I
'Sgeünge^
land met de Keizerin, zuster des Ivonings van Pruis-
sen, bij te wonen, is thans beslist. De weg, dien
Z. M. zal nemen om zich naar Rusland te begeven
is reeds officieel bepaald. De Koningin gaat niet mede,
maar de Prins van Pruissen zal den Vorst zijnen Vader
vergezellen. De reis zal loopen van Berlijn naar Posen
en voorts over Bronsberg, Marienburg en Konings
berg naar Memel. Daar zal eene Russische stoom
boot op zijne Majesteit wachtende zijn om de Door
luchte reizigers over zee naar Kroonstad over te bren
gen. Te Kroonstad zal de Koning plegtig door de
Russische overheden ontvangen wordenzelfs gelooft
men dat de leden van het Keizerlijk huis er de Door
luchtige gasten zullen afwachten, om gezamehjk met
hen over land naar Petersburg te keeren.De terug
reis uit Rusland zou insgelijks over zee wezen en
weder met eene Russische stoomboot worden gedaan
maar de weg alsdan over Dantzig en van daar te land
over Stettin genomen worden. Veertien dagen na de
„terugkomst te Berlijn, zou de Koning deszelfs reis
langs den Rhijn ondernemen.
IScfgiiL
Brussel, den n April. Heden is alhier overleden
de gravin van der Mtereweduwe van den graaf
van der Metretot in 1830 lid van de Eerste Kamer
der Staten-Generaalvoorzitter van de Ridderschap
van Oost-Vlaanderenenz. De inhechtenisneming en
laatscèlijk de veröordeeling van haren zoon, den gene
raal graaf van der Metreschijnt eenen noodlottigen
invloed op haar gestel te hebben uitgeoefend en wordt
als eene der voornaamste oorzaken van haar overlijden
beschouwd.
De muiterijwelke in de militaire gevangenis
te Aalst ontstaan en die door de gewapende magt ge
dempt isheeft geene verdere gevolgen gehad. Om
streeks 150 ^gevangenen worden scherper bewaard.
Twee hunner zijn zwaar gekwetst. Er wordt eenge-
■regtelijk onderzoek nopens deze zaak ingesteld.
lïcbcvl&niin?.
's Gravenhage den 12 April. Z. M. de Koning
is lieden morgen ten vier ure, en H. M. de'Koningin
benevens H. K. li. Prinses SophiaHH. KK. HM.
dc Erfgroothertog van Saxen-lVeimar en de Prinsen
Alexander en Hendrikzijn in den voormiddag uit
deze residentie naar Amsterdam vertrokken.
De meeste der ministers hebben zich mede naar
Amsterdam hegevenom aldaar gedurende het verblijf
van HH. MM. den Koning en de Koningin, benevens
dc verdere leden van het Koninklijk gezindoor te
brengen. Hunne Exc. worden tegen het einde der week
in deze residentie terug verwacht.
Door den eerw. kerkeraad der Hollandsche ge
meente te St. Petersburg is aan den weleervv. Heer
C. II. van Senden predikant te Zutphen verzocht
om de behulpzame hand te bieden, ten einde de vaca
ture welke eerlang door het emeritaat van haren pre
dikant zal ontstaan, behoorlijk worde vervuld, waar-
om genoemde heer de kandidaten van den H. dienst
uitgenoodigd heeft, om zich ten spoedigste schriftelijk
bij hem te adresseren. De voordeelenaan deze stand
plaats verbonden, zijn aanzienlijk. Intusschen moet
dc predikdienst zoowel in de Hoogduitsche als Neder-
duitsche taal worden vervuld.
