1850 60ISSC1IE ((I I! 11111. V. 96. MAANDAG DECEMBER. V BEKENDMAKING. BEKENDMAKING. ZANGSCHOOL. f&ovïnciale sTmm ¥AN ZESLAND. De uitgave dezer Courant geschiedt Maandags en Donderdags avonds. De Prijs per li wartaal is j j,ï.ï Franco per Pus! j J,9Ö-. Gewone ridverlentien worden a 20 ets. de regel geplaatst. Geboorte-, Huwelijks- en Doodberigten van J—6 regels a <1,20 1 behalve hetZegelregl. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der stad GOES ontvangeo hebbende het besluit van de Ed. Giool Achtbare Heeren Gedeputeerde Staten dezer Provincie, van den 19 November 1850, N°. 6, Pro vinciaal Blad N°. 153) met de daarbij gevoegde Lijst der Namen en Standplaatsen van de bevoegd •erkende llengsthouders in deze Provincie over het jaar 1850. Brengen bij deze ter kennis van de belanghebben den dat daarbij als Hengsthouder binnen deze stad is opgegeven Marinus de Dreu. Zijnde een vierjarige, Bruine Hengst van gekruist Geldersch Ras. En zal aan deze op de gewone wijze publiciteit ge geven worden. Gedaan ten Stadhuize van Goesden 30 Novem ber 1850. Burgemeester en Wethouders voornoemd J. C. van der MEER MOHR, Ter ordonnantie van dezelven De Stads-Secretaris L. de FOUW Jz. Achtervolgens artikel 3 van het Koninklijk besluit van den 6Januarij 1831, N°. G8 (Staatsblad N°. 2), heeft Zijne Excellentie den heer Minister van Finan cien bij resolutie van den '28 November 1850, be paald de prijzen het opgeld daaronder begrepen waarvoor de Collecteurs, Splitters en Debitanteiwler Staats-Loterij de loten en gedeelten van dien voor de vierde week der trekking van de laatste klasse der '212de Loterij, zullen mogen uitgeven, te weten: BIJ VEBKOOP: Gebeele Loten 82,00 Halve Vijfde Tiende Tvvintigsle» - 41,00 - 16 40 - 8,20 - 4,10 Wordende de belanghebbenden bij deze herinnerd, dat bij voornoemd artikel van dat besluit, uitdruk kelijk is vastgesteld, dat de Collecteurs, Splitters en Debilanten gehouden zijn, om zich naar die prijsbe paling te regelen, en dezelve gedurig ter inzage voor het publiek beschikbaar te hebben. Goes den 30 iNovember 1850. Voor den Staatsraad, Commissaris des Konings in de Provincie Zeeland, Bij delegatie, de Burgemeester der Stad Goes, J. C. van der MEEB MOHR. Het Bestuur der Al'deeling van de Maat schappij tot BEVOBDEB1NG der TOON KUNST, door bel mislukken van alle daar toe aangewende pogingen in zijne hoop teleurgesteld zijnde, om nog vóór den Winter de inriglingen der Afdeeling onder leiding van een in ieder opzigt ge schikt onderwijzer te stellenheeft de eer aan de Leden der Afdeeling en verdere Ingezetenen kennis te geven dat in het onderwijs der Zangschool op eene andere wijze is voorziennodigt mitsdien de Leerlingen uitom zich Zaturdag aanstaande 7 December, ten 12 ure te vereenigen in het locaal boven de Beurs zullende het Onderwijs Maandag daaraanvolgende een aanvang nemen, Voor de aangifte, in persoon of schriftelijk van nieuwe Leerlingen is bij den ondergeteekende de gelegenheid opengesteld gedurende deze week dage lijks van 12 tot 1 ure. Hei Bestuur der Afdeeling voornoemd Namens hetzelve B. B. van den BOSCH Secret. VEKCAÏÏEKÏK© DËIt VRIJDAG DEN 29 NOVEMBER 1830. Het publiek wordt om half twaalf ure binnen gelaten; naar men verneemt, heeft eene geslölene zitting plaats ge had in zake den lieer Hammacher. Tegenwoordig 82 Leden. De notulen der vorige vergadering worden gelezen en goedg-ekeurtl. De voorzitter deelt mede missives der heeren van der Stolpe en van. den. Broe kr. dat zij belet waren de vergadering bij te wonen. Aan de orde is de beraadslaging over de opgaaf, door den boofd-ingenieur gedaan nopens de naar zijne raming over 1851 temaken kosten voor verschillende werken. Dat.stuk. met bel rapport van Ged. Staten, wordt gelezen. De voor zitter vraagt of de vergadering in liet 'voorstel* van Ged. Staten, lot goedkeuring dier begrooling, kan berusten. Daar toe