N°. 62. GOESSCHE 1839. COURANT. MAANDAG DEN 5 AUGUSTUS. NIEUWSTIJDINGEN. SDttifócïtfattb Frankfort den 2,8 Julij. (Uit bijzondere brieven Uit Konstantinopel zijn hier regtstreeksche brieven ontvangenwaarin de toestand der Porte als zeer bedenkelyk wordt voorgesteld, en de vrees voor groote verwikkelingen in het Oosten wordt uitge drokt. Naar men meldt, blijft het in Konstantinopel wel is waar nog rustig, maar worden er, op last van Chosrew-bassa, een aan tal personen in 't geheim van kant gemaakt, die te regt of te on regt beschuldigd worden van zamenspanning tegen den nieuwen Sultan en is het te vreezen dat deze gestrengheid vooral wan neer de nederlaag van bet leger en het nog niet van de verden king van verraad onthevene gedrag van de Kapudan-bassa meer bekend zal zijn gewordeneerder zal strekken om dé ontevredene party te verbitteren dan te beteugelen Inrosschen blijkt uit de laatste brieven uit Weenen, dat men toen aldaar zich vleide, dat het de porte zou gelukken haar gezag te handhaven en eene meer vaste houding aanrenemen» „Her gerucht, dat de Koning van Hanover zich dezer dagen in het geheim hier ter stede zou hebben bevonden, of in het naburige Homburg zich zou hebben opgehoudenis ongegrond geweest. Welligt heeft tot dit gerucht aanleiding gegeven het verblijf van den stiefzoon des Koning den prins van Solms Braunfels die zich sedert eenïge dagen hier bevindt en wiens reis herwaarts denkelijk met de Hanoversche zaak in verband staar." Men heeft nog geene nadere berigten uit Ronstcncantinopel dan van den io. De stap van den groot admiraal had der rege ring hare zedelijke kracht grootelïjks benomen. Men twijfelt er aan, of de 8ojarige Grootvizier, Chosrew-Pacha, aan wiens veerkracht en geschiktheid men overigens alle regt laat weder varenhet verloren vertrouwen zal kunnen herwinnen. Hij is stellig voor den vrede; hij heeft nooit in de krijgszuchtige oogmer ken van Sultan Mahtnud gedeeld overigens zoa hij naar Frankrijk overhellen, Meer en meer verzekert mendat de Porte geneigd zij Mehe tned's wensch naar onafhankelijkheidzelfs wat het bezit van Syrië betreft, in groote mate ie voldoen, en zich slechts met eene geringe schatting te zuilen tevreden stellen. Ofschoon de rmt in Konstantinopel eigenlijk niet gestoord was beerschte er natuurlijk veel spanning en was men niet zonder beduchtheid voor eenige pogiag van ontevredenendie men altijd, en hier in grootemenigte vindt. Het bestuur was voornemenstot schrik voor andereneenige doodvonnissen te Jaten uitvoeren aan personenwelke reeds vroeger veroordeeld waren. De nieuwe Sultan heeft aan alle aangestelde personen getest, niets te ondernemenzonder eerst ttiei den Grootvizier Chosrew- Pacha, die de regering genoegzaam onbeperkt uitoefentte heb ben geraadpleegd. De Porte heeft een kort berigt van Hafis Pacha, wegens zijn nederlaag bekomen; hetzelve is uit MaJattia geschreven- Men rekent, dat de Turken aandooden, gewonden en gevangenen bij de 20 ooo man verloren hebben. Het vredeswerk (zegt een berigt uit Konstantinopel) zal door deze gebeurtenis niet worden verhinderd. Reeds bemerkt men hier niets meer van krijgstoerustingen, en twee schepen, welke met amunitie beladen naar Samsum moesten vertrekken hebben tegenbevel ontvangen," Een met ongehoorde vermetelheid gepleegde kerkroof heeft inzonderheid bij de geringe volksklasse algemeenen schrik ver spreid. Uit eene kerk aan het Campo Vaccino, het voormalige Forum is de zilveren kelk met heilige hostiën gestolen» Bij een edikt van den kardinaal vicaris worden de ingezetenen der stad aangemaand tot het dragen van rouw wegens deze gruwel daad den Heere om ontdekking van den misdadiger en afwending van grootere ramp te bidden,. In de bedoelde kerk zelve is een triduum verordend, dat heden ten einde loopt. Eergisteren was Z. H. in die kerk, gisteren het kollegie van kardinalen en heden zal Z» H. het einde des triduums bijwonen. Verscheiden arres- ruien zijn reeds geschied, doch de dader is tot heden niet ontdekt Zoodra men den dief heeft zal hij worden gevonnisd door het Heilig Officie.