Uit Maastricht schrijft men -
De ruïnen van het kasteel Valkenburgonlangs
als domein verkochttrekkennu zij door den eige
naar opgegraven wordende aandacht tot zich. Men
is reeds tot de oude sedert eeuwen door puin gevulde
kapel doorgedrongen en onder dezelve heeft men een
onderaardsch gewelf met hier en daar verspreide doods
beenderen ontdekt, buiten twijfel van de verdedigers
van bet kasteel, die, daar bij een beleg van de 14de
eeuw heen geviugt zijndeonder de puinhoopen der
ingestorte kapel levend begraven en van honger gestor
ven zijn. Ook heeft men het graf van Reynald van
Valkenburggestorven in 1339, gevonden. Deze
Opgravingen worden door velen bezocht.
Goes, den 14 April. Een gedeelte van het hoofd
aan her Goessche Sas is deze week verzakttot welks
herstelling men verneemt dat groote kosten noodig zul
len zijn.
Bath, den 13 April. Gedurende de maand Maart
1842, zijn aan het kantoor van in-en uitklaring expe
ditie en Betaling alhier de navolgende schepenInge
klaard19 met rogge, 14 met kalk, 7 met tarwe,
37. met hard-, straat en zinksteen41 met stukgoede
ren, 6 met tabak, 15 met hout en houtwerk, 4 met
hennepstrooj met potaarde1 met boekweit, 7 met
meubelen, 1 met huiden1 met vruchten, 1 met
droogerijen, 75 ledig, 3 met zaad 1 met bier; waar
van 141 onder Nedcrlandsche en 93 onder Belgische
vlag,-te zamen 234 schepen, 14 stoombooten en 125
kdige visch- en mosselscbepen.
Uitgeklaard: 32 met stukgoederen, 15 met bokking
haring en zoute visch '34 met haard en boonstroo asch
42 met gerst, 51 ledig, 7 met hout, 6 met zaad,
2 met vlas6 met meekrap6 met hoepen en biezen
2 met kaas, 9 met hooi, 1 met meubelen, 2 met
haver2 met koffij2 met ijzer2 met houtwerk
1 met stokvisch waarvan 150 onder Nederlandsche en
72.onder Belgische vlag, te zamen 22a schepen; 14
stoombooten en 132 schepen met versche visch en
mosselen.
jen Qbtmntstraticti..
ie-
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der
stad GOES en ressorte van dien
Gezien het Besluit van Zijne Excellentie den Heere
StaatsraadGouverneur dezer Provincievan den 29
Maart 1842 Trovinciaal Blad No. 38) betrekkelijk
de beschrijving der personele belasting voor het diensj-
jaar 1842.
Brengen bij deze ter kennis van alle Ingezetenen,
dat met het primitief beschrijvings werk voor de be
lasting op het personeelvastgesteld bij de wet van
den 29 Maart 1833 'Staatsblad No. 4) in deze Scad
een aanvang zal worden gemaakt op Dingsdag den 3
Mei aanstaandeen dat de alzoo aan de Ingezetenen
uittereikene beschrijvings biljettenmet den achtsten
dag daarnavan wege den ontvanger opvolgel ijk zul
len worden opgehaald.
Wordende de belanghebbenden tevens verwittigd
datom als tegen schatters van de zijde der belasting
schuldigen te dieneningeval van herziening achter-
volgens het bepaalde bij Art. 32 paragraaf 2 der wet
van het aangegeven bedrag der huurwaarde of aantal
Deuren en Vensters of Haardsteden door het Stede
lijk Bestuur zijn benoemd de vier volgende Personen
als: Simon van Zoom, Joi-iannes Goossen Hen
drik Daniel van Ettinger en Johannes Dek
ker Lz.
E11 opdat niemand hiervan onkundig zijzal deze
worden afgekondigdaangeplaktmitsgaders in dezer
Stads-Courant, geplaatst.
Gedaan ten Stadhuize van Goes den 9 April 1842.
Burgemeester en AVethouders voornoemd
J. H. VERSCHOORvan Nissc
Ter ordonnantie van dezelven
De St^ds Secretaris,
L. DE F OU W, Jz.
BESCHRIJVING der PATENTPLIGTIGEN.
