3V". 45. GOESSCHE VRIJDAG BESTUREN EN ADMINISTRATIEN. De STAATSRAAD GOUVERNEUR van de Provincie Zeeland: Herinnert bi; deze alle belanghebbende Adminïstratien en Par- liculieren in de Provincie, aan de bepalingen der wet van den 8 November 1815 N.° 36Staatsblad N.° 51volgens wel ke van alle schuldvorderingen een laste van het Rijk voor den jare 1839. de Rekeningen, Memorien of Declaratie» voor of op den laatsten Junij aanstaandebij zoodanige Administra tien, Collegien, Autoriteiten of Ambtenaren, als welke de or ders tot het doen van leverancien of anderzints gegeven hebben behooren te zijn ingediend op poene van te worden gehouden voor verjaard en vernietigd met uicnoodiging verder om dit nicer ste tijdstip voor de indiening der genoemde Pretentien niet afte wachten, maar dezelve onverwijld te bewerkstelligen,1 Middelburgden 25 Mei 1840. De Staatsraad Gouverneur voornoemd VAN VREDENBURCH. N IE UWSTïJDINGEN» DUITSCHLAND. Bërlijn, den 30 Mei, In een door de Allgemeine Zeitung medegedeeld schrijven uit Konstantinopel van den 6 dezer, leest men het volgende: Ik kan slechts herhalen wat ik reeds voor eenigen tijd ge schreven heb. Het ziet er hier ellendig uit, en het loopt met het Turksche Rijk ten einde. Wie de berigten leest, die van alle kanten inkomen, moet zich verwonderendat er nog lieden 2 yn, die gelooven dat het Rijk behouden kan worden; en toch verkeeren nog velen in dat gevoelen Daaronder beboort Me hemed-Ali niet; aan hem is het wel bekend hoe de zaken hier staan en hij zal spoedig daarvan partij weten te trekken reeds is hij slagvaardig; en hij schijnt slechts rog af te wachten, dat de weg tot het doelhetwelk hij zich voorstelt (en hij heef: grootere p'ans dan men wel denkt,) vanhier uitgebaand wordr. De onlusten bij Sn yrna hebben duidelijk doen zien, dat de geest die bij het Otromannische volk heerscht uit Alexandrie aan het zelve ingeblazen is." Berigten uit Alexandrie van 6 Mei melden dat Mehemed-Ali na van verschillende kanren berigten nopens de zaak der Israëli ren te Damascus ontvangen te hebbeo de consuls van Engeland Rusland, Oostenrijk en Pruissen verzocht zou hebben eene regc bank uit te makenten einde de zaak te onderzoeken en daarin naar de in Europa gebruikelijke wetcen uitspraak te doen. In middels had de Onderkoning een renbode naar Damascus gezon den, om aldaar eene verordening te doen afkondigen, houden de, dat een ieder, van welke geloofsbelijdenis ook, die voort aan eenen jood beleedigdedaarvoor onverwijld gestrengeltjk zou gestraft worden. De Oostenryksche Beobachter meldt omtrent deze zaak het volgends: Uit Damascus verneemt men dat her regrsgeding wegens den in February jl. san den pater Thomas aldaar g pleegden moord met ijver voortgezet wordt, en door de bekentenis van den be- kenden barbier (den hoofdgetuige cegen de joden) eenen voor de Isruëlicen gunstigsren keer genomen heeft. Deze barbier heeft namelijk verklaard dat hij tot het beschuldigen der negen Israëliti sche koopheden alleen bewogen is geworden door de bedreiging dat hij wanneer bij zuiks ontkende ter dood gepijnigd zou wor den; maar dat by, bekennende war men hem in den mond legde, niet alleen niet gestraft worden, maar zelfs eene rijkelijke beloo nirg en een vrijgeleide ontvangen zou Frankfort, den 30 Mei. Brieven uit Berlijn houden in dat Z, M, de Koning van Pruissen het bestuur der kabinetsza ken voor onbep&iiden tijd, aan Z, K H. den Kroonprins heeft overgedragen, naafdieo de onvermoeide ijver in her beheer der regeringszaken Hoogstdeszelfs herstel vertraagd had Officieel vindt men deze beschikking echter nog niet aangekondigd H. K. H. Mevrouw de Erfprinses van Oranje heeft een geschenk van 400 gulden aan de bewaarschool voor behoeftige Kinderen te Stuttgardt gedaan. Uit Italië meldt men nu dat de berigten uit Sicilië welke vroeger bezorgheid baarden, thans algemeen geruststellend luiden, vermits al de aangewende pogingen van de rustverstoorders, om de bewoners van her eiland coc opstand tegen de bestaande re gering te vervoeren, mislukt waren. Het berigt der inhechtenisneming van den bisschop van Podiachien heeft te Rome diepen indruk gemaakt. Reeds sedert verscheiden jaren schijnt de Russische regering zich bij den Pause* lijken Stoei over de aanmatigingen van dezen prelaat beklaagd td hebben, van wege welk laatstgenoemd Hof hem dan ook bij her* haling, maar vruchteloos, de raad zou zijn medegedeeld, zich gematigder te gedragen ENGELAND* Londen, den" 10 Mei Gisteren avond heeft her Huis der gemeenren beraadslaagd over de van regeringswege voorgestelde wer ter vereeniging der beide Canada's onder één bestuur sn ééne wetgevende vergadering. Het is bekenddat de voorname strek king dezer bill is, om den in Neder-Canada onder de Frsnsch.e en Roomsch Katholijke bevolking heerschende geest van ontevre denheid en tegenstand krachteloos cc maken door de ineensmei.