NIEUWSTIJDINGEN. EbaKrfort, den 13 MaartDen 8 dezer is te Mutichen dfi bijeenkomst der Pruissische kamers door den koning in per- $000 geopend met eene korte, zeer toegejuichte troonrede, waarin Z.'M. van het met Pruissen en andere Duitsche Staten geslo ten tol-verhond spreekt als van eene nieuwe bron van zegen voor Btétjeren en een vaste band voor de Duicschers; daarbij ook het üitzigt te kennen gevende op een handels-verdrag met Oostenrijk. Kortelijk wordt gewag gemaakt van de nieuwe kroon de Griek- affhe, welke aan het huis des konings is gekomen, en voorden handel en de nijverheid van Beijeren eenen nieuwen uitweg opent. Van de wanordendie aan eenige oorden des koningrijks hebben hebben plaats gehad, \wordt gezegd, dat zij zich tot weinige plaatsen beperkten - en dus van de goede gezindheid des lands in het algemeen getuigden; dat Z. M. voorts de liefde zijner on derdanen kent, en derzelver gezindheid weet te onderscheiden van die der partij, welke beerscben, alles vernietigen, zelfs.de staatsregeling omverwerpen wilwaaraan Z. M. zich naauwge- 2Ct houdt. In hetgeen den stenden zou voorgelegd worden zoude höR blijken dat op hunne wenschen acht geslagen is. Ten slotte geeft Z. M zijne vaste verwachting te kennen dat deze bijeen komst zich roemrijk onderscheiden zal, Frankfort, den 14 MaartIn eenen brief uit Weenen, van dén 7 dezer leest men het volgende Londen, den 15 Maart. Er is gisteren morgen een cour- rier van Cowes aangekomen met het berigt van een bedroevend voorval aan boord der Marthavan Lagoona, kapitien Drum mondgeladen met Mahonijhout, bestemd naar Liverpool, welk schip eergisteren avond in Cowes is binnengebragt door vier lood sen die hetzelve in eenen hulpeloozen staat, op eene aanmer- keiijken afstand in zee, voor de haven van Cork hadden gevon den. Het schip schijnt zeventig dagen reis te hebben gehad, gedurende welken tijd de kapitein ligte sporen van verstandver bijstering had doen blijken doch niettegenstaande deze omstan digheid was het volle bestuur des schips aan hem overgelaten; Jl. zaturdag, echte!-, greep hij plotseling eene groote bijl ter. handschoot op den stuurman toedie op het dek aan het soheeps boord stond, en gaf dien ongelukkigen man zulk eenen slag, dat hij over boord in zee stortte o m nimmer weder te wot den gezien! Terstond daarop viel de kapitein den het digst bij hem IV0* S3. GOES SCHE C O U RANT. 21 Maart 1834. Shiifschlnnb. In den nachr van den 11 op den 12 dezer isomstreeks 1 urft, te Mainrzeen brand uitgebarsten, zoo men zegt in het huis eens glazenmakers, en heeft zich zoo snel lings en regts mede gpdeeld dar 5 huizen in weinig tijds genoegzaam geheel in de asch: lagen. Eenige der bewoners waren tegen brand verzekerd. Er -isdadelijk een steng geregtelijk onderzoek nopens het ontstaan van dezen brand begonnen. In Wallaehye is de winter uiterst zachtgesneeuwd heeft het er in het. geheel nietde rivieren zijn niet coegevroren geweest en in het laatst van February waren er de weiden met voorjaars Bloemen bedekt. De post uit Kpnstantinopelvan den r-8 der vorige maand is hier aangekomen doch heeft nietsbelangrijks mede gebragt. Ter beurze hebben zeer aanzienlijke verkoopen plaats gehad, men SChtijfc dit toe aan de lage uit Parijs toegezonden fondsen mer ken, als ook aan het gerucht van onlusten, welke te Lissabon zouden uitgebarsten zijn. Ontegenzeggelijk heerscht er voor D. Pedro geen bijzondere goede geest, en D. Miguel blijft nog al tijd hoop voeden. De partijen zullen toch eindelijk moeten in- J^ieti, dat het beter ware, zich onderling te verstaart, óap..zon- waarschijnlijkheid van eenige zekere uitkomst, het land lan ger aan wanorde en burgeroorlog prijs te gevetr. Het ware wel mogelijkdat men nog eenmaal op het vroeger ontworpen hu welijksplan terugkwam en met eene famillieverbindcenis den broe dertwist eindigde. Men wil zelfs, dat er reeds werkelijk nieuwe voorslagen: in dien zin zouden gedaan zijn. Hier houdt men zich tegenwoordig met weinig staatkunde bezig, meel* met den schouw burg waartoe bijzonder een nieuw stuk van Zedlitz Kerker en I&oon genaamdruime stof aanbiedt," In tijdingen uit Napels, vau den 22 February leest men vele bijzonderheden van de feesten, die bij gelegenheid van de vasten plaats gehad hebben, en welke dit jaar bijzonder prachtig moeten geweest zijn. Inzonderheid wordt daarin gewag gemankt van een bal aan het hof, waarbij de gezanten der voornaamste hoven tegenwoordig waren. Sedert eenjge weken moeten zich verscheidene aanzienlijke fransche legitimisten te Napels ophou den^ Men merkt daaronder op deheeren: de BourtnontLa iiaaliejjaquelina'Hanssez TalonMarcellus en