N°. 31.
GOESSCHE
Vrijdag
O L 11A It
18 April 1834.
NIEUWSTIJDINGEN,
SuitodHaub.
Frankfort, den ix April. In de Allgemeine Zeitung leest
men den navolgenden brief, den 8 dezer van den Main geschreven i
De Luxemburgsche aangelegenheid houdt nogaltijd de op
merkzaamheid gaande. Er bevinden zich thans afgevaardigden van
OostenrijkPruissen en de Nederlanden te Biberich"om den
hertog van Nassau te bewegentot het geven van zijne toe
stemming in de voorslagen van den Koning der Nederlanden
betrekkelijk Luxemburg. De vroegere voorslagen van het Haag-
sche kabinet bestondenzoo als bekend is daarin dat het Waal-
sche gedeelte van het Groothertogdom Luxemburgvolgens het
traktaat van den 15 November 1831, metBelgie, en daarente
gen het grondgebied in het Limburgsche hetwelk daarvoor zou
worden afgestaan, met de Nederlanden vereenigd zou worden.
Dienvolgens zou de Duitsche Bond van het Waalsche gedeelte
van het Groothertogdom Luxemburg zonder schadevergoeding
afstand doenen de hertog van Nassau afzien van zijn even
tueel opvolgingsregt op dat gedeelte 'des Groothertogdoms. Wij
mogen vermoeden, dat de voorslagenwaarvan de graaf yan
Reede de overbrenger ishier in het wezenlijke niet mede ver
schillen zullen. Daar Oostenrijk en. Pruissen de wenschen van
den Koning der Nederlanden ondersteunenzoo kan men aan
nemen, dat er, zoodra de toestemming des hertogs van Nas
sau daar is, van de zijde des Duitschen Bondsdag, geene
zwarigheden meer zullen geopperd worden. Wanneer men het
doel in het oog houdt, dat daardoor bereikt zal worden, zoo
kan de afstand van het onbeduidende gebied in het Groothertog
dom Luxemburg op zich zelve als geen offer beschouwd worden.
Het is intusschen te wenschen, dat dergelijke gebeurtenissen zich
niet herhalen mogen vermits men anders op nieuw zou kunnen
gelooven dat de kleinere Duitsche Staten verph'gc zouden zijn,
het behoud of de herstelling van den algemeenen vrede te hun
nen koste te verkoopen. Overigens verdient het opmerking s dat
Frankrijk, hetwelk zich zoo gaarne den schijn wil geven, als
of het de kleinere Duitsche Staten beschermt, dergelijken afstand
van gebied het ijverigste voorstaat. Het blijkt hieruit ten duide
lijkste wat Duitschland te verwachten heeftwanneer het een
maal de verzekeringen van deszelfs Gallische naburen vertrouwde.
Het vraagstuk van de verdrijving der staatkundige vlugtelin
gen uit Zwitserland schijnt geene groote vorderingen gemaakt te
hebben. Het Eedgenootschap betoont zich hierin, zoo als men
het van eene vereeniging eens kleinen Gemeenebest bijna al niets
anders verwachten kon koel en weinig schikkelijk. Hetontbreekt
voornamelijk aan de hoofdzaak, de voltrekking der ih het alge
meen gegevene verzekeringen." T -'
Ér had zich voor eenigen tijd te Munchen het gerucht
verbreid dat een zeker persoon zich zeiven als den moordenaar
van Casper Hauser had aangegeven hij is echter door het geregt
niet als zoodanig erkend; want het blijktdat hy een landlöopèr
is, die zoodanig door den honger gekweld werd dat hij tot dit
middel zijne toevlugt genomen heeft, ten einde zich den kost
te verschaffen. Met dat doel ontdekte hij zich bij eenen boer in
het Pruissische als den moordenaar; welke wanende, reeds de
premie van 15,000 fl. te bezitten, den landlooperspijs in over
vloed gaf. De onschuldige moordenaar werd naar Berlijn vervoerd
doch trok dadelyk zijne bekentenis'in. Het aardigste is, dat de
boer zijn geld verlangt, en maar niet gelooven wilden ver
keerden moordenaar uitgeleverd te hebben.
Reizigers, die dezer dagen uit Hongarije gekomen zijn,
en Oostenrijk en Bohemen doorreisd hebbenberigtendat zij
overal eene menigte sneeuw aangetroffenen op sommige plaat
sen de sneeuw door den wind tot zulk eene hoogte zamengewaaid -
gevonden hebben dat de passage der wegen daardoor belemmerd
werd De orkaan van den 9 Maart neefc, zeggen zij, dézen
nieuwen winter aangebragt. Die orkaan schijnt voorts het ergste
in Hongarijen en in Stiermarken gewoed te hebben en in Hon-
garijen moeten bij die gelegenheid ongelukkig verscheide bran
den uitgebrokenen eenige plaatsjes bijna geheel in de asch ge
legd zijn..1 Meer noodwaarts scheen die orkaan minder hevig ge
woed te hebbenalthans was hare verwoestende werking min
der zigtbaar. De veldvruchten schenen overal door den nawinter
veel geleden te hebben.
