"J N0. 6. GOESSCHE COURANT. Maandag -/ C«t'»OV p a té v'" -•••*-w-yf»- X -ri Cté,: .,<c >i V 20 Januari] 1834. Bcsluvcu ctt CtbrntnisfcnHctt. ADVERTENTIE. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der stad GOES en ressorte van diendoen té weten Dar, te rekenen van den eersten Februarij aanstaande., is aan gesteld tot Agent van Policie dezer stad en gemeente,'de per soon van DAVID VREEKE; verzoekende mitsdien een ieder die het aangaat, denzei ven in die betrekkingvan gemeld tijd stip af aan te erkennen. Gedaan ten Stadhuize van Goes den i8 Januarii 1834. j v Burgemeester en Wethouders voornoemd, j. H. VERSCHOOR, van Nisse, Vt. Ter ordonnantie van dezelve De Stads-Secretaris L de FOUWc Jz. NIEUWSTIJDINGEN.: - Berlijn, den 12 Januari] Te Halle hebben nieuwjaarsnacht eenige onlusten plaats gehad, waaromtrent de courant van die stad het volgende meldt: „De voorvallen in den nacht van uen 31 December op den x Januarij alhier plaats gehad hebbende, wordennaar wij vernemen buiten 's lands zoo overdreven voor gesteld, dat wij ons genoopt vinden, het publiek buiten onze stad de verzekering te geven, dat de kortstondige, verstoring der openbare rust zich heelt bepaald tot opschuddingen, zoo als in dien nacht meermalen voorvallen. Door de ruwheid van eenige weinigen veroorzaakt, door de onbezonnenheid en ontijdige nieuwsgierigheid der menigte vergrootwerden dezelve een oogen- blik van een ernstigen aard. Dat de militaire magr, welke van het begin tot het einde eene nie: genoeg te prijzen gematigdheid betoondeten laatsteals toespraak en minzame vermaningen niets meer baten wilden, eenigen der rustverstoorders met be bloede koppen heenzondkan niet bevreemdenNiemand heeft er echter het leven bij verloren." 't In eenen bijzonderen brief uit Petersburgvan den; 21 der vorige maand leest men het volgende: De Engelsche hoffelijkheid jegens Rusland schijnt meer bui ten dan binnen 's lands opgemerkt te worden Met gerustheid en vertrouwen vestigen allen het oog op den Keizertegen wiens edele houding ook ditmaal de plannen der vijanden van het rijk schipbreuk zullen lijden. Zoodra eene vreemde zeemagt aan de Engelschen te magtig werd, waren zij er altijd opuit, om mis verstand te doen ontstaan ten einde hun voordeel daaruit te trek- ken. Daar echter de door Rusland gevolgde staatkunde altijd die der eer en der goede trouw is geweestzoo zullen alle voór- wendselen, welke men tegen hetzelve zal willen zoeken, spoe dig in rook verdwijnen, terwijl, van den anderen kanteen staat, zoo als Rusland, bedreigingen beneden zich acht, maar daadzaken op eene wijs beantwoorden kanwaarvan de geschie denis meer dan een voorbeeld oplevert. De Moniteur Egyptien meldt uit Alexandrie van 27 Novemb. „Gisterenis de Heer Tossitzaals konsul van Z. M Koning ötto van Griekenlandvoor de eerste maal door Z. H den On derkoningin een plegtig gehoor ontvangen. Teil zeven ure des morgens had de Onderkoning twee afdeelingen krijgsvolk afge zondenom den konsul te geleiden. De trein stelde zich cèn 8 ure in bewegingen bestond, behalve de genoemde troepen, uit alle de Janitsaren der hier aanwezige konsulsterwijl de kon sul, omringd door alle zijne landgenooten die zich hier bevon den voor Z. H. verscheen om zijne geloofs brieven te over handigen. Mehemed-éli ontving hem op eene uitstekend vrien delijke wijzeen schonk hem een kostbaren pels en een prachtig versierde sabel. Bij zijn vertrek vond de Heer Tossitzaaan de poort van het paleis een heerlijk Arabisch paardmet een rijk vergulden zadelwaarmede Z. H. hem insgelijks begiftigde." Frankfort, den 12 Januarij. Omtrent het terugroepen van het fransche en het britsche eskader uit den Archipelwordt in een bijzonderen brief uit Weenen van den 4 Januaryhet vol gende gemeld: Hoogst vermoedelijk heeft eene stellige verklaring van Rus land, ten aanzien van deszelfs staatkunde omtrent Turkije, aan leiding gegeven tot die terugroeping. Niet minder opregt dan ons kabinet huldigt Rusland het grondbeginsel van behouden welke waarborg zoude genoeg zijnindien men aan de opregt- heid van eene verzekeringwaardoor zulks verklaard wordt, wilde twijfelen? Wat zouden dan zelfs tractaten en bondgenootschap pen van souvereinen wezenindien men in zoodanige verzekering,' welke bovendien in de vriendschappelijke betrekkingen der rus* sische regering met de oostenrijksche eenen waarborg heeft, geert vertrouwen konde stellen Diensvolgens moet dan wel alle be zorgdheid die het russisch-turkseh alliantie verdrag gebaard