85.
GO E S S C HE
cou ifrt
i$laAttbA0
22 October 1832,
IV'
ri&
-y.
3 rr.a.
5:
i.-*-
x
BESTUREN EN ADMINISTRATIEN.
Vervolg van het Reglement op het Begraven
zie ons vorig nommerdj
Art. 6o. Van lijken welke op bijzondere Kerkelijke begraaf
plaatsen in de Gemeente van het overlijden begraven worden
zal dan alleen ten behoeve der Plaatselijke kas eenig begraafnis-
regt gevorderd kunnen wordenwanneer zoodanige begraafplaats
na de daarstelling der algemeene Burgerlijke begraafplaats voor
de Gemeente zal zijn aangelegd.
NEGENDE AF DEELING.
Over het koopen en huren van graven.
Art. 6i. Aan de Ingezetenen zal worden vrijgelatenom
voor zoo verre de toestand van het terrein zulks gedoogdop
de algemeene begraafplaatsen, het zij voor zich, het zij in ge
meenschap met anderen een afzonderlijk graf te koopenvoor de
sommen welke bij de plaatselijke tarieven bepaald zullen
en geregeld zullen worden naar het getal lijken van volwassenen,
voor welke de grafruimte verlangd wordt; zullende bij die be
paling worden acht gegeven op de meerdere of mindere opper
vlakte grondswelkenaar gelang van den toestand der grond
lagen, tot begraving van een bepaald getal lijken benoodigd kan
zijn.
Art. 62. Gedurende zes maanden na de publicatie van dit Re
glement en voor zoo ver te dezen opzigte nog geene schikkin
gen tusschen de Plaatselijke Besturen en Eigenaren van graven
zijn gemaakt, zal aan de Eigenaren van gemetselde graven in
de Kerken of op de kerkhovenwelk niet meer kunnen worden
gebruikt, de vrijheid worden toegekend om zich te verklaren,
of zij al dan niet een-gedeelte gronds op de nieuw aangelegde
begraafplaats tot een eigen graf begeerenen zal aan ieder hunner
Zoo veel mogelijkeen zoodanig gedeelte gronds gratis worden
afgestaanals naar gelang van het terrein zal blijken noodig te
wezentot daarstelling van een aarden of van een gemetseld graf,
van dezelfde ruimte, als zij door de nieuwe, orde van zaken ver
liezen: de zoodanige die grootere grafruimte begeeren dan ver-
eischt wordt voor het getal lijkenvoor welke zij vroeger de
noodige grafruimte bezatenzullen zoodanig gedeelte der koop
som moeten betalen als volgens het Plaatselijk tarief zal verschul
digd zijn voor ieder lijkhetwelk het getal zal blijken te bö
ven te gaan voor hetwelk de vroegere grafruimte geschikt was.
Art. 63. Voor zooverre bij de Plaatselijke Verordeningen geene
bepalingen omtrent het regt der Erfgenamen van graven zullen
zijn gemaakt, zal aan de personenwelke bij het uitvaardigen van
dit Reglement als Eigenaars der graven bekend zijnen ook aan
de zoodanige, die op de nieuwe begraafplaatsen zullen hebben
gekocht, of dezelve in vervanging van die welke zij in de Ker
ken of op verlatene begraafplaatsen hadden zullen hebben ver
kregen, het regt worden toegekend, om, onder betaling van
het gewone begrafenis-regt en de loonen bij het tarief bepaald
daarin na hunnen dood begraven te wordenen om daarin ge
durende hun leven te laten begraven de lijken hunner Bloedden
Aanverwanten in de regte opgaande en nedergaande lijn.
Art. 64. Na het overlijden van den oorspronglijken Eigenaar,
Zullen deszelfs Erfgenamen bevoegd zijn het graf te doen over- j
boeken ten name van eenen of meer hunner of van allen te at- i
men mits voor ieder hoofd waarop het graf wordt gesteld be
talende de regtenwelke voor zoodanige overboeking bij de Plaat
selijke tarieven zullen worden vastgesteld.
Art. 65. De overboeking van het regt van eigendom van een
gekocht graf, zal moeten geschieden binnen den tijd van drie ja
ren na het overlijden des Éigenaars: na verloop van dezen tijd
zal geen lijk door de. Erfgenamen der Eigenaars in zoodanig graf
begraven kunnen worden, dan na vooraf gedane overboeking,
voor welke alsdan het dubbeld zal werden gevorderd van de som
bij de tarieven voor overboeking bepaald.
Art. 66. Wanneer in een gekocht graf gedurende den tijd van
twintig jaren geen lijk is begravenen gedurende dien zelfden
tijd geene overboeking van den eigendom van zoodanig graf heeft
plaats gehad, zal aan de laatst bekende Eigenaren of hunne Erf
genamen worden aangezegd, of dezelve, voor zoo verre zij niet
bekend zijnbij advertentie in de nieuwspapieren worden opge
roepen, om binnen drie maanden van hun regt bij de Adminis
tratie over de begraafplaats te doen blijken-
Op vertóón van voldoende bewijzenzullen de Eigenaars bij
vernieuwing of bij overboeking worden ingeschreven, in welk
geval de laatst bekende Eigenaars geenerlei regt of loonen zullen
behoeven te betalenmaar indien de eigendom van hec graf op
derzei ver Erfgenamen is overgegaan, zal van deze het drievoud
van de som voor overboeking bij de tarieven bepaald worden
gevorderd, ten ware sedert het overlijden van den laatst beken
den Eigenaar nog-geene drie jaren mogten zijn verloopen, id
welk geval de overboeking tegen betaling van het gewone regt
zal worden bewerkstelligd..
