Hij gaat het gedrag na van al de Ëuropische Staten sedert Julij 1830, en hij toont aan, dat men allervvegeheeft toegelaten, dat de groote Mogendheden het regt van tusschenkomst bezig den, ten aanzien van bezittingen, welke de verdragen van 1815 aan dezelve hadden gewaarborgdja dat regt waren te buiten gegaan. Rusland is in Polen, Oostenrijk in Italië tüsschen beide ge treden. Weldra zal Spanje in Portugal tusschen beide komen. Al- lerwege is het hooge Ëuropesche regt gelijk. Hij, de Koning der Nederlanden, was er alleen van verstoken geworden. Het geschil had tusschen Belgie en Nederland moeten be slist worden. Het eerste telt een bevolking van vier millioenen zielen. Nederland slechts twee millioenen. ,De strijd moest on gelijk- worden geacht. Evenwel had Nederland dien onderno menen het was zeker van te slagen. Frankrijk is tusschen ge treden. Hierdoor is Willem alzoo buiten het gemeene regt van Eu ropa gesteld, Gaat hij thans wel te ver, wanneer hij de toetreding tot de 24 artikelen ganschelijk weigertten zij die aan de regtvaardigste belangen van Nederland voldoen Moet dit land ten slagtoffer aan den God des vredes worden geboden Moet Engeland dat 181*5 alles gewonnen heeft, niet in 1830 iets afstaan Zal het de beheerscher zijn van de zeevan den handelvrij van alle regten Zal het zonder bezwaar in Antwerpen kunnen ko men, geheel het Noorden met zijne voortbrengselen overstroo* menzal het eindelijk de beheerscher zijn van Belgiewaarin het een van zijner prefecten geslingerd heeft Inderdaad men weet waarlijk niet, wat graaf Orloff op zulke afdoende redenen zou hebben kunnen antwoorden Hij heeft dan ook openlijk gezegd, dat de vier en twintig artikelen moesten verwerkt worden, en dat een ruimer deel aan Holland moest worden toegekend. Dit nu randt regtsreeks het werk van Engeland aan. Men zal dus dat immer hervatte en immer verscheurde protocollen weefsel weder op nieuw moeten beginnen. Des avonds gespon nen is het den anderen ochtend weder versleten De Tribune eindigt met eenige afgetrokkene bespiegelingen ten betoogedat het bovengemelde het gevolg daarvan isdat de handelende partijen niet ter goeder trouw te werk gaan, en dat dit wederom is toe te schrijven aan de strijdige be ginselendoor welke zij gedreven worden. Parijs den 7 Maart. Sommige onzer dagbladen deelen een uittreksel mede van een protest hetwelk de kardinaal Bernet- ti den 25 Februarij aan onzen ambassadeur te Rome zou hebben ter hand gestelden waarbij de Paus zich beklaagt over de schen ding van zijn grondgebied in vollen vrede en met verachting van het regt der volken, doch tevens betuigt, dat hij te veel ver- trbuwen in de regtschapenheid van den koning der Franschen stelt dan dat hij zou kunnen gelooven dat dusdanige daadzaken niet te gen zijne bevelen zouden hebben plaats gehad. Verder wordt in dat stuk gesproken van een bezoek van den haven-kapitein van Ancona aan boord der Fransche schepen, en van de aankondiging van den commandant der scheepsmagt van een tegenbezoek in den ochtend van den 23 ten einde de gewone salutschoten te re gelen maar dat de Fransche troepen reeds in den nacht ontscheep ten regtstreeks op de stad en de stad en de citadel aantrokken en de gesloten poorten der vesting met bijlen openhakten. Ver der wordt in dat stuk geklaagddat de commandant Lazzarini die op zijne weigering ombij gebrek aan de noodige bevelen daartoe, alle de militaire posten aan de Fransche troepen over te geven, met zijne troepen gevangen genomen werd; alsmede dat een dér schepen, hetwelk van Algiers gekomen was, te Tou- deszelfs quarantaine niet had ten einde gebragt. Ten slotte her haalt de kardinaal Bernetti in dat stuk zijne klagten over het ge wapenderhand schenden van het grondgebied in yollen vrede over dé bezetting door list en geweld van een bevriend landstel lende verder wie het aangaat verantwoordelijk voor de gevolgen welke voor Italië kunnen voortspruiten uit de overtreding der ge zondheidswetten en eischende eene genoegdoening en de onmid - delijke ontruiming van het pauselijke grondgebied. liet sehijnt werkelijkdat de bevelhebber van onze vlootde kapitein le Qallotszijne instructien heeft overschreden om wel- j ke réden hij is terug geroepenen vervangen wordt door den ka- pltêin baron Lasuzedie eergisteren nacht van hier is vertrokken. De generaal Cubièresdie de ontscheping en de bezetting van Ancona had moeten besturenis eerst een paar urennadat de tijding van die gebeurtenis te Rome was ontvangen, in die hoofd stad van Civita-Vecchia aangekomen. Hij moet dadelijk een ge hoor bij Z. H. gevraagd hebbendoch hetwelk hem zon geweigerd 2ijn. Tijdingen uit Toulon, van den 29 Februarij en den 2 Maart spreken van aldaar ontvangene bevelen om de verdere uitrustingen en inschepingen te staken, en dat dienvolgende