N\ 80. ar bJ m Maandag SO 1840, GOESSCIIE COURANT. Z?e uitgave dezer Courant geschiedt Maandags\ en Donderdags avonds. De Prijs per Kwartaal I is f .1,75; Fi anco per Post f J,90. J - l*,if I geplaatst. Geboorte-, lïuwelijki. t>an d 6 regels it f J,20, behalve hel Zegel regt. J Gewone Advértentiën worden a SO ets. de regeï\ ri en Doodberigten Waarde Stad&enooten Bij de toenemende bevolking en de daaronder ver meerderende armoede ook binnen de Stad onzer in woning rees ten jare 1844 onder de Leden van 't De partement tot Nut van 't Algemeen alhier, het denk beeld op, oin eene Inrigting daar te stellen, waardoor, even als zulks bij Besluit van het Gewestelijk Bestuur d.d. 13 Januarij 1843, reeds ernstig was aanbevolen, de kwaal der armoede zoo veel mogelijk, geleenigd en gestuit konde worden en dat door de bestaande krachten van het Openbaar Bestuur en der Annen- Inrigting, in onderling verband daaraan bevorderlijk te doen zijn. Dat denkbeeld mogt dan ook bij het Hoofd van dit Plaatselijk Bestuur en bij de verschil lende Collegien van Weldadigheid f enoegzamen ingang vinden en met dit doel nu vereeoigden zich de on- dergeteekenden uit de onderscheidene Collegientot daarstelling eener Algerneene Armen-Werk-Inrigting. De ervaring van verschillende soortgelijke Inrigtin- gen in ons Vaderland, met veel welwillendheid me degedeeld, strekte dan ook, veel meer dan eigene ziens wijze, de ondergeleekenden tot gids in de aanneming en' vaststelling der beginselen waarop de Armen-Werk- Inrigting daargeslekl, en zoo zij zich vleidenzoude kunnen bevestigd worden. Die beginselen, ze zijn algemeen bekend gemaakt door de verspreiding der Statuten en werd de adhaesie van de Regering dezer Stad op dezelve verworven en door eene geldelijke bijdrage als bekrachtigd met last en opgewektheid vermeenden alzoo de ondergeleekenden hunnen liefde- arbeid te mogen aanvangen. Al spoedig evenwel ontdekten zij dat hun aangeno men beginsel, vooral met betrekking tot de daarstelling van tweederlei fondsen meer of min hevig bestreden werd. Bij iedere voegzame gelegenheid werd deze levens kwestie dezerzijds toegelicht en verdedigd, maar zonder bet gewenschte gevolg. Immers, het mogt der Vereeni- giag niet gelukken voldoende inschrijvingen tot deelne ming te ontvangen, voor het door haar geraamde cijfer als vast-fonds benoodigd. De inschrijvingen en giften voor het vlottend-fonds bereikten evenmin het gewenschte bedrag maar, het vrij algerneene gevoelens daaronder geuitdat men eerst door den werkkring het nul der vereeniging wenschte te lecren kennen, deed op meer deren bijval voor liet vervolg hopen. De Vereeniging rigte alzoo in den nfgeloopeu winter haren werkkring zoodanig en zoo beperkt in, als waardoor zij zelve het slechts als eene'proeve wenschte aangemerkt te heb ben en zij kon dit, onder de bestaande omstandig heden te gerceder dewijl de Stedelijke Regering tot buitengewoon hulpbetoon door den mislukten aardappel-oogst gedrongen aan haar de leiding over het buitengewoon verschafte werkaanbetrouwde. De Vereeniging had inmiddels eene Spaarkas opge- rigt voor minvermogenden en behoefligen en gaf aan tlerzelver deelnemers bij voorkeur aandeel in die bui tengewone winterverdiensten. Met het jl. voorjaar opende zij wederom de gelegenheid tot bijdragen in die Spaarkas met gelijk uitzigt oin in den nu naderen den winter arbeid te verschaffen en bij voorkeur aan hare getrouwe inbrengers gedurende dezen zomer. Bedacht om met meer kracht in dit winter-saisoen bare Inrigting te steunen, beproefde zij, door ver nieuwde opwekking, zoo