Bij gebreke van de vernieuwde inschrijving of overboeking van
eigendom bij dit artikel omschrevenzal het graf aan de Ad
ministratie der begraafplaats- vervallen.
(^Hei vervólg in een volgend nommerd)
P U VL I C,ATI E.
BURGEMEESTER eh WETHOUDERS der Stad Goes
en ressorte van dienbrengen bij deze ter kennisse van derzelven
Ingezetenen
Dat de Commissie tot de (Economische Spijsnitdeeling binnen
deze Stad(bestaande uit de Heeren W. HeckingPresident,
i'. A. Hoshartvice PresidentMr. M. P. filaauheen J. de
LeeuwJ. de JonghP Vervs*ms\ Nz.J. Piepers/PI
van KerkwijkC. Oversluijs en H. C. PilaarSecretarishare
weldadige werkzaamheden weder zullende hervattentot dat
einde aan de huizen der Ingezetenen Biljetten zullen worden rond-
gebragt en weder Opgehaaldop welke de inschrijvingen tot in
standhouding van deze aller nuttigste inrigting zullen worden
verzocht.
De heilzame uitwerkselen van deze instelling welke voorna-;
mei ijk door de ruime deelneming en ondersteuning der Ingeze
tenen opgerigten gedurende zestien jaren staande gehouden
is, zijn te algemeen bekend en door de ondervinding bekrach
tigd dan dat het noodig zal zijnom bij deze op nieuw door
drangredenen de mededeelzaamheid der Ingezetenen optewekken,
en zal voorzeker deze inrigting thans meer dan ooit, als nood
zakelijk beschouwd wordenom onder den Goddelijken Zegen
den gelukkig behouden staat van gezondheid in deze Stad te be
waren, en medetewerkea ter afwending vatï de ook in ons Va
derland heerscliende ziekte Waaróm Burgemeester en Wethou
ders dan ook vertrouwen dat deze kennisgeving genoegzaam zal
zijnom ruime inschrijvingen te doen plaats hebbenen daar
door de Commissie andermaal in staat te stellenom een aantal
behoeftige huisgezinnen van gezonde en voedzame spijze te voor
zien en voor gebrek te beveiligenmitsgaders om daardoor ook
de bestaande maatregelen ter voortdurende wering der Bedelarij
te helpen handhaven. 1
En opdat deze algemeen bekend wordezal daarvan publica-,
tieaffixie en insertie in de Stads-Courantl geschieden.
Gedaan ten Stadhuize van Goes, den 20 October 183a.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. H. VERSCHOOR, van NisseVt.
Ter ordonnantie van dezelve.
De Stads-Secretaris,
L deFOUW, Jz.
NIEUWSTIJDINGEN.
DUÏTSCHLAND.
Fra^kpöHtden 15 October. Een reiziger meldt het vol
gende van de Öosteurijksche grenzenDe navolgende daadza
ken kunnen misschien eene bijdrage leveren ter oplossing van het
raadsel der altijd nog onnaspeurlijke cholera. Te Znaimin
Moravië, eene stad van ongeveer 8000 ingezetenen, welke op
eene aanmerkelijke noógte ligt, en waar ik telkens, zoo dikwijls
ik er doorreisde, wind en een' sterken luchtstroom ontwaarde,
brak in den nacht van den 9 op den 10 Augustus, de cholera
met eene hevigheid uit, zoo als die schiep nergens elders hec
geval was Er werden in dien nacht op eens over de 400 men-
schen ziek, en er stierven er in de drie volgende dagen, daar
de verspreiding steeds voortgingomtrent 400. Bijna drie we
ken lang heerschte de ziekte en sleepte over de 700 slagtoffere
weg. In het begin der maand September hield zij plotseling na
een zwaar onweder óp. Den dag, vóór dat zij uitbrak, was
het drukkend heet. Een bleeker in de nabijheid van Znaim be
weert, in den morgen van den 10 Augustus op zijn lijnwaad
eene roodachtig gele, okerachtige zelfstandigheid bespeurd te
hebbenwelke er door geen wasschen uit te krijgen was. Het
gejammer te Znaimgedurende dezen verschrikkeiijken tijdkan
men zich verbeelden Geneesheeren geestelijken kortom al
len die met de zieken in aanraking kwamenwaren gestorven.
De post was uitgestorven en men reed verscheidene dagen om
de verpeste stad heen. In het graafschap Glatz vernielden (ge
lijk men ook in Engeland op verscheidene plaatsen waargenomen
heeft,) toen de cholera op het hevigste woedde, de kraaijen
derzelver nesten en vlogen schreeuwende weg; ook de zwalu-
•""5 V