Pfiifelicatk.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der
stad GOES
Gezien hebbende het besluit van Zijne Excell. den
Iicere Staatsraad Gouverneur dezer Provinciede dato
29 Maart 1842, A No. 319514de afdeeling (Pro-
vinciaal'Blad no. 37,) betrekkelijk de Beschrijving
der Patentpligtigen voor het dienstjaar 1842.
Brengen bij dezen ter kennis van de belanghebbenden
i.° Ten aanzien der Patentpligtigen in de 15 eer
ste tabellen der wet van den 21 Mei 1819 omschreven.
Dat de verklaringenter verkrijging van Patent voor
deze Patentpligtigenbinnen de Provincie, zullen wor
den uitgegeven van den 3 Mei 1842, tot den 11
dier maand.
Dat die verklaringen behoorlijk ingevuldzullen
moeten zijn ingezameld en ingediend, binnen deze
Stad, op den 21 Mei 1842.
Dat de Registers van gemelde Patentpligtigen geslo
ten en daarna geene verklaringen meer zullen worden
aangenomen, binnen deze Stad, op den 4 Junij daar
aanvolgende.
2.0 Ten aanzien der Patentpligtige Schippers, eige
naars en directie voerenden 'van Binnenschepen Schui
ten en Vaartuigen-, vermeld in de 16 Tabel der wet
van den 6 April 1823.
Dat zij zich voor het Patentregt van 1842 zullen
behooren aantegevcnbij bet bestuur der Plaats waar
zij zich zullen bevindenen wel van den 3 tot den
14 Mei van dat jaar, onder overlegging van een biljet,
hetwelk daartoe bij die Besturen verkrijgbaar gesteld is.
Dat het Patentregt door hen zal moeten worden vol
daan ten kantore van den Ontvanger ter plaatste van
de aangifte, en wel in eensvoor zoo ver die plaats
niet is, of die van hun vast verblijf, of de vaste leg
plaats van het vaartuig of wel eindelijk die alwaar het
bedrijf wordt uitgeoefenddoch anders bij twaalfde
gedeelten.
Dar nogtans van de laatste wijze van betaling bij
twaalfde gedeeltenook door die eigenaarsschippers
of directie voerendenwelke zich niet in hunne vas
te woon-, leg- of verblijfplaats bevindenzal kunnen
worden gebruik gemaakt, mits zij zich gedragen naar
het voorschrift van 15 der 16 tabel van de wet van
den 6 April 1823door z''c'1 'n den '°°P der maand
Mei voorzien van een bewijs van aangiftehetwelk
echter niet langer dan die maand van kracht zal zijn
naar hunne vaste woon-leg- of verblijfplaats te be
geven of wel dat bewijs van aangifte derwaarts op te
zenden om aldaar re worden gepatenteerd, in welk geval
dc betalingen bij den Ontvanger dier plaats zullen moe
ten geschieden.
Dat door alle de Patentpligtigen van de 16de Tabel
voor den 5 Junij eerstkomende, geheel of gedeeltelijk
betaling in voegen voorschrevezal moeten zijn ge
schied; en ook de Patenten, op vertoon der kwitan-
tién van de Ontvangersvoor dien tijd bij de Plaatse
lijke Besturendoor hen zullen moeten worden afge
haaldaangezien van dien dag af, de recherche op
de niet gepatenteerde schippers een aanvang zal nemen.
