GOESSCHE COURANT. «I Vrijdag ENGELAND. T A L I E N. Ko. 29. den 9 A/pril. FRANKRTK. Parys, den 1 April. Eergisteren heeft de receptie van Zijne Excellentie den Perfischen Ambasfadeur plaats gehad. Zijne Excellentie begaf zich naar de Tuilerien met een grooten trein van rijtuigen, met zes paarden befpan- nenen belegeleid door een fterk detachement Koninklijke garde te paard. In de koets van den Ambasfadeur zat nevens Zijne Excellentie de Hertog deld FanguijonPair van Frank rijk en tegen over denzelven een Stalmeester des Konings en de Heer de Lalive, de Intro, ducteur der Ambasfadeurs. i> 1 f T3 G rf Qj ts O QJ a qj O c O -c n 2 Cd v L g? a a 13 u C B v O rt jc o eva sa- tc <o a 0 V - dj CJ a. n c u Is'M o 2 bJ0 s - .L H" o e o oj a cj er 4 «*5 g i Soa 2 S ■E S .s So w S. s "o a Js Londen, den 30 Maart. De verwachte Algerijnfcbe ambasfadeur is, laarstleden Zatur- dag, over Portsmouth, te Londen aangekomen. Hij heet Ali-Reisen is een man van omtrent 45 jaren oud en van een achtbaar voorkomen Tijdens den aanval der Engelfchen en Nederlan ders, was hij kapitein der haven van Algiers, De gefchenkenwelke hij voor den Prins - Re gent heeft medegebragt, beftaan in zes Arabi- fche paarden, een paar ftruisvogels en eenige kisten met zeldzaamheden; een leeuw, die mede voor den Prins-Regent beftemd was, is te Ma hon geftorven. De Syrifche aartsbisfchop van Jerufalem Gregory Peter Giarvedie naar Europa ge komen is, om zich eene drukkerij met Syrifche letters te verfchaffen, ten einde in zijn klooster, op den berg Libanon, godgeleerde werken te kunnen doen drukken, is federt eenigen tijd insgelijks in Engeland, waarvan hij de voor- naamfte plaatfen bezoekt. Een vaartuig, den 26 Januarij van St. He lena gezeild, heeft berigt medegebragt, dat Buonaparte welvarend is, doch deeds zijnp af gezonderde levenswijze blijft volhouden. Het eskader op St. Helena beftond uit de volgende oorlogfchepenConquerorTees Eur'tdice DottelerLeveretRedpolet Sappho en Po- dargus. den 2 April. Laatstleden Dingsdag is de Ambasfadeur van Algiers* verzeld van den heer Salamne% zijn' fecretaris, aan den graaf Bathurstop bet bureau der koloniën geprefenteerd. Het onderhoud heeft tien minu ten geduurd. De heer Salamnezijn' fecreta ris, heeft eenige jaren in Engeland doorgebragc. Hij heeft den burggraaf Exmouth bij de ex peditie tegen Algiers, in kwaliteit van tolk, vergezeld. In de afgeloopene week zijn er in de ha ven van Liverpool51,500 balen katoen aange komen, zoo dat de prijs dier waar merkelijk gedaald is. De huisvrouw van een* ambachtsman te Cookfey, bij Bromsgrave, Jofeph Brachidfon genaamd, is laatstleden Dingsdag van vier meis jes in de kraam bevallen. De vader, welke Hechts 10 shellings (omtrent 6 guldens) in de week wint, had reeds drie kinderen. De kraam vrouw en de kinderen bevinden zich wel. greep Zijnen öppasfer met zijn tromp bij de keel, wierp hem ter aarde en verpletterde hem op zulk eene verfchrikkelijke