N\ 21.
Maandag den IS Maart
GOESSCHE
COURAN T.
OVER DE AFDAMMING VAN
HET SLOE.
NIEUWSTIJDING EN.
Petersburg, den 3 Maart. Het Gouvernement
lleeft dc vaste goederen der Roomsch Catholijke gees
telijkheid onder het bestuur van het Ministerie der
Domeinen gesteldwaardoor eene vermindering van
inkomen van 232,379 zilveren roebels is veroorzaakt.
Londen den 8 Maart. Onze bladen bevatten de
tijding van eenen vcrschrikkelijken brandwelke op
den 9 Januari] te Pórt-au-Prii:ce gewoed heeft er, waar
door een groot gedeelte van dc wijk tier kooplieden is
MENGELINGEN»
JES
M'Z*
te? ii»
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandags namiddags eu Don
derdags avonds De Prijs per Kwartaal is /"j,75 franco per Post/"i #0,
Gewone Advertentien worden a 20 ets, de regel geplaatst Gebooi1
ie- Huwelijks en Doodberigten van 1 6 resels a i,2d
De Heer D. Dronkers heeft in de Middelburgscht
Courant van den 9 dezer onder dit opschrift een ar
tikel laten plaatsendat gewis der Zeeuwen opmerk
zaamheid meer dan eenig ander zal gaande maken
want het betreft eene zaakwaarbij de beide aanzien
lijkste Zeeuwscbe eilanden belang hebbenen welker
verwezenlijking bij velen vreugde zou veroorzaken
maar eene zaak tevensvoor welker behandeling de
dagbladen zeer ongeschikt zijn. De uitspraak toch
met de verantwoordelijkheid voorde gevolgen, behoort
overgelaten te worden aan dé Heeren Ingenieurs van
den Waterstaat.- Het volk is onbevoegd om op deze
invloed uit te oefenen. Het deed ons daarom leed,
dat dit onderwerp in een Zeeuwsch dagblad werd ter
sprake gebragt en wel op zoodanige wijze. De her-
inncring enz. is toch niet verkrijgbaar in den han
del, en hetgeen er uit medegedeeld wordt is niet ge
noegzaam ter geheele beoordechng. Had de Middel-
"burgscbe Courantier het opstel van den Heer D. niet
wil'en afwijzenhij zou dan onzes inziens wel gedaan
hebben, met van den steller der Herinnering .enz. de
vergunning te vragenom deze vooraf in zijne kolom
men optenemen.
Nu boort men alleen den tegenspreker cn wel eenen
tegenspreker (die bijzonder bij het plan geïnteresseerd
ishoewel hij op gemoedelijke wijze het algemeen
belang, zonder het echter te .specificeren opgeeft te
bedoelen) die hetgeen de eerste voor gevaarlijk acht
te kortweg beweert eene zaak van zoo gebiedende
noodzakelijkheid te zijn dat het onverantwoordelijk
zou worden indien men langer aarzelde om bij de
Regering op de toelating tot uitvoering der voorge»
stelde werken aantedringenWij zijn biervan nog
in bet geheel niet overtuigdja wat meer iswij zijn
door hetgeen door den Heer D. aangevoerd is ten voor-
deele van het ontwerpveeleer versterkt geworden in
onze bezwaren tegen hetzelvewelke niet die van
wijlen den Heer Schraver zijnmaar aangevoerd
door eenen nog levendenwiens bedenkingen ook bij
wijlen den heer van Diggelen bekend waren doch,
immers zoo veel wij wetennoch door dezen noch
door iemand anders, ten minste niet in het openbaar,
zijn weersproken geworden. Het zal zoo het land
moet ondcrlonpentoch wel om 't even zijnof de
dijken in het Zuidendan wel in het Noorden door
breken en uit al de redeneringen van den lieer D.
vloeit onzes inziens niets meer vooridan dat de Noor',
dehjke kusten van Walcheren en Zuicl-Beveland bij
eene afdamming van hei Slee geen gevaar zonden loo
ien. Het gevaar zou, en dit is ook onze meening,
aan de zuidzijden van beide eilanden wezen.