de twee batail- lons van het,i5 regement, en nog een battaillon van het 66 re- gement, welke ter inscheping bestemd waren, order hadden be komen om uit die stad naar binnen 's lands te vertrekken. Parijs, den 9 Maart. Uit de capitulatie van de citadel van Ancona, welke thans is bekend gewordenwordt ^Qstjg(IvèjC; dezelve niet veel minder dan gewelddadig is bezetdat aan c!e Pauselijke troepen de keus was gelatenom met krijgseer uit te trekken, of gezamenlijk met de Pranschep, den, diepst te vejpg- tendit laatste alleen onder bedingdat het opperbevel aan-'een' Franschen commandant zou komen, en ingeval van eenen aanval der Oostenrijkersde Pausselijken zich niet bij de laatsten zouden voegen. Het gerucht wildar de Russischen gezant eene protestatie te gen de Fransche expeditie naar Ancona zou ingeleverd hebben maar dat Oostenrijk geneigd'zou wezen, om zich met ons bewind te verstaan. -- Eergisteren vervoegde zich iemand bij den ontvanger van het 5 arrondissement dezer hoofdstadIn naam van Hendrik V. mijn wettigen souverein," zeide hij tot detizelven onder het voorhouden van een pistoolkom ik bij uwe kas eene gedwon- gene leening doen." Zonder verdere verschooningen maakt hij zich van 300 francs, die op het bureau Jagen, meester, groet den ontvangerdie geen woord durfde zeggenen verdween. NEDERLANDEN. Bréda, den 12 Maarc. In Belgie beginnen de oogen hoe lan ger hoe meer open te gaanen word de afgrona gezienwaarheen de revolutie de natie geleid heeft en in welks diepte zij meer en meer verzinkt. Ter gelegenheid van het gerucht, dat de afge vaardigde de Robleaux zou aftredenzegt het Journal diAnvers dat dit lid thans inzag door en voor wie de revolutie gemaakt was, en vervolgt aldus: Ér zijn tegenwoordig in Belgie een gropc aan tal jonge heethoofden, vol zucht naar nieuwe denkbeeldendie met verbijsterde zinnen aan eene revolutie hebben deelgenomen, van welker gevolgen hunne verbeelding zich het onmogelijke had voorspeld, Hunne oogen zijn geopend, hunne begocheling is voorbij en zij zien met afschrik, dat zij de speelbal en de slaven eener heerschappij geweest zijnwelke den voortgang wilde te-, gen houden eener beschaving, die zij zochten te bevorderen. Geen groote stad is erwaar wij geen dezer bekeerden kennen, die hunne dwaling belijden en hunne medewerking aan eene zaak betreurenwaarvan zij ver waren de verschrikkelijkste gevolgen en jammerlijke ontknoopitigeu te voorzien. Is dit berouw gewettigd, het is nutteloos. De pogingen der stoutmoedige en kundige lieden moeten nu strekken, om den in vloed op te wegen van een verdierlijken magt, door den glans der verlichting en kracht hunner rede. De revolutie is gedaan# Door staatkunde en noodzakelijkheid is onze nieuwe monarchie erkend geworden. Wij hebben eene groote schipbreuk geleden volgen wij de zeelieden na, en redden 'wat nog te redden is," A D VE K TE NT IE N. v Goes, den 9 Maart 1832. Heden overleed in den ou- dom van bijna 68 jarenMejufv. DANEweduwe van den Heer/. Steendijk Heden avond omstreeks 9 uren stierf, aan eene kortston dige maar hevige catharale ziekteons jongste Zoontje AU GUSTUS ALBERTUS het mogt slechts even 7 maanden ons de genoegens des levens verhoogen en, nu reeds van ons weggenomen oogen wij het diepbedroefd maar vertrou-" wend na Goes J, FRANSEN van de PUTTE. 13 Maart 1832. D. J. van de PUTTE, Geb. Luteijn. De Sub-Commissie te GOESvoor de Loterij van Ntj* verheidKunst- en Handels voorwerpenten behoeve van de Verminkten en nagelatene Betrekkingen der Gesneuvelden in -den jongst én roemrijken strijd voorhet Vaderlandheeft het genoegen te kunnen berigten dat reeds onderscheidene ge? schenken voor genoemde Loterijbij haar zijn ingekomen waarvoor zij bij deze voorlopig dank betuigt,; dan daar de tot heden ingezondeneartikelen meestal bestaan in Handwerken van Dames, zoo bevelen zij de Vaderlandsche onderneming ook bijzonder aan bij ieder FabriekantKonstenaarMagazijn houderWinkelier en Werkmandie toch gaarne iets van hunne kunst of industrie, tot handhaving der nationale eer, op het altaar des Vaderlands zullen willen offeren. De in te zendene voorwerpen zullen nog tot den a r dezer maand worden aangenomen en de Lotenwaarvan de prijs op 5 is bepaald, kunnen worden aangevraagd of afgehaald ten huize van beide de ondergeteekenden. Goes, den 15 Maart 183a. J. FRANSEN van de PUTTE. G. H. KAKEBEEKE. Ten kantore van van RENTERGEM de FOUW en LIGNIAN, Commissionnarissen in Effecten, achter de Groote Kerk A. n.° 74 te Goeswordt van heden af dagelijks gevaceerd tot overneming van Recepissen ter inschrijving en conversie in het nieuwe Grootboek der 5pCt. Nationale Werkelijke Schuld te Amsterdam. Te Goes, bij F. KLEEUWENS, Stadsdrukker en Boekhandelaar. 1 11

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1832 | | pagina 2