N°. 93.
GOESSCHE
'CO-UR A
1887.
T.
ft"
MAANDAG
r4
fiAa
DEN 20 N O VE RIDER,
NIEUWSTIJDINGEN.
Z3uit&cïtl*nb.
Frankfort, den 12 November. Den 6 dezer is te Stuttgart
een feestmaal gehouden door de Wurtembergsche krijgsliedenwel
ke den veldtogt van 1812 hebben medegemaakt. Z. M. de Ko
ning heeft aan dit feest deel genomen.
Berigten uit Griekenland van den 15 October behelzen eene
beschrijving van de plegtighedenwaarmede de Oostenrijksche
gezant, de ridder Prokesch y. Ossenaan Z. M. Koning Otto
de ridder-orde van den H. Stephanuswelke Z. M. de Keizer
van Oostenrijk onlangs aan hoogscdenzelven heeft verleend, over
handigd heeft. De gezant heeft bij die gelegenheid den Koning
de plegtige verzekering gegeven van 's Keizers achting en vriend
schap eD van hoogstdeszelfs innigen wensch voor de welvaart
van Griekenlanden voor den bloei en de toenemende onaf han-
kelykheid van den troon. De Koning heeft in zijn antwoord ver
klaard dat niets hem meer ter harte ging, dan aan alle mogend
heden, en voornamelijk aan Oostenrijk eene naburige en verwan
<e mogendheid te bewijzenhoe vast hij vertrouwt op de vriend
schap en de welwillendheid van allenzoowel jegens zijn per
soonals jegens het Grieksche volk, welks onafhankelijkheid,
de grondslag van allen voorspoed, door de Voorzienigheid als
een heilig pand in zijne handen gesteld is."
De aartshertog Johann van Oostenrijk is den 20 October
llit Ivonstantinopel te Smyrna aangekomen, en reeds den vol
genden dagna de merkwaardigheden der siad bezigtigd te heb
ben, naar Syra gestevend. De bevelhebber van de voor Smyrna
liggende engelsche korvet heeft zijne opwachting bij den aartsher
tog gemaakten is door dezen ter maaltijd genoodigd geworden.
Bij dien maaltijd waren ook tegenwoordig de bevelhebbers van
in de wateren van Smyrna vereenigde oostenrijksche oorlogschepen
In het gezelschap van den aartshertog bevond zich weder prins
Adelbert van Pruissen.
Z. D. de hertog Bernharcl van Sdksen-Weimar en zyn zoon
hebben den 25 een afscheidsgehoor bij den Sultan gehad, en
zouden den 27 met eene fransche stoomboot Konstantinopel ver
laten.
Te Konstantinopel had men den 25 jl. berigc, dat de Kapu
dan-bassa met zijn eskader voor Tschesme was aangekomenen
dat byna gelijktijdig ook 3 fransche linieschepen, onder bevel
van den admiraal GalIois> daar waren binnengeloopen. De bei
de smaldeelen hadden elkander op de gebruikelijke wijze begroet
Van den Main den 21 NovemberVolgens bijzondere brie
ven uit Warschauvan goederhand afkomstigis de opgave van
de duitsche dagbladendat de veldmaarschalk Paskevttz niet meer
bij den Keizer in gunst staaten dienvolgensby wijze van een
veeljarig verlof, uit zijne hooge betrekkingen verwijderd zal wor
den ongegronden bestaat er volstrekt geene omstandigheid
die eenigermate-zou kunnen doen denken, dat de genoemde be
windsman spoedig door een ander vervangen zal worden Mogt
echter (voegt de berigtgever er bij) de veldmaarschalk Paske
vitz uit zijne betrekking verwijderd worden, dan zou dit toch
geene verandering maken in het lot der Polen, die zich buitenslands
bevinden. Deze lieden hebben niet alleen de hun door den Kei
zer aangebodene genade herhaaldelijk afgewezenmaar bovendien
door aanhoudende aanhitsing tegen de russisische regering, alle
aanspraak op de grootmoedigheid des Keizers voor het vervolg
verbeurd. Zij hebben alzoowie ook met het stedehouderschap
van Polen bekleed zal worden, geene verandering in hun toe
stand te wachtenten ware zij opregt berouw aan den dag leggen.
In Hessen-Darmstadt wordt het geregtelijk onderzoek der
staatkundige woelingen nog altijd voortgezet, en worden, naar
men meldr, aanhoudend min of meer belangrijke ontdekkingen
gedaan.
De Bonds-vergadering heeft verleden donderdag nog niet hare
zittingen gesloten, zoo als gezegd werdt; maar zal, voor hare
vacantie, nog eenige bijeenkomsten houden.
Van den Rijn wordt nader omtrent den'wijnoogsc gemeld
dat dezelve bijna allerwege dezelfde is en even weinig voldoet,
zoo wat de hoeveelheid als wat d.e hoedanigheid betreft. Aan
den Moezel was, onder anderen, de opbrengst van 6000 wijn
stokken voor 15 daalders verkocht gewordenen aan de Nahe
werd door eigenaars, die in 1834 voor het stukvat 3000 daalders
gemaakt hadden, de wijn van dit jaar voor 10 daalders.per stuk
vat aangebodenzonder dat zich koopers opdeden. Alleen in
zeer gunstige liggingen, en waar bovendien groote zorg besteed
verd aan het uirzceken der druiven, kon men eenen eenigszins
'uikbaren wijn verwachten.
