Donderdag 2© November,
1845»
G©ESS€IIE
COIJRAMT,
N".
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandags
en Donderdags avonds. De Prijs per Kwartaal
\is f d,75; Franco jper Post f J ,90.
Gewone Hdvertentièn worden a SO ets. de regel
geplaatst. GeboorteHuwelijks- en Doadberiglen
van J 6 regels a f J ,20, behalve het Zegelregt,
D
NIEU WSTÏ BI KG EN.
ffttt-fcije.
Smirna den 29 October. Naauwelijks zijn er
vier maanden verloopen sedert den geweldigen brand,
die deze stad geteisterd heeft, of ran de Dardanelles
ontvangt men het berigt van eene dergelijke verwoes
ting.
Den 25sten 11., 's morgens omstreeks ix ure. open
baarde zich aldaar brand in /iet huis van eenen Griek,
en, door den sterken win.! aangeblazen, verspreidde
dezelve zich weldra in alle rigtingen.
Van al de Grieksche huizen zijn er slechts 40 en
van al de Joodsche slechts een enkel overgebleven.
Voorts zijn er nog 40 Turksche eri 70 Armenische
huizen afgebrand behalve een aantal pakhuizen en
winkelsalsmede de synagoge en twee moskeen.
De Grieksche en Armenische kerk zijnals door
een wonderbehouden geblevenverscheiden men-
schen zijn zwaar verwond geraakt en één is er bij
omgekome,n.
Uit. Mitilene wordt geschrevendat men er se
dert der, nden tot op den sasten» bijna dagelijks aard»
schuddingen op het eiland had, waarvan men de oor
zaak vermeent re moeten toeschrijven aan het nog altijd
werken van eenen, anders sedert Jangen tijd uitgebran-
denvulkaan.
2Duitscftfrmfr»
Hamburg, den 8 November. Gisteren avond om»
Streeks Jiali 9 ure, doofden plotselijk alle gazlichten
uit, op eenige weinige na, die armzalig bleven flikke
ren. Heden heeft de gazkompagnie den verbruikers
doen weten, dat de groote gazomeier op de Grasbrook
geheel was weggezonken, en dat gedurende de eerste
zes weken geene verlichting door middel van gaz zal
kunnen plaats vindenmen is dus genoodzaakt ge
weest de oude lantaavnen wederom voor den dag te
halen.
Breslau, den 9 November. Heden werd het
ex-communicatie-vonnis over den voormaligen doctor
der Kadi. tlieol. en leeraar v. Theiner en dm vroege-
ren leeraar Nilschke in de kerken alhier afgekondigd.
Gitgcïattb.
Londen, den 8 November, Door de bestuurders
der Schotsche Kerk is aan die der Duitschjiaiholijken
te Berlijn en op andere plaatsen een aanbod gedaan,
o n hun een groot aantal bijbels over te zenden, het»
geen ,roet dankbaarheid is aangenomen.
Londen, den f5 November. Londen lag gisteren
in eene dikke donkere wolk of mist gehuld. Gedu
rende verscheidene uren werd het rijden der omnibus
sen'en andere voertuigen gestaakt; men kon geen hand
voor de dogen zien. Des avonds kon men de straten
niet zonder toorts of lantaarn passeren. Verscheidene
stoombooten zijn tegen elkander gestoomd. Eene
stoomboot is gezonken; men beeft met moeite de
menschen gered.
Men heeft in Engeland de berekening gemaakt, dar,
wanneer al de rot opzoeking van Guano uirgeloopene
schepen met volle lading terug keer en, in Groot Brit»
tanje boven 'de 500,000 csr. van deze mest ingevoerd
zouden worden; een voorraad, toereikende om 4 jaren
lang eene vlakte van 10.000.000 acres f5 acres staan
gelijk aan 8 morgen) akker of weiland daarmede vrucht
baar te maken.
