V Heden beviel van een' ZOONM. VËRKOUTEREN,
geliefde Echtgenoote van
Op het rouwkleed dekkende de doodkistlag de Koninklijke
kföon gehecht op een rood fluweelen kussenbenevens de orde
eekenen van Louisa en St Catharinawelke daaropbij het
verlaten van het paleis, door den grootmeester van wijlen Hare
Majesteit geplaatst waren.
De vier slippen van het rouwkleed werden door vier groot
officieren van Zyne Majesteit opgehouden terwijl de vier en
twintig kamerheerendie bestemd warenom het lijk te dragen
aan de beide zijden der lijkkoets zich bevondenbijgestaan door
een gelijk getal onderofficieren, zoo van de schutterij als van het
garnizoenwelke aan de binnennjtusschen den rouwwagen en de
kamerheeren gingen.
Onmiddelijk achter den rouwwagen volgden weder een onder
stalmeester en vier pages te paard.
Thans kwam eene gedrapeerdemet acht paarden bespannen
koets, aan welker beide portieren een jager en twee lakkeijen
gingenrijdende ter regterzijde van dezelve de luitenant-generaal
van Stirum, gouverneur der residentie, en ter linkerzijde de ge
neraal-majoor Sncuckaert van Schaumburgprovinciale comman
dant van Zuid-Holland, terwijl de adjudanten van Zijne Majesteit
en die der Prinsen rondom dezelve zich te paard bevonden.
In deze koets waren gezeten Z. M. de Koning, met Hoogst
deszelfs beide Zonen en Schoonzoon, Hunne Koninklijke Hoog
heden, de Prins yan OranjePrins Frederik der Nederlanden
en Prins Albert van Pruissen.
Het was een aandoenlijk gezigthetwelk de gemoederen der
aanschouwers schokte, den eerbiedwaardigen en door alle Neder
landers hooggeachren en vurig beminden Koningover wiens hoofd
reeds zoo vele stormen gewoed hebben, thans, met zijne kinde®
renin diepen weemoednaar de laatste rustplaatsin eigen per»
soonzijne dierbare Gemalin te zien geleiden welke Hem gedü
rende eene reeks van jaren tot deelgenoot in vreugde, tot troost
in tegenspoed geweest was, en die Hij gehoopt had, de steun
^/an Zijnen ouderdom te zuilen zijn.
Achters dé koets van Z M, kwam eene tweede gedrapeerde
en met zes paarden bespannen rijtuig, waarin de eenige, in deze
oogetibhkken hier aanwezige zoon van den Prins yan örmje
Z. K. H. Prins Alexander der Nederlanden, zich bevond, ver»
gezeld van twee officieren van het Huis Zijns Doorluchtigen Vaders.
Hierop volgde eene hof koets met zeseene andere mee twee,
en eene derde, wederom met zes paarden bespannen, naast ieder
van welke lakkeijen gingen-en in welke gezeten waren de ove
rïge groot-officieren en vier kamerheeren van Z. M,, en de hofmaar
schalken van HH.KK.HH, den Prins van Oranje en Prins I rede rik.
De optogt werd besloten door een bataillon grenadiers en een
escadron cavalerie.
De trein nam den weg van het paleisdoor het Noordeinda
de Hoogstraatde kleine Groenmarktde Veenestraatde Wa
genstraat en de Bogt van Guinea
Gekomen aan de barrière van den Rijswijkschen wegwelke
barrière smaakvol met zwart behangen wasen werwaarts de
Edel Achtbare Heeren, Burgemeester en Wethouders van's Gra-
venhage zichop hoog bevel in staatsie hadden begeven om
den uittogc van het Koninklijke lijk bij te wonen, verlieten de
twee compagnieh Haagsche schutterij, welke tot dus verre deel
van den optogt hadden uitgemaakt den treinen plaatsten de
groothofficieren en kamerheeren die bij den rouwwagen behoor
den zich in de voor hen bestemde koetsen vervolgende daar
na de trein zijnen optogt langs den gewonen weg naar Delft.
Aan de poort dier stad gekomen werd de trein ontvangen door
de Edel Aehbare Heeren Burgemeester en Wethouders van Delft
en voegden zich bij denzeiven twee compagnien Dejfsehe schut
terij waarna de optogt, in dezelfde orde, als te 's Gravenhage,
langs de daartoe leidende stratenwelke mede alle door de
Schutterij en het garnizoen bezet waren, vervolgd werd tot aan
de Nieuwe Kerk waar de trein ophielden de personen tot
denzeiven behoorende, uit hunne rijtuigen traden, en zich in de
zelfde orde, waarin zij bij den trein gerangschikt waren,- in de
kerk begaven. De officianten schaarden zich in twee rijen, van
de kerkdeur tot naar het choor, welke rijen door de officieren
en grootofficieren vervolgd werdenplaatsende zich de beide he
rauten met hunne wapendragersaan beide zijden bij den in
gang van het graf.