Jfraufevijfe.
Parijs, den 12 November. De halfjarige verloven bij he
leger zijn- tot nader bevel uitgesteld.
- Gisteren nacht doorliep een twintigtal studenten de straten
dezer hoofdstadonder het aanheffen der Marseillaise en andere
oproerige liederen. Eene patrouille der stedelijke wacht dezelve
in hechtenis willende nemen, werd men handgemeen. Een mi*
litair werd ter neder geworpen vier studenten zijn in hechtenis
genomen aan de anderen gelukte her te omkomen. De po
litie heeft vier ontsnapte galeiboeven gepakt, die in deze hoofd
stad eene rooverbende hadden georganiseerd. Men heeft een
groot hoeveelheid gestolen goederen bij hen gevonden,
In den Moniteur leest men de volgeude telegraphische
depeche
Toulonden 1 o November5 ure 's avonds
De generaal Valée aan den voorzitter van den raad
Bonaden 4 November.
Het leger is den 3, met de gekwetsten, de zieken en de
geheele belegerings eqaipagie, te Bona aangekomen, en heeft
noch manschappen nog bagaadje achtergelaten. Eene aanzienlij
ke bezetting voor zes maanden van levensmiddelen voorzien
is te Constantine gebleven,
De tusschen Bona en Constantine gelegen stellingen Med-
jez-el-Hammar Guelma Nechmaya en Drean zyn even
zeer bezet. Van Constantine naar Bona is er geen enkel schoc
gevallen. De Arabieren hebben op nieuw hunne tenten opge
slagen ter plaatsewaar dezelve vóór her beleg hebben gestaan.
Het vee is in de vlakte, welke langs den weg loopt, terug
gekeerd, en op alle punten hebben zich de bewoners welgezind
getoond.
HH. KK. HH. de hertog van Nemours en de Prins d&
Joinville zyn welvarende
Het regeringsblad maakt ook twee brieven van den generaal
Valée bekend. In den eenen geeft de generaal aan den voorzitter
van den raad rekenschap van de genomene beschikkingen voor
het burgerlijk bestuur van Constantine. De andereaan den
minister van oorlog gerigc, bevat de bijzonderheden nopens den
terügcogt van het expeditieleger.Men heeft de treurige tijding
ontvangen dat ook de generaal Perrégaux aan de gevolgen zij*
ner bekomene wonde is bezweken.-In de bureaux van het mi
nisterie van oorlog wordt gezegddat binnen weinige dagen op
niéuw officieren der genie naar Constantine zullen vertrekken. Er
zouden ook versche troepen naar Bona worden gezonden ten
einde diegenen te vervangen, welke aan de expeditie van Con
stantine hebben deelgenomen. Eerstgenoemde zouden alsdan die
stad en Medjez-el-Hammar en Guelma bezetten. Ook spreekt
men in den laatsren tijd wederom veel van een voornemen des
bevvindsom aan de wetgevende kamers voor te stelleneen
Onder-koningschap van onze Afrikaansche bezittingen te maken
en door den hertog de Nemours te benoemen. Gelijk men weet
heeft er reeds in het vorige jaar zoodanig plan bestaan en is
zulks toen, door den ongelukkigen uitslag der expeditie tegen
Constantine, geheel afgesprongen.
- Met de terugkomst van DCarlosen van de geregelde
krijgsmagt, die hem op den regter-oever van de Ebro had vér-
zeldin de baskische provinciënzyn de zaken weder op den
zelfden voet hersteld, als voör zijn besluit, om naar Kotalonie
te trekken en van daar Valencie en vervolgens Madrid te gaan
bedreigen. Ofschoon aan de hooge verwachting, welke de aan
hangers van den pretendent van den uitslag van dezen krijgstogc
koesterden, geenszins is voldaan, kan men echter niet zeggen,
dat de magt der Carlisten ten slotte verminderd is geworden
integendeel, de vreemde hulptroepen der Koningin de engelsche
en de fransche legioenen waarvan vooral het laatste zeer strijd
bare soldaten opleverde, zijn zoo goed als van het tooneel van
den krijg verdwenen, en de Carlisten zijn in Navarre, in Kota
lonie en Arragon srerker geworden dan zij warentoen de
hoofdmagt van Espartero en D. Carlos in de baskische provin
ciën tegenover elkander stonden, en de Constitutionelen hooge-?
lijk vérkondigdendat zij den pretendent eindelijk zouden nood
zaken, eenen beslissenden slag te leveren,
De monarchalen hebben lang volgehouden, dat, in elk geval
het overbrengen en her vestigen van het tooneel van den oorlog
in Oud-Kastilie eene der belangrijkste vruchten van den jongsren
veldtogt zoude blijven, doch het blijkt meer en meer, dat de
positien der Carlisten in die provincie door de geregelde krijgs
magt zijn ontruimden wel ten gevolge van tweedragt en on
gehoorzaamheid onder de onderbevelhebbers. De monarchalen
willen het er wel voor gehouden hebbendat zich nog op die
oogenblik eene genoegzame krijgsmagt in het gebergte van Soriac