N". 91. Maandag 15 November.
GOESSCHE
COURANT»
m K U WST IJ Dl NG B N
(De uitgave deter Courant geschiedt Maandags\
en Donderdags avonds. De Prijs per Kwartaal 1
is f J,75; Franco per Post f .1,90. J
- -
Gewone Advertentièn worden a 20 ets. de regel\
geplaatst. Geboorte-, Huwelijks- en Doodberigten I
van J 6 regels a f J ,20, behalve het ZegelregtJ
DU ITSCHL AND.
Berlijn, den 8 November, Voor eenige dagen
werd ailiier een medicinae doctor tot het afleggen van
getuigenis voor de regtbanlc geroepen. Verzocht zijnde,
den gewonen eed re doen, weigerde hij zulks, zich
op het genoegzame van zijnen promotie-eed beroepende
en bovendien verklarende, niet te willen achterstaan bij
een gendarme, die steeds voor her geregt, uit hoofde
van den eed, bij den aanvang zijner bediening afgelegd,
geloofd wordt. Var. deze weigering is aanteekening
in het proces-verbaal gehouden, maar de zaak is ove
rigens haren gang gegaan en de verklaring des doctors
ais getuigenis aangenomen.
Frankfort, 'den 7 November. Ten aanzien var.
de gevangenneming van een' bediende van den graaf van
Görlitz verneemt men nader, dat dit dezelfde is, die,
op den sterfdag der gravin, van 4 uren des namiddags
tot half 6 alleen met haar in huis was. Toen de graaf
den 3den des middags zijnen bedienden te kennen gaf,
dat de regter van instructie zoude komen, om allen te
ondervragenvolgde de poging van dezen bediende
om den graaf te vergiftigen. Reeds heeft de graaf
onderscheidene voorwerpen welke bij den vader van
den bediende gevonden zijn erkendals aan zijne
gemalin toebehoord te hebben.
Frankfort, den 9 November. Op dit oogenblik
is hier een gerucht in omloop dat velen nog eenige
hoop geeft op een vreedzanien afloop van den onge
lukkigen twist in Zwitserland. Men zegt namelijk, dat
de afgevaardigde van Engeland bij het eedgenootschap,
beide partijen zou bewogen hebben, nog tien dagen de
vijandelijkheden uit te stellen en dat men in dien tus
schentijd trachten zou, door tusschenkomst van den Paus
eene minnelijke schikking te treffen. Hoe wenschelijk
het ook zijn zou indien dit gerucht zich mogt beves
tigen, zoo bestaat daaroe echter volgens directe berig
ten van het tooneel der gebeurtenissen weinig hoop.
Dejezuiiente Freiburg hebben hunne archieven en
andere effecten van waarde in veiligheid gebragt. Alle
vreemde Jtzuitcn zijn in de wereldlijke kleeding vertrok
ken en alleen de Zwitsersche.paters zijn gebleven. Even
eens hebben hunne meeste kweekelingen zich verwijderd.
Een vleugel van het beroemde pensionaat is in een hos
pitaal veranderd. Daar de menigte hier zeer fanatiek is,
kunnen de eedgenootschappdijke troepen op een hevi
gen wederstand rekenen. Aan het hoofd der weerbare
manschap staat de overste Maillardoz bekend door
de wanhopige positie, waarin hij zich ten jare 1830,
als kommandant van eene afdecling van de garde te Parijs,
gedurende de Julijdagen bevonden heeft. In Wallis kom
mandeert generaal v. Kalbermatten de troepen van het
Afzonderlijk Verbond; ook hij diende vroeger in de
Fransche armée.
ENGELAND.
Londen, den 10 November. Velen zullen zich de
Siamesche tweelingen nog herinneren, die, na in de
voornaamste steden van Eu top 1 eeuen ruimen oogst van
goud en bankbiljetten ingezameld te hebben zich naar
Amerika begaven, waar zij, uit tteg. nstaande hm nen zon
derlingen ligchaamsbnuw in den echt traden. Deze
tweeling broeders Chang en Eng genaamdwoonden
in de maand Augustus in eene pachthoeve, die zij te
Mount Airy in Zuid Carolina aangekocht hadden. Bei
den hebben verscheidene kinderen en hunne 25jarige
vrouwen schijnen zeer schrander te zijn. Zij hebben
bij bunnen naam ook die van Dautrer gevoegd en wonen
óf in hunne pachthoeven óf op hunne plantagien in het
graafschap Wallis. Zij leggen zich met genoegen en
ijver op den akkerbouw toe; ook saai; zij dikwijls met
hunne vrouwen en kinderen 'er kerk bij de doopsge
zinden. Zij genieten eene volmaakte gezondheid en Ie
ven in de beste verstandhouding. Zij hebben thans den
ouderdom van 37 a 38 jaren bereikt.
