A0. 1819:
GOESSCHE
COURANT.
11
s
el
No. 86.
Maandag
AANWIJZING
§m het Vlasch te rotenvolgens de bewerking
pan wijlen den Heer d'Hont d'Arcy.
Zie onze vorige Courant.
Vooreerst voorzie men zich van eenerootkom,
welke ruim genoeg is, om die hoeveelheid vlas
daarin te plaatfenwelke men roten wilDeze
rootkom moet na genoeg 275 lijnen (een voet
oude vlaamfche maatdieper zijndan het vlas
lang is.
Een (lilftaand, zuiver en helder water is voor
de'roting het beste.
Men plaatst in deze rootkom eene foort yan
houten kooi; door middel van eenige regtftan-
dige, wel bevestigde, palen, welke men met
eenige liggende latten overdekt. Deze toeflei
dient, om de bundels vlas, welke mén in de
rootkom plaatfen wil, tot een te houden.
Wanneer het vlas tot rijpheid gekomen is,
haait men hetzelve uit den grond, Ontdoet het
van des zelfs zaad, en vereenigc het tot bundels,
gewoonlijk r.ootbundels of waterbootenge
naamd, van zulk eene dikte, dat men dezelve
v met twee handen kunnen omvatten.
Vervolgéns brengt men deze bundels aanftonds
raar de rootkom, plaatst dezelve regrflandig
daarinde worteleinden"naar benedende eene
bundel tegen den anderen gepakt zoodanig, dat
het vlas ruim onder warer zij,en echrer niet op
den grond rake. De bundels onderlleunen zich
wederkeerig, en worden gefchraagd door.de
latten welke men in de roorkom geplaatst heefc
Na dat her vlas aldus gefchikt is, overdekt men
hét hetzelve met eene ftroomat, waarover men
eenige planken légt, welke men bevestigt, door
qv derzeiver «inden eenig gewigt van (leep of
hout te leggen Dit gewigt mag niec door aar
de vervangen worden; om dat eene mindere of
meerdere hoeveelheid daarvan ligt in de rootkom
valt, en de vezelen van het vlas zoude kannen
benadeelen. r
Het vlasaldus In de rootkom geplaatst,
wordt eenige dagen daarin gelaten, maar het is
onmogelijk, derzelver getal vooraf te bepalen; de
gefteldheid der lucht, deaard van het watertot
de roting gebruikt, en van faer vlas zelve, kun
nen de bewerking befpoedigen of vertragen.
Het beste middel, om veilig te werk te gaan,
is, om dikwijls het. vlas te onderzoekenen
zélfs, indien het doenlijk is, tweemaal daags,
na den vierden dag der begonnene roting, een
klein gedeelte uit de kom te nemen en te laten
droogen, om met meerdpre zekerheid, de op-
losfing van de hars en dé wrijfbaarheid van het
vlas te onderzoeken. Wannéér dit gedeelte,
hetwelke men,, of in de zon, of:in de fchadow,
gedroogd heefc, in zoo verre wrijfbaar gewor
den is, dat de vezels, zich gemakkelijk van de
Helen iaten fcheidendan kan metr met zeker
heid bier uit opmaken, dac de bewerking van
het roten genoegzaam voltooid is, om het vlas
uit de roorkom 00 te. halen.
Men kan niet genoeg aanbevelen, om zooveel
mogelijk-te vermijden, dat twee hoeveelheden
vlas, aanftonds na eikander, in hetzelfde water
geroot worden.
Wanneer men oordeelt, dac het vlas genoeg-
den 25 Octobef,
zaam geroot is, neemt men hetzelve uit de root
kom, en plaatst het ter zijde in eene regrftandi-
ge houding, de worteleinden naar beneden,' men
Iaat hetzelve eenige uren uitdruppen, naarmate
van het weêr. Hec is eene daadzaakdat de
zon, wanneer zij lierk op het vlas fchijnt, het
welk pas uit de rootkom komt, hetzelve ligte-
lijk zoude kunnen verhitten en deszelfs hoeda
nigheid en waarde aanmerkelijk verminderen.
Om dit nadeel te voorkomen, is het raadzaam,
vooral wanneer de lucht niet betrokken is, om
geen vlas uit de rootkom op te halen, dan na
dat de groótfte hitte van den dag voorbij is, en
hetzelve des nachts te laten uitdruipen.
