IV0. 32. GOESSCHE 1839. COURANT, MAANDAG DEN 19 MAART. NIEUWSTIJDINGEN. £DuitöCÏiiaub. Frankfort den 19 MaartBerigten uit Posen maken gewag van eene in die provincie heerschende bedenkelijke spanningter zake van de veroordeeling des aarts bisschops. Het zeggen was dat de prelaat met tegenstand gedreigd bad t in geval men het zou wagen hem gevankelijk wegtevoeren en alsdan last zou geven tot het sluiten der kerken. Men vreesde, dat de pogingendie aangewend werdenom de volks-menigte in het harnas te ja gen, over het algemeen maar al te zeer gelukten en dat ook de staatkundige partijschap tusschen de poolse he en duitsche inge zetenen van het genoemde ([eenmaal tot Polen behoord hebben de) gewest zich by eene volks beweging zou trachten te doen gelden In dezen staat van zaken had de regering maatregelen van voorzorg ter bewaring van de orde genomenen aan twee regimentenbenevens eenige eskadrons ruiterijlast gegeven om uit Pommeren optebreken ter versterking van -de krijgsmagt in Posen. 'Uit bijzondere brieven„De vertraging van de be raadslagingen in Belgie, gevoegd bilden uitsl2g der verkiezingen in Frankrijkbegint menigeen te verontrusten. Intnsschen heerscht hier in de staatkundige kringen steeds de meening, dat Belgie, in weerwil van alle pogingen der tegenstands partij, genoodzaakt zal wezen te bukken voor den stelligen wil der mogendheden. Deze laatsten schijnen het steeds met elkander eens te zijn, en Koning Lodewijk Philips zal zich, naar men vertrouwt, in geen geval een ministerie laat opdringen hetwelk in strijd is met zijne persoonlijke vredelievende inzigten, De gewezen belgische gezant aan bet oostenrijksche hof is in den afgeloopen nacht, na eergisteren depeches uit Brusselont vangen en gisteren namiddag nog een langdurig onderhoud met dén franschen gezant gehad te hebben, van hier naar Brussel ver trokken. De berigten uit Posen luiden ongunstig. Aldaar heerscht eene spanning, zoowel van staatkundigen als van kerkdijken aard welke bedenkelijke gevolgen kan hebben. De regering is echter bedacht op krachtdadige maatregelen ten einde eene verstoring der openbare rust, die ligtelyk in andere provinciën nadeelig zou kunnen werken, te verhinderen, en kan daarbij ten overvloede op den bystand van Rusland rekenen." De gewezen Belgische gèzan: aan her Oostenrijksche hof O' Sullivan de Grassis eergisteren nacht, na depeches uit Brussel ontvangen en een langdurig onderhoud met den Fran schen gezant gehad te hebben, van hier naar Brussel vertrokken. Onlangs is in Beyeren door het bewind een besluit geno> irenten gevolge waarvan aan alle militairen., onverschillig van welke geloofsbelijdenis, gelast wordt, bij het voorbijgaan eener processie, te knielen. Die maatregel ondervindt bij de Protes tanten groeten tegenstand. Deswege hebben zij bij het hooger bestuur hunne bezwaren ingediend. Hetzelve is echter bij het genomen besluit blijven volharden, en heeft voor reden aange voerd dat die daad van knielen geene innerlyke godsdiens han deling, maar slechts een uiterlijke vorm is. De Protestanten hebben daarmede echter geen genoegen genomenzoodat men verwacht, dat dit niet onbelangrijk geschil voor de vergadering der Stenden zal worden gebragc.^ <£tt0£lanb. Londën, den 13 MaartIn het Hoogerhuis is gisteren avond den staat van het onderwijs ter sprake gebragt Op eene deswege door eene der leden gedane vraag, is door het ministerie geant woord dat hetzelve niet voornemens was, deswege eenig voor stel aan het parlement te doen. In dezelfde zitting heeft lord Brougham inlichtingen nopens Turkye en Egypte gevraagd, en is deswege door lord Melbourne geantwoord, da: het bestuur van H. M., gezamenlijk met hoogstderzelver bondgenootenzich beijverde om den vrede te bewarenenzoo veel mogelijkte beletten dat de beide partijen niet tot eene breuk kwamen, en dar men bovendien de hoop had dat beiden zich aan de gesloten verhiptenissen zouden houden. Men heefi tijdingen uit Lissabon tot den 5. Dezelve ver melden dat het bewind het zoogenaamde bataljon van Oporto wegens verregaande insubordinatie had ontbonden. Dit had eenige ontevredenheid verwekt, eh 'de radicale bladen bedreigden de re gerin.o; wegens de gevolgen van zoodanigen stap. Oók in de kamer 'der afgevaardigden had zulks tot schampere aanmerkingen aanlei ding gegeven. De senaat hield zich met de discussieo over het adres bezig. Men sprak vao eene spoedig op handen zijnde prorogatie of ontbinding der Cort®». jftotit&rfffL Parijs, den r 1 MaartDe legitimisten hebben het dcheronta tnovebe tot zinspreuk aangenomen, en deze