GOESSCHE
COURAN T.
JV°. 56.
Sf- <«*1 ff'.'
"i
13 Xulv 1832,
BESTUREN EN ADMINISTRATIEN.
ADVERTENTIE.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der stad Goes
verwittigen bij deze t
Dat de gewone JAARMARKT, binnen dezelve Stad, zal
beginnen den 18 Augustus, eerstkomende en eindigen den i Sep
tember daaraanvolgende.
Dat op dezelve geene KwakzalversHoroscooptrekkers en der
gelijke toegelaten en'alle Draaiborden, Dobbelspelen, Rijfelaars
en Bedelaars geweerd zullen worden.
Dat de aanvragen om plaatsen vragtvrïj zullén fnoèten geschie
de aan de Marktmeesters C. Zifters en IC van de Volkereaan
welken een iederalvorens te kunnen worden toegelaten deszelfs
Patent zal moeten vertoonen.
Gedaan te Goes den go Junij 1832.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. H. VERSCHOOR van Nis se, Vt.
Ter ordonnantie van dezelve,
De "Stads-Secretaris
L. de FOUW, Jz.
NIE UIVS TIJD ING EN.
DU IT SC HL AND.
Frankfort, den 6 Julij* Den 30 Junij en den 1 dezer heb
ben te Manheim onlusten plaats gehad ter zake van het in ar
rest houden van zekeren Strohmeij'erwelke uit hoofde van zijn
oproerig geschrijf geregtelijk vervolgd werd. Den eersten dag
hebben de troepenwelke ter handhaving van de orde in 't ge
weer geroepen waren het graauw uiteengedreven zonder van hun
ne wapenen gebruik te makendoch den volgenden dagtoen de
zamengerotte menigte van hare zijde geweld gepleegd en zich te
weer stelde, is de infanterie met de bajonet en de ruiterij met den
sabel op dezelve aangevallenen is alzoo de orde met geweld her-
ÖLfc-lvl J 13 1
een groot aantal in verzekerde bewaring genomen.
öp nieuw een oploop voor het raadhuis en dé gevangenis geweest
doch het schijntdat de sterke patrouilleswelke in tijds waren
uitgezonden, in staat zijn geweest, om grootere buitensporighe
den te beletten.
De pausselijke bulle, waarbij de italiaansche opstandelin
gen in den banvloek gedaan wordenheeft groote ontevredenheid
gebaard in den onrustige provinciën van den Kerkelijken-Staat
„De liberalen (dus schrijft men uit Anconaj storen zich niet aan
de bulleen spotten met dezelvede pausselijken ergeren zioh
over dezelveen alzoo heeft zij geenzins het gevolghetwelk
het roomsche hof zich daarvan schijnt te hebben voorgesteld;
de bulle toont aan, hoe zeer Z. H. door zijne ministers bedro
gen is. Ook in Bologna heeft de maatregel veel verbolgenheid
veroorzaakt, men schrijft van daar onder andere het volgende:
Het roomsche hof zal uit de aanwending van deze geestelijke
wapenen gewisselijk geen nut 'trekken bij eenen wereldlijken
storm desniettemin is de ban-vloek een vreesselijk wapen in de
zuidelijke provinciënalwaar het gemeen zich tot plunderen en
moord geregtigd zal rekenenom de kerk te wreken. Zooda
nig is de toestand der pausselijke onderdanen."
In een geacht duitsch blad leest men het volgendegedag-
teekend uit Petersburg. 20 Junij:
De parijsche onlusten van den 5den en 6den worden hier
als de voorboden van eenen grooten schok beschouwddien
Frankrijk weldra kan hebben door te staanen die de uitroeping
van het gemeenebest ten gevolge zoude kunnen hebben. Op
dien grond zijn zoo wel aan alle onze buitenlandsche gezantschap
pen, als aan de verschillende krijgsbevelhebbers voorschifcen en
bevelen afgezonden. Onze gezanten zouden in last hebbenom
bij de hoven, waarbij zij zich bevinden, van de gevaren te spre
ken, waardoor Europa andermaal van den kant van Frankrijk be
dreigd wordt, en die het thans reeds noodig maken, op maat
regelen van beveiliging te deqkenopdat men niet door de ge
beurtenissen overvallen worde, en men op alles voorbereid zij.
Zelfs zoude aan ons gezantschap te Parijs opgedragen zijn, om
zich met het fransch ministerie te verstaan, en aan hetzelve meer
vertrouwen jegens de andere mogendheden in te boezemen, op
dat het zich minder met de buitenlandschedan met de inwen
dige aangelegenheden, bemoeije, en zoo doende Frankrijk nog voor
de gruwelen eener nieuwe omwenteling behoede, die niet min-
der bloedig dan die van'1793, en nog van bedenkelijker gevol
gen zoude kunnen zijn. Men ,wenscht hier werkelijk, dat het
aan Koning Bodewijk Philips geïukke, zijnen troon te bevesti
gen en de telkens op nieuw het hoofd opstekende partijen in teu
gel te houden; want men schijnt in te zien dat de val van dien
vorst geheel Europa aan de vreesselijkste beroeringeri ten prooi
zoude geven. Men vreest intusschen, en wel niet ten onregte,
at de gemoederen in Frankrijk te zeer opgewonden zijn, en
/ifne c genoeg bezit, om den storm te bezweren,
en de hulk van Staat voor geheel en ondergang te redden. Z<5<5«
verzekert menwordt de toestand van. Frankrijk door graaf Pozzo
beoordeeld, en naar zijn gevoelen is de grootste voor-
zigtigheid noodig, .om niet door 'de gèbérirtenisseri overmand te
worden. Ons leger betrekt ook andere standplaatsénen wordt
erwyze ingerigc, dat het spoedig en zonder veel moeite zich
naar alle ngtingen heen bewegen kan.