Tot de merkwaardigste verschijningen van dit jaar, dus schrijft
men uit Bunzlau, in Silezie, kan met ook het ohweder rekenen
hetwelk op den eerste Paaschdag, den,20 Maart, des namiddags
ten 3ure, over onze stad en den nabijgelegen omtrek losbrak
binnen een vierde uurs hoorde men vier geweldige onmiddelijk
op den bliksem volgende donderslagenen de uiterst digr val
lende hagelsteenenwelke met zware windvlagen het uit het N,
W. komende onwedér verzeldenwaren zoo groot en nog grooter
dan hazelnotenen bedekten in korten tijd den grond ter hoogte
van bijna eenen halven voet. Opmerkelijk is het nogdat ter
zeiver tijd in de op een uur afstands van hier zuidwaarts gelege
ne gemeenten noch onweer, noch hagelbui vernomen werden.
- Bijzondere brieven uit Berlijn, van den 8 dezer, behel-;
zen het volgende
De benoeming van den heer Goblet tot gezant van Belgie
is alhier zeer ongunstig opgenomen, omdat men hem in zeker
opzigt als een overlocper en verrader van zijnen wettigen vorsc
beschouwt. Deze bedenkingen zullen zijne stelling alhier onaan
genaam en moeijelyk makenreeds de generaal Mercx heeft
veel bitters moeten verduren.
Londen, den 12 AprilDe zoogenaamde trades unions o£
vereenigingen van werkliedenwelke thans in bijna alle voorna^
me fabrieksteden alhier te lande bestaanboezemen sedert eenigen
tijd veel bekommeringen in. Het is bekend, dat die onwettige!
vereenigingen door het thans bestaande ministerie aangemoedigd
en openlijk gebruikt zijnombij den voor omstreeks 3 jaren
ook alhier te lande ontwaakten woelingsgeest, door de dreigende
houding van een grooten volkshoop, de schaal te doen over
slaan naür de zijde van de zoogenaamde partij der beweging en
der verandering, en om die hervormingen en omkeeringen in de
sedert eeuwên bestaande instellingen van dit rijk door te drijven,
welke men meende zoo wel aan den geest des rijds als aan de
behoeften der buitenlandsche staatkunde ten offer te moeten bren
gen. Het was dan ook natuurlijk, dat, toen het bewind zich
door den stroom der opgewondene harsttogten reeds verder ge
dreven gevoelde, dan aanvankelijk het doel der beweging scheen
te zijnen het er reeds aanvankelijk op aan kwamom de hier en
daar tot oproer en verwoesting uitspattende menigte te breidelen,
men de beschermende hand van die volks vereenigingen aftrok
en, onder andere maatregelen van stuitingen terugwerking, ook
óp derzelver bestrijding bedacht begon te worden. Hiertoe schijn c
het bewind thans te willen overgaan. Te Dprchester zijn dezer
dagen enkele: leden van de aldaar bestaande vereeniging van werk
lieden teregt gesteld, zonder dat de misnoegdheid der menigte
aldaar tot eene openlijke uitbarsting gekomen is. Een tweede
regtsgeding van dien aard is thans te Execer aanhangig, doch
schijnt minder rustig te zullen afloopen. De menigte is aldaar
hoogelijk opgewonden en heeft eene zoo dreigende houding aan
genomen dat van Plymouth troepen derwaarts ontboden en strenge
maatregelen van voorzorg ter handhaving van de openbare orde
genomen zijn, tegen het geval, dat de aangeklaagden mogten
veroordeeld worden. Men ziet alhier den uitslag van daVregtsge-
ding met de meeste belangstelling te gemoet.
Uit een officielen staat, op last van het parlement publiek
gemaakt, blijkt, dat het getal misdadigers, die in Engeland era
Wallis veroordeeld zijn, in eene wezenlijk schrikbarende mate is
toegenomen. Van het jaar 1812 tot 1819 bedroeg het 72,216
van 1819 tot 1826 was het tot 95,621 geklommen, en van 1826
tot 1833 beliep het 131,818 zoo dat het in den korten rijd van
veertien jaren bijna verdubbeld is. Het getal der ter dood ver
oordeelden is in het laatste tijdvak aanmerkelijk afgenomen.
J'VAitferijfe.
Parijs den 12 April. Het bewind heeft omstandige berigteni
nopehs het voorgevallene re Lyon op den 9ontvangenen heeft
dienaangaande hoofdzakelijk het navolgende in het minisceriële
avondblad doen plaatsen, 'twelk echter nog niet als geheel offi
cieel kan worden aangemerkt
De dag is zeer bloedig geweest. De republikeinenwan
hopende aan het weigelukken van hunne ontwerpen in de hoofd
stad hebben eene poging aangewendom zich in Lyon te doen
geldendoch hebben aldaar alleen bijval gevonden bij de werk
lieden, toelke aan de genoodschappen ha iden deel genomen. In
tijds ondèrrigt, heeft de bevel voerende generaal /lymard doel
treffende maatregelen genomen en de noodige versterking aan zich
getrokken, v
De regtbank is bijeengekomenen te 11 uren hebben de
opstandelingen op eenmaal en in menigte het plein van St Jean
bezet Een hunner heeft eene oproerige proclamatie voorgele
zen en daarop hebben zij zich gebarricadeerd De prefect heeft
geen oogenblik geaarzeldt; de troepen hebben dadelijk den aan
val ondernomen, De versperringen zijn terstond verraeesterd. Daar