3.0 Ten' aanzien van de Kramers.
Dat zij zullen gehouden zijn om bij het doen hun
ner aartvrage 0111 patentoptcgcven de onderscheidene
goederen welke zij voornemens zijn te koop aan te
bieden, alsmede de wijze op welke zij hnn beroep
uitoefenennaar aanleiding der onderscheidingen bij
1, der 7 tabel gevoegd bij dc wet van den 16 Junij
1832 Staatsblad no. 30) alsmede de gezamenlijke in-
koopswaarde der door hen te koop aangeboden wor
dende goederenzullende dien onverminderd door de
Patentpligtigen die hunne goederen in herbergen of in
bergplaatsenhuizen en andere gebouwen van derden
uitstallen opgave moeten geschieden van den tijd der
during van hun verblijf in dc"gemeente; en door bun
die dcrzelver waren in openbare veilingen buiten hun
ne winkels, bij koopen van doorgaans beneden de
25ieder, doen verkoopen, van dien der te boudenè
verkoopingterwijl zoo zij de wijze van verkoop ver
anderen de waarde hunner waren vermeerderen of
den duur des verbiijfs of cler te houdene verkooping
verlengendaarvan pp den voet van art. 19 der wet
van den 21 Mei 1819 en op de boeten bij art. 37
bepaald1, aangifte zullen doen in dc gemeente alwaar
zij zich bevinden en zoodanig aanvullingsregt voldoen
als van hen bij werkelijk toegenomen belastbaarheid
zouden kunnen worflen gevorderd.
En opdat niemand deswege onwetendheid zouden kun
nen voorwenden, zal deze worden gepubliceerd geaffi-
geerd, mitsgaders geinsereerd in dezer Stads-Coa-
rant.
Gedaan ten Stadhuize van Goes, den 9 April 1842.
Burgemeester" en Wethouders voornoemd
J. II. VERSCHOOR, van Nisse
Mij Bekend
De Stads-Secretaris
L. D E F O U W Jz.
VOOR LANDBOUWERS.
Van onderscheidene zijden hoort men klagten over
demisleiding, welke bij het verkoopen van Klaverzaad
plaats heeft "met het zwavelen van oud zaadwaardoor
hetzelve voor het oog een mooijcr aanzien verkrijgt,
maar voor den uitzaai bijna geheel ongeschikt wordt.
Het zal onnoodig zijnom over het nadeel daarvan
veel te zeggen en de landbouwers zullen buitendién
wel inzien van hoeveel belang het voor hen isom
zicli daarvoor te wachtenhet Klaverzaad niet te koo*
pen dan van personen, welke zij kennen als zich met
zoodanige slechte practijken niet op te houden entevens
kennis genoeg van hetzelve bezitten, om zich niet door -
anderen te laten misleidenterwijl wij ten slotte diege
nen welke zoodanig bedorven zaad verkoopenber
inneren aan art. 1540, 1542, 1543, 1544 1545van
het Bur^rlijk Wetboek hetwelk doelmatige bepalingen
bevat tegen dergelijke handelingen bovendien zoude
misschien daarop toepasselijk zijn hetgeen bij het Straf
wetboek bepaald is omtrent opligtérij.
GronCourant
VERBETERING BIJ HET BOTERMAKEN.
Men neemt,'nadat de melk 12 uren in den kelder
of in de melkkamei gestaan heeft, het vijfde deel als
room af. Daarop neemt men, op 12 maten room,
één lood fijn gestooten aluin entwee maten zure melk;
mengt alles goed dooreenlaat het bij een zacht vuur
laauw worden enna afkoelingin het botervat ver
der bewerken op dc gewone wijze.
Zoo bekomt men in 6 minuten zuivere boter en be
duidend, veel meer, dan volgens de gewone wijze van
handelen.
De nieuwe uitvinding om in zinken kuipen de melk
te bereidenschijnt zeer gevaarlijk te zijn.
Te Goes br F. KleeuwEns Zoon.
4.0 En eindelijk dat de bedoelde Kramers benevens
de debitanten van Loterij briefjes, krachtens Zijner
Majesteits besluit van den 17 October 1820 Staats
blad 110. 22) op de boete bij 1 en 2, van art. 32
der wet van den 21 Mei 1819 bepaald, verpligt zijn
steeds hun gezegeld patent met zich te voeren.