„Ieder bewondert hier de stoutheid van de ondernemingen
der hertogin van Berryofschoon men zich niet ontveinstdat
het tijdstip der uitvoering verkeerd berekend was. De hertogin
moet daags vopr haar vertrek Vari Massa, aan den Keizer ge
schreven hebben, om dezen met haar voornemen bekend te ma-
en. Zij moet in dezen brief met zoo veel vertrouwen van het wei-
gelukken harer ontwerpen spreken dat men wel tot het vermoe-
en komen moest, dat zij door de groote meerderheid der be
woners van het zuiden van Frankrijk geroepen was. Deze zou
den haar waarschijnlijk ook toegevallen zijn, indien de indruk
harer verschijning niet dadelijk, door.de van regeringswege daar
tegen genomen maatregelenkrachteloos was gemaakt. Van hier
heeft zy geenerlei ondersteuning ontvangen.
i!"1? eersce berigten der parijssche onlusten te Petersburg
werkelijk dien indruk gemaakt hebben, van welken in het bot
venscaande bengc gewag wordt gemaakt, schijnt het aan den an-
eren kant. dat de tijdingen nopens het dempen van den opstand,
te Weenen (alwaar men in den beginne door de parijssche ge-
eurtenissen insgelijks zeer getroffen was) een groote gerustheid
heeft gegeven; immers een geacht duitsch blad behelst het vol
gende uit Weenen van het laatst der maand Junij.
j, en gevolge der jongste voorvallen in Parijs begint men thans
vercrpiiwen te krneren in de voortduring des vredeseen vertrou-
werf aan t wankelen gebragt is. xjienyv%v.~ uv
nomene maatregelen van voorzigtigheid meer of min onnoodig
te schijnenen in de daad spreekt men reeds van het uit elkander
leggen van de aan de italiaansche en tyrolsche grenzen verzamelde
krijgsbendenen men verhaalt verder, dat de manschappenwel
ke tot derzelver versterking Waren afgezonden en welke reeds op
marsch waren, bevel hebben bekofneh, om te blijven, alwaar
zij zich bevinden. Is het waar gelijk men verhaaltdat Oos
tenrijk aan verscheidene duitsche regeringen zijne bereidwilligheid
te kennen heeft gegevenomöttaer aannemelijke voorwaarden
voor zijne duitsche provinciën, een verdrag, waarbij de handel
en nijverheid wederkeerig bevorderd Werd, met dezelve te slui
ten, dan zou daardoor» uithoofde van de daaruit voorspruitende
voordeelen, gewis een voorname grond van de tegenwoordige
ontevredenheidwelke zeker veel deel heeft aan de gisting der
gemoederenvan zelf wegvallen. Men spreekt ten slotte ook
nog van het weder opvatten van hec ten deele reeds uitgevoer
de, doch sedert de revolutie van Julij opgeschorst geblevene
plan, om de 5 pc. staats-effecten door leeningen tegen eenen miri-
deren interest te amortiseeren. Men Zegt, dat daarover onder-'
handelingen zijn aangeknoopt met vóórname bankiershuizen, maar
dat de uitslag derzelve verschoven is tör den tijd, waarop her
behoud des algemeenen vredes zekere waarborgen zal hebben
erlangd."
ENGEL A N D.
Londen den 6 Julij. De Courrier behelst heden het volgend
artikel
Gisteren is de Conferentie vergaderd geweest en heeft lórd
Palmerston aan de vergadering het belangrijk aritwoord van deri
Koning der Nederlanden overgelegdwaarop eene larige beraad
slaging gevolgd is, zonder dat er iets stelligs is beslist omtrënc
den wegdien de conferentie zal inslaan. Heden moet de con
ferentie wederom bijeenkomen en dewijl in dien russchentijd de
belgische buitengewone gezant waarschijnlijk lord Palmerston zal
gesproken en hem met de bedoelingen van zijrieri Souverein be
kend gemaakt zal hebben, zal de Conferentie in staat wezen,
zonder verder uitstel tot een besluit oVër te gaari. Wij ver
wachten evenwél niet, dat er iets beslissends zal plaats hebben.
De Belgen schijnen de eenige partij te; zijn, die een uitstel wil
len vermijden.
„Het antwoord van de koning der Nederlanden is lang en wel
gesteld. Zijne Majesteit herhaalt alle zijne vroeger aangevoerde
redenen om aan te tóonen, dat hij geene aanleiding tot de schei-
y--
fef'