heeft, verdwijnenen in dit opzigt niets te vreezen zijn. Maar de bin- T-enlandsche betrekkingen van Turkije doener nog altijdaan den ken dat 'het bestaan des turkschèn rijks niet meer van langen duur zal wezen. Nog airijd doen de voortdurende brandstich tingen denken aan het bestaan van eene gevaarlijke zamenzwering in de hoofdstad, terwijl zich alomme misnoegen en gisting open- penbaart. Daarbij is de regering noch bemind noch gevreesd ja, zij is veracht, en zoo kan het verklaard worden, hoe be paaldelijk de van de hoofdstad verwijderde provinciën niet te ver geefs zich beijverenom meer en meer zelfstandigheid te erlan gen, zooals dan ook Albanië, Bosnië, Moldavië en Wallach'ye met rasschë schreden het doel naderenhetwelk Griekenland ei* Servie reeds bereikt hebben, en een veroveringszieke bassa zich tor meester van het halve Turksche Rijk heeft willen maken welke bassa gewis slechts cp een gunstig tijdstip wachtom zijne vero veringen voorr te zettenof ten mins te den schijn van op pergezag, welke de Porte nu nog wil doen gelden, geheel te vernietiger.. Volgens berigten uit Odessa, van 18 December, waren toen met het invallen van den winter, al de russische oorlogsvaartui gen aldaar in de haven gebragt, en zelfs eenige onttakeld; ook onder de troepen was in die streken geene bewegingen men geloofde er aan geene verstoring des vredes. Over den handel tusschen Oostenrijk en Turkye laat zich een onzer dagbladen op de volgende-wijs uit: Reeds voor eenige jaren had zich te Weenen eeee maat schappij gevormd, om op den Donau met stoomboocen eene meer geregelde scheepvaart in te voeren. Aanvankelijk begon men met een enkel schip. Spoedig werd dit onvoldoende men schafte er een tweede aan, en nu is ook dit niet meer genoegzaam om in de behoeften te voorzien. Verouderde vooroordeelen over de onmogelijkheid om den Donau tot aan deszelfs mond af te va-1 rennog meer ook het slecht verstaan belang der Pacha's van Widdin en Orsova, en de zorgeloosheid der Portewaren ech ter beletselen, om de grenzen van Turkye te overschrijden; men moest, namelijk, in Semlin terug blijven. De voordeeleti van eene dergelijke onderneming waren echter aanzienlijkeri nadat men de overtuiging had bekomen datdoor standvastig heid en geld, de natuurlijke moeijeiijkheden te overwinnen wa ren, gelukte het aan de maatschappij, verscheidene aanzienlijke Hongaren in haar belang te winnen. Er werd aan Z, K. H.den aartshertog Pahtijn een plan voorgelegd hetwelk door den- zelven volkomen goedgekeurd en bij Z. M. den Keizer onder steund werd. Hierop werd eene commissie benoemdom den Donau in deszelfs geheele lengte te peilenen verdere maatre gelen tot het welgelukken der ondernemingvast te stellen. Ter zelfder tijd begon men onderhandelingen met de Pörte die, misschien eerder door haren tegenwoordigen staatkundigen toe stand dan uit belangstelling, tot alles toetrad. Vervolgens wer den ingenieurs afgezondenom her plan van den Donau te ont werpen. Dezelve zijn met de zekerheid terug gekeerd, dat alle zwarigheden opgeheven kunnen worden. De grootste zwarig heden doen zich op in de nabijheid van Órsova waar de Dónau tusschen 400 voeten hooge rotsen, met eene vreesselijke snel heid, tusschen eene engte heen vloeit, zich over rotsen werpt, en drie watervallen vormt, welke voor geen schip bevaarbaar zijn. Doch dit is ook het eenige groote bezwaar, en zulks kan te boven gekomen worden, door het graven van een kanaal, waarmede men die vallen vermijdt. Reeds zijn de voorbereidende werkzaamheden daartoe ten uitvoer gebragt, en men berekend, dat de voltooijing van het geheele plan niet veel meer dan 200,000 florijnen zal kosteneene somwelke door de Oostenrijksche regering zal betaald worden. „De rivier op deze wijs overal bevaarbaar gemaakt zijnde, zullen ei drie stoombooten in dienst worden gesteld, welke in Engeland zullen gebouwd worden en die de reizigers en goe deren binnen tien dagen van Weenen naar Konstantinopel zullen oyerbrengen. Men hoopt, dat daarmede reeds in het volgende jaar een' aanvang zal kunnen gemaakt worden. In Boheme heeft in den nacht van den 18 op den 19 De cember eene verschrikkelijke storm gewoed. In de heerlijkheid Reichenberg, zijn meer dart 15,000 hoornen ontworteld. Men wil ook eene aardbeving gevoeld en een onderaarsch geluidnaar dat van den donder gelijkende gehoord hebben' Te Triest heeft den 26 December een dergelijke storm ge-* i'\ ;'-1- v> *T r \>V N&S

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1834 | | pagina 1