N°. 66.
GOESSCHE
COURANT.
Maandag
17 Augustus.
NIEUWSTIJDINGEN.
Berlijn, den 9 Augustus, Onze Staats-Courant deelt geene
nadere berigten omtrent de plaats gehad hebbende onlusten mede.
(Ook de bijzondere berigten maken geene melding van nadere on
geregeldheden zoo dat men het er schijnt voor te kunnen hou
dendat de rust in de Pruissische hoofdstad hersteld is.}
Frankfort, den 9 Augustus. Uit Toplitz schrijft men,
van den 1 dezer, het navolgende:
Vn den Rijn, den it Augustus Volgens bijzondere brie-
venuir B rlijn van den 5 is de verbolgenheid der oproerige me-
nigi den 4 niet minder groot geweest dan den vorigen dag maar
nadle overheid in tijds hare maatregelen zoo goed genomendat de
roöen den hoop spoedig uiteenjoegen. Met dit al waren ook
veér dien dag glazen van het paleis der vorsten van Liegnitz
doo het gepeupel ingeslagen Uit den defcigen stand had men
nietand onder den oproerigen hoop bespeurd. Van de in den
vorlen avond verwonde personen waren den 4 reeds omstreeks
40 h het hospicaal Charicé gebragt. De wanorde schijnt in
denavond van den 5 een einde te hebben genomen
Jfrank* ijfc.
Parijs, den 9 Augustus. Nopens het geregtelyk onderzoek
naar den aanslag op 's Koning leven is nog niets naders met eeni
gen zekerheid bekend Men begint nu ook de Bonapartianen
te noemen, als degenen, die de hand zouden gehad hebben in
a
1 /\tfc.t
UElvy--"
'JS§
nShtitecïiIaub.
Den 3 dezer is op de reede van Dantzig aangekomen de vroe
ger aangekondigde Russische vloot met de troepenvoor het le-
ger-kamp van Kalisch bestemd. Deze vloot, welke onder het op
perbevel van den vice-admiraal Ricord staatis zamengesteld uit
een linieschip van 110, vijf van 84, en vier van 74 stukken;
een fregat van 60 en 3 van 44 stukkentwee korvetten en vier
kleinere vaaituigen, voerende te zamen 1142 stukken en 8862
zeelieden. Derroepen welke zich op dezelve bevinden, bestaan
uit 6033 manallen tot de garde des Keizers behoorende. In
genoemde stad is op denzelfden dag eene Russische stoomboot
m aangekomen, welke 18 paarden en een veertigtal personen, die
y voor Kalisch bestemd zijn aan land heeft gezet.
.Het Engelsche dagblad de Times geeft eenen brief uit Kon
srantinopel van 15 July, volgens welken aldaar den ioderijJing
zoude ontvangen zijndat de pacha v^n Scutari genoodzaakt was
geweesc zich met de bezetting van het kasteel Op genade of onge
nade aan de opstandelingen over te geven, dat de bezetting over
ce kling gejaagd en de pacha zelf in den kerker geworpen was
Dit berigt schijnt echter althans voorbarig te zijn, daar, in
thans over Duitschlabd ontvangene brieven uit Konstantinopél
van 22 Julij, evenmin als in de reeds medegedeelde van den 16
July, van de overgave van Scutari gewaagd wordt, ofschoon
daarin zoowel als in de over Italië ontvangene berigten uit Scu-
,rari tot het begin van Julij de toestand van den pacha als zeer
benard, en die- van Albanië over het algemeen als Hóógst ver
ojurustênd wordt afgeschilderd.
Volgens berigten van de Albaqische kust van p Jiïlfjdep 12
te Coifu aangebragt, had er den 28 Ju hij tusschen de oproerige
Albaniers, die ten getale van ruim aojóoo man het kasteel aan
getast hadden, en de rurksche bezetting, een moorddadig gevecht
plaats gehad, dat wèl ten nadeele der Albaniers, die afgeslagen
werden, was uitgevallen, maar toch aan den pacha geer.e meer
dere ruimte had verschaft, zoodat hij, wegens volslagen gebrek
aan mond en krijgsbehoeften, genoodzaakt was geweest den 6
eenen parlementair aan de openstandelingen te zendenom over
de overgave van het kasteel te onderhandelen Als eerste voor
waarde dier overgave had hij voor zich en.de zijnen vrijen aftobt
willen bedingen; dit geweigerd zijnde, had hij tot het uiterste
gebragt, eenen uitval gewaagd, om zich door de belegeraars heen
te slaandoch was door denzei ven terug gedreven. Toen het
schip hetwelk deze tijding te Korfu heeft aangebragtden 9
Julij kaap Rodone verliet, dacht men darde pacha zich zeer
spoedig zou moeten overgevenahoo hij toen reeds verscheiden
dagen van alien leeftogt ontbloot was, en zich en zijne troepen
enkel met het vleesch der geslagte paarden voedde.
De hierboven vermelde berigten uit Konstantinopél van 22 Julij
-houden in, dat, volgens van den pacha van Larissa ontvangen
tijdingen, geheel Albanië alsnu in opstand was, en dat men over
het lot van Scutari groote ongerustheid koesterde, daar ren ge
volge van den staat van zaken in Albanië, de in Rumelie bijeen
getrokken troepen aan de grenzen van dat gewest waren blijven
f staan, om meerder versterking af te wachten, alvorens tot ont
zet van Scutari op te rukken. De naar de kust van Albanië be
stemde vloot was den 18 onder zeil gegaan, en men wjs dag
ers nacht bezig om nieuwe toerustingen te bespoedigen.
