1849.
Maandag 18 Junij.
DUITSCHLAND.
Frankfort, den 14 Junij. „Van de Badensche
grenzen hebben wij niets van belang vernomendan
dat de van hier vertrokken Mecklenburgsche dragonders,
door li tinne artillerie ondersteund, bij Waldntichelstadt
met eene bende opstandelingen, bestaande uit het ba-
taillon Mannheimer werklieden en uit het corps Zwit
sersche scherpschutters, slaags geraakt zijn, en hen
na een kortstondig gevecht met verlies van 10 of 12
dooden op de vlugt gejaagd hebben. Overigens staat
aan deze zijde van den Neckar bijna geen vijand, en
waarschijnlijk zal iiet eerst bij het overtrekken dier rivier
tot een ernstigen strijd komen. Inmiddels neemt het
aantal der overloopers van dag tot dag toe; zij komen
niet meer afzonderlijk, maar bij talrijke troepen, meestal
uit Badensche soldaten bestaande, die het moede zijn
om met de zamengeraapte vrijcorpsen te dienen.
FRANKRIJK.
Parijs, den 12 Junij. Alhier is weereen gewa
pende opstand beproefd en mislukt; weer een opstand
tegen de meerderheid en tegen het door 't algemeen
stemregt ingesteld bestuur. In naam der vrijheid is
weer de grondslag der politieke vrijheid aangerand door
eenigen die slechts voor zich vrijheid willen er, de
meerderheid trachten te overheerschen.
Parijs den 15 Jtinij. De berigten van den 14
dezer brengen de tijding aan dat de opstand den 13
geheelen bijna zonder bloedvergieten onderdrukt is,
dat de nacht kalm was geweest, en dat den 14 we
derom de gewone rust in Parijs heerschte en er zelfs
geen sporen van barricades meer aanwezig waren.
Uit die berigten blijkt voortsdat den vorigen dag
inderdaad een deel der afgevaardigden van de Bergpartij
zich in liet Conservatoire des arts et métiers een
oogenblik als constituerende vergadering geconstitueerd,
eene proclamatie, waarbij het volk re wapen geroepen
en de socialistisch demokratisclte republiek uitgeroepen
werduitgevaardigden verscheiden andere decreten
onderteekend heeft, onder welke een, waarbij de oorlog
aan Oostenrijk en Rusland verklaard werd; doch dat
deze vergadering, om welke zicfi de artillerie der na
tionale garde geschaard hadbij het eerste aanrukken
van troepen zich verstrooid heeft, zoodat slecht zeven
of acht leden derzelve hebben kunnen in hechtenis
worden genomen. Onder de gevlugte» worden de heer
Lcdru Rollin en de beide sergeanten Boichot en Rat'
tier genoemd.
Changaunif.r."
N". 49.
GOESSCHE
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandags
en Donderdags avonds. De Prijs per Kwartaal
is f d,75; Franco per Post f .1.90.
COURANT*
F Gewone Adverlenti'én worden 'a°20 ets. de regel\
geplaatst. Geboorte-, Huwelijks- en Doodherigten 1
J 6 regels 'a f J,20, behalve het Zegelregt. f
van
j.yi
\V' f'--'
\js
JMKU YVST5 J Dl NG Ki*
Onder de Pruissische troepen heerscht wegens den
moorddadige» aanval op den Prins van Pruissen eene
groote vei bittering, die nog toegenomen is ten gevolge
van een voorval, dat eergisteren heeft plaats gehad. Op
een naar Mainz bestemd transport buskruidhetwelk
door Pruissische landweer begeleid werdis op den
grooten weg tegenover Asmannshanzen en nabij Niecfer-
Ingelheim herhaaldelijk geschoten geworden In al de
plaatsen aan den weg rttsschen Mainz en Bingen is
dien ten gevolge eene algenreene ontwapening bevolen.
De eerste Pruissische troepen zijn den 13de» door
Darmstadt mar de Badensche grenzen gerukt; geiijk
tijdig isde voorhoede der Beijetsche troepen te Aschaf
t'énburg aangekomen. Te Worner staan op dit oogenblik
reeds 6000 man Pruissen."
De Groot-hertog van Baden heeft den i2den dezer
te Mainz eene bekendmaking uitgevaardigdwaarbij
bij vei klaart denaar Stuttgart verplaatste zich noemende
nationale vt rgadering niet meer als zoodanig te erkennen
en de aldaai nog aanwezige Badensche afgevaardigden
terugroepr.