Wanneer het vlas uitgedropen is fpreid men
hetzelve op een veld of eene weide effen en dun
uit, zoo als zulks bij dé landlieden gebruikelijk
is; maar het moet Hechts de helft van dien tijd
blijven liggen, welke anders vereischc wordt,
wanneer het vltjs op de gewóne wijze geroot
is, dac is te zeggen Hechts van 6 tot 10 dagen,
zonder dat het noodig zij den regen af te wach
tenom hetzelve op te nemen* Op eene weide
behoeft het minderen tijd te blijven blootliggen,
om dsc de vochtigheid van dpn grond en de groei
van het gras welk hetzelve, na een al te lang
durig blootliggenligteltjk overdekt, hetzelve
aanmerkelijk zoude benadeelen.'
Zoo het echter, bij toeval of uit dwaling,
mögt gebeuren dat het vlas uit de rootkom ge
nomen is, zonder dat de roting voltooid ware,
zoude men hetzelve eenige dagen langer kunnen
laten liggen tot dat men bemerkt, dat de ve
zeis gemakkelijk v vafa de wortel tot den top,
zich van de plant laten afscheiden. Dit teeken,
wij herhalen zulks, is datgene, waaraan wij het
best kunnen beoordeelen, of de roting vol
tooid is
Na dat her vlas 3, 4, of 5 dagen gelegen
heetc, moet men hetzelve omkeeren Óm dit
te doen, bediene men zich van eenen langen
(lok, welken men tusfchen de aarde of het gras
en het vlas (leekt; op deze wiize kan men, in
eenen zeer korteatijd, eene aanzienelijke hoe
veelheid vlas omkeeren
Het aldus geroote en gedroogde vlas kan,
wanneer het weêr maar eetiigzins gunftig is
in minder dan veertien dagen in de ichuur ge-
bragt worden.
Men kan ook in vijvers, en in groote en die
pe wacerplasfen, roten door middel van (lel
laadjen, in de gedaante van kooijen, van onde
ren én ter zijde met latten voorzienwelke op
eenen gepasten afstand van elkander verwijderd
zijn .Na dat men her vlas daarin wel gepakt
hééft laat men deze kooi naar den grond zak
ken, met een genoegzajni gewigt, om dezelve
te doen zinken, zoo als hier boven gezegd i3.
Daar men in fommige gemeenten misfehien gee-
ne rootko'vmen vindtdie diep genoeg zijn en
water genoeg bevatten, om volgens de aanwij
zingen van den Heer (THondt té roten, moéc
men in ctjds bedacht zijn om de beftaande Hoo
ien uit te diepen en te zuiverenof nieuwe
rootkommen te maken déar, waar er geene
zijn. - 7
Door dit ver flag zal men zich kunnen over-
ruigendac de nieuwe bewerking, Hechts in
twee punten van de oude verfchilc, te weten:
het gebruik van (lilftaand, zuiver en helder, in
plaats van troebel wateren de regtftandige plaac-
fing van het vlasin de rootkom, in plaats van
liggend, ten einde de verfchillende deelen der
plant niet aan de werking van het water bloot
te (lellen, dab evenredig aan hare houtachtige
zelfstandigheidén hare mindere of meerdere
vatbaarheid'voor de roting.
Uitkomflen. door de roting, volgens de
nieuwe bewerking verkregen
(ia onze volgende Courant.)
T5 5
W fl) C w U
li l>
5* e
fee fetx 2
«.-rS 0
bcx N
Cl
JG
éi
«I
JO
«s
Ti
b£ O
w O
x
c
bG
.s
Uc
X
«u
1/3
w
«1
9
X
e
- 2
t- QJ
w c
F
1 S
O
C
8) C C >3 -
•O y. ti a n, c
5
6 s S
ca Jas "O X
r 4J JE
C T3 AJ
O
Q. 53 jr
lüT "O
c
tst c "O
cu at
Si
"O
O
~T~
-li z;
*0 i>
G
O o
-o •-»
«5 s-
Si 1
- c
N
- C g
P. bC C
O v.
