N°. 35.
GOESSCHE
1831
COURANT.
t *y/ ii- -
Vrijdag
29 April
NIEUWSTIJDINGEN,
Sttiischl.nnb.
Berlijn, den April, Het dagblad vap Krakau bevat eens
bekendmaking van denin naam der drie beschermende Mogend
hedenpver die stad bevelvoerenden generaal von Traunstcinburg,
waarbij aangekondigd worde, dat, aangezien het doel der bescher
mende Mogendheden, de verwijdering, namelijk, van het groot
aantal zich aldaar bevindende gevaarlijke vlugtelingen bereikt is
aan den commandant der troepen bevel gezonden is, dezelve het
grondgebied der vrijstad te doen ontruimenvoor zoo verre die
niet voor den openlijken dienst en her behoud der rust en goede
órde volstrekt noodzakelijk zijn. Bij deze publicatie wordt te
vens nog een termyn van acht dagen vastgesteld voor die vlug
telingen, welke zich nog binnen Krakau mogten verborgen heb
benna welken tijd het hun niet meer geoorloofd zal zijn', zich
naar Podgorze tp begevenmaar de. zoodanigen zullenindien
zij naden verstreken tijd, mogten ontdekt worden, dadelijk aan
de natie waartoe zij behoorenuitgeleverd worden.
- In byzondere brieven uit Petersburg beklaagt men zich over
pogingendie door de Porte zouden zijn aangewendom zekere
bepalingen van het traktaat van Adrianopel te ontduikenen van
ernstige vertoogenwelke deswegens door den russischen gezant
te Konstantinopel zouden gedaan zijn. Men hoopte te Peters
burgdat deze vertoogen ingang zouden vindenmaar intusschcn
waren de npodige maatregelen genomen om iri het tegenover
gestelde geval, zich naar behooren te doen gelden, (Het is be
kend. dat onlangs ook in engelsche berigten uit Konstantinopel
van ernstige vertoogen van den russischen gezant gesproken is,
die voornamelijk betrekking schenen te hebben op de geheime
toenadering der Porte tot de Engeischen en Franschen'alsmede
op een plan van afbetaling der aan Rusland verschuldigde oorlogs
contributie, waarin de tegenstanders van Rusland de hand zou
den hebbenmet het doel om alzoo de ontruiming van Silistria
te bespoedigen, De berigten omtrent eene vti]willige kwijt*
scheiding van een deel dier oorlogs contributie door Ruslandzijn
van latere dagtekening.
Te Asciaaffenburg worden reeds toebereidselen gemaakt voor
de komst van het koninklijke gezin van Beijeren, hetwelk een
deel van d_en zomer daar zou doorbrengen. Ook Konjng Qitb van
Griekenland wordt aldaar gewacht.
jTvanlfrijfc,.
Parijs, den 2a April. De dertig Polen, die hevel hebben
bekomen de hoofdstad te verlaten hebben een' brief aan den mi
nister van binnenlandsche zaken geschreven, waarin zij verkla
rendat zij door de akte van confederatie alleen het welzijri van
Polen op het oogen geenszins de bedoelingen hebben gehad
Frankrijk te beleedigen, en dar zij dus verzochten, dat het ge
geven bevel zou ingetrokken worden. Aan dit verlangen is ech
tci niet voldaan, en het bevel is herhaald geworden. Men ver
zekert, dat bovengemelde Polen besloten hebben, niet dan met
geweld Parijs te verlaten.
Een Avondblad deelt het volgende berigt mededat nade
re bevestiging schijnt te verdienen:
Gisteren is aan het kabinet der Tuillerien mededeeling ge
daan dat de Engelsche regering stellig besloten heeftin Spanje
tusschen beide te komenniet enkel door middel vair eenige door
de Koningin betaalde hulptroepen, maar met eene sterke magt,
in andere woordendat eene sterke Engelsche leger afdeeling naar
de Baskische provinciën zal gezonden worden#
Onmiddelijk na deze mededeeling, is de raad van ministers
vergaderd. Gisteren avond laat was de uitslag dier vereeniging
nog niet bekend. Het schijntdat het belangrijke der te nemen
besluiten de discussie tot eene volgende raadsvergadering heeft doen
uitstellen, welke zonder twijfel heden avond zou plaats hebben,
—- He: ministerieele Avondblad maakt bet volgende omtrent
Spanje bekend:
Men schrijft uit Virtoriavan den 11dat er tot dien dag
rog geen gevecht had plaats gehad. Het Engelsche. legioen is
den 18 te Bilbao moeten aankomen. Een gedeelte daarvan wordt
te Sc-Sebastiaan verwacht fevenzeer als een bataillon chapeigorris,
Cordova wordt te Pampelune te gemoer gezien Leon ïriarte
heeft zich den 18 met zijne troepen op die stad gerigt."
- De bijzondere berigten dtelen mede, dat D. Carlos steeds
te Ellorio is. Brieven uit St.7"Sebastiaan houden indat engel
sche schepen met landingstroepen in hef gezigt dier stad waren.
De dagbladen uit Barcelona loopem tot den ia. De legerberigten
daarin vervat gaan tot den 8. Wilna was te Cervera, Blanco
was den 7 door de chefs Zorilla en Mallorcadie aan het hoofd
van omstreeks 15000530 stonden, aangevallen; zy waren terug
gedreven.