Uit Stuttgart wordt van den ja dezer gemeld, dat
de regering besloten bad de stad Heilbron», ter zake van
hare onwettige demonstratie» ten gunste van het re
genschap in staat van beleg te stellen en de burgerwacht
aldaar te ontb'nden. De derwaarts gezonden troepen
hadden in den morgen van den 12 de stad bezet, en
niet de ontwapening der burgerwacht begonnen. Er
heerschte bij een deel der bevolking groote verbittering,
doch men vleide zich, dat de maatregel zonder verderen
tegenstand zou kunnen worden ten uitvoer gebragt.
Woensdag morgen behelsden de socialistische bladen
onderscheiden stukken, die 'tbepaalde voornemen om
een bloedigen dag te hebben, deden blijken. Vooreerst
eene oproeping aar. 't Fransche volk geteekend door
122 leder, der wetgevende kamer, (waaronder Ledrn-
Rollin. Bac Considérantde sergeanten Rattier en
Boichot alsmede Commits at reLammcnnais enz.}
Om 1 ure vormde zich eene ongewapende zameri-
scholing met eenige burgerwachten aan bet hoofd, die
korten tijd ongehinderd voorttrok maar plotseling
door de welberaamde maatregelen van Changarnier
wiens gezindheid tot verdediging der orde ditmaal weer
ondubbelzinnig gebleken is, zich geheel omsingeld zag
door troepen en uiteenstoof.
Des middags werd de kamer, die niet vergaderen
zou, bij brieven zamengeroepen. Ten half 3 waren de
leden der meerderheid bijeen. De President van den
Raad deed de volgende mededeeling
Heden morgen heerschte zekere gisting in eenige
deelen der stad. Revolutionnaire, oproeiige. onwettige
t proepingen verschenen in de dagbladen. Eenigen be
antwoordden daaraan; zamensclvdingen vormden zich,
eenige lieden in uniform van nationale gardes voegden
zich er bijoproerkreten weergalmden en dreigingen
tegen '1 bewind dat door de algemeene stemming in
gesteld is Tm tierden male zagen wij die valsche
republikeinen opstaan tegen 'tgezag, daargesteld door
de vrije stemming des lands. De volkshoopen toonden
vijandige voornemensen zeiden op deze vergadering
te zullen lostrekken. Dadelijk is er kracht ontwikkeld;
allen die voor de stad en deze vergadering moeten waker,
zijn op hun post, pn de vo'kshoor.edie herwaarts
trokken, zijn vwjaagd. Maar men heef- kretennaar
de barricades gehoord, en oproepingen tot een blijk
baar sedert lang beraamden en geregelde» opstand. Er
is een begin van uitvoering."
Hij verzocht dus de vergadering bi'een te blijven,
om tiaar den eiscli der omstandigheden te kunnen ban
delen. Korf'daarna ontving hij berigten van den Mi
nister van Buinenlandsche Zaken en stelde dadelijk
daarop voorParijs en de geheele eerste militaire
divisie in staat van beleg te stellen en de regering
te magtigen om dezen maatregel uit te strekken tot
alle stedendie in staat van oproer tegen de wet ge
raakten.
Na eenige discussie werd het voorstel met overgroote
meerderheid aangenomen.
Generaal Changarnier deelde heden avond aan den
president van den ministerraad het volgende rapport
mede
Mijnheer de president van den mijiisterraad!
De volgende dagorder, welke ik ten half vier ure
dicteerde, zonder tijd te hebben 0111 haar over te lezen,
zal u met het begin van het op dezen dag vo irgevallene
bekend maken.
Omstreeks vier ure werden de opsrandelingen
die zicli in liet Conservatoire de£ ar s et métiers ver
schanst en welks roegangen zij gebarricadeerd hadden,
met de grootste beradenheid aangevallen en verdreven
door de linietroepen en de nationale garde van het 6ie
legioen.
„De nationale gardes werden door een kapitein aan
gevoerd wiens naam ik 11 op dit oogenblik niet kan
noemendoch die, wegens zijn moedig en waarlijk
vaderlandslievend gedrag, den grootsten lof verdient.
„Nog andere barricaden, in de straten Aumaire,
Gravilliers. Transnonaiu, Faubourg du Temple, Notre
Dame de Nazareth en meer andere, werden bijna even
spoedig genomen als opgeworpen van alle zijden
aangetast, waren hare verdedigers niet bij magte om
tegenstand te bieden aan onze dappere soldaten, wier
onverwinnelijke moed nog veel grootere hinderpalen
zou zijn te boven gekomen.