anderen. Men •vyildat beide eersten en nog andere officierendie nog korce- IJngs een werkelijk aandeel aan de gebeurtenissen in Portugal ge nomen hebben, eenen plegtigen. eed hebben afgelegdzich niet eerder den baard te scherendan op den dag der troonsbeklim ming van Hendrik V. De Vesuvius, vviens uitbarstingen sedert kersnacht opgehou den hadden, is nu wederom in de rigting van Torre del Greco Sterk in beweging. Men is d'tmaal niet zonder bezorgdheid, «Jat het tot eene gevaarlijke uitbarsting zal komen. j— In de jdllgemeine Zeitung vindt men den volgenden brief hit Bremen, van den 27 February: _„Önze stad is in de laatste jaren in alle opzigten vooruitge gaan en wij mogen gegronde hoop op eene nog. schoonere toe komst koesteren. Wie Bremen in langen tijd niet gezien heeft, herkent het naauwelijks, daar de stad overal door nieuwen aan bouw verfraaid is. Het opmerkelijkste is echter welligt, vooral als men den afstand van onze stad van de zeealsmede den lagen stand der Weser in aanmerking neemtde toeneming onzer scheeps- rederijen. In 1827 bezaten wij 74 eigene zeeschepen, gezamen lijk 8300 last metende. Op het einde van 1833 is dit aan tal tot op 128, te zamen 15,000 last houdende', gestegen., en dus nagenoeg verdubbeld. Deze nieuwe schepen hebben wij deels van de Amerikanen gekocht, en deels te Vegesack, waar de Weser eenigzins dieper wordt, laten bouwen; geladenesche pen kunnen echter niet tot daartoe kornet? en daarom hebben wij aan den mond onzer rivier eene goede zeehaven [Bremerhavenj .gesticht, waardoor onze scheepvaart veel gemakkelijker is gemaakt. Daar zijn hier wel is waar velendie de vrees koesteren dat deze plaats door den tijd tot eene aanzienlijke stad zal aangroei- jenen dat Bremen in dezelfde verhouding verminderen zaldoch mij komt deze vrees ongegrond voor. Naar mate de scheepvaart 'op Bremerhaven toeneemtzal ook het vervoer van koopwaren uit en naar Bremen grooter, de riviervaart,levendiger worden. Slechts in het geval, dat voor de koopwarendie in Bremerha ven aankomen een registreeksche, nieuwe uitweg, zoo als by voorbeeld naar Hanover geopend werd, kon en zou Bremen ver liezen. Bij de tegenwoordige inzigten en ontwerpen der Ham - versche regering, schijnt daarvoor, echter geenerlei vrees te be staan. Integendeel zijn het deze ontwerpen zoo wel als die der Pruissische regering, waarop onze beste verwachtingen voor ie toekomst gegrond zijn. Men is thans namelijk in Hanover er ernstig op bedacht, om de stad van dien naam met HamburgBremen en Briinswijlc door ijzeren spoorwegen te verbindenterwijl Pruissen niet min der ernstig aan het aanleggen van eenen ijzeren weg van Min? den naar Keulen denkt. Deze laatste onderneming moet vooral voor onze stad van groot belang zijn/ De uitkomsten van die gemakkelijk maken der gemeenschap met de Westphaalsche lin— nenmirkten, met de talrijke.fabrijken der Rhijngewestenmee Elberfeld en Bielefeld waarover de weg loopen zon ja met den Rhijn zeiven, zijn niet te berekenen. Het is waardat voor dit werk hier nog niet veel meer dan 400 aandeelen van 500 Thalers elkgenomen zijn doch deze mindere deelneming is een gevolg van eene dubbele en in ons oog ongegronde vrees Velen onzer kapitalisten meenen dat hun geld niet zeker genoeg in deze onderneming geplaatst is omdat het der Pruissische re gering elk oogenblik kan behagen, den nieuwen weg met nieu we tollen te bezwaren. Maar Pruissen ziet juist zijn voordeel in het bevorderen en gemakkelijk maken der gemeenschap; dit is het groote doel der geheele ondernemingen dat land zoti dus zijn eigenbelang ten volle moeten miskennen, zoo hetzelve zich eene pas behaalde overwinning door her daarstellen van nieu* we hinderpalen wilde bederven. Anderen, en daaronder velevact onze groothandelaars, zijn voor de gevolgen der Pruissische toV- vereeniging beducht. Ik erken, dat daardoor het drijver, van on zen handel naar buiten 's lands eenigzins moeijelijker zal worden gemaakt, doch onze werkzame kooplieden zullen de daardoor gerezene moeijelijkheden wel weten te overwinnen, enalsinvoer- haven kan "Bremen noch voor noch nadeel van dezen grooreii maatregel verwachcen. Het verbruik binnen 's lands zal daardoor niet afnemen, en de overige punten, langs welke de invoer van buiten 's.lands geschiedt (zoo als bij voorbeeld de Hollandscbe zeehavens) hebben in dit opzigt niets boven Bremen vooruit. Het wenschelijkste van alle is ontwijfelbaar, dat Bremen zich aan het groote vaderlandsche tolverbond aansluite, hetgeen echter- niet geschieden kan dan nadat Hanover ons is voorgegaan." V <£tt0claut>.

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1834 | | pagina 1