FRANKRIJK.
Parijs den 7 November. Zekere heer Dorey heeft
een middel uitgevonden, om de wijzerplaten van uur
werken aan openbare gebouwen, torens, kerken, enz.
op zoodanige wijze te verlichten, dat liet uur op een'
grooten afstand zigtbaar is. De uitvinder gaat hierbij
op de volgende wijze te werk. Op eene glazen schijf
ter dikte van een' Ned. duim schrijft hij met een meng
sel, dat uit loodwit en lijnolie bestaat, de verdeelingen
der uren en minuten. De wijzers vervaardigt hij ook
uit glas, die hij met hetzelfde mengsel bestrijkt. Deze
glazen schijf wordt, 0111 haar tegen breken te bewaren,
in een koperen ring gevat, en van achteren met zwart
fluweel bekleed. De plaat, die eerst doorschijnend was,
wordt dan donker, en op den zwarten achtergrond ko
rnen de cijfers gedurende den dag met eene schitterende
witheid te voorschijn. Eenige er achter geplaatste lam
pen verlichten deze plaat des nachts zoodanig, dat men
met een' eenvoudigen tooneelkijker te Honfleur lier uur
kan lezen, dat hei uurwerk van het Museum te Hüvre
aanwijst. Het geheele geheim bestaat in het goed
plaatsen der lampen, en de uitslag is waarlijk verbazend.
Een eenvoudig burger van Parijs is onlangs het
slagtoffer geworden van den volgenden listigen diefstal,
waarvan hij in eenen brief aan de dagbladen beeft mei
ding gemaakt en welke op het volgende nederkomt.
Eer. lief hebber zijnde van mistig weder, begaf hij
zich op een' dezer dagen, bemerkende, dat men geen'
Doom ver zien koude, naar de Champs E ysées tot het
doen eener wandeling. Na eenige minuten te zijn voort*
gegaan, werd hij door een' bedelaar staande gebonden,
die hem om eene aalmoes vroeg, het treurigste tafereel
van zijnen toestand ophangende en, onder anderen, zég
gende, dat een balk hem een zijner beenen gebroken
had. Dit verhaal wekte het medelijden van den goe
den man op, die, ziende, dat hij inderdaad kreupel
was, item een stuk van 20 stuivers in de handen stopte.
Naanwelijks weder voortgegaan zijnde, komt een zeer
elegant gekleed heer hem op zijde, hem zeggende
„gij zijt wel goed, aan dergelijke personen aalmoezen
te geven; op deze wijze moedigt men de luiheid aan;
ik wed, dat deze evenmin kreupel is als gij. Wij zul
len eens zien." Dit zeggende, neemt hij den stok
van den wandelaar, een zeer schoone jonc met gouden
knop, en begint er den bedelaar op het gewonde been
ferm mede te slaan, die al spoedig dat been uitstrekte
en, zonder kreupel te gaan, het op een loopeu zette.
De vriendelijke heer liep hem intusschen nog gedurig
na, en verdween weldra even als de bedelaar uit het
gezigt, dat, uit hoofde van de mist, ziefi niet ver uit
strekte.
De goede burger dacht intusschen over de afzetterij
van den bedelaar na en verheugde zich over de wel
verdiende straf, die hij ontving. Tegelijker tijd kwam
hem zijn stok in het geheugen, die maar niet terug
kwam en waarop hij vruchteloos een groot uur stond
te wachten.
- Het Parijssche dagblad le Droit deelt iiet vol
gende mede: De echtgenooten Matton zijn sedert om
streks vijftien jaren getrouwd, maar hebben elkander
sinds dien tijd slechts tusschen de traliën door kunnen
spreken. Op den trouwdag werd de echtgenoot plot
selitig aan de huwelijksvreugde onttrokken door twee
gensdarmen, die, van een mandaat van gevangenneming
voorzien, hem in hechtenis namen, als beschuldigd van
diefstal. Naar Ambart gevoerd, werd hij tot vijfjarige
gevangenis veroordeeld. Toen de voor zijne straf be
paalde tijd verloopcn was, keerde hij naar zijn huis te
rug, er zijne vrouw meenende te vinden. Dtidr geko
men, vernam hij, dat zijne wederhelft, na gedurende
vijf jaren vruchteloos op Item te hebben gewachti den
vnrigen dag was in hechtenis genomen en naar de ge
vangenis van Monthrison gevoerd, als van diefstal beticht.