ondershands als bij gelegen heid van haar openbaar verslag, tot verdere en vol tallige inschrijving voor het vaste-fondsals tot rui mere bijdragen voor het vlottend-fonds, den meer- vermogenden en gegoeden onder hare medeburgers aan le sporen en later door de algerneene verspreiding van Inschrijvings-Biljetten voor laatslgemelde fonds op te wekken. De noodige maatregelen waren genomen, en weder van elders zeer welwillend de vereischle inlichtingen verkregen om werk te verschaffenook en hoofdza kelijk berekend voor zoodanig le voorzien winter weder, hetwelk den veldarbeid niet «eiloogt. Hiertoe werd intussöhen inzonderheid de volteeke- ning voor het begroote vaste-fonds en eene mildere bijdrage voor het vlottend-fonds gevorderden geheel afhankelijk van die volteckening en ruimere bijdragen daartoe, werd dus het voortdurend bestaan der In rigting zelvenaaf het gegronde en onomstootelijk aangenomen beginsel barer leden. En welke was nu de uitkomst van een en ander Treurig aller ontmoedigendsthet Yaste-Fonds vond geen enkelen inteekenaar meeren de uilkomst der inschrijvingen en bijdragen voor het Vlottend-Fonds, beliepen maar even de helft van de op zich zelve reeds ongenoegzame ten voorleden jare. En nu bevreemde het IJ dan ook geenszins, geëerde Stadgenooten, dat de ondergeleekenden dientengevolge, hunne pogingen mis lukt ziende, hun verder streven als doelloos moetende beschouwen zich gedrongen gevoelden hunne liefde- arbeid le staken, en alzoo hun ontslag genomen hebben. Aan den strijd der meeningen, dezer zijds zoo ge heel belangloos gevoerd en voor gestaan als overtui gend gegrond op de meerdere zakenkennis en erva ring van anderen, geenerzijds door niet eenig voldoend bewijs gestaafd, is het niet temisbillijkendat de on- dergeteekenden zonder vooruitzigt op gunstigen keer, bet offer brengen waardoor zij hunne taak als geëindigd moeten beschouwen, temeer, daar de tegenovergestelde ziens-en handelwijze, uitgaat van vele der meest invloed hebbende Ingezetenen dezer Stad, van dewelke, som- miger strijdige persoonlijke tegenwerking met die hunner adhaesie, in derzelver betrekking verleend, geheel on verklaarbaar schijnt, te zijn en genoemd mag worden immers, van uit de aanzienlijken en gegoeden dezer Stad verrnogten de ondergeleekenden zulks wel het minst verwachten en vooral niet, na dat zij van hare verrigtingen en voornemens zoo duidelijk, enzoo zij bescheidenlijk vertrouwen mogenvoldoende hebben doen blijken. Trouwenshet gevoelen van anderen eerbiedigende en, aan den tijd en opvolgende omstandigheden de meer juiste beooideeling overlatende, wenschen de ondergeleekenden dat men evenzeer vrede hebbe met hunne overtuigingnamelijk dat zij tot geen ander beginsel mogen, adhereren en zich daarom dan ook ontbinden. Zij verklaren dan ook dientengevolge de deelne mers in het Faste-Fonds van hunne Inschrijving ont slagen, zoowel als die voor en den bereidwillige ge vers aan het P lottend-Fonds voor dit dienstjaar. Zul lende zij aan alle deze de Inschrijvings-Biljetten of het daarop gefourneerde, zoowel als de overigens bij hen bekende bijdragen terug bezorgen bij persoon lijken omgang in den loop dezer week. De onJergeteekenden brengen alverder te dezer gelegenheid hunnen welmeenenden dank aan de overi gens zoo vele welgezinden onder hunne geachte me deburgers, als welke, door Inschrijvingen en Giften, de aangewende pogingen, meer ol min, sommigen in ruime mate wel hebben gelieven te ondersteunen en dat met de betuiging van de meeste erkentelijkheid voor het in hun gesteld vereerend vertronwen en in de overtuiging