-* ting mee Opper-Cmadaalwaar de Engelsche partij de boven* hand heeft. By den aanvang der beraadslagingen is dooreen der leden ter cafei gebragt eene door 39000 ingezetenen van I3eneden-Canada onderteekende petitie tegen dezen roaanegeL In dit stuk wordt hoofdzakelijk aangevoerd, da: de ingezetenen der genoemde kolonie de voorgestelde vereeniging geenszins ver langendat betgeen van regeringswege is voorgedragen om trent den wensch. naar de vereeniging berust op een besluit vaat slechts een gedeelte van den kolonialen raaddat de vereeni ging in stede van eendragt en kracht te bevorderen zal leiden tot tweedragt en verwarring en tot verderf van de beide deelen der kolonie. De bill is dan ook voornamelijk op deze gronden bestreden geworden; maar, nadat een voorstel, om dezelve ge heel te verwerpenwas afgewezenzijn de meeste bepalingen der voordrage aangenomen geworden. -Het ontbreekt hier te lande niet aan lieden welke vreezen, dat de kolonie, ook na de out beraamde vereeniging harer beide deelen, op den duur motyelijk; voor dit Ryk te behouden zal zijn De heer Colquhoun heeft in het Muis der gemeenten het geschil wegens de regten op den invoer op Java weder ter spraak gebragc en zich beklaagd over de handelingen van de zijde der Neder landsche overheden dienaangaande, welke strijdig zouden zijn mee aangegane verbintenissen. De minister Palmerston heeft deze be denkingen beantwoord, ten betooge, dat men zich dezerzijds ciec te beklagen had over het schenden van eenige overeenkomst. Hij verklaarde ook, dac door de in de laatste tijden plaats gehad hebbende uitbreiding van het Nederlandsche gezag in de Indische zee geene inbreuk is gemaakt op bestaande tractacen als zijnde die uitbreiding, overeenkomstig de deswege bestaande bepaling tusschen de beide gouvernementen geschied met goedvinden der Nederlandsche regering in het moederland. Uit officiële staten blijkt, dat, sedert den aanvang der hiffing van een inkomend regc op de waarde van appelen, peren en andere fruiten, in 1838, alleen aar appelen is ingevoerd ee ne waarde van 43,909 ponden sterling, die aan regten 2,211 ponden hebben opgebragt. FRANKRIJK* Parijs, den 31 Mei Een dagblad zegt, dat de heer Thiers voornemens zou zijn om eene wee voor te dragen waarbij aap die leden van het geslacht van Napoleon, die den eed van ge trouwheid aan de tegenwoordige dynastie willen afleggen, veroor loofd zou worden naar Frankrijk terug re keeren. Men verwacht weldra omstandige berigten omtrent den veld- togt, die nu in Afrika geëindigd is met de terugkomst derexpe» ditie te Algiers. Door middel van de telegraaf weet men voor» loopig, dat den 17 de troepen te Médéah waren binnengerukt. Hec leger van Abd-el-Kaderdac op de hoogten, welke die plaats omringden, pose gevat had, was op het eerste kanonschoc teruggetrokken en had de inwoners der stad medegevoerd. Nadat de maarschalk order gesteld had om Médéih te doen versterken en wapenen, is hij den 2,0 van daav weder opgebroken, hebbende er een garnizoen van 2400 man met levensmiddelen voor zev^n- rjg dagen gelaten. Dien zelfden dag is een gevecht voorgevallen aan den voet van het zuidelijk gedeelre van het gebergte Mouza'ia, met de geheele magt van Abd-el-Kaderdie zijne gansche ruiterij had doen af zitten De Fr^nscben hebben zich verwonderlijk gedragen en tweehonderd der hunnen zijn buiten gevecht gesteldterwijl hec verlies dts vijands alleraanzienlykst geweest is Hij heeft de wijk genomen naar het binnenste van de provincie Titterie. De expeditie is den Atlas weder overgetrokken en in hec kamp van Bfida aangekomenzonder meer gevochten te hebben. De troepen waren in het kamp van Monzaïa gelaren, in het welk z ch ten aanzienlijke voorraad van mond» en krijgsbehoeften bevond. Den 23 waren de Prinsen in goede gezondheid te Algiers

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1840 | | pagina 1