalingen zouden te putten zijnter
opname in eene hier te lauue ontbrekende verordening,
zoo als het Code rural in Frankrijk?
3». In de Landhuishoudelijke Courant van 1849ïV«. 47,
is het denkbeeld geopperdom te behandelen de vraag:
«welke zijn de uit- en inwendige inrigtingen, die de Boe-
«renhuizen, met het oog óp deii gezondheids-toestand van
menschen en vee en op het belang der Boerderij hebben
«moeten? Zijn de samenstelling der gebouwen en het aan-
wenden der bouwstoffen niet voor aanzienlijke yerbete-
ringen vatbaar? Deze vraag was te Brussel op het
Belgische Landbouw-Congres van 1843 ter behandeling voor
gesteld maar kon aldaar niet genoegzaam behandeld wor
den- Bij de eerste bladzijden der inededeeling van de Gel-
dersche Maatschappij van 1849 is op een voornaam onder
deel van Boerderijen, op de stallen in dezelve, gewezen,
aldaar onderscheiden in poostallen, iwa/lstallenen grup-
of groepstallenomtrent welke laatste eene teregtwijzing
voorkomt in de Mededeelingen der Hollandsche Maatschappij
van Landbouw, No. 2 van 1849 bi. 174.
I Bij de laatstgenoemde Maatschappij is een5 ander onderdeel
ook reeds in overweging gekomen in hare Mededeelingen
immers van 1848No. 3 bh 146 en 152vindt men het
plan en het bestek eener schuur bij eene groote boerderij.
Bij het Programma harer Algemeene Ten tonstelling (zie
dezelfde mededeelingen 1849 N7o. 2, bi. 79) werd eene gou
den medaille uitgeloofd voor de beste plan-teekening voor
Bperen-Hofsleden en aanhoorigheden bestemd hetzij voor
akkerbouw met minstens 50 Bunders onder den ploeg hetzij
voor zuivelbereiding met eene stalling voor 30 koebeesten-
(No. 130 der prijzen). Ten grondslag dezer onderscheiding
ligt het verschil, dat er noodwendig moet zijn tusschen eene
Boerderij, waar Korenboüwen diewaar Melker ij of Zui
velbereiding de hoofdzaak is, en welke ieder tot een afzon
derlijk stelsel behooren-
Een ander groot verschil in stelsel is ér tusschen de zoo
genaamde Tas-woningen waar al het koren en hooi vvortii
geborgen onder een en hetzelfde hooge dak, te midden de.i
Boerderij zelve, en de woningen van lager dak, met houi-
of korenbergen daarnevens.
Zijn deze onderscheidingen juist?
Zijn er meer'zoodanige hoofd-onderscheidingen te maken.'1
Welke zijn de algemeene regelen yan uit- en inwemiigen
bouw voor Boerderijen in 't algemeen? of voor vei schilieutiê
soorten in het bijzónder?
Zijn er bruikbare voorschriften en plan-teekeningen. dit."
onderwerp betreffende en op ons land toepasselijk, in druk*
bekend gemaakt
Zijn er zoodanige voorschriften en plan-teekeningen, in
druk nog onbekend tot toelichting en onderzoek mede te
brengen/
Op deze en dergelijke punten, den bouw van Boerderijen
betreffende, wordt voorshands de aandacht gevestigdopdat
deskundigen er zich op zouden kunnen voorbereiden om
met te meer vrucht en niet geheel onbestemd in de Afdee-
ling deswege van gedachten te wisselen.
4o. Bij de wet van 19 Junij 1845, vaststellende een nieuw
tarief van regten op den in- uit- en doorvoer Staatsblad
No, 28) is de uitvoer van Mest in 't algemeen (met uitzon-
deling van de Secreet-Mest of Beerverboden.
Na de invoering dier "wét heeft men zich meer bijzonder
op de bereiding van mest-specien toegelegd en is dit een niet
onbelangrijke tak van industrie gewordenen wordt mits
dien gevraagd, of het in 't belang van handel en' nijverheid
niet wenschelijk zoude zijndat dit verbod vau uitvoer
werde opgeheven
Dïncsdag 10 Junij, 's namiddags ten 5 ure, Receptie van
de Leden van het Congres door het Bestuur in de groote ge
hoorzaal ten Stadhuizewaarna gelegenheid zal gegeven
worden aan de Afdeelingen om zich te organiseren en aan
de Commissionom werkzaam te zijn 's avonds ten 7 ure,
Vergadering van het TIoofd-Bestuur der Maatschappij tot be
vordering van Landbouw en Veeteelt in de Provincie Zeeland.
Woensdag 11 Junij, 's namiddags ten 5 ure, Proefnemingen
in den Wilhelmina-Poldermet de Werktuigen en Gereed
schappen, bestemd voor de Tentoonstelling van gezegde
Maatschappij.
Donderdag 12 Junijvoormiddags, van 9 tot 11 \ue,
Algemeene Vergadering der Maatschappij tot bevordering yan
Landbouw en Veeteelt in de Provincie Zeeland, in het Koor
der Groote Kerk.
Van 11 tot i2§ ure, Tentoonstelling van Vee, Landbouw
kundige Werktuigen, enz. van deze Maatschappij, voor der
zelver Leden, en voor die van het Congres. Plaats nader4
op te geven.
Van 12tot 2 ure zal deze Tentoonstelling geopend zijn
voor het publiek tegen betaling van vijf-en-twintïng cents
per persoon.
's Namiddags ten. 5j ure, Ringrijdenplaats nader te be-
p den.
'sAvonds ten 8 ure, Zameukomst in de Sociëteit va» Ou-
genuchten Vrij- Muzijk en Illuminatie.
Vrijdag 13 Junij's namiddags ten 5 ure:, Gezamenlijk
middagmaal, tegen 8,^- per persoon, voor de Leden vau
het Congres en gezegde Maatschappij van Landbouw*