Par-ijs, den 14 November. De gedrogrelijke grootte,
tot welkesedert her gcbiuik der stoomkracht, de
meeste fabrhken aangegroeid zijn, levert, nevens groote
voordeden, ook niet minder gewfgtige nadeélen, welke
het thans de taak wordt van ijver en menschelijkheid
om zoo veel mogelijk af te wenden, Behalve de mis
schien niet vermijdbare opeenhocping van het werkvolk,
is een dier voornaamste nadeelen de uitgestrektheid dei
verwoestingen, welke lucht, water en vuur in die reus
achtige gebouwen kunnen aanrigien. Wij hebben hiervan
dezer dagen te Rethel wéder een allertreurigst voorbeeld
gehad. Den 11 Novemberomstreeks half negen ure
's avonds,- ontstond er brand in de groote spinfabrijken
der heeren Four nivalHotteGomaijcr en Reit Ca-
robinen Fluotwelke -etablissementen op paalwerk
jr> de rivier de Aisne gebouwd warenen in minder
dan drie uren tij is hadden vuur en water voor eene
waarde van twee tniilioer.en aan gebouwen, machinen,
waren en meubelen verzwolgen, eo omstreeks duizend
werklieden bevonden Zich bij het naderen van dezen
zoo dreigenden wi: tertijd zonder werk en brood. Het
eenige dat nog troost geeft isdat er geene menschen-
levens verloren zijnslechts enkele personen zijn ge
kwetst en deze niet zeer gevaarlijk. De plaatsing der
fabrijk maakte de pogingen "tot redding bijna- vruchte
loos echter is men toch nog geslaagd een deel derzelve
door het omverhalen der gebouwen, die den brand
voortgeplant zouden hebbente behouden. De oor
zaak van den brand is nog niet bekend. War de schade
betreft, zoo verzekert men, dat de gebouwen en ma
chinen bij onderscheiden /compagnieschappen verzekerd
waren.
- De winsten die het Huis Rothschild in den
laatsten tijd in Spoorweg'actiën gemaakt heeft, zijn
buitengemeen groot, men berekent die op 120,000,000
frar.es. De actiën vin den Noorder Spoorweg heeft
het met eene winst van 300 pCt. verkocht.
- De heer Vanni heeft aan de Akademie van
Wetenschappen bekend gemaakt, dar hij beeft uitge
vonden, om zuivere lcvvik hard en gedegen te maken,
zoodat men er medailles uit kan slaan.
Parijs, den 16 November. H. K. H. de herto
gin van Aumals is gisteren avond op het paleis van
St. Cloud van eenen prins bevalien, aan wien de ko
ning den naam van prins de Condi heeft gegeven,
lieden avond zal de dooppiegtigheid plaats hebben.
De prins de Condi is de elfde kleinzoon des konings.
liet kasteel Ferneij-Voltairc is den 12 dezer
publiek verkocht voor 456.000 frs. aan den heer Grig-
noletfabrikant van Shawls te Parijs die een vermogen-
van 20 millioen oezit.
Bij gelegenheid van het op den 10 dezer vol
trokken huwelijk van Mademoiselle de Berry met den
erfprins van Lucca te Weenen, hebben de geestelij
ken in de 12 arrondissementen van Parijs elk 1000 fr.
voor de armen ontvangen.
Men spreekt sedert eenigén tijd over het voor
nemen van het gouvernement, 0111 de Markiezen ei
landen te óntniimen.
De bevolking van Parijs bedroeg in de 13 eeuw
120,000 inwoners; onder Hendrik II, 210,000; on
der Lodcmjk XIV, 492 000; onder Lodcwijk XVI
610.000; onder het Keizerrijk 714,000, en in 1841
reeds 912,033, waarbij de militairen en reizigers niet
geteld waren.
Nadere berigten begrooten thans de schade,
door den braud te Rethel veroorzaaktniet op twee
maar op drie millibenen. O 'k zegr het Journal des
Débats dat men, r.a het blusschen van den brand,
onder het puin het deerlijk verschroeide lijk van een
mens'ch een van de opzigters der fabrijk gevonden
heeft. Dit blad meent o/erigvns, dat de schade min
der is dan zij eerst opgegeven was.
llcbjcrffttibcit.
's Gravenhage, den 14 November. Heden is
'beraadsRagd over het ontwerp van wet tot wijziging
en uitbreiding der wet op het zegel.
De heer IVichers verklaart zich tegen dit ontwerp.
Hij oordeelt, dat hetzelve eene nadeelige strekking
heeft en op een verkeerden grondslag berust. Deze
wer toch is gerigt tegen de kleine" dagbladenmen
keurt de strekking dier blaadjes af, en wil ze daarom
door het zegel bemoeijelijken. Dit is dus eene belas
tingwet, om een staalkundig doel le bereiken
eene gelegenheidswet. Ziju dan op eens de strafwet
ten krachteloos geworden,? Uit hoofde van behoefte
der schatkist is de voorgedragene wer, waarbij het on*
belaste belast zou worden, niet noodig.