„Overal get'ugg-steun 1 door de broederlijke mede
werking der nationale garde, handhaven onze troepen
de orde zelfs in die kwartierenwaar onze vijanden
de meeste aanhangers tellen.
(Volgt eene opgave der positie», die door de troe
pen in Parijs bezet waren en van de maatregelen
genomen om den aanrogt van versterking voor de op
standelingen uit de omliggende streken te beletten.)
Naar het cijfer te oordeelen van de opstandelingen,
uit welke de kolönne was zamengesteldwelke ik ten
half een ure op de boulevards ontmoette, alsmede uit
de volksmassa's, die de onderscheidene generaals aan
troffen, is het zeker dat de voorstanders der regering
loosheidwier pogingen ren minste voor 's hands on
schadelijk gemaakt zijn, over eene aanmerkelijke ntagt
konden beschikken.
De fortende kazernen van St. Denis en Cour
bevoie zyn door voldoende garnizoenen bezet.
De Parijssche bladen zijn eenstemmig in het prijzen
van den goeden geesr, dien de overgroote meerderheid
der bevolking van de hoofdstad bij deze gelegenhei 1
aan den dag heeft gelegd, en van de houding, die zij
tegenover de onruststokers heeft aangenomen. Uit de
departementen had men nog geene tijdingen ontvangen
omtrent den indruk, dien de Parijssche opstand aldaar
te weeg gebragt had. Men vreesde intusschen dat
ook daar op sommige plaatsen onrustige bewegingen
zouden hebben plaats gehad daar het niet ontbrak
aan bewijzen dat het in de hoofdstad uitgebarsten
komplot zich over geheel Frankrijk had uitgestrekt.
Intusschen vleide men zich, dat de inden morgen van
den 14 door den telegranph naar alle zijden afgezonden
tijding van het onderdrukken van den opstand eene
gunstige uitwerking zoude hebben,
De volgende bijzonderheden kunnen wij aan
gaande de laatste gebeurtenissen nog mededeelen:
De bewegingwelke te Parijs heeft plaats gevon
den, was voor geheel Frankrijk ontworpen. Te Reims
is een opstand uitgebroken. De werklieden maakten
zich van een belangrijk punt meester, en men is niet
zonder bekommering voor Lyon. Evenzoo vreest men
voor Limoges, Chateauroux en Toulouse. Te Parijs
blijft eene zekere mate van onrust heerschen, die ech.
ter geene bekommering inboezemt.
Het volk is ook niet zoo ligt meer tot den strijd
over te balen als vroeger. Ten bewijze hiervan
strekke het volgende
Een arbeider had op den faubourg Saint-Antoine
eene verhevenheid beklommen, en verhaalde aan een
groot aantal omstanders de gebeurtenissen van den dag.
Het was vier ure in den namiddagniet verre van daar
was een batailion jagers van Vincennes gestationneerd,
hetwelk er overigens niet het minste aan dacht om
de menigte te verdrijven.
„Mijne vrienden, zoo ijverde de arbeider, waarom
zouden wij strijden Onder het voorwendsel van de
constitutie re verdedigen zouden wij haar alleen ver
nietige». Hebben zij, die ons ten strijde roepen, met
ons bevorens geraadpleegd 1 Zij handelen ais kinderen
Ontegenzeggelijk hebben zij regt op onze sympathie,
maar niet op onze medewerking. Men wil de belan
gen der Romeinsciie republiek voorstaan en waagt
daardoor om woelingen in de Fransche republiek te
doen ontstaan, om er het bloed te doen stroomen. O,
ik bid er u om, mijne vrienden, plengt geen bloed meer
er is maar al te veel vergoten. Laten wij het goede
van zelve uit de constitutie doen ontstaan en niet door
een goddeloozen strijd, ons reeds zoo droevig lot nog
verergeren."
Men kon het zien dat de woorden des arbeiders
op de menigte indruk maakten. Niet eene enkele stem
deed zich hooienom het gevoelen van dien man te
wederleggen.
De regementen, die uit de departementen Parijs
zijn ter Ini'p gesneld, zullen binnen de hoofdstad gar
nizoen houdentot de staat van beleg weder zal zijn
opgeheven. Deze troepen zijn 100,000 man sterk en
is het dus bij de aanzienlijke krijgsmagtdie zich in
