N°. 83. GOESSGHE C O tfR A f i \t rJs). v--i^ 15 1832. BESTUREN EN ADMINISTRATIEN. (iVervolg van het Reglement op het Begraven zie ons vorig nommer.j Are. 44. De Opzigters der begraafplaatsen zullen zich te hun nen kosten moeten voorzien van de gereedschappenvoor het openen en digten der gravenvoor het nederlaten van de lijken in de gravenen voor het wegnemen en leggen der gratsteenen benoodigdvoor zoo ver die niet door de Administratie» der be graafplaatsen zullen zijn verstrekt, en ook verantwoordelijk kun nen worden gesteld voor de berging en bewaring van lijkkleeden en lijkbaren. Art. 45. De Opzigters zullen verpligt zijn eene goede orde op de begraafplaatsen te doen in acht nementegen alle onge regeldheden te wakenen bij het bestaan of het ontdekken van dezelve, daarvan dadelijk aan de Burgemeesters kennis te geven. Art. 46. De Opzigters zullen naauwkeurig moeten zorgendat geene lijken noch overblijfselen van doodkistennoch aarde van de begraafplaatsen door iemand, wie hij ook wezen moge, van de begraafplaats waarover zij het opziet hebben worden verwij derd; zy zullen van alle pogingen tot berooving der begraafplaat sen dadèlyk aan de Burgemeesters moeten kennis geven. Art. 47. Buiten den Opzigter en diens bedienden zal niemand eenig graf mogen openen of vullen. Art 48. De Opzigters zullen aan de Burgemeester of hunne Plaatsbekleeders ten alle tijde inzage moeten geven van de re gisters der begravenen en van de roosters begraafplaatsenwaar van zij houders zijnen steeds aan dezelve den toegang tot de begraafplaatsen moeten gevenzij zullen de orders van de Bur gemeesters of van hunne Plaatsbekleeders, ten opzigte van het openen der graven en het begraven van lijken, dadelijk ten uitvoer moeten brengen, Art. 49. De Opzigters zullen verantwoordelijk zijn voor het naauwkeurig toezigt over de nakoming der voorschriften in dit Reglement begrepenvoor zoo verre die op hen van toepassing zijn, en zullen zich wijders moeten gedragen aan de nadere be palingen welkein overeenstemming met hetzelveten aanzien Van het begraven der lijken, bij de Plaatselijke Verordeningen en bij de bijzondere InStructien op hunne bediening zouden mo gen worden gemaakt, of Wèl door de Hoogere Autoriteit zou den mogen worden voorgeschreven. Art. 50. Tot bezoldiging der opzigters van de begraafplaatsen voor al de werkzaamheden en bemoeijingen waarmede zrj zullen belast zijn, en ter vergoeding van de kosten, welke zij voorde belooningen hunner., bedienden "en Werklieden, en voor den aan koop 'en het onderhoud hunner gereedschappen moeten besteden, izal dan dezelve kunnen Worden toegelegd Voor eersteene vasté jaarwedde Uit de zuivere opbrengst der begrafenis-regten, en Ten Tweedeeen loon voor de begravinghetwelk boven de begrafenis-regten voor1 ieder lijk zal moeten worden betaald. Art, -51. Bij aldien de toestand der Plaatselijke of Kerkelijke kas sen mogt gedogen dat de vaste jaarwedde der opzigters en de kosten 'van het maken der graven uit dezelve bekostigd wierden zal op deze Wijzein de belooning dier beambten kunnen worden vóórzien, Art. 52. Voor zoo ver de Plaatselijke omstandighedenten aanzien van de inrigting van het toezigt over de begraafplaats en Hét daarmede belaste personeelandere bepalingen dan die welke in déze afdëeiing begrepen zijn noodig mogten doen achtenwordt aan de Plaatselijke Besturen vrijgelatendienaangaande bij de Plaat- sélijKe Reglementen andere voorschriften vast te stellen. A C HTSTE AFDEELIN G. Van de begrafenis-regten en loonen. Art. 53, De begravenis regten en de loonen van de Opzigters dér algemeéne Burgerlijke begraafplaatsen zullen worden geregeld bij taïievénwelkedoor'tusschenkomst van de Gedeputeerde Sta ten der Provincie, aan de goedkeuring van Z. M. den Koning onderWorpert zullen worden. f Art. 54. De bestaande bepalingen omtrent de begrafenis-regten én Opzigters- ofcioodgra vers-loonen op de a] gem eene begraaf plaatsen bij art. a a 20 bedoeld, en op de bijzóndere Ker kelijke begraafplaatsen, zullen bij voortduring in stand blijven doch zoo spoedig mogelijk herzien en na overleg inet de Plaat selijke Besturen worden vastgestelden aan Zr. Ms. goedkeuring onderworpen. (Jrlet vervolg in een volgend rnnmer PUB L i C A T I E. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad Goes. Gezien hebbende eene circulaire van Zijne Excellentie dert Heere Scaatsraad Gouverneur van de Provincie Zeelandvan den 10 dezerA N.° 11380ie. Afd Q.Provinciaal Blad NA 119.) Brengen bij deze ter kennis van een ieder dien zulks zoude mogen aangaandat het Zijne Majesteitbij HoogstdesZelfs Be sluit van den 3 October 1832, N.° 3heeft behaagd, aan de Leden van den Eersten Ban der Schutterijwelke bij de 1ig- ting van het loopende jaar opgeroepen en reeds bij de Mobiele Schutterij ingelijfd zijn, en wier korpsen Zich bevinden in Ves tingen in staat van beleg of Kantonnementen betrokken heb-, benen dus verkeeren in de termen' van art. 8 van Zijner M 4 jesceits Besluit van den 29 November 1830, Staatsblad N.° '85^ toetestaan om als nogbinnen twee maandenzich in gemelde dienstovereenkomstig de bestaande verordeningen te doen ver* vangen. En op dat niemand hiervan onwetenheid zoude kunnen voor wenden zal deze worden gepubliceerdaangeplakt en geplaatst in dezer Stads-Courant, Gedaan ten Stadhuize van Goes, den 13 October 1832. Burgemeester en Wethouders voornoemd, J. H. VERSCHOOR van NisseVc. Ter ordonnantie van dezelven, De Stads-Secretaris', L. de FOUW, Jz. PUBLICATIE. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad Goes en ressorte van diendoen te weten Dat de Heer Willem Albert de Laat de Kanteirdoor het Stedelijk Kies-Collegiein plaats van den Heer Anthonius Ja cobus Eltzmanals zoodanig op zijn Ed, daartoe gedaan ver zoek honorabel ontslagentot Lid van den Raad dezer Stad be noemd zijndedie benoeming heeft aanvaarden door welge- melden Burgemeester op hedenin eene algenieene vergadering van den Raad, is beëedfgd en geïnstalleerd; mitsdien gelastende om welgemelden Heer als zoodanig te erkennen. En zal deze worden geaffigeerd en geplaatst in dezer Stads-Courant. Gedaan ten Stadhuize van Goes den 13 October 183$. Burgemeester en Wethouders voornoemd J. H. VERSCHOOR van NisseVt. Mij bekend Stads Secretaris, L. de FOUW, Jz. ADVERTENTIE. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad Goes en ressorte van dien; doen te weten: Dat op heden provisioneel benoemd, beëedigd en in functie gesteld is als Agent van Politie dezer Stadde persoon van Ka- rel Mulderen zulks in plaats van Izaac Hout op uit die betrek king eervol ontslagen. Weshalven een ieder die het aangaatwöfdt vermaand én ge last, denzelven als zoodanig te erkennen. Gedaan ten Stadhuize van Goes den 13 October 183a. Burgemeester en Wethouders voornoemd, 'J. H. VERSCHOOR van Nisse Vt. Ter ordonnantie van dezelven De Stads-Secretaris, L de FOUWJz. (II) PUBLIEKE BESTEDING. Op Zaturdag den 20 Octdber f832, des middags'te twaalf uren, zullen Burgemeester en Wethouders der Stad Goes, ten Stadhuize aldaar, ptiblidk en aan de minst aannemende trachten aantebesteden Eenige winter voorzieningenbestaande in KRAM- en RIJS WERK aan de Buitenhaven voor het Goessche - Saswaar van lokale aanwijzing zal gedaan worden door den Stads-Fa- briekop Donderdag den 18 te voren des morgens om acht uren zullende het Bestek en de voorwaarden dezer aanbeste ding van Dingsdag te voren tot den dag der besteding ter Stads- Griffie ter lezing liggen. Goes den 13 October 1832. Burgemeester en Wethouders voornoemd II. VERSCHOOR van NisseVt. Ter ordonnantie van dezelven De Stads Secreraris, L. de FOUW, Jz. r;., v. - -

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1832 | | pagina 1