zinspreuk openbaar te werk gesteld. Zij hebben zich in bun hoofdkwartier, de stad Toulouse, roet de republikeinen verbonden, geene andere voor waarden gemaakt, dan het bestrijden van bet ministerie Molê dat is, met andere woorden, niet alleen van het bewind, snaar ook van de dynastie van den jongsten tak der Bourbons. Beide de partyen hebben daarbij hnnnen haat tegen Koning Philips ofschoon uit geheel verschillende inzigtenden vrijen teugel ge» vierd en ook op andere plaatsen is het niet beter gegaan. In Toulouse Heeft men echter de gevolgen dezer monsterachtige zamenspanning tot eene merkwaardige hoogte opgedreven. Aldaar hebben twee aanzienlyke ingezetenen zich niet willen verklaren tegen de vorderingen van den heer Rollanddie er, ofschoon niet tot de coalitie behoorende, de algemeene achting genoot. Het vereenigd kies-genootschap heeft zich daaraan geërgerd en, met goedvinden der bestuurdereneene verklaring afgelegdvvaar^ bij het de handelwijze dier beide ingezetenen hoogelijk heeft af gekeurd. De bewoordingen dezer verklaring zijn zeer merkwaar dig en daarin wordt gewaagd van de voorwaardenwaaraan de heeren legitimistenzoowel als de nationalen (dat is de repu blikeinen die geene heeren willen wezenten minste zoo niet willen heeren) zich hadden onderworpen. In Parijs hadden eenige jongeliedentot de stilerende jeugd behoorende, republikeinsche kreecen aangeheven. De tegenstan ders van het nog in functie zijnde bewind beklagen zichdat de openbare mag: zich niet zeer ijverig daartegen heeft verzet, en willen daaruit opmaken, dat de hofpartij de Parijzenaren op de mogelijke gevolgen van de zegepraal der coalitie eenigzins op merkzaam heeft willen maken. De parlementaire woelingen zijn oorzaak dat de algemeene be langen in vele opzigten lijden. De zoogenaamde suiker questie vereischt spoedige voorziening. In Lyon schijnt onder de zoo talrijke als behoeftige zijdewevers weder eene algemeene werke loosheid te heerschen. Wel verre dat er reeds een nieuw kabinet zou gevormd zijn, is menj daarmede heden minder dan in de beide laatste dagen vooruit gegaan. Intusschen hebben er veelvuldige confe- rentieti plaats gehad Onder anderen, is de hertog van Orleans gisteren avond by den maarschalk Soult geweesr, waar hij den heer Thiers aantrof. Die Conferentien moecen echter voor als* nog tot niets geleid hebbenen schijnt het ongegrondhetgeen door het Journal des Débats was gemeld dat de maarschalk bepaaldelijk in last zou bekomen hebben, om een nieuw minis terie te vormen. Voor die zameostellieg schijnen zich tot na toe gewigtige zwarigheden op te doen. Zoo zoudenonder anderen, de maarschalk Soult en de heer Thierswederom als eene der hoofdvoorwaarden hunner roetreding stellen, om de ka binetsraden niet ten hovemaar aan het hotel van den voorzitter te houden alsmede dat de Koning den raad van ministers niet meer zou presideren. Het bJykt nietof Z M. daarmede al dan niet genoegen zou nemen. Het een en ander doet vermoeden dat er nog wel eenige dagen zullen verloopen alvorens men tot eene ministeriële combinatie zal kunnen geraken. Dit worde dan ook door den gemeenlijk wei onderrigten Messager aange kondigd die daarbij als reden opgeeft de afwezigheid van onder scheidene staatkundige mannen van invloed. Daaronder begrijpt men waatschijnlyk ook den heer Dupht Deze laatste schijnt als voorzitter van de kamer, niet in aanmerking te zullen komen. Door de aar wordt de heer Roijèr Collard tot die waardig heid bestemd door de coalitie, naar men zegt; de heer O dit Ion Barrot. Parijs, den 14 MaartBij het vertrek van den post, was omtrent de nieuwe zamenstelling van her ministerie nog niets be kend. Men zegt, dat de Koning niet zal toestemmen, den heer Thiers de portefeuille van buitenl, zaken te geven, dan onder voorwaarde, dat in de buitenl. ambassadeurs geene verandering gemaakt worde. De heer Guizot eischt het ministerie van buitenl. zaken, dat hem door den heer Odilon Barrot betwist wordt. De heeren Human en Dupin worden re Parijs verwachtzoolang dezen niet zijn aangekomen, blijven de zaken hangendeen de complicatien zijn nog zeer ver van beëindigd te zyn. De Constitutionnelhet speciale orgaan van den heer Thiers laat, omtrent deze zijne denkwijze betreffende de belgische kwes tie, geen de minste twijfel over. Die dagblad verklaart die zaak, door de diplomatie voor onherroepelijk beslist. Men heeft hier het gerucht verspreid dat van wege het kabinet 'van Weenen bij dat derTuilerien eene nota zou zijn ingeleverd,

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1839 | | pagina 1