N°. 94.
GOESSCHE
COüRAN T.
jgf GtfH'OT»
fe\ *77 y r -
V^'j\ IaLt, *- <jV
gUrgbag
23. #%<ir8£tttfr*r 1832.
f
BESTUREN EN ADMINISTRATIEN.
PUBLICATIE.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad Goes
en ressorte van dien brengen bij deze ter kennis van een ieder
die het aangaat:
Dat bet kohier der Directe belastingenop de gebouwde en
ongebouwde Eigendommen binnen deze Gemeente voor de drie
laatste maanden dezes jaarsberekend naar de verkregene uitkom
sten van het kadaster, bekleed met alle de formaliteiten bij de
wet gevordert, op heden ter invordering is gesteld, in handen
van den Heer Ontvanger dier Belastingen, binnen deze Stad.
En herinneren voorts de Ingezetenen naar aanleiding van eene
óntvangene Circulaire aanschrijving van Z. E. den Staatsraad,
Gouverneur dezer Provincie van den 20 dezer maand, A. N°.
13057. 4de Afdeeling Provinciaal blad N°. 130) aan hunne
verpligting tot voldoening van hunne aanslagen over gezegde drie
laatste maanden dezes jaarsiedere maand met een derde gedeel
te; en mitsdien om dadelijk op ontvangst der kennisgeving van
hunnen aanslag, den vervallen termijn of de vervallene termij
nen ten kantore van gemeldsn ontvanger te doen aanzuiveren,
ten einde alzoo voortekomen de dwangmiddelen welke de ont
vanger verpligt zoude zijn, bij nalatigheid daarvan tegen hun te
bezigen.
Wordende den belanghebbenden alverder ter kennis gebragt:
dat, overeenkomstig het bepaalde bij Art, 4 der wet van den 2
Januarij dezes jaars (Staatsblad N.° 1het hun vrijstaat om,
gedurende den tijd van zes maandenna invoering van de ka
dastrale kohieren, zich in reclame te voorzien, tegen alle abui
zen welke in de kadastrale operatien mogten worden ontdekt
mits de wettelijke vormen der kadastrale werkzaamheden in
het oog houdendeen welke reclamatien, voor zoo verre daar
omtrent geene nadere bepalingen mogten worden gemaakt, bij
de Plaatselijke Besturen zullen worden ingediend; ten welke ein
de voor deze gemeente ter Stedelijke Secretary een register in
duplo zal worden aangelegd, waarin de reclamatien, met opga
ve van derzelver naam en voornaamkortelyk zullen kunnen
aanteekenen of doen aanteekenenhetgeen door dezelven wordt
verzochtterwijl die reclamatien welke een gevolg zijn van
verkeerde of dubbelde aanslagenaan den Meer Controleur van
de Directe Belastingen binnen deze Stadzullen behooren te
worden ingeleverd; zullende ter Stads Secretarie Extracten te be
komen zijn, uit de aanwijzende tafels en kadastrale leggers, tot
welker afgifte de Heer Burgemeester voorloopig gemagtigd is
en in staat gesteld worden zal.
En opdat niemand hiervan ontwetenheid zoude kunnen voor
wenden, zal deze worden gepubliceerd geaffigeerd en geplaatst
in dezer Stads-Courant.
Gedaan ten Stadhuize van Goes den 22 November 1832.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. H. VERSCHOOR, van. NisseVt
Ter ordonnantie van dezelve,
De Stads-Secretaris
L. de FOUW, Jz.
NIEUWSTIJDINGEN.
DU IT SC HL AND.
Franrfort den 17 November. Uit Bonn schrijft men
onder dagteekening van den 14 dezer, dat in de Pruissische Rijn
provinciën eene gedurige beweging van troepen plaats had; da
gelijks trekken eenige korpsen naar de Belgische grenzen en
wordt er steeds nog nieuwe inkwartiering aangezegd De ka-
vallerie aldaar in bezetting, was reeds vertrokken, de landweer
hield zi'ch marschvaardig. Pruissen verecnigt aldaar een leger
dat moeijelijk zijns gelijken zal Vindenen den strijd met eiken
vijand kan ondernemen. Binnen acht dagen zal er in de om-
srrekeh van Keulen eene groote revue worden gehouden.
Hamburg, den 16 November Bijzondere brieven uit Berlijn
vandèn 13 melden, dat het opperbevel over de aan de nederland-
sche grenzen zamentrekkende troepen zal gevoerd worden door
den generaal hertog Karei v. Meckelenbergverscheidene staf
officieren waren reeds naar A ken en Cleef vertrokken. Men meen
de, dat het bezetten van Verilo door de Pruissen de eerste mi
litaire operatie zoude wezen, bijaldien het noodigmogt worden
de heldhafiige pogingen van Holland te ondersteunen, en, ver
mits elke aanranding van het aan Holland toegewezene gebied als
eene vrede breuk moest worden aangezien, oordeelde* nieji, dat
de-hollandsche zaken nog geenzins bedenkelijk stonden.
