If0." 33. GOESSCHE COÜRAN iSiCstnrcu ctt Qlbmuustv.itiat. Vrijdag Bi I A DEN 20 APRIL. HERIJK DER MATEN EN GËWIGTEN. GEDEPUTEERDE STATEN van Zeeland, In aanmerking nemende, dat, naar aanleiding van Zijner Ma jesceit's besluiten van den 28 September 1819 Staatsblad ti.Q 49 en van den 30 Maart 1827 CStaatsblad n.° 13 jaarlijks een Herijk van al de Nederlandsche Maten en Gewigten, welke in omloop zijn gebragt en in den handel gebruikt wordenbehoort plaats te hebben Gelet op' het reglement op den herijk in deze Provincie van den 15 February 1822; Gezien de missives van Zijne Excellentie den Minister van Binnetilandsche Zaken van den 17 November 1837, n.Q 4, en 30 Maart jl., n,° 96, 2de afdeeling; Besluiten Art. 1. De herijk over het jaar 1838 van de Nederlandsche Maten en Gewigten, welker gebruik in het vorige jaar verplig tend is geweesten mitsdien van alle gewigtenlengte-maten inhouds-matén voor drooge waren, vocht-rhacen voor den han f .del in het klein en m het groot, mitsgaders van de wisse, zal worden aangevangen met den 1 Mei aanstaande en gesloten op den laatsten Julij daaraanvolgende. Art. STj De letter T zal, overeenkomstig dé eerstgenoemde der bovengemelde aanschrijvingenvoor de tjkleccer gedurende dit jaar gebezigd worden, en op al de geijkt of herijkt wordende maten en gewigtenbenevens het bijzondere merk van den Arron dissements-ykerworden afgedrukt of ingebrand. Arr. 3. De Arrondissements ijkers zullen, overeenkomstig art, 5 van voorschreven reglementbehalve ih de plaats hunner wo tjing nóg'in zoodanige Gemeenten van derzelver Arrondissement tot den herijk vaceren, als nader door ons zullen worden' aan gewezenen op de dagengedurende Welke zij ciec in de Ge raeènten tuften hunne woonplaats vacerenccri minste geduren de vier uren daags; hunne kantoren geopend' hóuden, om aan de Ingezetenen gelegenheid te geven tot de verificatie hunner ma lén en gewigten. Art. 4. Zij zullen van de uren, waarop hunne kantoren zul len geopend zijn, mitsgaders van de dagen op welke zij, uit hoofde der vereischte vacatiën in andere Gemeentenniet tot den herijk der maten en gewigten te hunne kantore zuilen vaceren, aan Burgemeesters en Wethouders hunner woonplaats kennis ge ven. welke daarvan, door publicatie en door insertie in de ate Hlelijke of in de binnen derzelver stad meest gelezen wordende courant, aan de belanghebbenden zullen doen kennis dragen. Art. 5. De Arrondissement ijkers zullen Burgemeester en Wethouders of Assessoren der Gemeente in welke zijvolgens dé nader overeenkomstig art. 3 te doene aanwijzingtot den herijk zullen vaceren, van hunne op handen zijnde komst ten minste acht dagen te voren informerenen zullen deze gehouden zijn d'éBurgemeesters en Assessoren der andere Gemeenten, voor wel ké gelijktijdig wordt gevaceerddaarvan kennis te geventen efède de ambtenaren, publieke administratien, kooplieden, win keilers en andere belanghebbenden door hen worden verwittigd van de plaats en van den tijd, waarop tot den herijk zal wor den gevaceerden van hunne verpiigting om de bij hen in ge bruik zijnde maten en gewigten mitsgaders de strijkels der hal ye en quart mudden te doen herijken zullende de Plaatselijke Besturen, behalve de ten deze vereischte openbare bekendmaking tevens 200 'véél mogelijk de belanghebbende ingezetenen hunner Gemeentewelke zij weten dat van maten en gewigten gebruik ma ken te hunnen huizé eene waarschuwing of kennisgeving laten doen Art. 6. De Burgemeesters der Steden en Gemeenten worden uitgenoodigdom aan den Arrondissements-ijkervoor den aan vang van dén herijkof bij deszelfs komsc io de Gemeente, eehe naamlijst te doen geworden van de inwoners hunner Ge iVieente, welke uithoofde van hunne betrekking ot hun bedryf vfcrpligc zijngebruik te maken van maeén of gewigten. Töif hét opmaken dezer lijsten zal het regiscer der patentplig tf-geïi worden geraadpleegd, en voorts op dezelve ook gebragt vföfê&i de am%efrarerf én' publieke administratien» welke in der zelvéï tfmbïbecrekkingeri van maten of gewigtentot het consta- léren va'n levérancien óf wérken gebruik moeten maken; wor d'cïidé met bétrekking tot de zamenstelling der bedoelde opgaven ee'ne bijzondere naauwkeurigheid aanbevolen, opdat in dezelve uitsluitend alle erkende ijkpligtigenen geene andere dan de zoo dinigenworden opgenomen. Art. 7. Dé ArróndiSsements ijkers zullen, betrekkelijk de door dezelve in iedere Gemeente in welke zij hebben gevaceerd gedane verificatie en herijkeen relaas opmakenen daarbij opgeven de ambtenarenpublieke administratien en particulierenwelke int de vorengenoemde lijsten begrepen zijnde, hun