wijze onder zijne poo- ten, dat de ongelukkige, ondanks alle bijge- bragte hulp, vier uren daarna, den geest gaf. Het dier rigt zijnen gang naar de kant van het gasthuis, door de ftads-lbldaten vervolgd wor dende; hij werpt, met den eerften lioot, een klein huisje omver, welk lot ook «en kraam treft; treedt daarna een koffijhuis binnen, waar hij alles in een oogenblik vernield men lose intusfehen verfcheide karabijn - kogels op hem, welke echter meer dienden om zijne woede te doen toenemen, dan om zijnen dikken huid te doorboren; eindelijk, fteeds vervolgd, komt hij voor de kerk del Pornowelker, deuren, of- fchoon door ijzerwerk verzekert, hij inbreekt en met kracht weder achter zich fluit. Men fchiet weder op hem; hij vair, en daar men hem dood waant, dringt de menigte op hem aan; doch zich eensklaps weder oprigtende, brengt hij nieuwe febade aan de kerk roe, maar valt op *tlaatst met zijne achterpooren in de opening van een graf; waarna men vervolgens een ftuk gefchut aanbrengt, met fchroot laadt, en, door herhaalde fchoten, hem het leven beneemt. De Ambasfadeur en de Edellieden van zijn gevolg waren zeer rijk gekleed. Zijne Excel lentie droeg een kleed van wit cachemir met goud geborduurd en daarover een mantel van den grootften rijkdom zijn gordel en zijn dolk fchitterden van edelgefteenten en op zijn tul band prijkte eene zeer kostbare diamante ve der. De vijf Edellieden van het gezancfchap, onder welke twee van de Afrikaanfche kleur warendroegen de gefchenken voor den Ko ning, en de Secretaris der ambasfade droeg met den diepften eerbied den brief van den Keizer van Perfien, die in eene gouden ftof gewik keld was. De gefchenken beftonden onder anderen in een fabel welke aan den beroemden Vorst Is- maeldie in 1499 het Perfisché rijk herftelde, toebehoord heeft; in zes ftukken cachemire van de zeidzaamfte fchoonheid, en in een blaau- wen wonderfteen, aan welken de kracht toege- fchreven wordt van alle kwalen te kunnen ge nezen. Toen de Ambasfadeur in de zaal van Diana binnen trad, waar de Koning op zijnen troon gezeten was, maakte hij eene buiging, welke hij herhaalde aan de trappen vat» den troon, en op dat oogenblik ontdekte zich de Koning, doch zette terftond den hoed weder op. De Ambasfadeur deed eene aanfpraak in de Per fifche taal, die door den tolk werd overgezet en in welke hij hoofdzakelijk aan den Koning zeide, dat zijn Souverein wenschte dat zijn doorluchtig geflachc zoo lang zoude blijve re geren als het zulks reeds gedaan had; waarop Zijne Majefteit onder anderen antwoordde, dat hij gevoelig was over de wenfehen, ten zij nen opzigte gedaanen den Keizer van Per fien bedankte voor de keus van zijnen afge zant. Dit antwoord werd door den tolk in 't Vervolg op de kant dezer bladz. O at c t g -o c '5 -O Q w o c* O a -5 Sg <3* 0 SS hO O u O a> 13 KJ m- <u 13 11 C •s c -O 1» -c N E 1» =j SE «- J, T3 Q> Q, QJ ;S £- hü r Cil tx S 12 a ^2 *rr -O X E <1 oio S^J j-i O c 5 O o p^* <u m .2 C 1» tsj O -ü 2 c 11 qj 2 5» .2 Q.JX 1> C «I o u wc <U <V> N c E^> t-« C <T> O c> g -Sa W c 0* O T3 u* O - a o 1> O X3 19 O O .