wordt zonder discussie besloten. Volgt de beraadslaging over liet adres van den beer Thomaestot herziening van 't reglement op de policie dei- polders in Zeeland. De lieer Vis merkt op, dat gezegd reglement 40 jaren heeft bestaan dat het wel door Napoleon bij decreet is uitgevaardigd maar door dén ook wegens ervaring in poU derzaken zoo gunstig bekenden mr. J. PV. Schor er was ont worpen dat het gevaarlijk zou zijn, zoo ieder polderbe stuur zich ecu eigen policiereglement bezorgde en er alzoo eene menigte nieuwe met eikander strijdige keuren zouden ontstaan, hetwelk alle eenheid zou breken en geene ver eenvoudiging zou zijn. Art. 158 der Prov. wet spreekt in 'I algemeen, niet op Zeeland in 't bijzonder. Spreker zou niet gaarne iets nieuws op dat onderwerp uitlokken. Dè voorzitter vraagtof art. 158 der Prov. wet aan de Staten de bevoegdheid ontneemt algemeene pol der regiem en ten te vervaardigen, en meent, dat naar art. 140 dier wet de. Staten wel degelijk die bevoegdheid hebben. Ruim 800 verschillende policiereglcmenteu zouden er kunnen ontstaan. Dit zou gevaarlijk zijn. De heer van den Boschvoorzitter der commissie, ont wikkelt haar gevoelenen toont aandal het alleen de vraag is, of er eeuige wijziging in 't Policiereglement dei- polders wettig zou kunnen geschieden. Dit nu meent de commissie geoorloofd te zijn. De heer Uittenhooven.modelid dei- commissie, wijst aan, dat liet gevaar voor al die afzonderlijke polfciereglementen verdwijnt, als men bedenkt, dut art- 158 der prov- wet de goedkeuring" van Ged. Staten vordert, die, zeiven buiten alle poiderbelieerdes te onzijdiger zijn. De heer van Deinse leidt uit art. 157 der provinciale wet de bevoegdheid der staten af lot maken of wijzigen van het algemeene polderreglemeot. behoudens de magt der polder besturen om naar aft. '158, bijzondere, met het algemeen reglement niet strijdige keuren, onder goedkeuring van Ged. Stalen te vervaardigen. Na nog eenige discussion, waaraan deel nemen de heeren van. der Swalwe Mooijaart van Cilters en van den Bosch wordt liet voorstel der commissie voorgelezen en op voor stel des Voorzitters, om de verlangde aanvraag bij de hooge regering, tei- inlichting nopens den zin van art. 158 voor noemd, door Ged. Staten te doen, en, tot die inlichting zal ontvangen zijn de beraadslaging- over het adres van den heer Thomaes aan te houden, wordt dien overeenkomstig besloten- Voorts wordt met 17 tegen 15 stemmen besloten, dat.van deze sta tering der zaak geene kennis aan den adres^ sant zal worden gegeven. Aan de orde is nu bet voorstel van den heer Hennequin over het verlangde kanaal van uitwatering voor Sluis, enz. De heer Vitten hooven stelt voor, benoeming eener speciale commissie en verzoek van 'sKonings magtiging tot werkzaam blijven dier commissie, in overleg met de ambtenaren van waterstaat en genie, ook nadat de Prov.-Staten geseheiden zouden zijn. ï)e Voorzitter geeft inlichtinghoe ver reeds bij de regering de zaak is gevorderd, en vraagt, of hetgeen bewijs van wantrouwen zou zijnnu nog eene commissie te benoemen, die toch niets zon kunnen verrigteu'dim nadat een aantal vooi'Joopige onderzoekingen" zoiidei'i zijn afgeloopen. De heeren Becius en Hennequin zelf vereenigen zich met liet gevoelen van den Voorzitter; de heer van. Vèinse merkt op, dat de adressanten zeiven slechts ondersteuning van hun verzoek door Prov.-Statén bij den Koning verzoeken en ook daartoe het/voorstel van den heer Henhequin strek». Hij gelooltdat men dus ten dezen in geen geval verder behoort te gaan. De heer Uittenhooven dringt zijn amendement nog nader aan; de heeren van der Swalme en Mooijaart voeren körteiijk het woord- Eindelijk wordt het amendement met 25 tê'>èu 7 stemmen verworpen. De beer van der Swalme stelt voor, bij het rekest .landen Koning en het- afschrift daarvan voor de St.