de Onderling de betrekkingen te herstellen gelijk dezelve voor de
maand November 183a bestaan hebbenhebben besloten, te dien
einde eene overeenkomst te treffenen hebben tot hunne gevol-
magtigden benoemd, te weten:
Zijne Majesteit den Koning der Nederlanden Groothertog van
Luxemburgjonkheer Salomon Dedelcommandeur der orde van
den Nederlanschen Leeuw
Zijne Majesteit de Koning der Franschen, de heer Charles
Maurice de Talleyrand-P érigordPrins-hertog de Talleyrand
pair van Frankrijkambassadeur extraordinair en minister gevol-
magtigde van gezegde Zijne Majesteit bij Zijne Brittannische Ma
jesteit grootkruis van het Legioen van eerridder der orde van
hei Gulden Vliesgrootkruis der orde van St. Stephanus van Hon
garije, der orde van Sr. Andreasder orde van den Zwarten Ade-
laarenz., enz., enz.;
,En Zijne Majesteit de Koning van het Vereenigd Koningrijk
van Groot-Brittannie en Ierlandden zeer honorabelen Henri Jean
bruggraaf B aimerst onbaron Templepair van Ierland, raad Zij
ner Brittannische Majesteit in zijn'geheimen rade, ridder-groot
kruis van de zeer honorable Bath orde, lid van het parlementen
deszelfs voornaamste Secretaris van Staat, hebbende het depar
tement van Buitenlandsche zaken.
Dewelke na derzelver volmagtenwelke in goeden en veretseh-
ten vorm zijn bevonden, te hebben uitgewisseld, hebben bepaald
en onderteekend de navolgende artikelen
Art. i. Dadelijk na de uitwisseling der ratificatien van de te
genwoordige overeenkomst, zullen Hunne Majesteiten de Koning
der Franschen en de Koning van het Vereenigd Koningrijk van
Groot-Brittannie en Ierland het embargo opheffenhetwelk Hóogst-
dezelven gelegd hebben op de schepenvaarcuigen en koopgoe -
derentoebehoorende aan de onderdanen van Zijne Majesteit den
Koning der Nederlandenen zullen al de aangehouden vaartui
gen met derzelver ladingen dadelijk worden ontslagen en aan der
zelver bijzondere eigenaren terug gegeven.
Gelijkerwij§ zal Z. M. de Koning der Nederlanden de maat
regelen herroepenin Hoogstdeszelfs Statenten opzigte der
Fransche en Engelsche vlag genomen.
Art- 2. Ten zelfden tijde zullen de Nederlandsche militairen,
zoo die, welke tot de Koninklijke zeemagt als die, welke tot
de Koninklijke landmagt behooren, en thans in Frankrijk wor
den terug gehouden, in de Staten van Z. M. den Koning der
Nederlanden vvederkeeren met wapenen bagaadje wagens paar
den en andere voorwerpen, aan de corpsen en aan de bijzondere
personen toebehoorende.
Art. 3, Zoo lang de betrekkingen tusschen Holland en Bel-
gie niet bij een eind verdrag zullen geregeld zijn, verbindt zich
Zijne Nederlandsche majesteit de vijandelijkheden tegen Belgie niet
weder te hervatten, en de Scheldevaart geheel vrij te laten.
Art. 4. Onverwijld na de uitwisseling der ratificatien van de
tegenwoordige overeenkomstzal de vaart op de Maas voor den
handel geopend wordenen tot dat een vast reglement te dien
opzigte zal bepaald zijnzal deze vaart onderworpen zijn aan de
beschikkingen der overeenkomst op den 31 Maart 1831 te Mentz
voor de Rijnvaart geteekend, in zoo verre deze beschikkingen op
gezegde rivier toepasselijk zullen kunnen zijn»
De gemeenschap tusschen de vesting Maastricht en de gren
zen van Noordbrabanden tusschen de gezegde vesting en Düitsch-
land zal vrij en onbelemmerd zijn.