^O 5 U '5 13 "Sc o c c O M Eu (2-i C .O ci te SO o l> -5 O <U <U c -o a O w s -a c co., o 2 Mu o G S o 1» O 2 JC tuo te «c co u O d) N c 'o 2 .0 #3 o 5 «- "o g N S C^» n •SQ 2^ a 1) B N5 <U 13 *E a c 0 u. -s g C O O 1> -o c «J 22| as o c -o CU O O "3 o >4 O a> o 0 4) QJ O T3 cè; 9 01 bX3 g cc n g «1 o E 2 ti. ■o s .ËP a n p g «Pi C I •s C .g, ■- N *8 S g S "w S g e g-S 5? o I 2 s he i-r >s. A a-g^ a OB 'n a ^•2-S w v. g 1» O SS cr *T3 c b0 ia0 r-. O .5 •£,<- rt s e> c ci •o o .2 s H c g*» c o o S-g O c "g W t c S 5 »-a c qj g - C .S -poli^53 2 c O o - 2 o 0 w>jo e c qj *r "O cs 8 o gm °-ë o-g 8 jn *2 5 13 ei QJ hi O M O C *8 a ca CO .5 *- E ^-1 O «EP 2 g C c C O "t) NX U Q e e rC? 9"So5 a o o -s a a -O O 13 O 8 3"'' W O 13 a «T u d O a-S E w T3 <B bfi u h n tX' tr na O U o txv2 b O X w cd O-jO C g QJ QJ 5 •to tq <3 CJ O -o O n u bic QJ O s "3 E4 bh 2 n £3 S :=r* S N| w v cm o 42 c w ©"O *5 a ca »-a ca A°. i8rp; Venetie, den 18 Maart. Een olifant, welke, gedurende de laatfte carnaval, het voor werp van bewondering van de inwoners dezer flad is geweest, heeft op eene treurige wijze af- fcheid van ons genomen. Van het begin der vasten begon hij, om welke reden is onbekend, zijne gewone zachtaardigheid te verliezen. In- tusfchen had men verfcheide malen vergeefs be proefd hem in te fchepen den 15 dezer deed men twee nieuwe pogingen; het volk zich in groote menigte naar den oever begeven hebben de, om hem te zien vertrekken, geraakte hij in eene vlaag van woede, die den grootften fchrik deed ontftaan; hij brak, in weinige oogenblik- ken, de hekken en ketens die hem bedwongen; de verzamelde menigte zocht in de daarbij lig- barken het gevaar te ontvlieden, waarvan er eene zonk, zonder dat echter iemand bij dit on geluk het leven verloor. Den volgenden nacht beproefde men nu andermaal hem in eene kooi te (luiten, tot het mogelijk ware hem in te fchepen. Een jong mensch van 22 jaren, die hem federt eenige dagen bewaakte, bood hem een ftuk brood aanterwijl hijom hem te doen volgeneenige ftappen vooruit ging. De olifant volgde hem terftond vreedzaam na; maar ziende dat men hem bet brood niet fpoedig gaf. geraakte hij in eene verfchrikkelijke woede, fl. w CtJ c3 c E Clï CU ca -o O ex 1> C3 'C-^Z tx aj QJ c3 QJ Q> .2 O 5 52 II 1* X *0 »2 C/9 C3 w e» <u xS 12 O QJ O CS f_ 13 J3 U 2 QJ JO 00c bX) C C E O "ca E QJ C N I_ qj .[/.*-» M QJ QJ JC ■33 O .CJ CJ *m0 a QJ QJ c NI bX) 4* u w. 13 H3 O* r-j :=r 5 J2 -o -CS B rt y XT. a <U CO •rt .C Ci .mm U BT3TJ u ^Jajj Cd W "2 5 CtS 'Iji bX!_ «9 E S o'c^ .5^-3 kg s o> fi g 2 13 ts) E 8 C Pk 43 QJ M <JJ A G QJ 2 V QJ .ft V «r QJ tófs C bX3 Q. e a g O ba 0, O :cr> w g c n e ,v ets -a W513 I QJ Ju c *0 b C Ui §*3 g jz s Urn O 13 te •m-rn a n £3 ca tt.

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1819 | | pagina 1