Tot twee jaren gevangenisstraf veroordeeld, haastte zich
de vrouw, toen deze tijd verstreken was, naar huis te
rug te keeren, om zich bij baren man te voegen. Maar
het scheen, (fat zij zich op aarde niet bevrijd mogter.
zien. Matton onderging te Riom eene tweede ver
oordeeling, wegens diefstal. In Nov. 1841 weder op
vrije voeten gesteld, haastte Matton zich naar huis
terug te keeren, daar hij onderweg vernam, dat zijne
vrouw, wegens diefstal, door de correctionele regtbank
van Montbrison tot vijfjarige gevangenisstraf was ver.
oordeeld, zoodat hij elders troost ging zoeken. Na
eene afwezigheid van vijf jaren, begaf hij zich in het
eind van 1845 weder naar zijn'geboortegrond, om zijne
vrouw te zien, wier bevrijding op handen wasmaar
door Lyon komende, werd hij aangehouden, omdat
hij gemeend had, zijne gade een geschenk te moeten
medebrengen, zonder zijne beurs te openen, voor welk
feit hij voor 17 maanden in de gevangenis werd ge
zonden. Zijne vrouw, op den 30 November 1846
bevrijd geworden zijnde, heeft, daar zij haren man
niet te huis vond en ongeduldig langer te wachten,
een'nieuwen diefstal begaan, waarvoor de correctionele
regtbank van Montbrisonhaar veroordeeld heeft tot
zes maanden gevangenisstraf. Het tijdstip liarer bevrij
ding komt thans met dat der invrijheidstelling van haren
echtgenoot overeen.
Parijs, den 9 November. De graaf de Bres ton
gezant van Frankrijk bij den koning der beide Sicilien,
is te Napris overleden. Den 2 dezer maand, ongeveer
zes uren in den morgen heeft men hem, badende in zijn
bloed, in zijn bed gevoeden; hij had eene belangrijke
wond aan de keelwelke men veronderstelt door een
scheermes te zijn veroorzaakt. Naar men verneemt,
heeft de Napelsche regering, op aanvrage van den heer
de Luttcrotheerste secretaris van het Fransche ge
zantschap te Napels een onderzoek doen bewerkstel
ligen naaren een proces-verbaal laten opmaken van
de omstandigheden-, welke den dood van den graaf de
Bresson vei gezelden. Deze verschrikkelijke tijding is
aangebragt door de pakketboot VOceanwelke te Mar»
seille is aangekomen.
Ter beurze zeide men, dat de graaf de Bresson he»
vig getwist had met den graaf Trapanieen der ge
wezen kandidaten naar de hand van Isabelladat deze
twist in dadelijkheden ontaard was en de gezant ten
gevolge dezer bek'agelijke tooneelen door een zelfmoord
zijn leven had geëindigd.
Een andere ramp heeft gisteren hier plaats gehacï.
De graaf Mortiergezant van Frankrijk te Turin, is
plotseling krankzinnig geworden zoodat men hem gis
teren Zondagnaar een krankzinnigengesticht heeft
moeten vervoeren. Sedert eenigen tijd openbaarden zich
hij den graaf Mortier verontrustende verschijnselen de
zer vreeselijke ziekte, daar hij zich dikwijls, zonder
eenige beweegredende meest gewelddadige handelin
gen veroorloofde. Nadat hij zich gisteren morgenmet
zijne beide kinderen, in zijne kamer in het hotel Chatain
had opgesloten, schreef hij aan zijne vrouw en aan
zijne vrienden eenen brief, waarin hij hen berigt gaf,
dat binnen weinige oogenblikken, na liet afzenden van
denzelven, hij en zijne beide kinderen zouden opgehou
den hebben televen. De prefect van politie begaf zich
naar liet hotel Chatarnwaar de kanselier van het hof
der pairs zich spoedig bij hem vervoegde, daar de heer
Mortier lid van de kamer der pairs is. De graaf be
vond zich nog altijd in zijne kamer, waar hfl zich had
opgesloten.
Met een scheermes in de hand, dat hij over de kin
deren zwaaide, of waarmede hij {dreigde zichzelven het
leven te benemen, deed hij, al ijlende, de vreesselijkste
uitdrukkingen. Men moest wel besluiten eene party
te kiezen. Men riep hem bij zijnen naam doch hij
antwoordde in onzamenhangende woordendaarna zicli
tot zijnen zoon wendendewelken hij over zijne knieën
gebogen hield, riep hij hem toe, dat hij sterven moest.
Het ongelukkige kind, dat elf jaren oud is, riep, dat
het niet wilde sterven, en beproefde al weenende, zich
los te worstelen. Daarna zich tot zijn dochtertje wen
dende, ongeveer acht jaren oud, vroeg hij, of het hen»
volgen en mei hem sterven wilde. De arme kleine ant
woordde dat zij wel met haren vader wilde sterven;
iiet scheen dan ook, dat hij zich gereed maakte om
dit schrikkelijk voornemen te volvoeren. De gravin