De heer van Heemstra spreekt in gelijken geest,
en meent, dat' het doel., hetwelk men zich yoorstelr,
toch niet zal "worden bereikt.
De heer Corycr Hooft meent, dat, nu het doel is
de verspreiding van kleine blaadj ?s tegen te gaan, en
dus de drukpers eenigermaie te fnuiken, de zaak van
meer belang wordt. De Regering had, indien zij zulks
noodig keurde, anders moeten, handelen; dan had zij
een voorstel nopens de verantwoordelijkheid van schrij
vers, druk men ze vervolgen; zijn zij schuldig, dan
«toeten ze gestraft worden. Nu zal men vragen,- of
de officieren van jusiitie hunnen pligt niet doen; of,
waartoe is anders deze wet'noodig? De kleine
blaadjes met eene zegel wet te bestrijden, bp lat zij
verkwijnen en re nier gaan, dit is niet edel, noch der
Regering waardig. Bovendien, door het uitgeven van
kleine blaadjes, 't welk men nu wil tegengaan» kan ook
vïel goeds gesticht wordenook welgezinder) kunnen
daarvan gebruik maken, om een tegengift tegen het:
kwaad van anderen te verspreiden. Voor de mindere
klassen, voor welke de groote couranten te duur zijn,
zijn de kleine nieuwsblaadjes van veel belang. De
groote couranten worden zeer zwaar door de belastin
van het zegel gedrukt. Deze belasting belet hen o
der anderen ook, om de handelingen der vertegenwo
digers van de natie behoorlijk medetedeelen. In
constitutioneel land stelt men in zoodanige inekerf
uitgevers moeten doen, maar ze niet zijdelings
de zegelwet bestrijden. Hij is er voor, dat met.
voor zijn gevoelen uitkome, en daardoor licht pog
verspreiden. Hij wil echter de buitensporigheid
drukpers niet verdedigen. Daartegen te waken is z
een dringende pligt.
De heer Luzac vindt hier de belangen der scha
kist in geenen deelebetrokken het vraagstuk is, door
de uitlegging der Regering, van staatkundigen aard ge
worden. Het hoofddoel van de wet acht hij nadeelig
voor het palladium onzer .vrijheid, beieedigend voor
de regteili'ke magt en de justitie, en sllezins beneden
de waardigheid der Regering. Al kon hij liet doel
goedkeuren, dan nog houdt hij het middel voor on
voldoende, schadelijk en onstaatkundig. De spreker
wijst op art. 225 der Grondwet, waarbij bet palladium
der vrijheid wordt gewaarborgd. Wie zal ontkennen,
dat het doel der wet Is, om de vrijheid te beperken
en de publiciteit te verminderen. Hij wil niet ont
veinzen, dat ook de groote. dagbladen zegel betalen;
maar het is alleen om den nood der schatkist, dat hec
zegel op de groote dagbladen werd gesteld, zeer tegen
den geest der natie aan, daar vóór 1795 alle zooda
nige publieke papieren vrij van zegel waren. Zijn
de kleine blaadjes ondeugend, dan moet dedeeliug al
gemeen belang. Voor het overige acht de spreker
de voordragt op zich zelve ongerijmd want, indien
men de zegelwet had willen herzien, dan had men de
geheele wet van hare leemten moeten zuiveren.
De heer Uytwerf Sterling verklaart, dat hij tegen
de voortlragt zou zijn, indien hij er eene beperking
van de vrijheid van drukpers in vond. Hij wijst
voorts op verschillende verbeteringen, die de zegelwet
zou kunnen óndergaan.
De lieer van Gohstcin zegt, dat de wetgever zeer
te regt de kleinere blaadjes had vrijgesteld, omdat de,
groorere voor de meer welgestelden bestemd waren.
Het is de pligt der Regering, voor het onderwijs der
geringe standen znvg te dragen. Hij vindt de voor-
dragt strijdig n et de vrijheid, een nieuw bezwaar
voor de dagbladen, en leidende tot onbillijkheid.
De heer de llempenaer verwondert zich, dat een
lid der Kamer ei- aan twijfelen kan, dat het hier iets
anders gekit dan de uitbreiding van het zegelregt en
de vernietiging der dagblaadjes. Hij meent, dat, zoo
lang de staatshuishouding op eenen te kostbaren voet
blijft, zoo lang de belastingen te zeer drukken, en
men aan geene h rzien'u g der Grondwet denkt, er
Sietds klakten zuilen geuit worden, en dat uien dit