Art» 5. De hooge contracterende partijen verbinden zich,
Zonder verwijl zich te zullen bezig houden met het eindverdrag
hetwelk de betrekkingen tusschen de Staten van Z. M. den Ko
ning der NederlandenGroothertog van Luxemburg en Belgie
mpet vestigen*
Hoogstdezelven zullen de hoven van Oostenrijk. Pruissen en
Rusland uitnoodigen tot hetzelve mede te werken.
Art. 6» De tegenwoordige overeenkomst zal bekrachtigden
de ratificatien zullen uitgewisseld worden te Londen binnen den
tijd van tien dagen of, zoo mogelijkspoediger.
Ten blijke waarvan de wederzijdsche gevolmagtigden dezelve
geteekend en met derzelver wapencachetten bezegeld hebben.
Gedaan te Londen den 21 Meiin het jaar onzes Heeren een
duizend acht honderd drie en dertig.
(get.) (L. so Dedel (ge*0 (l. S.) Talleyrand.
(get.) (LSO Palmerston.
Ophelderend Artikel*
Tusschen de hooge contracterende partijen is overeengekomen
dat de bepaling nopens het geheel ophouden der vijandelijkhe
den, begrepen in het 3 artikel der overeenkomst van heden, te
vens het Groothertogdom Luxemburg, en het voorloopig door
de'Belgische troepen bezette deel van Limburg bevat. Het'is
mede verstaandat de scheldevaart tot a an het sluiten "van het
eindverdrag, vermeld in het gezegde 3 arcikel der overeenkomst
van heden, plaats zal hebben zoodanig, als dezelve bestond voor
den x November 1832.
Het tegenwoordig ophelderend artikel zal dezelfde kracht en
waarde hebben als of hetzelve woordelijk ware ingelascht in de
overeenkomst van heden. Hetzelve zal bekrachtigden de ra
tificatien uitgewisseld worden gelijktijdig met die der gezegde over
eenkomst.
Ten blijke waarvan de wederzijdsche gevolmagtigden hetzelve
hebben geteekend, en met derzelver wapenchachetten bezegeld
hebben.
Gedaan te Londen, den een en twigtigsten Mei yan'het jaar
Onzes Heeren eenduizend acht honderd drie -en dertig.
(get(L. S Dedel. (getJ (L. S.) Talleyrand.
(get.) (L. S.) Palmerston.
Breda, den 3 Junij. Men verzekert dat onze in Frankrijk ge
vangen krijgslieden eerlang met schepen van Duinkerken naar Rot
terdam zullen worden overgevoerd, in welke laatste plaats alreeds,
naar men wiltoebereidselen tot derzelver ontvangst wordt ge
mankt Dezelve hebben, gelijk wij reeds uit het Rijssels blad
le Nord gemeld hebben van de fransche regering be Vel bekomen
zich voor de reis gereed te houden,
Breda, den 4 Junij. Bij besluit van Z. M. van 1 dezer is
ingetrokken en buiten werking gesteld het tweede artikel van hec
koninklijk besluit van den 16 November 1832 volgenshetwelk
alle schepen, varende onder Fransche en Britsche vlaggenuit
zee op het Nederlandsche grondgebied aankomende, moesten
worden afgewezen en niét eérder toegelaten, dan wanneer de
schepenonder Nederlandsche vlag, wederom als te voren de
havens van Engeland en Frankrijk ongehinderd zouden kunnen
aandoen.
Uit Rotterdam wordt van gisteren gemeld: Zoodra het
berigt van hec opheffen van het embargo hier bekend waszijn
dadelijk twee koopvaardijschepen dé Johannakapitein E Berg
man en de Koning der Nederlandenkapitein O. Kievytvan
hier naar Batavia onder zeil gegaan. Het laatstgenoemde schip
heeft gisteren ochtend vroegtijdig de stad verlaten is ten tien
ure te" Helvoetsluis uitgeklaard en volgens rapport der loodsen
des middags ten twaalf ure in zee gekomen.