De toebereidselen iot de bijeenkomst der Monarchen dragen
voortdurend de opmerkzaamheid van het publiek weg De meeste
huizen zijn verhuurden zelfs te Schonau heeft de bad commissaris
de heer Heydende woningen in beslag genomen. Bij ons za'
yeel leven heerschen en men wil weten dat de Keizer van Rus
land met 100, en de Koning van Pruissen met 70'paarden zaï
aankomen. Er loopt een gerucht, doch hetzelve wordt niet ge
waarborgd, dat de Koningin van Zweden, Beyeren en Saksen,
evenzeer als de Oostenrijksche Aartshertogen hier zullen komen,
voor den hertog van Nassau zijn reeds vertrekken besproken
Welligt zien wij nog andere' gakten De vorst von Metternich
zal spoedig op zijn slot Konigswartb in Bohemeaankomen-
en welligt sluit bij zicheven als de heer van Nesselrodenar
den hoogen kring. De berigten omtrent de manoeuvres te Kulm
zijn twyfelachcignu hoort men dezelve zijn afgezegddan we
derom zij zullen voortgang hebben.
De tijdingen uit Konstantinopél loopen rot den 16 der vó
rige maand. Dezelve deelen mede, dat de turksche gezant bij
hetfransche kabinet, die met verlof in de turksché hoofdstad was
binnen korc naar Parijs zal terugkeeren. Hij zou met een bij
zonderen last aan den Koning der Franschen venrekken. Wac
dezelve betrof, was niet met zekerheid bekend, doch men giste
dat Frankrijk, dat nog toe veel medegewerkt hadom Mehemed-
AliJot een gevaarlijken mededinger der Porte te maken, thans
meeij geneigd zou zijn, zich aan deze laatste mogendheid aan te
sluit^ien dat er alzoö eene nieuwe handels en vriendschaps-
verdfig tusschen de beide ryken ter sprake kwam. Frankrijk zóu
met lit oogmerk zijne eischen op Algiers ten deele laten vallen.
Nier pat hetzelve van die volkplanting afstand doen zou, maar
er zcji eene schadeloosstelling gegeven worden Oi'er het alge-
meen zou de Porte hare regten op de Barbarijsche Staten meer
doen gelden. Zoo zou de expeditie naar Tripoli spoedig door
eeneondere gevolgd worden welke tegen Tunis is, om den pa
cha aldaar at te zetten en naar Konstantinopél te voeren. De
Poré moet over dien p cha ontevreden zijn daar hijzonder hare
toesemming, zich, dadelijk na de dood zijns vaders, van het
bescjur meeseer gemaakt heeft. Bovendien zou de Porte over
het jigemeen de gewooute willen afschaffen welke tot nog toe
in 4 Barbarijsche Staren in gebruik wasdat het bewind steeds
van rader tot zoon overging. Ook zou er, binnen weinige dagen
eeneexpedicie naar de kusten van Albanië onder zeil gaande-,
zelvfbestond uit 16 oor!ogs«en 48 transportschepen, had 4800
mansn een evenredig geschuc aan boord het bevel werd gevoerd
dpor Muschir Ahmed-yzchz. Verder vermelden die tijdingen
dat tn den gezant te WéenenAhmed pacha een courner was
achtina gezonden, welke hem van wege de Porte medegedeeld
hééft dat, winneer hij het doelmatig oordeelde, zich naar hee
iegeramp van Kalisch te begeven, zulks hem geoorloofd Was.
Ook vordt stellig tegengesproken, dat aan de fransche en en-
gelscfe gezanten finnans, tot het doortrekken der Zwarte zee,
zoncfA geweigerd zijn. Uit Syne was er niets nieuws. Ibrahim*
pack ging naar Aleppo, al-vaarbij de nieuwe ligring der mi-
Ütaijp eénige bewegingen hadden plaatsgehad. Tegen de En
gelsen expeditie op den Euphraac had hij. na daaromtrent uit
Koitancinopel instructien ontvangen te hebben, niets meer in-
gebjgt, die expeditie zou dan ook voortgang hebben. De pest
hrejt zich in Klein Azie uit; zij was op de eilanden uitgebar
sten en woedde te Larnaka op Cyprus, waar de zoutachtige
lucj steeds verpestende is, op eene schrikkelijke wijs. Onder-
schidene frankische geneesheeren waren er de slagtoffers van ge-
woien
dieven uit Berlijn van den 8 behelzen het volgende:
,iMet veel verontwaardiging verneemt mendat bij de hier
plaas gehad hebbende oproerigheden ook het paleis van Z. M.
denKoning niet verschoond is gebleven, en dat daar eenige glas
ruit zijn ingeworpen. Ofschoon het gebeurde een zuiver
strdt-oproer van het lage gemeen waszoo ontbreekt het toch
niejaan geruchten nopens aanhitsing der volks menigte door lie
den welke tot een defrigen stand behooren, inzonderheid wor
den daarvan vreemdelingen beschuldigd De woede der op-
roejgen is zoo groot geweestdatnaar men verzekerthet
andértins als een afgod vereerde standbeeld van Blucher niét dan
met veel moeite voor vernieling bewaard is. De menigte van
het zoogenaamde janhageldie bij gelegenheid dezer onlusten op
de bet en in beweging was, was verbazend groot, en getuig
de van eene diepe bedorvenheid. De geheele bevolking van Ber
lijn wórdt op omstreeks 280,000 zielen begroot.