dat de ^oor de Werk-Inrigting bereids afgezonderdof bestemde liefdegiftendaarom den behoeftigen en verarmden in deze Gemeente niet zul len ontvallen. Ten slotte vermelden zij nogdat zij delikwidatie der geldelijke aangelegenheden der A. A. W. Inrig ting voldoende geregeld en het beheer van de nog beschikbaar gebleven Penningen van het vorige dienst jaar, hebben gemeend te mogen opdragen aan de als Bestuurders gefungeerd hebbende hunner medeleden, om dezelve, eerstens aan te wenden tot Je geregelde uit keering aan de Deelhebbers inde Spaarkas gedu rende den aanstaanden winteren verdertot zoo danige heilzame oogmerken ten dienste der behoefti gen als zij het naar de omstandigheden zullen gera den oordeeien. Mogen «e alzoo verklaarde en toegelichte redenen van de ontbinding der Algem. Amren vVerk-Inrigting, dc handelwijze van de ondergeleekenden regtvaardigen, terwijl zij daarbij niet schromen de verklaring af te leggen dat, zoo hun daaronder iets bedroeft en ter harte gaat, zulks het geheel vervallen is eener zó» heilzame als tot wering van het zoo zeer toenemend panperismns dienstbare Inrigting, dewijl het uitzigt hun zelf niet geopend is datdoor meer kundigen of invloedrijken binnen deze Stad, die Inrigting van nieuws zal bevestigd worden naar zóódanige begin selen als daarvan naar anderer zienswijze het nut der armen en behoeftigen aan het belang der meer ge goeden zoude verbinden en verzekeren. GOES, den 26 October 1846. J. FRANSEN van DE PUTTE. M. P. BLAAUBEEN. P. H. SAAIJMANS VADER. Ph. VERVENNE, Nz. T. PIETERSE. P. A. HOCHART. J. de FOUW, Wz, M. J. HARINCK. P. J. A. van DAM. R. B. van den BOSCH. IV 1U WSTI JDINGISN. (Sfogcfaub. Londen, dm 17 October. De Herlord Times zegt, dal sir John Gaerteigenaar der smeltovens van Donrais in Wallis, een contract heeft gesloten, om 200.000 tonnen rails te leveren teger. 10 pd. st. de ton; de waarde van deze levering is dus twee miili- oenen pd. st. (ƒ24,000,000.^ Datzelfde ijzer zou voor twee h drie jaren niet meer dan vijf k zes sh. per ton gegolden hebben. jfVattfctTMSc. Parijs, den 19 October. Wij vinden 'vihttJour nal des Dóbats de volgende daadzaak I11 de onderhandelingen over de beide huwelijken heeft de heer Guizot een bewijs van de onbaatzuch tigheid gegeven waarvan niemand heeft gesproken, maar voor het hetwelk ik kan instaan, omdat ik de daadzaak uit eene zeer geloofwaardige bron heb ont vangen, De Koningin van Spanjenamelijk (ïaastte zichom na hare toestemming te hebben gegeven haren neef tot gemaal aan te nemenden heer Guizot den er'felijken titei van Grande van Spanje en Hertog van San Antonio (de Hertog van Montpensier heet Antoine) aan te bieden. Maar de heer Guizot wei gerde, met de trotsche eenvoudigheid van zijn wijs. geerig karakter, deze dubbele onderscheiding, en ant woordde, naar men verzekert, dat hij ofschoon van erkentelijkheid jegens H. M. doordrongen niettemin niet kon inzien, in hoe verre de staatkundige begin selen, welke hij voorstond, de eer zouden hebben verdiendwelke men hem wilde bewijzenen dat hij den eenvoudigen naam van Guizot boven alle andere titels de voorkeur gaf. XSjClgig» Antwerpen, den 23 October. De Engelsche driemaster James Scottsedert 1828 in de bassins alhier liggendedoch onlangs geregteiijk verkocht, zal eerstdaags met eene stoomboot naar Rotterdam gesleept worden door het Sloe. illeberl&ttbctn Amsterdam den 24 October. Met genoegen kunnen wij berigten, dat het getal der zieken, voor zoo ver zij in de beide gasthuizen dezer stad worden

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1846 | | pagina 1