Gisteren is te Amsterdam de gewone jaarlijksche vergade
ring gehouden van den Raad der Nederlandsche Handelmaat
schappij welke door den President dier Maatschappyden
Staatsraad G Schimmelpenninckmet eene aanspraak is geo
pend. Uit dezelve bleekdat de gunstige uitslag van de hande
lingen der Maatschappij in hec afgeloopen boekjaar, dien van
het vorige jaat aanmerkelijk heeft overtroffen. De winsten, na
melijk, hebben, na aftrek van 1,057,500; aan betaalde inté
ressen de verliezen met 1,97 8,59036! overtroffen van wélk
bedrag 982,897 70§ ter geheele wederaaUvulling van het ka
pitaal, door de 23,500 aandeelen vertegenwoordigdzullen strek
ken terwijl f 995,692 66 aan den Koning zullen worden uit
gekeerd in mindering der betalingendoor Zijne Majesteit in
vorige jaren, ter zake der garantie van de Interessen gedaan.
Verblijdend is het, uit die Aanspraak ook de vorderingen te
vernemen, welke de Nijverheid in Oud-NedeHatidin verband
met den handel op Java^ meer en meer begint te maken. Op
onderscheidene plaatsen in Overijssel is de vervaardiging aange
vangen van bonte katoenen goederenvoor Java geschiktwaar
van maandelijks aanzienlijke partijen worden afgeleverd. Met hec
weven van witte katoenen stoffen of Zoogenaamde calicoes zijn
onderscheidene proeven genomen, welke de höop geven, dat
onze inlandséhe Nijverheid eerlang in staat zal zijn van deze goe
deren alles te vervaardigenwat de Maatschappij voor hare In
dische verzendingen behoeft. Met het spinnen van ruwe katoe
nen heeft men het hiér te lande reeds zoo vei* gebragtvan
daarvan te kunnen leveren tot prijzenbeneden diewelke te
Gent bestonden. Voor de hand geweven goederen wordt te
Haarlem een belangrijk etablissement opgerigchetwelk de ge-
werischte uitkomsten belooft. Te Oldenzaal eindelijk is een
begin gemaakt met het vervaardigen der koffijzakken, welke de
Maatschappij', voor hare behoefte in ïndiëweleer in zulke
aanzienlijke hoeveelheden uit Belgie trok, en waardoor aan de
behoeftige klasse werk en bfood kan verschaft worden. Zoo gaat
de Nederlandsche Handelmaatschappij voort om krachtdadig mede
te werken ten einde ons dierbaar Vaderland, van deszeïfs ge
lukkige ligging, Öevoorregte gesteldheid en belangrijke betrek-
kingenal die voordeelen te doëti genietenwaarvoor het
onder de bescherming eener weldadige en vaderlijke Regering
Vatbaar is."
- De Belgisché koopvaardijschepen Pegasus en Octavie
welke onder witte vlag ter feede van Vlissingen waren gekomen,
hebben de vergunning gekregen, vrij en onverhinderd haar Ant
werpen de plaats hunner bestemmingop te zeilen.
4DFERTENTIEN
A. M. GROEN, op de Groote Markt in de Goude
Leeuwherige zijne Stad-en Landgenooten dat hij heeft ont
vangen een groote partij CHITSEN, en breet, van 25,
30, 35 en 40 cents de 7 palmen, alle vaste kleuren, als ook
effen gebloemde eb gestreeote NÖVERINES alle soorten van
Zomer OMSLAG DOEKEN, en Zomer GOEDEREN voor
Heeren, alle kleuren van DRAP de ZEPHIRCiRCASSIEN-
NES, LAKENS en nog meer andere Artikels te veel om op
te noemenverzoekt ieders gunst en rekommandatie.
Te Goes, bij F. KLEEUWENSStadsdrukker en Boekhandelaar.
g- 1 aj. v. k 1 nu „a