5
■3 JS
ca o
C "Z-
c s
5
_cu .O
o IS
0» g
-o c
o ca
o y
fcdC ca O-
-- 'H
cS E
TJ 4>
:.o
O)
- "2
-a ca a»
g C X
r; o> o
C X
8^ qj
'Sb
«d g e
J® N!
- v T3
C V
'A fcJ
w 51 S-
w CJT
QJ
o
"O
G
a
c
a>
JU*
1*
G
«O
S9
u.
O
c r-t
s
ex>
O
O a
o «-
o O
t3 O
C "O
.E "öJ
Z O.
5i
a.
O C
o :=r
O x
O
O
5 Cl,
6
c v
C
E3 to
O
a x
Cl
T3 co
2
CTJ
rc ci
biD
cé
es
CO
0 to
QJ
T3 ai
S N
•rp cé
G -o
cé
a. o»
co TJ
c1* c -V
aï
c
S-o
<u
ou
- 5
s
-2 -S e
cé
ca
<u
c
cn au
'c
E
e
w
e w>
O
co^
bi qj e
t= s
f i
o au
-TT -
5 c
O
X
c
O
fcb
a
ou
u w
o
au B*o
•o au'
c"° S
w
51
aJ ca
x
OU
bt
c C
w H
Sx
■S X
c c
ca
co
OU en
<- u
e
- cH
°-'S
°x
c h
^•x
ou ca
fet-o
.ïi x
c
s
c
I-»
O
c
ou
to
O
O
5
feO
X 1
ou co
*0 M -2
Si sx.
ca
/-J c w cé
O cé cé
*0 -o
ca
tT o>
x *1
2 g, n
0 o.
^^2
c 0
QJ *73
CTJ la,
ïi .rf 0
o -a
TJ
Os OO O
fcsg H ct O
«u Ou h
W
au 5
tx G c
Cé
Cé "T3
c o
'r OU X
ou
ou ty.
c
ca
'5.
cé
c
<u
2
E
cé
O
re
E
cé
to
0 c
Tt
01 Jz
c
ca Ou
S 1=
ou SC
X x "c
c 5
-55
O
'2 'o
O
O
O 4u
*r O
C c
es
w
to N
5
01 c
5 oJ 5
-I
- S. S
ca- 0-
M O
au u
•-
OU T3 i_
5» Cï
u. c ci
O ou
e= a a,
ou- ou
btx -
Ui it
r I
cé c
o.
Ü-
s
au sa
x u.
c
t S
I -o
•8 'S
CC
13 ^5
3 Het warme weêr, het welk wij in 1818 gehad hebben,
heeft noodzakelijk bijgedragen, om dé werking van bet roten
te verhaasten f het is gebeurd, dat men, na 5 cf 6 dagen, het
Vlas uit de rootkommen heeft.moeten ophalen, daar men het
zelve, bfj een gematigder weêr, wet to of 14 dagen daarin
konde laten, Wen kan bierömt:ent dus geeue bepaalde aan ij
zing geven, en het is hiermede al» met eeue menigte landbouw
kundige bijzonderheden,- waarbij het gebruik, de tijd en de
waarnemingenover den arbeid dei landbouwers moeten beflisfen.
W Cr ZL
qj C.
cé
Cé
U
O'
u
au
X
CU
c
c
IT ou
«j
JZ
OU -O
X «-
Cu
au tX
e*
<i> Cu
QJ C-
Si
X
O
Si
t~ o
■JG C
<l> 5 c
O jC
•"T
5. <u.
Si 5
QJ
O
O
u
QJ
QJ
coZH
R
Si
tmm
- O
r
,71
cj w
QJ
c« QJ
qj
QJ
S3
«-.
Tt
0 X
v- n
fcJD o
5 ou
V.
C
OU
- te
R I
cé
Al U»
r- Cé
TJ T3
S
u.
X
CU
■u <u X
au
u.
X w
D
O fo
c
u
ou
OU
OU
Ou X
fef <X
C
U X
C w
ou
9
ou
'C
O
V™ OU
X c
T3
5 -n qj
'Z T3
C r: c
V)
C
0»
a.
O CJ
Qv jC
- O
- OU
u_
Ou
#U Cé
00 t-
V s
r CJ
cé <U
Cl
•-«
rj co
«J
"7 4»
lm G„
C
u>
w