Wij zullen afwachten war dc bekwame steller der
Herinnering enz. aan den Heer Dronkers zal ant
woorden ons voorbehoudende om op dit onderwerp
terug te kon.cn wanneer deze mogt zwijgen of an
dere dagbladen zich eene uitspraak aanmatigen in «ene
zaak die niet van de competentie der Journalistiek is.
in de asch gelegd. De schade is JaUeraanzienlijkst en de
verslagenheid was ten top gesregeu. Port au-Prince
was van de verwoestingen der laatste aardbeving ver-
schoond gebleven en was dus nog in staatom bij-
stand te bieden aan de overige steden van de Repu-
j bliek van Haïtiwelke door laatstgemelde vamp gele»
I den hadden; maar thans ziet ook deze stad zich in die
j lofwaardige pogingen gestuit. De volgende brieven zul-
len ons waarschijnlijk naauwkeuriger bijzondeihcden
j omtrent de' geiedene schade kenbaar maken.
In het begin dezes jaars werd te Londen de
J nagelaten boekerij van den|Markies van Welleslei ver-
j kocht. In dezelve bevond zich een vlugschriftje,
dat, het vorig jaar verschenen, voor 90 centen in
eiken boekwinkel te verkrijgen was, doch waarin de
I overleden Markies eenige weinige en onbelangrijke
aanteekeningen gesteld had. Uit dien hoofde had de
i Hertog van Wellington laSt gegeven het voor hem
in te koopenzonder een' prijs daarvoor te bepalen.
Het scheen echterdat er nog meer liefhebbers voor
waren, of, hetgeen waarschijnlijker isdat de Hertog
voorzigtiger gedaan hadde met een' prijs daarvoor te
bepalen. Men verzekert ten minstedat hij zeer
vreemd opzag en niet zeer vergenoegd wastoen hij ver
nam dat het werkje voor een sommetje van a 340,60
voor hem ingekocht was.
Utisïaitb.
CËttgjelaub.
WATERLEIDING TE NIEUW-YORK.
Aan het Journal dós Débats van" den 6' dezer ont-
leenen wij het volgend artikel, over bovenstaand on
derwerp.
De Amerikaanscbe dagbladen zijn tegenwoordig vol
van bijzonderheden over de inwijding van een kanaal
hetwelk eenen ruimen voorraad van water, zoo tot
huisselijk gebruik als ter dienst der fabrijken naar de
stad Nieuw-York voert. Het voltooid zijn van dit
moeijelijk en kostbaar werk heeft veel gerucht in de
Unie gemaakt. De openbare meening ziet er het be
wijs indat de geest van ondernemendheid en van
i materieële verbetering verre is van in den boezem
van het bondgenootschap uitgedoofd te wezen, cn
dit houdt de hoop op betere dagen gaande.
Opmerkelijk is het dat eene onzer steden (van Frank
rijk) de eerste onzer havensthans ook met zooda
nig werk bezig isen dat de onderneming ook op
kosten van de stedelijke kas gedreven wordtde lengte
van de Marseiller waterleiding verschilt weinig van
die van de Nieuw-Yorkschezij is van 81 kilo
meters..
De stad van Nieuw-York zalom zich aldus van
water te voorzien64 millioen te koste hebben ge-
legd, hieronder, het is waar, begrepen de waterlei.
j dende ouizen in de straten van de stad. De gezament-
lijke lengte van die buizen heeft de. verbazende uit
gestrektheid van aio kilometers (52 mijlen,) Het
Marseiller kanaalhetwelk nog langer is en nog meer
dere en meer moeijelijk kunstgewrochten telt, is slechts
op 12 millioen begroot geworden, en men verzekert,
dat de kundige ingenieur, die de werken bestiert, de
Heer de Montricherzijne ramingenhoe matig die
ook gesteld mogen wezen, slechts weinig zal te bui
ten gaan ofschoon alleszoo wel heeft hij zijne be
schikkingen genomen, ten uiterste doorwerkt zal zijn.
De vergelijking der beide kanalen zou alzoo geheel
j ten voordeele van de Europesche ingenieurs wezen.
Het is waar, dat de leidingbuizen in de stad niet on
der de bestekken van den Heer Moutricher begre
pen zijn.
Heden ten dage voegen zich bij het gezondheisdbe
lang nog de nijverheidsbelangen om de steden te
doen besluiteneenen ruimen voorraad van water tot
binnen derzelvcr omtrek en in onderscheiden wijken
te leidenDit is mede eene der redenen0111 welke
het re hopen isdat de voorbeelden door Marseille
en Nieuw-York gegevengeene nutteloozc lessen zul
len verblijven.