Üit Marseille meldt mendat de uit Krakau vervoerde en
:e Triest vereenigde Poolscbe uitgewekenen in het begin van Mei
in eerstgenoemde stad verwacht worden. Men dacht, dat de
meesten dier uicgewekenen ingèlyfd zouden worden in een nieuw
te vormen vreemden legioen, hetwelk onder bevel van den ge
neraal Bernellenaar Afrika bestemd is.
Van de zijde onzer regering word: uit Spanje het volgende
gemeld: „Men schrijft uit Victoria, van den 17, dat den vo-
rigen dag de voorhoede van Cordova te Minano is aangevallen
door 4 battaillons en 3 eskadrons der Carlisten. Dezelve heeft
deze troepen op de vlugt geslagen en vervolgd tot Lucona een
hónderdtal manschappen gedood te hebben. Den 17 hebben de
Carlisten geweigerd slag re leverenen zich in hunne verschansin
gen teruggetrokken. De divisie van den generaal Evans is den
17 te Santander aangekomen; den 20 werd zij te San -Sebastian
gewacht."
Te Santander zijn in de laatste dagen verscheidene vaartuigen mee
krijgsbehoeften en met Engelsche artilleristen der marine uit Enge
land aangekomenmen wachtte er nog meerdere troepen.
De monarchalen verkondigendat cr geen twijfel meer kan
bestaan aan de tijding van bet vermeesteren van Lequeito door
de Carlisten* en vermelden éene officiële depeche van den gene
raal Egu'ta van den 13 uit genoemde plaatswaardoor de bewustó
tijding wordt bevestigd. Dezelve houdt in, dat van de bezet
ting, Sterk 800 man, een honderdtal zich met de vlugt heeft
gered dat 6co hebben verlangdonder de troepen van D
Carlos te worden Opgenomen en dat de overige zijn gesneuveld
of gekwetstdat de waarde der in de sterkte gevondene krijgsbe
hoeften op 500,000 realen kan worden begroot.
Het fransche regeringsblad deelt thans de volgende berig
ten uit Algiers en omtrent de reis van deti maarschalk Clauzel
naar Frankrijk mede. Men weet, dat deze opperbevelhebber der
fransche bezicringen op de Noordkust van Afrika naar Parijs komt,
onder anderen ook met het doel om de wetgevende kamerszoo
mogelijk, van de hooge belangrijkheid dier bezittingen en van de
noodzakelijkheidtot het aldaar onderhouden eener geduchte krijgs-
magt te overtuigen.
De maarschalk Clauzel heeft zichalvorens Afrika verla
ten, willen verzekeren, dat de rust, die door den val van Ab-
del kader was hersteld, gedurende zijne afwezigheid niet zoude
worden verstoord. Met dat doei heeft hij eenen togt vaneenen
geheel vredelievender! aard gedaan.
Alleen de stam der Mouzaia liet nog vijandelijke gezindheden
blijken. Den 30 Maarf hebben de daartoe beboorende Arabie
ren ons leger aan den voet hunner gebergten aangetast- Den 1
April hebben zij den bergpas van Tenia verloren. Den a en 3
heef: men hun stellingen ontnomendie de vlakre van Medeah
bestrijken. Bij die verschillende gevechten heeft men 700 man
van dezen volkstam gedood of gevangen genomen, Ons verlies
beeft, slechts een vijftigtal dooden en 140 gekwetsten, meeren-
deels inboorlingen bedragen
Den 4 is de generaal Desmichels naar Medeah vertrokken, en
heeft panden Beij aldaar (welke door den franschen bevelhebber
is benoemd) 500 geweren ter hand gesteld. De generaal is den
5 en <5 bij de Beni Ourzaeen der stammen, die het gewest
van Titterie bewonengebleven Gedurende dien tijd heeft de
genie, midden door den Atlas heen, van de vlakte van Metyiafi
af tot aan den ingang van het vlek Medeah, eene fraaije weg ge
opend. Het is een roemrijk gedenkteeken, op eene grooce schaal
ontworpen. Het heeft de bewondering der Arabieren in hooge
mate opgewekten hen doen zeggen dat voor de franschen gee-
ne bergen bestaan.
Verscheidene stammen hebben aan den maarschalk Clauzel ge
vraagd van hem te mogen volgen t als men de Hadjoutes zou
gaan aantasten. Deze hebben zich echter, gedurende de jongste
krijgsverrigtingen niet vertoond
Den 13 hebhen de stammen van Mouzaia, wier moed, door
de verliezenin vier verschillende ontmoetingen geledenaanmer
kelijk was gedaald, vredelievende aanbiedingen gedaan. De maar
schalk heeft daaraan gehoor gegeven, doch gijzelaars van hen ge
vorderd, die bij de Zouaves en Spahis (inlandsche hulpbenden van
het fransche leger) zullen dienen.
Na den afloop van dezen togt heeft de maarschalk zich den
13 ingescheept, om naar Toulon over te steken. Den 16 was
hij te Mahon,, alwaar het schip, waarop hij zich bevond, ten
gevolge van het ontstuimige weder, had moeten binnenloopen.
Parijs, den ai AprilEen der bladen heefc het volgend