niet (zijn gebleken aan derzelver verpiigting betrekkelijk den herijkte hebben voldaan. Afschriften dezer relazen zullen door dé' Arröndissèments ijkers- na den afloop van den termijn, gedurende wélken de herijk is opengesteld, aan ons worden gezonden. vf r Art. 8. De Arrondissemehts-ykers, zullen ten minste tweemaal in bet jaar op onbepaalde tijdenen voorts zoo dikwijls zij zulks noodig achten, vergezeld van dén Commissaris van Policie, of bij onstencenis van zoodanig ambtenaar, van een Lid van her' Plaatselijk Bestuur, in al de Gemeenten van derzelver District visitatien doen in de opene werkplaatsenmagazijnen en winkels op de markten vleeschhallen publieke wagen en op de molens» en zich daarbij verzekeren dat in dezelve geene dan de nieuwe maten en gewigten aanwezig zijnen dat dezelve behoorlijk zijn herijkt. Zij zullen de oude afgeschafte maten en gewigren, als mede die welke nier zijn herijkt, in beslag nemen, en met hec deswege op te maken proces verbaal aan dep officier bij de regc- bank van eersten aanleg van hec ressort inzenden; van hun ver- rigtte te dezen en van hec resultaat hunner bevinding in elke Ge- meente, zullen zij bij derzelver aan ons in re dienen rapporren omstandige opgaven doen. (Vervolg en Slot hiernaP) NIEUWSTIJDINGEN. Berlijn den it April. Uit Koningsbergen4 Aprilschrijft mendat toen nog de zwaarste vrachten over het toegevrozene Haff naar Hemel en andere plaatsen vervoerd werden. Berlijn, den 12 April. Alhier is afgekondigd een kabinets besluit des Konings, gedagteekend 9 April, betreffende degenen, die zich schuldig maken aan de geheime verbreiding van aankon digingen van buitenlandsche geestelijke overheden en derzelver agenten. Dit besluithetwelk gerigt is aan de ministers vare geestelijke zakenjustitiepolitiebinnen- en buitenlandsche zaken, luidt als volgt: „Uit uwe berigten van den 8 dezer heb ik gezien, dac ot» verscheidene plaatsen mijner Staten aankondigingen van buiten» landsche geestelijke oversten over godsdienstige en kerkelijke zaken, met voorbijgang mijner beambten, langs bedekte wegeti verbreid worden. Ik gelast derhalve u, den minister vanbinnen» landsche zaken en van politieom personendie zich veroorlo ven zulke aankondigingen van buitenlandsche geestelijke oversten derzelver agenten en zaakgelastigden aan onderdanen mijner Sta* ten overtebrengenovertezenden, of verder te verzenden mee het doel om dezelve te verbreiden met voorbijgang der overheden», alsmede al degenen, Welke zoodanig doel door mondelinge of schriftelijke mededeeling bevorderen, overal, waar zy gevonden worden, zonder onderscheid, hetzij zij tot den geestelijken of tot den wereldlijken stand behooren en onderdanen des Rijks zijn of niet, terstond door de politie te laten gevangen nemen en naar gelang van omstandigheden naar eene vesting te doen zertden* onder voorbehoud van verder onderzoek en bestraffing." Den 4 is te Pesth van regeringswege eene opgave van de bij de overstrooming omgekomene menschen bekend gemaakt, volgens welke hec aantal der verongelukten slechts 127 zou bc* loopen. De toestand der gezondheid, welke ten gevolge van de inundatie zeer ongunstig was geweest, werd veel becer. Aan het herstellen der ingestorte en bouwvallige huizen werd ijverig gewerkt. Uit Weenen is een bekwaam bouwkundige naar Pescfi gezonden om het opzigc te houden over den opbouw van de verwoeste gedeelten der stad. Ook is uit Weenen een commis saris der regering naar de genoemde stad gezonden, om er, Onder den aartshertog Palatijnde openbare aangelegenheden te rege len. Naar men meldt, heeft deze commissaris zoo veel zaken, het stedelijk bestuur betreffende, in wanorde gevonden, dac dit bestuur geheel veranderd zal worden, De burgemeester moec reeds zijn post hebben neergelegd. Men meldt uit Petersburg, dat door het Russische gezant schap te Parijs aan Z. M. den Keizer verzoeken van verscheidene Poolsche uitgewekenen waren toegezonden tot het bekomen van verlof, om naar hun vaderiand te mogen terugkeeren. De verzoe kers hadden daarbij te kennen gegeven, dat zij zelve geen deel aan den opstand hadden gehad, en als minderjarigen met hunne ouders waren uitgeweken. In antwoord pp die verzoekschriften, is aan dë zoodanigen welke voor hun 15de jaar met hunne ou ders het land verlaten hébbente kennen gegevendat zij zich met hunne verzoeken om verlof tot terugkeer aan den Keizer heb ben te wendenmits' die verzoeken niet langer dan een jaar na de meerderjarigheid der verzoekers zullen zijn ingeleverd. J, -. -i»- '- •V.- :?vW- y - "■v.

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1838 | | pagina 1