Tusschen deze twee rijen werd het Koninklijk' lijk door de
vier en twintig kamerheeren bijgestaan door een gelijk getal on
derofficieren, gediagen roe aan het Voorouderlijk graf, gevolgd
wordende door Z, M. den Koning en Hoogstdeszelfs Zonen,
Schoonzoon en Kleinzoon, van wie de slepen der rouwmantels
door pages opgehouden werden. Aan het graf gekomenwerd
her. lijk op eene daartoe bestemde baar gesteld, de Kroon en
Ordeteekenen daarvan afgenomen en ter bewaring aan den groot
/neester van wijlen Hare Majesteit overgegevenwaarna hetzelve
van het rouwkleed ontdaan en in het graf geplaatst werd, en
Z'. M. nevens de Prinsen de kerk verlieten. Z. Excell, do Se
Cretan's van Staat, die zich te dien einde vooraf naar de kerk
had begevenverzegelde vers'olgens de kïsr met het grootzegel
van het Rijk; en de heraut, Nederland kondigde met luider
s rem meaan Dat de plegtige ter aard bestelling van het stof-
Jelijk overblijfsel van Hare MajesteitFredbrika Louisa
Wilhelmin a Koningin der Nederlandengeboren Prinses van
Pruissenvolbragt was.
Na den afloop dezer treurige plegtigheid keerden Z. M. de
Koning en de Prinsenbenevens de verdere toe den stoet behoo
rende personen naar deze residentie^ weder
De menigce, welke zoo hier als re Delft, ook van andere
plaatsen zamen gevloeid was was onrzaggelijkdoch des niet
tegenstaande is de orde.nergens gestoord geword. Overal haérschte
eene betamelijke stilteen op het gelaat van eiken aanschouwer
was de hartelijkste deelneming in den rouw des Konings en van
het Koninklijke geslacht te lezen.
Treurt treurt bij Wühelminaas asch
Gij Weezen wie ze een Moeder was
Al was ze uw heilgodesse in V duister
Schreit openbaar! uw tranenvloed
Is pareltoot die Ihemelluister
In Diadeemen- vonklen doet.
Ontsluit o Helfthet gr af,gesteent
IIat "zoo veel kostbare asch vereent
Ontsluit daarDoodenrijk uw woning
Ontwaako Vorstenreiwier stof
Daar rustde gade van een Koning
Neemt zitting in uw somber hof.
Buigt schimmen!Neer lands Koninginf
Neemt stil heur jongster» zetel in
Verwelkomt haargeen aardsche glanzen
Omweemlen haar het Vorstelijk hoofd
Neen ze is versierd met hemelkransen
Die nooit de tijd kaar schoon ontroofd.
Daal neder eersten JVillems geest!
Zij die een hemel is geweest
Voor P harte uws Naneefs zinkt in de aarde
Begroet haarwant aan Hollands kroon
Blonk nooit een paarl van hooger waarde
Een diamant van reiner schoon
Rotterdam, den 27 October. Ter gelegenheid der begra
fenis van Hare Majèsceit heeft het voor deze stad liggend wacht
schip de Kemphaanbenevens een der schepen van de heeren
A. van Hoboken en Zonen, een aantal minuutschocen gedaan.
De heer D. van der Keilengraveur aan 's Rijks Munt
te Utrecht, heeft op den dood van H. M. de Koningin der Ne
derlanden eenen gedenkpenning vervaardigd. De voorzijde steld
voor het Vaderlandin eene bedroefde houding, leunende te
gen eene graftombe, waarop de voorletters van den naam Harer
Majesteitmet de eene hand legt zij eene cijpressenkrans op de
tombe met de andere houdt zij eene met rouwfloers omhangene
lijkurn omvat Het randschrift is: multis flebilis occidit
dat is: zij overleed door velen betreurd. De tegenzijde bevac
ia eenen krans van 62 starren, zijnde de reeks van jaren door
H* M. bereikt, het volgende opschrift; frederica louisa wil™
helmina regina neerlandiae nata die XVIII NOVEViBRIS
MDCCLXXIV, mortua XII octobris MDCCCXXXVII,
dat is: frederika louisa wilhelmin a koningin der Neder
landengeboren den 18 Novembor 1774, overleden den 12 Oc
tober 1837. Deze penning is te bekomen aan de Depots van
's Rijks gedenkpenningen te Amsterdam bij den Heer Jeronimo
de Vrieste Leiden bij den Heer P. O. van der Chijste
's Gravenhage bij den Heer A A. van de Kasteelete Utrecht
bij den Heer A. II. van Zuijlen en te Groningen bij den heer
A. L. Wickers
- Het Dagb'ad van Luxemburg, van den 18 dezer, behelst
bet volgende:
Ter gelegenheid van het overlijden van H. M. de Koningin
der Nederlanden, zijn de Schouwburgen en alle andere publieke
vermakelijkheden alhier geslotenen de klokken van alle paro
chiën zullen gedurende acht dagen een uur des morgens en een
des avonds geluid worden. De werkschoolalhier voor be
hoeftige meisjes opgegerigc, verliest in H, M. de Koningin den
grootsren steun. H. M. had deze nuttige inrigcing onder hare
bijzondere bescherming genomènen schonk elk jaar eene som
voor het onderhoud van dezelve.
Stbiurtcntieti..
Heinkenszapjd. N. M. BOSDIJK,
den 27 October 1837.
V Ten Kantore van P. BURGER in de Voorstad te
Goes alwaar op de vierde lijst van de thans trekkende Vijfde
Klasse der 172ste Loterijirerrokken is een Prijs van DUIZEND
GULDENSöd N.° 19526; zijn alsnog te bekomen HEELE
en GEDEELTEN van LOTEN in Koop, alsmede ia Huur
voor de tweede week van gezegde Klasse
v Bij F. KLEEUWENS ZOON, is k 5 Cents te
bekomen het Programma van de plegtsratige Begravjênis van
H. M. de Koningin der Nederlanden op den 26 October 1837,
1 1
Ter Boekdrukkerij van F. Kleeuwens m Zoon.