In der tijd, (zie ons No. 96 van liet vorige jaar)
hebben wij de bijzonderheden medegedeeld omtrent de
misdaad van Montelijdiena alvorens zekeren
Bosselierkassiersjongen bij de bank, in de kamer
gelokt te hebbenwelke hij in een 'nótel te Orleans
betrokken haddenzelven vermoorddein stukken
sneedeh in een koffer legdedat hij naar dc dili
gence bragt, die naar het Zuiden van Frankrijk zon
vertrekken, terwijl hij zelf, per post, zijne woning
te St. Gennain-en-Laijebij Parijs, beieikte. Men
weet dat Montelijna het bedrijven der misdaad
zich van onderscheiden koophandel-effecten meester
maaktemet welker inning Bosselier door de bank
van Orleans belast wasen dat hij dcrzelver bedrag
ging ontvangen.
Deze onverlaat is den 1 Maart voor het Hof van
assises te Orleans verschenen. Na alvorens de lezing
des verslags van den geneesheer Corbinbelast met
de lijkschouwing des s'agtoffers te hebben aangehoord,
legt Montelijop interpellatie van den Voorzitterde
volgende verklaring af, waardoor de beschuldiging,
die op hem rusteen ander karakter verkrijgt
Tijdens mijn doortogt te Orleansin de maand
Aprilleende ik aan Bosselier eene som van 300 frank
welke hij mijnaar zijn zeggenbinnen weinige dagen
zou teruggeven. Hij had dit geld noodig voor eene
kruideniestertot welke hij in eene schuldige betrek
king stond. Ik vertrok van Orleans cn tot in de
maand November was ik zonder berigt omtrent de.
300, door mij geleende frank. Tegen het einde dezer
maand, kwam ik weder te Orleans, om zoo moge
lijk de som welke Bosselier mij schuldig waste
rug te krijgen; doch deze kon mij niet betalen en ik
was genoodzaakt, zonder geld te vertrekken. Den.
20 November, begaf ik mij op nieuw op weg naar
j Orleans, vast besloten, ditmaal mij te doen betalen,
onverschillig op welke wijze.
Ik kwam, den 21 des morgens ten zes ure, in de
stad aan en stapte in het Hotel St. Mignon, in de
voorstad Bannier, af. Dewijl er in dit hötel geen ver
trek open was, begaf ik mij naar]hel Hotel del*Eu.
ropealwaar men mij de kamer 110. 2 aanwees. Al-
hief eenige oogenblikken vertoefd hebbende, ging ik
uit om Bosselier op te zoeken ik rigtie mijne schre
den naar zijne woning en verzocht een lantaarnopsteker
om hem te waarschuwen dat iemand naar lienij vroeg.
Weinig tijds daarna zag ik Bosselierwdkomtrien
wij gingen te zatnen bij Cointepas eene llesch witten
wijn drinken. Hier vroeg ik aan Bosselier mijn geld.
Hij gaf mij ten antwoord dat hij zich ging kleeden om
naar eenen persoon te gaanwelke hem de gemelde
som had beloofdcn dat hijwanneer deze zijn woord
niet mogt houden, zich tot een' zijner neven, een
boekbinder te Orleans, zou wenden. Wij scheidden
van elkander en ik keerde naaf het hótcl terug.
Ik 'had mij naauwelijks geschorentoen ik Bosselier
zag binnenkomeneenige [briefjes in de hand houden
de welke hij voor rekening der bank moest gaan trek
ken. Wel nu! zeide ik, zoodra ik hem zag, brengt
gij mijn geld Op zijn ontkennend antwoordgeraakte
ik in toorn; ik maakte mij meester van de briefjes,
die hij in handen hadzeggende dat ik volstrekt geld
moest hebben en dat ik daarenboven nog zijne vrouw
van de zaak zou kennis geven.
Terwijl ik deze bedreiging deed, ging-ik naar het
bed om van hemi te veranderenen in den eigen
oogenblik hoorde ik Bosselier zeggen dat hij een ver.
loren man was. Ik keerde mij omcn ik zag toen
dat hij zich de keel doorsneed met het mes, dat ik
op de latafel had laten liggen. Ik schiet op hem toe
om hem te ontwapenenen terwijl ik poogdehem
het mes te ontwringen, bragt ik mij zeiven de won
den aan den vinger en den arm toewelke men et
ontdekt heeft.
Toen ik het lijk van Bosselier op die wijze uitge
strekt in mijne kamer zag liggenverloor ik het hoofd;
een oogenblik zelfs kwam de gedachte in mij opde
handen aan mij zelveu te slaan. Evenwel bedacht ik,
dat, dewijl^ik in het bezit der briefjes was, het beter