- Londen, den i Augustus, Alle de thans ontvangene Engel sche bladen tot den 33 julij spreken van de moeijelijkheden waarin de bank van Engeland zich thans ten gevolge van den te grooten uitvoer van goud bevindt, en van de geslotene overeen komst met de Fransche bank of met Parijssche bankiershuizen. om den storm, die de genoemde Engelsche instelling bedreigt zoo mogelijk te bezweren. Volgens den gewonen staatdie daar* van van drie rot drie maanden wordt opgemaakt, had de bank van Engeland den 23 Julij eene som van 1,677,000 ponden ster lings aan goud of zilver minder te harer beschikking, dan een vierendeeljaars geleden. Over de laatste tien maanden bedraagt de vermindering van den voorraad edel metaal in deze bank eene zeer veel grooter som. Om deze gaping aantevullenheeft de Engelsche bank met die van Parijs de reeds bekende overeen» komst wegens een voorschot gesloten. Dit voorschot bedraagc, volgens ónze bladen 2 millioen ponden sterling ot 24 millioen gulden. Als onderpand heeft de Engelsche bank staatsschuld brieven ten laste van het Britsche Rijk, die in haar nezir wareu, gegeven. De Times vindt het zeer vernederend, dat de eerste geldelijke instelling van bet ryk zoo doende buiten 'slands het staatspapier moet verpanden, waarop het vertrouwen in haar gedeeltelijk berust. Dit blad vaart uit tegen de mislagen die de bestuur» ders der banknaar het inzien van dit bladin hun beheer heb* ben begaan. Te gelijk geeft het de vrees te kennen, dat het redmiddel nog niet batenen de bank gedwongen worden zal, om even als in 1825, hare betalingen* in gereed geld te schorsen. Andere bladen uiten de vrees, dat de prijs van hec graan in En geland ren gevolge van het natte weder, hetwelk thans aldaar op het oogenblik van den oogst heerscbtaanmerkelijk zal rijzen dat daardoorin overeenkomst met de bestaande graanwetten de Engelsche havens voor den invoer van vreemd graan zullen worden opengesteld; en dat die invoer, welke zeer aanzienlijk zal kunnen zyneen nieuwen en voor de algemeene belangen verderfelijken uirvoer van -goud uit Engeland zal na zich slepen, De laatste tijdingendie men uit New IJork heeftloopen tot den 1 fulij en luiden' mede omtrent den staat der geldmarkt in Noord-Amerika niet gunstig. Volgens berigten uit Lissabon van den 22 Julyis de ver gadering der Cortes aldaar den vorigen dag door de regering vrij onverwacht gesloten vérkiaard, Met grooten haast is daarin vooraf de begrooting van staatsairgaven voor 1840 afgehandeld, die ech ter eeniglijk in her openen van een krediet ten bedrage der ronde aora van 11,500 conto's de rees (omstreeks 34 millioen guldens) ten behoeve van het ministerie bestaat. De hoopdie men ge koesterd haddat de betaling der achterstallige renten van de buitenlandsche geldleeningen bij het vaststellen dezer begrooting zou worden geregeldis alweder in rook verdwenen De zui delijke provinciën van Portugal worden bij voortduring door rond. stroopende benden guerillas geteisterd. Van tijd tot tijd worden wel sommigen van deze partijgangers door de troepen der Konin gin gevangen genomen of gedoodmaar de geheele uirroeijing daarvan schijnt onmogelijk. Van de door de regering aangebodene vergiffenis heeft niemand gebruik gemaakr. De bekende Staatsburger held L. Napoleon heeft thans zijn wérk over Napoleononder den titel van Idéés Napoléonien net uitgegeven. Hij tracht daarin met veel geestvervoering den Keizer vrij te spreken van despotisniusen hém een hoog inzigc toe te schrijven, ten behoeve van het belang niet slechts van Frankrijk, maar zelfs van Duitschland en Italië Hec geheel is her uitvloeisel van een jeugdigvurig brein, doortrokken van den krijgsroem en de magc van den wereld^veroveraarop haar hoog» see standpunt. De jonge Bonaparte zegt dar de Keizer niet meer in wezenmaar zijn geest niet dood is. Indien omstandighe den (zoo spreekt de schrijver) bet lot niet hadden veranderd hetwelk mijne geboorte mij toegezegd had, als een neef des Kei zers dan zou ik onder de verdedigers hebben behoord van zij» nen troon, en onder de voorcplanters zijner denkbeelden; mijn roem zou hebben bestaan, om een der steunpilaren van zijn ge bouw te zynof te sr-even in een der phalanxen zijner garde strijdende voor Frankrijk Weliigt belangrijker dan het geschrift zelf, is de aanmerking welk een ministerieel blad deswege maakt, namelijk dat het van gewigt is, de gevoelens te kennen van hem, die, als er eens andere revolutie in Frankrijk mogt uitbrekenverreweg de meeste kans heeft om op den troon te worden geroepen Eene zinsnede, welke, wegens den kalmen toon van hec blad, dac die uitdrukking bezigtdubbele opmerking verdient. JfVftttfevijlf. Parijs, den 29Julij. Gisteren heeft de Koning in persoon de vereeringen uitgedeeld, welke aan de fabriekanten, ter zake van de tentoongestelde voortbrengselen der fransche nijverheid van het loopende jaar, zijn toegekend geworden. Z, M. bad zich daartoe naar de zaal der maarschalken begevenen was om-

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1839 | | pagina 3