Voorts wordt in deze brieven gezegd dat van de marschvaardig
gehoudene armee corpsen in de Rijn-provincien en Westphklen
vooreerst slechts drié brigaden infanterie en eene brigaden kaval-
lcrie ih beweging worden gebragt. Deze troepen, te zamen
15000 man uitmakende, moester! karitónneroenten om Goch
Stralen, Bruggen, Akèh eriz. betrekkenTe Berlijn wareri
velen van meening, dat dé toerustingen vooreerst slechts als zeer
gematigde demonstratièn tot het behoud des vredfeste beschou
wen waren. Men hield zich ihtiisschén op alles voorbereid,
FRANKRIJ K.
Parijs, den 15 November.. Gisteren wilde men, dat de Hol
landsche zaakgelastigde, de heer Fabriiiusnaar 's Graverihage
zou vertrekkenen daarentegen 0'0'k de Fransche zaakgelastigde
uit 'sGravenhage terug ontboden zou zijn. Heden heeft mén
deswegens niets naders vernomen
Het gouvernement schijnt ten aanzien der bedoelingen van Pruis
sen niet gerust té zijnen er wordt mitsdien met ijver gewerkt
aan het observatie-leger van de noord oostelijke-grenzen van hét
rijk, hetwelk in drie korpsen aan den Rijn, aan de Moezel en
aan de Maas zal worden geplaatst, en waarover voorloopig het
opperbevel is opgedragen aan den luitenant generaal Pelethet
schijnt echter dat deze daarin door den maarschalk Molltor zal
worden opgevolgd.
Gisteren hebben de ministers de Broglie en Soult conferChriert
met de Pruisissche en Russische gezanten gehad. Laatstgenoem
de schijnt nog meer dan de heer de Broglie de vrees te koesteren
dat Pruissen onze Belgische expeditie moeijelijkheden in den weg
zal legden.
Op alle de maritime werven van Frankrijk wordt thans ijverig
gewerkt aan de uitrusting van oorlogschepen; men wil dat het
getal dier schepen, welke tégen het einde des jaars zee moeten
kunnen kiezen, zal gebragt whrden op 70, waaronder ai linie
schepen27 fregatten5 korvetten en 5 stoomschepen.
Parijs den ïj November. Het artikel van de Pruissische
StaatS'Courant heefc hier beduchtheid wegens het uitbreken van
eenen algemeenen oorlog doen ontstaan. De ministeriële bladen
zoeken die vrees weg te redeneren, en zeggen: dat het bedoel
de artikel niets niéuws bevat; dat men wist, dar Pruissen de
dwangmaatregelen tegen Nederland niet goedkeurd; dat het er
zich echter niet tegen verzetten zaldat het legerdat in de
Rijnprovinciën zamentrekt. slechts een observatieleger is; dat
Frankrijk en Engeland de Belgische zaak beslist willen hebben,
en Nederland, zoo bet moet, met de wapenen zullen toonen,
dat het traktaat van den 15 November 1831 ernst is.
De gezanten van Rusland en Pruissen hebben inmiddels drukke
conferentien met onzen minister van buitenlandsche zakenen ve
len vermoeden dat het daarin verhandelde niet geheel met de aan
voeringen der ministeriële bladen strookt» maar dat genoemde
Mogendheden een' hoogen toon tegen de gewapende tusschen-
komst in de Belgische zaken voeren,
.De Britsche minister Londsdowne is nog ajhier, en heeft al
mede veelvuldige conferentien met onze en vreemde staatslieden.
De hertogin van Berr ij was den 14 dezer nog niet te Blaye
aangekomen. Het hof van Poitiers heeft op nieuw de zaak der
opstandelingen in de westelijke departementenwaarin de herto
gin van Berrij zoude betrokken zijn, aan zich getrokken, en
gelast dat de papieren die te Nantes zijn gevonden, aan hetzel
ve zouden worden overgegeven.
Parijs, den 18 November. Volgens bijzóndere berigten van
Londen ontvangenzoude de heer dé Talleyrand ook nog in de
laatste dagen eenige conferentien met dé pruissische en nederland
gezanten hebben gehad. Men vermoedt daaruit dat li'óg niet alle
hoop óp schikking verloren Wórdt gegeven.
De heeren Ckateauhrïantea Bef rij erhebben zich, zoodra
zij te Geneve de tijding ontvingendat de hertogin van Berrij
in hechtenis was genomennaaV hiér op reis begevén. Daar
enboven heeft de heer dc Chateaubriand zich dadelijk in eenen
brief aan dé hertogin gerig'ten ih de meeste dagbladen opge
nomenaangebodenom haar alV verdediger bij te staan,
- Het gouvernement heeft heden het officieel berigt ontvan
gen dat dé hertogin van Berrij den 15 dezer, des avonds ten7
ure te Blaije is aangekomen. De heeren Berry er en Chateau-
briand bevinden zich reeds alhier. Behalve onderscheiden min
der bekende personenhebben ook de heeren Hyde de Neuvil-
lee n Pardessus de hertogin verzocht, haar als raadslieden temo
gen dienen; de. koningsgezin de dagbladen deelen meest alle deze
brieven mede en geven hoog op van de achting die eene derge
lijke opoffering verdient.
Ofschoon de hoofdstad tot heden toe een zeer rustig aan
zien heefc, schijnt het bestuur echter voor eenige wanorde bij
ié?~ i
VJ»..-1 ft«
-*
'"';r.\ .ynT