-Gom, tevens té voegen afschrift van liet adres van een aantal ingezetenen van het district Sluis, tot. ondersteuning van het voorstel. Dit wordt zonder discussie aangenomenén .eveneens mei algemeéft'e stemmen, uitgezonderd die van den héér Llitten- hoovendie tegenstemde, liet alzoo geampliëerde voorstel der Ged. Staten' tot indiening van bedoeld adres. Er wordt^liesloten eene commissie van drie leden te be noemen tot ontwerpen van dit adres. Tot steinopnemers worden door den Voorzitter benoemd de heeren Versluijs, van den BergVerhagen, en van der Haven. Tot eerste 'lid wordt verkozen de heer Hennequintot tweede lid de heer van Deinsetot derde lid de heer van der Swalme. Op het voorste! van den beer de Jonge over dé calami- teuse poldersstellen de rapporteurs bij meerderheid voor, dat aan dc wetgevende niagt of aan den Minister een adres worde ingediend, opdat geene wet op den waterstaat worde gemaakt, zonder dat Ged. Staten daarop zullen gehoord zijr.. De Voorzitter doet de bezwaren uitkomen, welke zijns inziens aan dezen stap verbonden zijn. De heer Uittenhooven wijt den afhankelijk en toestand der Polderbesturen geenzins aan het decreet van 1811, maar aan de toegevendheid der Polderbesturen zelve. Hij wil een adres aan den Koning tot bespoediging vener wet op den Waterstaat, en GedStaten uittenoodigenom in de eerstvolgende zomervergadering rapport te doen over de wensehelijk geacht wordende wijzi-, gingen. Hij merkt op, dat de opcenten voor de calamiteuse polders onverantwoord blijven en wil die, naar art. 115 der Prov. wetvoorlaan op de begrooting zien gebragt. Er ontstaan nog eeriige discussiëh, waarbij dc heer de Jonge den zin van zijn voorstel toelicht, en verklaart met den heer Uittenhooven eenstemmig te zijn, dat de opcenten van de calamiteuse-polders wel degelijk op de begrooting moe ten worden gebragt, en de heer Mooijaart eene rede houdt over de verbindende kracht van het Polderreglement als keizerlijk decreet. De heer Verhagen verklaart, zich allée'rt te kunnen vereenigen met een "voorstel als dat van den heer Uittenhoovenals zullende dit alleen strekken om een adres in te zenden aan den koning, verzoekende bespoe diging van de wet op den Waterstaat. Hij ook heeft zich moeite gegeven op de hoogte van deze belangrijke kwestie te gerakendoch, ten spijt van de.mededeeli'ngen der beide partijen, moet bij openlijk verklaren, niet genoeg met de zaak bekend te zijn om eene 'bepaalde stem uit te brengen; waarom hij zegt voornemens te zijn zich van het uitbren gen zijner stem te onthouden, indien een voorstel in rond vraag wordt gebragt, dat vérder gaal als een bloot verzoek van de wettige regeling overeenkomstig art. 191 der grondwet te bespoedigenbetuigt vérder met genoegen te vernemen dat alsnu door twee leden verklaard woidt, dat door hen, zijn vroeger aangegeven denkbeeldom de Opcenten voor de calamiteuse polders, overeenkomstig art. 115 der Próv. wet, op de begrooting te brengen, wordt gedeeld. Het amendement van den beer Uittenhoven wordt daarop met algemeene stemmen aangenomen? en tot ontwerpen van het adres aan den Koning worden, bij stemming op de gewone wijze, verkozen de heeren dc. JongeUittenhoven en Mooijaart- Eindelijk wordt besloten dc beraadslaging over de instructie voor Ged. Staten aan te bonden tot de eerstvolgende zomer vergadering, wanneer ook bet regl. van orde voor Ged. Staten zal worden behandeld, en morgen ochtend ten 19 ure te beraadslagen over bet adres der Zout/.ieders en over de adressen der Redactiën van de Zeeuwse he én dc Middel burgse he Courant. Z1TT11VG VAN Z.VfÜUDAG 30 NOVEMBER. tegenwoordig '29 leden; De notulen der vorige vergadering worden gelezen en goedgekeurd. Aan de orde is bet rapport der commissie tot ontwerpen van 'cadres aan den Koning, ten gevolge van het adres der zoutziedevs aan de provinciale staten.

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1850 | | pagina 1